ECLI:NL:RBGEL:2022:3331
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- S.J. Peerdeman
- M.J.C. van Leeuwen
- E.H. Rademaker
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek tegen rechter in kort gedingprocedure met betrekking tot ondertoezichtstelling
Op 14 april 2022 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland, locatie Zutphen, een beslissing genomen op het wrakingsverzoek van verzoekster, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. A.F. Mandos. Het verzoek tot wraking was gericht tegen mr. A.M. van Riemsdijk, de rechter die betrokken was bij een kort gedingprocedure met nummer C/05/399872 KG ZA 22-29. Verzoekster stelde dat zij zich onvoldoende had kunnen voorbereiden op de zitting van 3 maart 2022, waar een vertegenwoordiger van de Raad voor de Kinderbescherming aanwezig was. Tijdens deze zitting zou de rechter buiten het geschil zijn getreden en de vertegenwoordiger van de Raad onterecht hebben gesteund, wat leidde tot een verzoek tot ondertoezichtstelling van de minderjarige dochter van verzoekster.
De wrakingskamer oordeelde dat een rechter alleen gewraakt kan worden als er omstandigheden zijn die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar brengen. In dit geval was het wrakingsverzoek te laat ingediend, aangezien er elf dagen waren verstreken tussen de zitting en het indienen van het verzoek. Verzoekster kon geen redelijke verklaring geven voor deze vertraging. Daarom verklaarde de rechtbank verzoekster niet-ontvankelijk in haar verzoek tot wraking, en werd er geen inhoudelijke beoordeling van het verzoek gedaan. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 14 april 2022.