Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
- die [slachtoffer 1] (met kracht) aan haar haren heeft getrokken,
- die [slachtoffer 1] heeft geschopt en/of getrapt,
- die [slachtoffer 1] , nadat zij ten val is gekomen, aan haar haren over de grond heeft
- die [slachtoffer 1] (met kracht) aan haar haren heeft getrokken,
- die [slachtoffer 1] heeft geschopt en/of getrapt,
- die [slachtoffer 1] , nadat zij ten val is gekomen, aan haar haren over de grond heeft gesleept en/of getrokken en/of
- (als die [slachtoffer 1] op de grond ligt en verdachte haar bij haar haren vast heeft)
- die [slachtoffer 1] (met kracht) aan haar haren te trekken,
- die [slachtoffer 1] te schoppen en/of te trappen
- die [slachtoffer 1] nadat zij ten val is gekomen, aan haar haren over de grond te slepen en/of te trekken;
Er is bij betrokkene een verarmd, ongedifferentieerd gevoelsleven met vooral veel woede en ook wel achterdocht. Wanneer de woede stapelt komt betrokkene op enig moment, wanneer hij zich onrechtvaardig bejegend voelt of hij vindt dat er te veel over zijn grenzen is gegaan, tot een agressieve ontlading.” [10]
3.De bewezenverklaring
of omstreeks5 november 2020 te Nijmegen [slachtoffer 1] (werkzaam als sociotherapeute in de Pompekliniek),
al dan niet met voorbedachten rade,heeft mishandeld door:
- die [slachtoffer 1] (met kracht) aan haar haren te trekken,
- die [slachtoffer 1] te schoppen en/of te trappen
- die [slachtoffer 1] nadat zij ten val is gekomen, aan haar haren over de grond te slepen en/of te trekken;
of omstreeks5 november 2020 te Nijmegen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer 2] (werkzaam als sociotherapeut in de Pompekliniek) opzettelijk,
al dan niet met voorbedachten rade,van het leven te beroven,
in elk geval eenmaal,met een scherp en/of puntig voorwerp in het gezicht,
in elk geval het hoofd, en
/ofin de schouder/(boven)rug en
/ofin de borst,
in elk geval het bovenlichaam, en
/ofin de handen van die [slachtoffer 2] heeft gestoken en
/of geprikt en/of gesneden en/of naar/in de richting van het bovenlichaam van die [slachtoffer 2] heeft gestoken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
of omstreeks5 november 2020 te Nijmegen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer 3] (werkzaam als sociotherapeut in de Pompekliniek)
al dan niet met voorbedachten rade,van het leven te beroven, (van een korte afstand en/of met kracht) meerdere malen,
in elk geval eenmaal,met een scherp en/of puntig voorwerp in de zij en
/ofin de rug
en/of in/onder de oksel, in elk geval het bovenlichaam, van die [slachtoffer 3] heeft gestoken en
/of geprikt en/of gesneden en/of naar/in de richting van het bovenlichaam van die [slachtoffer 3] heeft gestoken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
duidelijk is dat in de aanloop naar het ten laste gelegde de pathologie van betrokkene een aanzienlijke rol heeft gespeeld”. Er wordt derhalve geadviseerd om de feiten in verminderde mate aan verdachte toe te rekenen. De rechtbank neemt deze conclusie over.
Rapporteurs zien geen andere mogelijkheid dan te adviseren om betrokkene (al dan niet opnieuw) binnen het kader van terbeschikkingstelling met dwangverpleging te (laten) plaatsen in een kliniek, waarbij er zich direct een dilemma aandient. Mocht uw rechtbank besluiten tot het opleggen van een nieuwe terbeschikkingstelling, dan zal betrokkene normaal gesproken in een behandelkliniek worden geplaatst, terwijl de behandeldruk juist zou moeten worden verlaagd om de beschreven negatieve invloed op de risico's te vermijden.”
8.De beoordeling van de civiele vorderingen
- feit 1: [slachtoffer 1] : € 20.080,22 (bestaande uit € 20.000,- aan smartengeld en € 80,22 aan proceskosten);
- feit 2: [slachtoffer 2] : € 22.733,14 (bestaande uit € 2.733,14 aan materiële schade en € 20.000,- aan smartengeld);
- feit 3: [slachtoffer 3] : € 21.716,64 (bestaande uit € 1.689,08 aan materiële schade, € 20.000,- aan smartengeld en € 27,56 aan proceskosten).
9.De beoordeling van het beslag
10.De toegepaste wettelijke bepalingen
11.De beslissing
1. [slachtoffer 1] € 1.019,55
2. [slachtoffer 2] € 8.222,65
3. [slachtoffer 3] € 7.917,08
3. [slachtoffer 3] € 7.917,08 1 dag;