ECLI:NL:RBGEL:2021:671

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
28 januari 2021
Publicatiedatum
10 februari 2021
Zaaknummer
05/133771-20 (ontneming)
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel uit drugshandel

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 28 januari 2021 uitspraak gedaan in een ontnemingsprocedure tegen een verdachte die betrokken was bij de productie van amfetamine in een drugslab. De officier van justitie vorderde dat de rechtbank het wederrechtelijk verkregen voordeel van de verdachte zou vaststellen en hem zou verplichten tot betaling aan de Staat. De verdachte, geboren in 1971 en thans gedetineerd, had geen geld ontvangen voor zijn werkzaamheden in het drugslab, maar de officier van justitie stelde dat hij wel degelijk voordeel had genoten. Tijdens de zitting op 14 januari 2021 werd de vordering bijgesteld van € 125.545,- naar € 24.800,-, en uiteindelijk schatte de rechtbank het wederrechtelijk verkregen voordeel op € 4.400,-, gebaseerd op de aanwezigheid van de verdachte in het drugslab op vier dagen.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Tegenspraak
Parketnummer: 05/133771-20 (ontneming)
Datum uitspraak : 28 januari 2021
uitspraak van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte] ,
geboren op [geboortedag] 1971 te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres 1] ,
thans gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting te Almelo.
Raadsman: mr. J.Y. Taekema, advocaat te 's-Gravenhage.

1.De inhoud van de vordering

De officier van justitie vordert dat de rechtbank het bedrag vaststelt waarop het wederrechtelijk verkregen voordeel als bedoeld in artikel 36e, vijfde lid, van het Wetboek van Strafrecht wordt geschat en [verdachte] de verplichting oplegt tot betaling aan de Staat van het geschatte voordeel, welk voordeel door de officier van justitie is gesteld op € 125.545,-.

2.De procedure

Ter terechtzitting van 14 januari 2021 heeft de officier van justitie de ontnemingsvordering aanhangig gemaakt.
De zaak is op de openbare terechtzitting van 14 januari 2021 onderzocht.
De officier van justitie heeft ter terechtzitting de vordering bijgesteld tot een bedrag van € 24.800,-. De officier van justitie heeft gesteld dat het totale wederrechtelijk verkregen voordeel, zoals berekend in het Proces-verbaal berekening wederechtelijk verkregen voordeel, dient te worden verdeeld tussen [verdachte] en zijn drie medeveroordeelden [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , en [medeverdachte 3] . Het dossier en het verhandelde ter terechtzitting geeft geen aanleiding rekening te houden met een andere verdeelsleutel, aldus de officier van justitie.
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering dient te worden afgewezen, nu [verdachte] geen voordeel heeft behaald, omdat hij geen geld heeft ontvangen voor de dagen dat hij in het drugslab aanwezig was. Verder kan ook niet aannemelijk worden gemaakt dat er 149 liter amfetamine(olie) is geproduceerd, omdat uit het dossier blijkt dat het lab niet of nauwelijks heeft gedraaid.

