Uitspraak
wonende aan de [adres 1] ,
1.De inhoud van de tenlastelegging
3.De bewezenverklaring
één of meertijdstip
(pen
)in
of omstreeksde periode van 1 september 2020 tot en met 29 november 2020 in de gemeente Ermelo en/of Harderwijk en/of Grave en/of elders in Nederland, in ieder geval in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [slachtoffer] , door het per mobiele telefoon
(s
), in ieder geval (een) gegevensdrager(s),dagelijks versturen van tientallen en
/ofin totaal vele honderden berichten
,en
in ieder gevaleen
(zeer) grootaantal,
appjes en/ofaudio berichten
en/of filmpjes en/of videoberichten, in ieder geval diverse soorten berichten,met daarin beledigende en/of intimiderende en/of bedreigende teksten zoals onder meer
/of
/of
/of. . je hebt nu alleen je moeder meis ja laat haar maar net rust want ik trap je echt helemaal in elkaar ik breek je en de kinderen...’ en
/of
/of00.23 ‘.. .ja meis je zal zien hoor ik breek je allebei je benen dan want iedereen weet nu wie enkele jij werkelijk bent...’ en
/of. . . let maar goed op als ik jullie te pakken een klauwhamer en vingertje voor vingertje knip ik ze af daar heb ik wel vriendjes voor en ik zal rustig op een stoel zitten terwijl dat gebeurt...’,
, in ieder geval een zeer groot aantalberichten met overeenkomstige soortgelijke inhoud/teksten, met het oogmerk die [slachtoffer] , te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De beoordeling van de civiele vordering
9.De toegepaste wettelijke bepalingen
10.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
15 maanden;
5 maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat verdachte zich voor het einde van de proeftijd van drie jaren schuldig heeft maakt aan een strafbaar feit;
vrijheidsbeperkende maatregelop grond van artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht op, inhoudende dat;
- verdachte voor de duur van drie jaren op geen enkele wijze – direct of indirect – contact zoekt of heeft met [slachtoffer] , geboren op [geboortedag 2] 1984 in [geboorteplaats 2] , zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt. De politie ziet toe op de handhaving van dit contactverbod;
- verdachte zich voor de duur van drie jaren niet zal begeven binnen een straal van 500 meter van de woning van [slachtoffer] aan de [adres 2] ;
dadelijk uitvoerbaaris;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij een bedrag te betalen van € 1.000,-- aan immateriële schade. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 september 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 20 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd.
mr. R.W.H. van Brandenburg, rechters, in tegenwoordigheid van mr. L.R. van Damme, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 3 juni 2021.