ECLI:NL:RBGEL:2022:307

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
26 januari 2022
Publicatiedatum
26 januari 2022
Zaaknummer
9391759
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schending zorgplicht door opdrachtnemer bij overeenkomst van opdracht voor afvalverwerking

In deze zaak tussen Ter Horst Milieu B.V. en SilverStar B.V. betreft het een geschil over een overeenkomst van opdracht voor het ophalen en verwerken van afval. Ter Horst Milieu vordert betaling van openstaande facturen van SilverStar, die deze niet heeft voldaan. De overeenkomst, die op 30 december 2019 werd gesloten, verplichtte SilverStar tot betaling van € 65,00 per maand voor de service van afvalverwerking. SilverStar heeft echter nooit gebruik gemaakt van deze service, omdat het restaurant gesloten was. Ter Horst Milieu heeft desondanks facturen blijven sturen, zelfs nadat zij in juli 2020 stopte met het ophalen van afval. SilverStar voert aan dat zij niet meer gebonden is aan de overeenkomst, omdat zij deze onmiddellijk na het afsluiten heeft geannuleerd. De kantonrechter oordeelt dat SilverStar niet kan stellen dat de overeenkomst is geannuleerd, omdat dit niet door Ter Horst Milieu is bevestigd. De rechter stelt vast dat de overeenkomst niet tussentijds opzegbaar is en dat SilverStar in principe verplicht is de facturen te betalen. Echter, de rechter oordeelt ook dat het onredelijk is om facturen te blijven sturen zonder dat de afgesproken service wordt verleend. Daarom wordt de vordering van Ter Horst Milieu slechts gedeeltelijk toegewezen, en moet SilverStar € 724,12 betalen, inclusief rente en kosten.

Uitspraak

VONNIS
RECHTBANK GELDERLAND
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaakgegevens 9391759 \ CV EXPL 21-6617 \ 42693 \ 28195
uitspraak van
vonnis
in de zaak van
de besloten vennootschap
Ter Horst Milieu B.V.
gevestigd te Varsseveld
eisende partij
gemachtigde Gerechtsdeurwaarderskantoor Karreman B.V.
tegen
de besloten vennootschap
SilverStar B.V.
gevestigd te Arnhem
gedaagde partij
T.J. Biekram
Partijen worden hierna Ter Horst Milieu en Silverstar genoemd.

1.De zaak in het kort

Ter Horst Milieu en Silverstar (een restaurant) hebben een overeenkomst gesloten over het afhalen van afval, waarvoor Silverstar maandelijks moest betalen. Silverstar heeft de facturen van Ter Horst Milieu niet betaald.

2.De procedure

2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 20 oktober 2021 en de daarin genoemde processtukken
- de mondelinge behandeling van 5 januari 2022.
2.2.
Vervolgens is vonnis (vervroegd) bepaald op heden.

