ECLI:NL:RBGEL:2021:3166

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
8 juni 2021
Publicatiedatum
24 juni 2021
Zaaknummer
C/05/386228 / KG RK 21-244
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Wraking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslissing op wrakingsverzoek in civiele procedure na intrekking bodemzaak

Op 8 juni 2021 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland, locatie Arnhem, een beslissing genomen op het wrakingsverzoek van een verzoeker. Dit verzoek was ingediend in het kader van een bodemzaak die eerder was aangespannen tegen het Belastingkantoor Arnhem. De verzoeker had de wraking van mr. A.J. Weerkamp-Beens, de rechter in deze rechtbank, aangevraagd, omdat hij meende dat er sprake was van schijn van partijdigheid. Dit zou voortkomen uit het feit dat de rechter eerder in een andere procedure had geoordeeld, waarbij de beslissingen nadelig voor de verzoeker uitpakten. Tijdens de mondelinge behandeling op 3 mei 2021 was de verzoeker aanwezig, maar de rechter had laten weten niet te zullen verschijnen.

Echter, op 25 mei 2021 heeft de verzoeker zijn bodemzaak ingetrokken, waardoor deze procedure is geëindigd. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat, nu de bodemzaak niet meer loopt, de verzoeker geen belang meer heeft bij een beslissing op het wrakingsverzoek. Dit leidde tot de conclusie dat de verzoeker niet-ontvankelijk is verklaard in zijn verzoek tot wraking. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.

Uitspraak

beslissing
RECHTBANK GELDERLAND, locatie Arnhem
Wrakingskamer
zaaknummer: C/05/386228 / KG RK 21-244
Beslissing van 8 juni 2021
van de meervoudige wrakingskamer van de rechtbank op het verzoek van
[verzoeker],
wonende te [woonplaats]
hierna te noemen: verzoeker,
strekkende tot de wraking van
mr. A.J. Weerkamp-Beens,
rechter in deze rechtbank
hierna te noemen: de rechter.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
 het wrakingsverzoek in de bodemzaak van 31 maart 2021;
 de reactie van de rechter van april 2021;
 de mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek van 3 mei 2021;
 het wrakingsverzoek van de wrakingskamer van 6 mei 2021;
 de intrekking van de bodemzaak door verzoeker van 25 mei 2021;
 de beslissing van de wrakingskamer van 27 mei 2021, waarin verzoeker niet-ontvankelijk is verklaard in zijn verzoek tot wraking van de wrakingskamer.
1.2.
Bij de mondelinge behandeling van 3 mei 2021 is verzoeker verschenen. De rechter heeft laten weten niet te zullen verschijnen.

2.Het wrakingsverzoek

2.1
Het verzoek strekt tot wraking van de rechter in de zaak met nummer 7962739 AZ VERZ 19-37 tussen verzoeker en Belastingkantoor Arnhem.
2.2
Verzoeker heeft blijkens het schriftelijke verzoek, zoals toegelicht bij de mondelinge behandeling, het volgende aan zijn verzoek ten grondslag gelegd. Volgens verzoeker is in deze procedure sprake van de schijn van partijdigheid van de rechter, nu zij eerder als rechter heeft opgetreden in een procedure waarbij verzoeker betrokken was. De beslissingen van de rechter in die procedure hebben nadelig voor verzoeker uitgepakt en daarom heeft verzoeker geen vertrouwen meer in de rechter.
2.3
De rechter heeft laten weten niet in de wraking te berusten en heeft op het verzoek gereageerd.

3.De beoordeling

Uit de stukken blijkt dat verzoeker op 25 mei 2021 zijn verzoek in de bodemzaak heeft ingetrokken. Daarmee is die zaak geëindigd. Nu de bodemzaak is geëindigd, heeft verzoeker geen belang meer bij een beslissing op het wrakingsverzoek van de rechter in de bodemzaak. De wrakingskamer verklaart verzoeker daarom niet-ontvankelijk in zijn wrakingsverzoek.

4.De beslissing

De wrakingskamer van de rechtbank verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in het verzoek tot wraking.
Deze beslissing is gegeven door mr. S.J. Peerdeman, voorzitter, mr. J.A. van Schagen en
mr. A.F. Germs-de Goede, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier mr. D. Waizy en in het openbaar uitgesproken op 8 juni 2021.
de griffier de voorzitter
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.