Uitspraak
- 8 juni 2021 (pro forma-zitting);
- 31 augustus 2021 (regiezitting);
- 2 november 2021 (pro forma-zitting);
- 18 januari 2022 (pro forma-zitting);
- 5 april 2022 (inhoudelijke behandeling);
- 26 april 2022 (sluiting).
1.De inhoud van de tenlastelegging
[de rechtbank begrijpt: [verdachte] ]zijn opdrachtgever was. [8] [verdachte] had hem opdracht gegeven een vrachtwagen in Doesburg in brand te steken en [medeverdachte 1] heeft [medeverdachte 2] gevraagd met hem mee te doen. [9] Tijdens de eerste ontmoeting vertelde [verdachte] hem dat het ver buiten de stad was en dat het snel moest gebeuren. De volgende dag ontmoetten zij elkaar opnieuw en toen had [verdachte] een kladblaadje bij zich met daarop geschreven de bedrijfsnaam, de straatnaam en de plaats Doesburg. [verdachte] vertelde dat [medeverdachte 1] het papiertje mee zou krijgen als hij de jerrycans kwam halen. [medeverdachte 1] moest in de avond van 19 augustus 2020 bij [verdachte] komen, omdat de mensen dan op vakantie zouden zijn. [10] Die avond heeft [medeverdachte 2] hem opgehaald. [11] Voordat ze naar Doesburg reden, zijn ze eerst gestopt bij [verdachte] in Dordrecht. Daar kreeg [medeverdachte 1] twee jerrycans met vijf liter benzine, kentekenplaten en tie-wraps mee van [verdachte] . [12] In zijn woning heeft [verdachte] op de computer een foto aangewezen van het bedrijf. [verdachte] gaf hem een papiertje mee met daarop het adres van het bedrijf waar de vrachtwagens stonden. [13] [verdachte] had [medeverdachte 1] gevraagd een foto te maken van de brand. Dit heeft [medeverdachte 1] gedaan en deze foto’s heeft hij naar [verdachte] doorgestuurd. [14]
[rechtbank: [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ]om 02:05:34 uur uit beeld lopen in de richting van [bedrijf 1] en zij om 02:10:30 uur weer vanuit diezelfde richting terug komen lopen. Zij zijn 4 minuten en 56 seconden uit beeld geweest van alle beschikbare camera’s. [17] Ondanks het feit dat [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] gedurende enkele minuten in de buurt van de vrachtwagen hebben rondgelopen, hebben zij zichzelf geen moment ervan vergewist dat er niemand in de vrachtwagen aanwezig was. Naar het oordeel van de rechtbank hebben [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] door zo te handelen willens en wetens de aanmerkelijke kans aanvaard dat er iemand in de vrachtwagen aanwezig was en deze persoon als gevolg van de brand om het leven zou komen.
3.De bewezenverklaring
of omstreeksde nacht van 19 augustus 2020 op 20 augustus 2020 in de gemeente Doesburg, tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen,
/ofdiens medeverdachte
(n
)voorgenomen misdrijf om
in/aan
/bijde vrachtwagen ( [merk] , kenteken [kenteken] ) waarin die [slachtoffer] op dat moment lag te slapen, welke brand zich (razendsnel) ontwikkelde tot een uitslaande brand,
of omstreeksde nacht van 19 augustus 2020 op 20 augustus 2020 in de gemeente Doesburg, tezamen en in vereniging met een
of meerander
(en
), althans alleen, opzettelijk brand heeft gesticht
in/aan
/bijeen vrachtwagen ( [merk] , kenteken [kenteken] ) (die op dat moment geparkeerd stond aan de [adres 2] ),
heeft verdachte en/ofhebbenzijn mededader
(s
)toen aldaar opzettelijk motorbenzine
, althans een brandbare stof,gesprenkeld
/gegooid op/tegen/bij voornoemde vrachtwagen en
/of
) (open
)vuur in aanraking gebracht met voornoemde motorbenzine,
althans met die
/of een of meerbrandbare stof
(fen
)in
/aan/bij die
/ofeen caravan die zich in de nabijheid van die vrachtwagen bevond geheel of
is/zijn verbrand,
in elk geval brand is ontstaan,
/ofvoor een
of meer (slapende
)
(o
)n
(en)die zich bevond
enin de woning in de directe nabijheid van voornoemde
/ofer gevaar voor goederen te duchten was, te weten voor de
(e)l
(en
)van het terrein waarop die vrachtwagen geparkeerd stond (te weten het bedrijfspand van [bedrijf 1] en
/ofhet bedrijfspand van handelsonderneming [bedrijf 2] ) en
/ofeen caravan en
/of een of meerandere goed
(eren
) in/aan/in de nabijheid van die vrachtwagen.
