Uitspraak
[eisende partij]
[gedaagde partij]
Rechtbank Gelderland
Op 10 mei 2022 heeft de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Nijmegen, een mondelinge uitspraak gedaan in een civiele zaak tussen twee besloten vennootschappen. De eisende partij, vertegenwoordigd door AGIN Pranger Gerechtsdeurwaarders Assen, vorderde betaling van € 8.088,18 van de gedaagde partij, die in reconventie een bedrag van € 9.444,44 vorderde wegens vermeende tekortkomingen in de uitvoering van werkzaamheden door de eisende partij. De kantonrechter heeft de vordering in conventie toegewezen en de gedaagde partij veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De reconventionele vordering van de gedaagde partij is afgewezen, omdat deze onvoldoende onderbouwd was en er geen sprake was van verzuim aan de zijde van de eisende partij. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde partij niet had aangetoond dat de eisende partij tekortgeschoten was in haar verplichtingen, en dat er geen ingebrekestelling had plaatsgevonden, waardoor verzuim niet was ingetreden. De proceskosten werden eveneens aan de gedaagde partij opgelegd, die als in het ongelijk gestelde partij werd beschouwd.