ECLI:NL:RBGEL:2021:6632

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
15 december 2021
Publicatiedatum
10 december 2021
Zaaknummer
9283433
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van onbetaalde factuur na online bestelling met achteraf betalen

In deze zaak vordert Billink Financial Solutions B.V. betaling van een onbetaalde factuur van € 139,98, die voortvloeit uit een online bestelling bij Durlinger.com. De bestelling werd geplaatst op 15 november 2020, waarbij de optie 'achteraf betalen' werd gekozen. Billink heeft de factuur per e-mail verzonden en een aanmaning gestuurd, maar de betaling is tot op heden uitgebleven. De gedaagde partij ontkent de bestelling te hebben geplaatst en stelt dat de ingevulde gegevens niet van hem zijn. De kantonrechter oordeelt dat Billink de bewijslast draagt om aan te tonen dat de gedaagde daadwerkelijk de bestelling heeft geplaatst. Aangezien Billink hierin niet slaagt, wijst de kantonrechter de vordering af. Billink wordt in de proceskosten veroordeeld.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK GELDERLAND
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaakgegevens 9283433 \ CV EXPL 21-4874 \ 693 \ 50523
uitspraak van 15 december 2021
vonnis
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Billink Financial Solutions B.V.
gevestigd te Rotterdam
eisende partij
gemachtigde Van Lith Gerechtsdeurwaarders en Incasso
tegen
[gedaagde partij]
wonende te [plaats]
gedaagde partij
procederend in persoon
Partijen worden hierna Billink en [gedaagde partij] genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 8 juni 2021 met producties
- de conclusie van antwoord met producties
- de conclusie van repliek met producties
- de conclusie van dupliek met producties.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
Billink is een aanbieder van een betaalmethode die achteraf betalen mogelijk maakt. Durlinger.com is een onderneming die een webshop voert en daarbij gebruikmaakt van deze betaalmethode.
2.2.
Op 15 november 2020 is bij Durlinger.com een online bestelling gedaan ten bedrage van € 139,98, waarbij als betaalmethode is gekozen voor de optie ‘
achteraf betalen met Billink’ (hierna: de bestelling). Tijdens het bestelproces zijn de volgende gegevens ingevuld in het kader van ‘Factuurgegevens’:

[gegevens gedaagde partij]
[gegevens gedaagde partij] ’
2.3.
Billink heeft de factuur van 15 november 2020 met betrekking tot deze bestelling per e-mail aan [mailadres gedaagde partij] toegezonden, met een betalingstermijn van 14 dagen. Op 1 december 2020 heeft Billink een aanmaning om tot betaling over te gaan toegezonden aan dit e-mailadres.
2.4.
De factuur ten bedrage van € 139,98 is tot op heden niet betaald.

3.De vordering en het verweer

3.1.
Billink vordert dat de kantonrechter [gedaagde partij] veroordeelt, bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, tot betaling van een bedrag van € 181,35 (€ 139,98 aan hoofdsom, € 40,00 aan buitengerechtelijke incassokosten en € 1,37 aan wettelijke rente), te vermeerderen met de wettelijke rente over een bedrag van € 139,98 vanaf de datum dagvaarding tot de dag van algehele voldoening, met een veroordeling van [gedaagde partij] in de proceskosten.
3.2.
Billink legt aan haar vordering ten grondslag dat [gedaagde partij] een koopovereenkomst met Durlinger.com heeft gesloten. [gedaagde partij] heeft op of omstreeks 15 december 2020 een bestelling geplaatst op de website van Durlinger.com. Durlinger.com heeft vervolgens de bestelde goederen verkocht en geleverd. [gedaagde partij] heeft ervoor gekozen om de bestelling achteraf te betalen aan Billink. Als gevolg daarvan is de geldvordering voortvloeiend uit de koopovereenkomst, direct na het voltooien van de aankoop door Durlinger.com aan Billink verkocht. [gedaagde partij] heeft de daarvoor verzonden factuur, ook na aanmaning, onbetaald gelaten. Billink heeft zich dan ook genoodzaakt gezien om hem in rechte te betrekken.
3.3.
[gedaagde partij] voert verweer en voert aan dat hij de bestelling niet heeft geplaatst bij Durlinger.com. [gedaagde partij] kent geen [gedaagde partij] , het e-mailadres ‘
[mailadres gedaagde partij]’ waarop de bestelling is gedaan is niet zijn e-mailadres en de ingevulde naam, geboortedatum en telefoonnummer betreffen hem niet. Daarnaast behoort het IP-adres hem ook niet toe.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter stelt vast dat het e-mailadres waarmee de bestelling bij Durlinger.com is gedaan [mailadres gedaagde partij] is. Billink stelt, onder verwijzing naar de tijdens het bestelproces ingevulde gegevens (r.o. 2.2), dat dit een e-mailadres van [gedaagde partij] is.
[gedaagde partij] heeft echter aangevoerd dat dit niet zijn e-mailadres is, dat hij geen bestelling bij Durlinger heeft geplaatst en onbekend is met de persoon [gedaagde partij] .
4.2.
Bezien in het licht van het gemotiveerde verweer van [gedaagde partij] rust op grond van artikel 150 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering de bewijslast op Billink. Het is dan ook aan Billink om te bewijzen dat de bestelling door [gedaagde partij] is gedaan en dat daarmee tussen partijen een koopovereenkomst tot stand is gekomen. Naar het oordeel van de kantonrechter is Billink er niet in geslaagd om aan te tonen dat de bestelling door [gedaagde partij] is gedaan. Nu dan ook niet is komen vast te staan dat tussen partijen een overeenkomst tot stand is gekomen wijst de kantonrechter de vordering af.
4.3.
Billink en Durlinger.com kiezen er kennelijk voor om op deze wijze goederen te laten bestellen, te leveren en betaling achteraf toe te staan zonder eerst te controleren of zij met de juiste persoon van doen hebben. Deze werkwijze dient naar het oordeel van de kantonrechter voor rekening en risico van Billink te blijven.
4.4.
Nu de hoofdsom wordt afgewezen, worden de nevenvorderingen die daarmee samenhangen eveneens afgewezen.
4.5.
Billink wordt in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten dragen.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
wijst de vordering van Billink af;
5.2.
veroordeelt Billink in de proceskosten, tot deze uitspraak aan de zijde van [gedaagde partij] begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. A.J. Weerkamp-Beens en in het openbaar uitgesproken op 15 december 2021.