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De beoordeling van de civiele vorderingen
€ 6.861,50 +
€ 12.345,47 -
9.De vordering tot herroeping van de voorwaardelijke invrijheidstelling
(parketnummer 99-000355-21)
licence periodzijn gaan lopen. Als einddatum had 2 augustus 2021 gegolden. Indien verdachte in deze licence period opnieuw in aanraking was gekomen met justitie dan had alleen het resterende gedeelte van de licence period ten uitvoer gelegd kunnen worden, dus tot aan de einddatum. Dat zou neerkomen op een ten uitvoer te leggen strafrestant van ten hoogste 150 dagen, uitgaande van de datum van aanhouding van 5 maart 2021 als startdatum van het uit te zitten strafrestant. Gelet hierop heeft de raadsman verzocht de voorwaardelijke invrijheidsstelling te herroepen voor maximaal 150 dagen.
continued enforcement) van de in Engeland aan hem opgelegde gevangenisstraf van tien jaar en is de Engelse straf aldus niet omgezet naar een (nieuwe) Nederlandse straf. Daarom is verdachte voorwaardelijk in vrijheid gesteld na het ondergaan van de helft van de gevangenisstraf en niet – conform het tot recent geldende Nederlandse stelsel – na het ondergaan van tweederde deel daarvan. In het verlengde van de voortgezette tenuitvoerlegging van de Engelse straf acht de rechtbank het redelijk om bij het bepalen van een passende reactie op overtreding van de algemene voorwaarde van de voorwaardelijke invrijheidstelling rekening te houden met het Engelse stelsel omtrent voorwaardelijke invrijheidstelling.
release on licence; section 244 CJA). Vervolgens staan veroordeelden tot de einddatum van de straf (
sentence expiry date) onder toezicht en moeten zij zich houden aan voorwaarden (section 252 CJA). Indien een veroordeelde vóór het einde van de straf een nieuw (ernstig) strafbaar feit begaat en zich aldus niet houdt aan de voorwaarden van invrijheidstelling, dan kan de voorwaardelijke invrijheidstelling worden herroepen door een zogenaamde
standard recallen kan de veroordeelde worden gedetineerd tot (uiterlijk) de einddatum van de straf (sections 254 CJA e.v.).
347 dagen. Deze periode is in duur gelijk aan de periode vanaf de dag waarop verdachte de algemene voorwaarde van de voorwaardelijke invrijheidstelling heeft overtreden (20 augustus 2020, de datum van het bewezenverklaarde) tot aan de fictieve einddatum van de Engelse straf van verdachte (2 augustus 2021).
10.De toegepaste wettelijke bepalingen
11.De beslissing
een gevangenisstraf voor de duur van 12 (twaalf) jaren;
- veroordeelt verdachte in verband met de feiten onder nummer 1 en 2 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer] van € 200.000,00 aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer] een bedrag te betalen van € 200.000,00 aan smartengeld. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 244 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
- veroordeelt verdachte in verband met de feiten onder nummer 1 en 2 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [benadeelde 1] van € 17.500,00 aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [benadeelde 1] een bedrag te betalen van € 17.500,00 aan smartengeld. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 21 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
- veroordeelt verdachte in verband met de feiten onder nummer 1 en 2 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [benadeelde 2] van € 17.500,00 aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [benadeelde 2] een bedrag te betalen van € 17.500,00 aan smartengeld. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 21 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
- veroordeelt verdachte in verband met de feiten onder nummer 1 en 2 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [benadeelde 3] van € 15.000,00 aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [benadeelde 3] een bedrag te betalen van € 15.000,00 aan smartengeld. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 18 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
- veroordeelt verdachte in verband met de feiten onder nummer 1 en 2 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [benadeelde 4] van € 10.000,00 aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [benadeelde 4] een bedrag te betalen van € 10.000,00 aan smartengeld. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 12 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
- veroordeelt verdachte in verband met het feit onder nummer 2 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [benadeelde 8] van € 1.954,50 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [benadeelde 8] een bedrag te betalen van € 1.954,50 aan materiële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald.) Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 2 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
- veroordeelt verdachte in verband met het feit onder nummer 2 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [benadeelde 9] van € 7.615,40 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [benadeelde 9] een bedrag te betalen van € 7.615,40 aan materiële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald.) Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 9 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
- veroordeelt verdachte in verband met het feit onder nummer 1 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [benadeelde 10] van € 1.949,33 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [benadeelde 10] een bedrag te betalen van € 1.949,33 aan materiële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 2 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
- veroordeelt verdachte in verband met het feit onder nummer 2 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [naam 5] van € 30.406,98 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [naam 5] een bedrag te betalen van € 30.406,98 aan materiële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 augustus 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 36 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;