ECLI:NL:RBGEL:2021:5547
Rechtbank Gelderland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Onterecht ontslag op staande voet en verzoek om gefixeerde schadevergoeding
In deze zaak heeft de verzoekende partij, een werkgever, op 10 juni 2021 de verwerende partij, een werknemer, op staande voet ontslagen. De werkgever stelt dat de werknemer een dringende reden heeft gegeven voor het ontslag door hem te slaan en te achtervolgen. De werknemer verzoekt echter om betaling van een vergoeding, omdat hij van mening is dat het ontslag onterecht was. De procedure begon met een verzoekschrift van de werkgever op 12 augustus 2021, gevolgd door een verweerschrift van de werknemer op 10 september 2021. Tijdens de mondelinge behandeling op 21 september 2021 is de zaak besproken. De werknemer was sinds 14 november 2020 in dienst en had eerder al voor de werkgever gewerkt. Hij raakte op 12 maart 2021 gewond tijdens zijn werkzaamheden, wat leidde tot arbeidsongeschiktheid. De werkgever weigerde toestemming voor revalidatie in het buitenland, wat leidde tot een conflict over de re-integratie van de werknemer. De kantonrechter heeft op 19 oktober 2021 in een gelijktijdige zaak geoordeeld dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig was. Hierdoor is de werknemer niet schadeplichtig en wordt het verzoek van de werkgever tot betaling van een gefixeerde schadevergoeding afgewezen. De werkgever wordt veroordeeld in de proceskosten van de werknemer.