Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
modus operandiis ten aanzien van alle rekeningnummers immers vergelijkbaar. Steeds werd een (afslank)product verkocht, waarna na betaling geen producten werden verstuurd. Bij de ING- en Rabobank-rekeningen ging het steeds om ‘juices’, bij de ABN-rekening om ‘Herbalife’ en Airpods.
modus operandiniet aannemelijk. Het oplichten via Marktplaats is na oktober 2017 en na het verbreken van de relatie met [naam] in maart 2018 op nagenoeg dezelfde wijze voortgezet toen verdachte een relatie had met [gemachtigde] . Daar komt bij dat het telefoonnummer [telefoonnummer] , waarvan verdachte stelt dat [naam] dat zou hebben geopend op zijn naam, niet alleen bij een advertentie behorende bij het Rabobank-rekeningnummer [22] maar ook bij het ABN-rekeningnummer [23] werd gebruikt. Dit zou betekenen dat [naam] een advertentie heeft geplaatst waarbij het geld wordt overgemaakt naar een rekeningnummer waartoe verdachte en [gemachtigde] toegang hebben en niet [naam] zelf. Voor de rechtbank blijkt hieruit juist dat verdachte de constante factor is en de advertenties zelf heeft geplaatst.
3.De bewezenverklaring
feit 1en
feit 2tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
één ofmeerdere tijdstippen in
of omstreeksde periode van 26 oktober 2017 tot en met 2 april 2018, te Bredevoort, in elk geval in Nederland,
althans eenmaal,
een voorwerp/voorwerpen, te weten:
Eén ofmeerdere geldbedragen (op rekeningnummer [rekeningnummer 1]
en/of
overgedragen en/of omgezet,
en haar mededader(s)wist
(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden,dat die voorwerpen geheel
of gedeeltelijk- onmiddellijk of middellijk - afkomstig
was/waren uit enig misdrijf;
of omstreeksde periode
van23 april 2018 en
/of op14 mei 2018, te Bredevoort, in elk geval in Nederland,
Eén ofmeerdere geldbedragen (op rekeningnummer [rekeningnummer 4] ten name
overgedragen en/of omgezet,
en haar mededader(s)wist
(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden,dat die voorwerpen geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig
was/waren uit enig misdrijf.
4. De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De beoordeling van de civiele vorderingen
9.De toegepaste wettelijke bepalingen
10.De beslissing
taakstraf van 80 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
40 dagen;
40 uren subsidiair 20 dagen hechtenis, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van de volgende voorwaarde voor het einde van de proeftijd die op 1 (
één) jaarwordt bepaald;
1. [slachtoffer 2] € 55,- 21 maart 2018 1 dag;
2. [slachtoffer 5] € 140,- 26 maart 2018 1 dag;
3. [slachtoffer 6] € 55,- 14 mei 2018 1 dag.
[slachtoffer 6]is betaald, verdachte in zoverre van betaling daarvan zal zijn bevrijd;
[slachtoffer 2]voor het overige en
[benadeelde]geheel niet-ontvankelijk in haar vordering;