3.De feiten

3.1.
Partijen hebben op 30 december 2019 een serviceovereenkomst (verder: de overeenkomst) gesloten voor een (bedrijfs)afvalcontainer met wekelijkse leging voor een bedrag van € 65,00 per maand. In de praktijk komt deze overeenkomst er op neer dat Ter Horst Milieu eerst een container plaatst, dat de klant (Silverstar) daar afval in kan doen dat dan door Ter Horst Milieu - die wekelijks langsrijdt met een vuilniswagen - wordt verwerkt.
3.2.
De ingangsdatum van de overeenkomst is 13 januari 2020. De overeenkomst heeft een looptijd van 84 maanden. In de overeenkomst staat dat deze niet tussentijds opzegbaar is. Op de overeenkomst zijn de algemene voorwaarden van Ter Horst Milieu van toepassing.
In de algemene voorwaarden van Ter Horst Milieu staat:
4. PRIJZEN, WIJZIGINGEN EN AANVULLINGEN
(…)
4.5
In het geval dat Opdrachtgever met Ter Horst een overeenkomst heeft gesloten op abonnementsbasis waarbij aldus een periodieke lediging is overeengekomen en Ter Horst ten gevolge van aan Opdrachtgever toe te rekenen omstandigheden niet tot lediging op de gebruikelijke ledigingsdag kan overgaan, kan Opdrachtgever geen aanspraak maken op enige vorm van restitutie of verrekening. (…)
4.9
Indien Opdrachtgever de exploitatie van zijn onderneming beëindigt, anders dan door faillissement, blijft Opdrachtgever gehouden te voldoen aan de contractuele verplichtingen, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen. Bedrijfsbeëindiging kan niet worden aangemerkt als een onvoorziene omstandigheid als bedoeld in artikel 6:258 BW.
5. ONTBINDING
(…)
5.3
Ter Horst is bevoegd de nakoming van haar verplichtingen op te schorten of de overeenkomst te ontbinden, indien Opdrachtgever verplichtingen uit de overeenkomst niet nakomt.
(…)
6. BETALING
(…)
6.4
Door het enkel verstrijken van een betalingstermijn, dus zonder dat een aanmaning of ingebrekestelling is vereist, is Opdrachtgever in verzuim. Opdrachtgever is over het achterstallige bedrag de direct opeisbare wettelijke rente verschuldigd, vermeerderd met een opslag van 3%. (…)
3.3.
Silverstar heeft (de verkoper van) Ter Horst Milieu op 31 december 2019 de volgende berichten gestuurd via WhatsApp.
Hi. Sorry dat ik nu nog stoor kan u aub even wacht met het inlaten gaan van het contract
Me vriend heeft al 1 genomen per 1 Jan
Even kijken of we die kunnen afzeggen
De verkoper van Ter Horst Milieu reageerde dezelfde dag als volgt.
Sorry heb onze al doorgevoerd
3.4.
Ter Horst Milieu heeft daarna de container afgeleverd op het adres van Silverstar.
3.5.
Op 20 maart 2020 heeft Silverstar aan de verkoper van Ter Horst Milieu geappt dat de container moet worden weggehaald omdat het restaurant al sinds januari 2020 dicht is en er andere mensen zijn die er afval ingooien. De verkoper van Ter Horst Milieu antwoordde dat Silverstar contact moet opnemen met de binnendienst.
3.6.
Ter Horst Milieu is maandelijkse facturen blijven versturen aan Silverstar vanaf januari 2020 tot en met april 2021.
3.7.
Tot juli 2020 is de vuilniswagen van Ter Horst Milieu wekelijks langs blijven rijden bij Silverstar.
3.8.
In april 2021 heeft Ter Horst Milieu de overeenkomst geschorst en is zij gestopt met het sturen van facturen.

4.De vordering en het verweer

4.1.
Ter Horst Milieu vordert dat de kantonrechter bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, Silverstar zal veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Ter Horst Milieu te betalen de verschuldigde som van € 1.684,84, te vermeerderen met de contractuele rente zijnde 11% per jaar (zijnde de wettelijke handelsrente vermeerderd met 3%) over € 1.387,85 vanaf 13 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening, met veroordeling van Silverstar in de kosten van deze procedure. Het bedrag van € 1.684,84 is als volgt opgebouwd: € 1.387,85 aan hoofdsom, € 88,81 aan contractuele rente tot 13 juli 2021 en € 208,18 aan buitengerechtelijke incassokosten.
4.2.
Ter Horst Milieu legt aan haar vordering ten grondslag dat zij met Silverstar een overeenkomst heeft gesloten en dat Silverstar nalaat de (maandelijkse) facturen te betalen. Ter Horst Milieu stelt Silverstar over de periode vanaf januari 2020 tot en met april 2021 in totaal een bedrag van € 1.387,85 aan Ter Horst Milieu is verschuldigd.
4.3.
Silverstar voert verweer, zie daarover verder hierna onder ‘De beoordeling’, en concludeert tot afwijzing van de vordering.

