Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 15 juli 2020
- de e-mailcorrespondentie tussen partijen en de rechtbank voorafgaande aan en naar aanleiding van dat tussenvonnis,
- de e-mail van 19 augustus 2020 houdende beslissing van de rolrechter
- het deskundigenbericht van 26 november 2020
- de beschikking van 8 december 2020
- de conclusie na deskundigenbericht tevens akte wijziging/vermeerdering van eis van Vroom Invest van 23 december 2020
- de conclusie na deskundigenbericht van 23 december 2020 van [gedaagde 1] en [gedaagde 2]
- de antwoordakte van Vroom Invest van 3 maart 2021
- de antwoordconclusie tevens houdende vermeerdering van eis van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] van 3 maart 2021
- de akte uitlating producties, tevens akte uitlating akte vermeerdering van eis van Vroom Invest van 14 april 2021.
2.De verdere beoordeling
in conventie en in reconventie
- € 222.460,50 als zijnde de nog niet betaalde kosten voortvloeiende uit het deskundigenrapport,
- € 16.382,57 voor de Covana cover,
- € 57.185,78 aan geleden schade/positief contractbelang
- € 20.890,20 aan instandhoudingskosten,
- de proceskosten, waaronder de kosten van de door de rechtbank benoemde deskundige en van de door Vroom Invest ingeschakelde deskundige Kienhuis te Wierden,
“(…) Grotendeels zijn het stukken die u reeds hebt ontvangen namens Vroom. Uit praktisch oogpunt treft u die stukken nogmaals. Daarnaast treft u enkele stukken aan die nog niet of slechts deels in het geding zijn gebracht maar -in ieder geval naar de mening van cliënten - van toegevoegde waarde kunnen zijn (…) Cliënten zenden u bijgaand de volgende stukken:
Bepaald zal worden dat Vroom Invest de ontbrekende producties en het uitgebreidere rapport van Kienhuis aan de deskundige dient te verstrekken.
€ 11.262
€ 654,00
de kosten die Vroom heeft gemaakt uit hoofde van verplichtingen die Vroom op het tijdstip van beëindiging van de aannemingsovereenkomst reeds is aangegeven[aangegaan? rechtbank]
met het oog op de uitvoering van de overeenkomst, alsmede de nog te maken kosten ter zake instandhouding ter voorkoming van schade, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet.’
“Vroom Invest heeft naar aanleiding van het besprokene bij de mondelinge behandeling deze vordering gewijzigd en alleen de nog te maken kosten ter instandhouding en voorkoming van schade gevorderd. Deze vordering zal worden afgewezen. Het door Vroom Invest vermelde bedrag heeft betrekking op al gemaakte kosten waar de vordering niet (meer) op ziet en gesteld noch gebleken is dat Vroom Invest thans nog instandhoudingskosten maakt of nog zou moeten maken.”
“U heeft gelijk dat bij punt 4 sprake is van een dubbele en dat mag eruit tot en met de vierde regel.”Vroom Invest heeft daarmee het eerste deel van haar vordering onder 4/IV ingetrokken en alleen nog gevorderd de nog te maken kosten van instandhouding.
€ 11.735,00(6,5 punten × tarief € 1.770)