3.De beoordeling van de vordering

De rechtbank heeft heden tegen [verdachte] een vonnis gewezen waarbij [verdachte] is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden ter zake van:
  • het medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod;
  • het medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod en
  • het medeplegen van, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10, voor te bereiden of te bevorderen, voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden of andere betaalmiddelen voorhanden heeft, waarvan hij weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit.
De rechtbank is van oordeel dat aannemelijk is dat [verdachte] wederrechtelijk voordeel heeft genoten uit de bewezenverklaarde feiten en baseert zich op de volgende bewijsmiddelen. [1]
De rechtbank heeft bij vonnis van heden het volgende vastgesteld. In de periode van 2 april 2020 tot en met 10 april 2020 is in het drugslab aan de [adres 2] in Didam amfetamine(olie) geproduceerd. Tijdens de doorzoeking van het drugslab op 10 april 2020 werd ongeveer 40,7 liter amfetamineolie aangetroffen.
[verdachte] heeft verklaard dat hij op verschillende dagen aanwezig is geweest in het drugslab. Op 9 april (de rechtbank begrijpt 2020) was hij ook aanwezig. Hij heeft niet betaald gekregen, maar zou er zijn openstaande schulden mee aflossen. [verdachte] heeft verder verklaard dat hij de persoon is die [naam 1] werd genoemd. [2]
Onder het account [naam 3] @encrochat.com, in gebruik bij [medeverdachte 1] , zijn onder andere de volgende berichten verstuurd: [3]
Op 2 april 2020 om 19:07:15 uur
[naam 2] : Luisted aun naar hem. En ga niet expirimetren broer
[naam 3] : Staat er wel genoeg gas ? Vraah aan [naam 1]
[naam 2] : Snapje gaat goed komen pik. Luistee naar hem want dancgaat hetnzo weer niet goed. [naam 1] zegt genoeg gas
[naam 3] : Oke
[naam 2] : Pik aub niet eigenqijs doen [naam 4] is echf edn ervaren draaier pik il begrijp joi denkwijze maar hijbweet wat die doet
[naam 3] : Wat hij zegt klopt wel maar wil geen risico nemen. Zo heb ik het ook eerder gedaan. Dat is het meer. Maar ik ga hem zwz 6 uur op vuur zetten. En zijn we samen verantwoordelijk voor deze 100 eerste ap
[naam 2] : Nee ik ben niet verant w voor die app zegt [bijnaam 1] ook en als je wilt dat het goed gaat doe je het zo want ik draai al zo lamg luister gewoom
Op 2 april 2020 om 19:49:39 uur
[naam 3] : Wat [naam 1] me zei klopte niet
Op 2 april 2020 om 19:53:32 uur
[naam 2] : Maat er is 200 pure fos bij in gegaan die fos is bijna puur maat ik doe nix anders dus luister aub
[naam 3] : Kijk dit bedoel ik iedereen zegt wat anders word er moe van jij moet alleen met mij praten over productie niemand anders. [naam 1] zegt dat je zei opwarmen naar 60 grade
Op 3 april 2020 om 02:50:57 uur
[naam 3] : En dan wil je dat ik gerust in de keuken ga staan met [naam 1] . Dikke lul doe ik dat. Ik wil niet dat er gespeeld word met ons geld!! Ik wil dat er verdient word. De enige die wat te verliezen hebben is jij [bijnaam 1] en ik Kwa geld. Die kleine grapjes kosten tien duizenden euros
[naam 2] : Jij en [bijnaam 1] maat gaan niet onder een hoedje spelen maat, jij hebt niet eens geld erin gedrukt alleen de loca en we moeste zelfs t afval voor jou afvoeren omdat je geen geld had zei [bijnaam 1]
Op 4 april 2020 om 01:24:54 uur
[naam 2] : Luister b kan niet dik.worden na zon temp maar kkijk ff want waom stomer dat mog niet van me. Kan niet
[naam 3] : Dat hadden [bijnaam 2] en [naam 1] gedaan
Op 7 april 2020 om 14:42:39 uur
[naam 5] Hey daar, gezien aantallen wil er 1500 per dag voor hebben beste maat. Als je je hierin kunt vinden hebben we een deal en gaan we eindelijk duurzaam A olie draaien met structuur regelmaat en mooie aabtallen. En morgen avond begi nen ook!
[naam 3] : He chef. Ik vind eerlijk gezegd ,1500 te veel 1000 is rieel want er lopen ook meerdere jonges. Als alles goed loopt geef ik je na 2 weken weer meer. Of ik betaal je eerst 1000 p dag en schrijf 500 op de betaal ik je later na 3 weken ongeveer. Want gun het jou ook.
[naam 5] : Maat ik zeg voor jou een klant af die goed is voor 12.000 eu de week. Maar wchtveerlijkven weet en voelde je ook wel aan met tussentijdse aanbieding, bij jou werk ik wel gezelliger zo maar te zeggen..
[naam 3] : Dus je bent akkoord ?
[naam 5] : 1100 p dag en na twee weken ongeveer dat bij betalen
[naam 3] : Is goed akkoord
Op 8 april 2020 om 05:45:49 uur
[naam 3] : Ik [naam 6] en [naam 1] hebben samen afgetapt
[naam 2] : Vraag dan maar s aan [naam 1] waar rest van liters kunne zitten
[naam 3] : Ketel staat nu ook opnsten dus nu kan je gwn normaal a aftappen
[naam 2] : Maak dalijk even foto van de olie als ie eruit komt
Uit de gesprekken en de verklaring van [verdachte] ter terechtzitting blijkt dat hij op omstreeks 2, 4, 8 en 9 april 2020 aanwezig is geweest in het drugslab. De rechtbank acht het aannemelijk dat hij op al die dagen werkzaamheden heeft verricht en daarvoor een vergoeding ontving, al dan niet door een (gedeeltelijke) kwijtschelding van een schuld die hij had.
Met betrekking tot die vergoeding overweegt de rechtbank dat uit de gesprekken kan worden afgeleid dat [verdachte] kennis van zaken had wat betreft het produceren van amfetamineolie. De rechtbank acht een vergoeding van € 1.100,- per dag, zoals ook is afgesproken met een persoon genaamd [naam 5] ( [medeverdachte 3] ), aannemelijk. Uit de encrochatberichten kan namelijk worden afgeleid dat ook [medeverdachte 3] kennis van zaken had en dat met hem eenzelfde vergoeding is afgesproken.
De rechtbank ziet, mede gelet op de rol van [verdachte] , geen aanknopingspunten om aan te nemen dat [verdachte] , anders dan [medeverdachte 1] , direct in de opbrengst van de amfetamineolie heeft gedeeld.
Gelet op het voorgaande schat de rechtbank het wederrechtelijk verkregen voordeel van [verdachte] op een bedrag van € 4.400,- (4 dagen x € 1.100,-). De rechtbank zal aan hem de verplichting opleggen tot betaling van dit bedrag aan de Staat.
De rechtbank zal bepalen dat [verdachte] kan worden gegijzeld gedurende een periode van maximaal 54 dagen indien hij zijn betalingsverplichting niet nakomt.

4.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht.

5.De beslissing

De rechtbank:
- stelt het bedrag waarop het wederrechtelijk verkregen voordeel wordt geschat vast op een bedrag van
€ 4.400,- (vierduizendenvierhonderd euro);
- legt aan [verdachte] de verplichting op tot betaling van dit bedrag aan de Staat ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel;
- bepaalt de duur van de gijzeling die ten hoogste door de officier van justitie kan worden gevorderd met toepassing van artikel 6:6:25 van het Wetboek van Strafvordering op
54 dagen.
Deze uitspraak is gewezen door mr. L.M. Vogel, voorzitter, mr. K.A.M. van Hoof en
mr. M.J. Wasmann, rechters, in tegenwoordigheid van mr. P. Veenker, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 28 januari 2021.
Mr. Wasmann is buiten staat deze uitspraak te tekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [verbalisant] van de politie Oost-Nederland, district Noord- en Oost-Gelderland, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-2020157860, onderzoek ON3R020032 Berkel, gesloten op 28 augustus 2020, en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld. Het Proces-verbaal wederrechtelijk verkregen voordeel per delict is zelfstandig genummerd.
2.Verklaring van [verdachte] ter terechtzitting van 14 januari 2021.
3.Proces-verbaal Encrochat, p. 833, 842-844.