5.De beoordeling

5.1.
Tussen partijen geldt een overeenkomst van opdracht. [1]
5.2.
Silverstar voert aan dat zij niet meer is gebonden aan die overeenkomst omdat ze deze meteen na het afsluiten heeft geannuleerd. Silverstar onderbouwt dit met de whatsappjes van 31 december 2019.
5.3.
Dit verweer gaat niet op. Het verzoek om de overeenkomst te beëindigen is namelijk niet door Ter Horst Milieu bevestigd, zodat Silverstar daar niet van uit mocht gaan. Dat Silverstar de overeenkomst voorwaardelijk zou zijn aangegaan, door een mondelinge afspraak met de verkoper, is een verweer dat pas ter zitting voor het eerst is gevoerd. Dit verweer is niet onderbouwd en het is gemotiveerd bestreden door Ter Horst Milieu . Silverstar heeft voor dit verweer te weinig aangevoerd, zodat dit ook niet slaagt. Silverstar had verder, anders dan zij zegt, niet het recht om zich binnen 14 dagen te bedenken. Dat is in bepaalde gevallen een recht dat aan alleen consumenten toekomt en Silverstar is geen consument.
5.4.
Silverstar voert ook aan dat het onterecht en oneerlijk is dat zij al die facturen moet betalen, terwijl ze vanaf het begin heeft aangegeven van de overeenkomst af te willen en ook nooit gebruik heeft gemaakt van de service van Ter Horst Milieu . Het restaurant is niet open geweest omdat Silverstar niet beschikte over een vergunning, daarna in verband met waterlekkage en later in verband met corona. Silverstar heeft meerdere keren met Ter Horst Milieu hierover geprobeerd te communiceren.
5.5.
Dit verweer vat de kantonrechter op als een beroep van Silverstar op de redelijkheid en billijkheid. [2] Dit verweer vult Silverstar in door er op te wijzen dat Ter Horst Milieu haar zorgplicht om als goed opdrachtnemer te handelen heeft geschonden. [3] Of dat verweer slaagt wordt hierna beoordeeld.
5.6.
Als eerste is van belang dat de overeenkomst niet tussentijds opzegbaar is en is aangegaan voor de duur van zeven jaar. Ook volgt uit de overeenkomst dat de maandelijkse facturen gewoon moeten worden betaald, ook als er feitelijk geen afval wordt verwerkt. Dit betekent dat Silverstar in principe gebonden is aan de overeenkomst en de facturen moet betalen.
5.7.
Maar de redelijkheid en billijkheid (en de zorgplicht) brengen wel met zich mee dat het onder omstandigheden te ver kan gaan om servicekosten in rekening te blijven brengen terwijl die service niet wordt verleend. Daarvan is in dit geval sprake. In juli 2020 is Ter Horst Milieu gestopt met het langsrijden bij Silverstar om afval te verwerken. Op dat moment had Silverstar al maandenlang de facturen niet betaald en was het bij Ter Horst Milieu bekend dat Silverstar al in december 2019 en in maart 2020 van de overeenkomst af wilde. Ter Horst Milieu had op dat moment contact met Silverstar moeten opnemen. Zonder in overleg te treden met Silverstar, maakte Ter Horst Milieu de keuze om vanaf augustus 2020 niet meer langs te rijden. Wel bleef zij maandelijkse facturen versturen tot en met april 2021. Uiteindelijk koos Ter Horst Milieu er pas in april 2021 voor om de overeenkomst te schorsen.
5.8.
De kantonrechter is door deze specifieke omstandigheden van oordeel dat Ter Horst Milieu niet als goed opdrachtnemer heeft gehandeld door in die periode - vanaf augustus 2020 tot aan april 2021 - facturen te blijven sturen, zonder dat daar service tegenover stond. Om die reden is het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar dat Silverstar die facturen zou moeten betalen.
5.9.
Dit betekent dat de vordering alleen wordt toegewezen voor wat betreft de facturen tot en met juli 2020. Het bedrag dat door Silverstar dan nog is verschuldigd bedraagt
€ 629,67 (hoofdsom van € 1.387,85 minus de facturen augustus 2020 tot en met april 2021 van in totaal € 758,18).
5.10.
De gevorderde contractuele rente wordt toegewezen zoals bepaald in de algemene voorwaarden, met de door Ter Horst Milieu zelf genoemde ingangsdatum. De buitengerechtelijke incassokosten gerelateerd aan de toe te wijzen hoofdsom van € 94,45 (exclusief btw) zijn ook toewijsbaar.
5.11.
Silverstar wordt grotendeels in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten dragen.

6.De beslissing

De kantonrechter
6.1.
veroordeelt Silverstar om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Ter Horst Milieu te betalen een bedrag van (€ 629,67 + € 94,45 =) € 724,12, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente met een opslag van 3% per jaar over € 629,67 vanaf 13 juli 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
6.2.
veroordeelt Silverstar in de proceskosten, tot deze uitspraak aan de kant van Ter Horst Milieu begroot op € 103,38 aan dagvaardingskosten, € 507,00 aan griffierecht en € 248,00 aan salaris gemachtigde;
6.3.
verklaart deze veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
6.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. S.E. Sijsma en in het openbaar uitgesproken op

Voetnoten

1.Artikel 7:400 lid 1 BW
2.Artikel 6:248 lid 2 BW
3.Artikel 7:401 BW