Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[gedaagde sub 1] ,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 16 december 2020,
- de akte overlegging producties van [gedaagden] ,
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 18 mei 2021.
2.De feiten
[gedaagde sub 1]en/of
Atechpro;
Intechpro
€. 53.868,37( €. 11.772.37 en €. 42.096,00 ) te voldoen zonder de afgesproken rente.
inclusiefde in het getekende contract genoemde rente percentages.
inclusiefde in het getekende contract genoemde rente percentages.
€ 53.868,37(€ 11.772,37 en € 42.096,00) zou voldoen zonder de afgesproken rente.
€ 73.307,41te voldoen voor 31 december 2019.
3.Het geschil
€ 2.500,00) en een geldlening van € 42.096,00 (in zestig maandelijkse termijnen van € 701,60 plus 4,5% rente) moet betalen. Deze vordering is volgens Think-S erkend in de brief van 12 juni 2013 van mr. Stikkelbroeck en het verwijt in die brief dat Think-S niet voldoet aan haar verplichtingen uit de overeenkomst is niet juist. Ondanks aanmaningen ontving Think-S geen betalingen en partijen hebben vervolgens een nadere afspraak gemaakt, inhoudende dat het bedrag van € 53.868,37 uiterlijk op 31 december 2019 zou worden betaald. Deze afspraak is door Think-S bevestigd in het e-mailbericht van 27 juni 2013 gericht aan mr. Flapper. [gedaagden] heeft niets betaald waardoor Think-S op basis van de gemaakte nadere afspraak vanaf 1 januari 2020 ook recht heeft op de wettelijke en contractuele rente, aldus Think-S.
4.De beoordeling
2.228,00(2,0 punt × tarief IV € 1.114,00)