ECLI:NL:RBGEL:2022:1119

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
28 februari 2022
Publicatiedatum
1 maart 2022
Zaaknummer
9529614 \ EZ VERZ 21-490 \ mk
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoekschriftprocedure tot vaststellen loon van de vereffenaar in erfrechtelijke zaak

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Gelderland, betreft het een verzoekschriftprocedure in het kader van het erfrecht. De zaak is geregistreerd onder nummer 9529614 EZ VERZ 21-490 mk en de uitspraak is gedaan op 28 februari 2022. De procedure is gestart door de vereffenaar, die optreedt in haar hoedanigheid als sectiehoofd van de Sectie Onbeheerde Nalatenschappen van het Rijksvastgoedbedrijf, met het verzoek om vaststelling van haar loon op basis van artikel 4:206 lid 3 van het Burgerlijk Wetboek.

Tijdens de procedure is er een tussenbeschikking gegeven op 5 januari 2022, waarin de vereffenaar de gelegenheid kreeg om een gespecificeerde urenregistratie van de verrichte werkzaamheden over te leggen en de berekening van het verzochte loon toe te lichten. Echter, de vereffenaar heeft van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt en heeft geen onderbouwing gegeven van de verrichte werkzaamheden, de data waarop deze zijn uitgevoerd, de betrokken personen en de gehanteerde tarieven.

De kantonrechter heeft in haar beoordeling geconcludeerd dat zonder deze noodzakelijke informatie het verzoek tot vaststelling van het loon niet kan worden beoordeeld. Gezien het ontbreken van de benodigde onderbouwing heeft de kantonrechter besloten het verzoek af te wijzen. De beschikking is openbaar uitgesproken door de kantonrechter M.J.H. Schuurman op de datum van de uitspraak.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK GELDERLAND
Team bewind en erfrecht
Zittingsplaats Zutphen
zaakgegevens 9529614 \ EZ VERZ 21-490 \ mk
uitspraak van 28 februari 2022
eindbeschikking
in de zaak van
[naam vereffenaar] in hoedanigheid van sectiehoofd van de Secite Onbeheerde Nalatenschappen van het Rijksvastgoedbedrijfin haar hoedanigheid van vereffenaar van de nalatenschap van [naam erflater]
kantoorhoudende te [plaats]
verzoekende partij
procederend in persoon

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de tussenbeschikking van 5 januari 2022.

2.De verdere beoordeling

2.1.
De kantonrechter blijft bij hetgeen zij heeft overwogen en beslist in de tussenbeschikking van 5 januari 2022.
2.2.
Bij deze tussenbeschikking is de vereffenaar in de gelegenheid gesteld een gespecificeerde urenregistratie van de verrichte werkzaamheden over te leggen en de berekening van het verzochte loon toe te lichten. De vereffenaar heeft van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt.
2.3.
Aangezien de vereffenaar in zijn geheel niet heeft onderbouwd welke werkzaamheden zijn verricht, op welke datum deze werkzaamheden zijn verricht, door wie deze werkzaamheden zijn verricht en welke tarieven hiervoor worden berekend, kan de kantonrechter niet beoordelen of het verzochte loon zoals opgenomen op de uitdelingslijst overeenkomstig de Recofa-richtlijnen is. De kantonrechter zal het verzoek daarom afwijzen.

3.De beslissing

De kantonrechter,
wijst het verzoek tot vaststelling van het loon af.
Deze beschikking is gegeven door de kantonrechter mr. M.J.H. Schuurman en in het openbaar uitgesproken op 28 februari 2022.