Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de akte houdende overlegging producties aan de zijde van Tesla
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 3 december 2020
2.De feiten
teruggeven in dezelfde staat als u deze hebt ontvangen, met uitzondering van normale slijtage. U zult de auto niet nalatig of in strijd met het toepasselijke recht behandelen, en u zult geen andere personen in de auto laten rijden.(…)
ter beschikking gesteld op 10 oktober 2019.(…)
U verzoekt mij u verschillende stukken te sturen, waaronder een afwijzing van de verzekeraar van het voertuig(…)
Autobedrijven en leasemaatschappijen hebben echter doorgaans geen cascoverzekering en hebben het cascorisico van hun voertuigen in eigen beheer, zo ook Tesla.
In de bijlage vindt u een gedeelte van het schaderapport waaruit blijkt dat de herstelkosten in elk geval € 95.556,53 bedragen. Daarnaast verwijs ik u naar een artikel(…)
van de Soester Courant, waarin verslag wordt gedaan van het ongeval. Aan de foto bij het artikel kunt u zien dat het voertuig inderdaad total loss is(…).
Om geen medeweggebruikers in gevaar te brengen heeft de heer [naam 1] toen besloten om de auto de berm in te sturen(…).
[naam 2] verklaart (en bevestigt) dat onderhavige Tesla uit zichzelf begon te accelereren, vlak voordat het ongeval plaatsvond.(…)
3.Het geschil
4.De beoordeling
Is [gedaagde] de contractspartij?
u zult geen andere personen in de auto laten rijden”. Deze tekst is zinledig als ‘u’ zou zien op een rechtspersoon. Een rechtspersoon kan immers niet in de auto rijden. De stelling van [gedaagde] dat voornoemde tekst betekende dat [onderneming] dus één iemand mocht aanwijzen om in de auto te rijden, volgt niet uit deze bewoording noch uit andere door partijen aangevoerde feiten en omstandigheden. Het enkele feit dat de auto die tijdelijk vervangen werd eigendom was van [onderneming] maakt daarom niet dat aan Tesla uitdrukkelijk kenbaar moet zijn geweest dat de bruikleenovereenkomst werd afgesloten op naam van [onderneming]. Ten slotte maakt ook de stelling dat de correspondentie (tevens) gericht is aan [onderneming], dat er werd gecorrespondeerd naar een e-mailadres van [onderneming] en dat het dossier op naam stond van [onderneming], niet dat is aangetoond dat partijen er over een weer vanuit gingen dat de bruikleenovereenkomst op naam van [onderneming] is afgesloten. Onbetwist staat immer tussen partijen vast dat er naast het onderhavige conflict een conflict was over de reparatie van de auto die in eigendom was van [onderneming] en dat Tesla tevens [onderneming] aansprakelijk heeft gesteld als werkgever van de bestuurder van de leenauto. Voorgaande in acht genomen is het dwingende bewijs van de akte onvoldoende weerlegd. De rechtbank acht Tesla daarom ontvankelijk in haar vordering.
2.228,00(2,0 punt × tarief € 1.114,00)