Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij, op of omstreeks 30 juni 2020 te Nijmegen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, immers heeft hij, verdachte, die [slachtoffer] een of meerdere ma(a)l(en) met een ketting, althans enig voorwerp, in/op/tegen het gezicht/hoofd, althans het lichaam, geslagen en/of gestompt terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs
‘ze slaan mij met een ketting helemaal kapot’. Deze uitspraak past niet bij het scenario waarin hij door alleen verdachte geslagen zou zijn. Ten slotte wijst de rechtbank nog op de anamnese die de arts bij de Spoedeisende Hulp van het ziekenhuis heeft genoteerd. Daarin staat dat verdachte tegen de arts vertelde dat er ‘mannen’ naar buiten kwamen en dat hij toen met het kettingslot werd geslagen. Dit wijkt af van zijn latere verklaring bij de politie waarin hij duidelijk alleen verdachte aanwijst als de dader met de fietsketting.
3.De beoordeling van de civiele vordering
4.De beslissing
spreekt verdachte vrijvan het tenlastegelegde;
benadeelde partij [slachtoffer] niet-ontvankelijkin de vordering.