ECLI:NL:RBGEL:2021:5677

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
7 oktober 2021
Publicatiedatum
22 oktober 2021
Zaaknummer
C/05/394057 / FA RK 21/3217
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling in het kader van de Wet zorg en dwang

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 7 oktober 2021 een mondelinge uitspraak gedaan over een verzoek tot voortzetting van de inbewaringstelling van een cliënt, ingediend door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). De cliënt, die lijdt aan een psychose en een verstandelijke beperking heeft, verblijft bij Pluryn in Groesbeek. De rechtbank heeft vastgesteld dat de psychische stoornis van de cliënt onmiddellijk dreigend ernstig nadeel veroorzaakt, maar dat de verstandelijke beperking hier niet aan bijdraagt. Dit leidde tot de conclusie dat de wettelijke criteria voor voortzetting van de inbewaringstelling niet zijn nageleefd.

De mondelinge behandeling vond plaats in de accommodatie van Pluryn, waar de cliënt, zijn advocaat en zijn moeder aanwezig waren. De rechtbank heeft in haar beoordeling ook gekeken naar de omstandigheden waaronder de cliënt verblijft en de zorg die hem wordt geboden. Het bleek dat de huidige Wzd-accommodatie niet in staat is om de cliënt de benodigde zorg te bieden, wat zijn toestand niet stabiliseert. De rechtbank heeft daarom besloten het verzoek tot voortzetting van de inbewaringstelling af te wijzen, omdat niet voldaan is aan de wettelijke criteria. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door rechter mr. dr. E.L. de Jongh, met griffier T. Akasbi aanwezig. De schriftelijke uitwerking van de beschikking is op 21 oktober 2021 vastgesteld.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK GELDERLAND
Familie- en jeugdrecht
Zittingsplaats: Arnhem
Zaakgegevens: C/05/394057 / FA RK 21/3217
Datum mondelinge uitspraak: 7 oktober 2021
Beschikking machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling
inzake
het door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) ingediende verzoek tot het verlenen van een machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling als bedoeld in artikel 37 van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten (Wzd), ten aanzien van:
[naam cliënt],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
verblijvende bij Pluryn, te Groesbeek, op grond van een inbewaringstelling verleend tot en met 5 oktober 2021,
hierna te noemen: cliënt,
advocaat: mr. B. Willemsen te Lent.

1.Procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen, ingekomen ter griffie op 4 oktober 2021.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 7 oktober 2021, in de accommodatie van Pluryn in Groesbeek.
1.3.
Tijdens de mondelinge behandeling zijn gehoord:
  • cliënt, bijgestaan door zijn advocaat;
  • de moeder van cliënt;
  • mw. [naam] , gedragswetenschapper verbonden aan Pluryn.

2.Beoordeling

2.1.
Op 2 oktober 2021 heeft de burgemeester van de gemeente Berg en Dal ten behoeve van de cliënt een last tot inbewaringstelling afgegeven.
2.2.
Tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat een psychose en dus een psychische stoornis het onmiddellijk dreigend ernstig nadeel veroorzaakt. Dat cliënt daarnaast een verstandelijke beperking heeft, doet daaraan niets af. Deze verstandelijke beperking veroorzaakt het ernstig nadeel namelijk niet. Dit betekent dat voortzetting van de inbewaringstelling niet kan worden toegewezen, omdat het juiste wettelijk kader niet is toegepast. Daar komt bij dat dat de Wzd-accommodatie waar cliënt op dit moment verblijft onvoldoende is toegerust om hem de passende zorg te bieden en hem op een passende wijze te benaderen. De psychose zorgt er daarnaast voor dat cliënt vanuit zijn achterdocht niet of nauwelijks eet. Ook is de medicatie-inname lastig. Bovendien werkt cliënt niet mee aan regelmatig bloedonderzoek naar zijn bloedwaarden dat hoogst noodzakelijk is in verband met de antipsychotica die hij krijgt toegediend. Deze medicatie kan namelijk de aanmaak van witte bloedlichaampjes onderdrukken met alle mogelijke gevolgen van dien. Een langer verblijf in de huidige Wzd-accommodatie zal het toestandsbeeld van de cliënt daarom naar verwachting niet stabiliseren.
2.3.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat niet is voldaan aan de criteria voor een voortzetting van de inbewaringstelling. Het verzoek zal daarom worden afgewezen.

3.Beslissing

De rechtbank:
3.1.
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 7 oktober 2021 door mr. dr. E.L. de Jongh, rechter, in tegenwoordigheid van T. Akasbi, griffier.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 21 oktober 2021.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.