ECLI:NL:RBGEL:2021:2099

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
15 april 2021
Publicatiedatum
26 april 2021
Zaaknummer
05/880053-17, 05/720354-18 en 05/184776-15 (tul) (gev.)
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zware drugshandel en productie in drugslab met illegale stroomafname

Op 15 april 2021 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere ernstige misdrijven, waaronder de productie en handel in harddrugs, diefstal van elektriciteit en het voorhanden hebben van een vuurwapen. De verdachte werd beschuldigd van het medeplegen van de uitvoer van amfetamine en hennep naar Duitsland op 4 maart 2016, en van het produceren van amfetamine en MDMA in een drugslab in Zuidwolde tussen 1 juni 2017 en 31 oktober 2017. Tijdens de doorzoeking van het drugslab werden aanzienlijke hoeveelheden chemicaliën en apparatuur aangetroffen die gebruikt werden voor de productie van synthetische drugs. De rechtbank oordeelde dat de verdachte samen met medeverdachten een professioneel drugslab had opgezet en dat er op zijn minst één keer amfetamine en MDMA was geproduceerd. De verdachte werd ook beschuldigd van het stelen van elektriciteit om het drugslab van stroom te voorzien. De rechtbank achtte de verdachte schuldig aan de ten laste gelegde feiten en legde een gevangenisstraf van 6 jaar op, met aftrek van voorarrest. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten, de betrokkenheid van de verdachte bij de georganiseerde drugshandel en zijn eerdere veroordelingen voor soortgelijke feiten.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummers: 05/880053-17, 05/720354-18 en 05/184776-15 (tul) (gev.)
Datum uitspraak : 15 april 2021
Verstek
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedag] 1961 in [geboorteplaats] ,
wonende aan het [adres 1] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen op
15 april 2021, 25 maart 2021, 26 maart 2020, 30 augustus 2018 en 6 februari 2018.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is, na toewijzing van een vordering tot nadere omschrijving van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
Parketnummer 05/880053-17:
1.
(zaaksdossier 1)
hij op of omstreeks 4 maart 2016 te Arnhem, althans in Nederland en/of Duitsland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht en/of heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, ongeveer 963,7 gram amfetamine, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2.
(zaaksdossier 1)
hij op of omstreeks 4 maart 2016 te Arnhem, althans in Nederland en/of Duitsland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht en/of heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van ongeveer 978 gram hennep, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van de wet;
artikel 3a van de wet;
3.
(zaaksdossier 2)
hij in of omstreeks de periode van 1 juni 2017 tot en met 31 oktober 2017 te Zuidwolde, gemeente De Wolden, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk (in een of meerdere panden gelegen op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde) heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad
-een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en/of
-een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine,
zijnde MDMA en/of amfetamine (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
en/of
hij in of omstreeks de periode van 1 juni 2017 tot en met 31 oktober 2017 te Zuidwolde, gemeente De Wolden, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen van:
-een hoeveelheid MDMA en/of
-een hoeveelheid amfetamine,
in elk geval een hoeveelheid van materiaal bevattende MDMA en/of amfetamine, zijnde MDMA en/of amfetamine (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet,
voor te bereiden en/of te bevorderen, hebbende verdachte en/of (een of meer van) verdachtes mededader(s) (in een of meerdere panden gelegen op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde),
chemicaliën en/of stoffen te weten:
- 218 liter piperonylmethylketon (PMK), in elk geval een grote hoeveelheid piperonylmethylketon (PMK) en/of
- 54 liter benzylmethylketon (BMK), in elk geval een grote hoeveelheid benzylmethylketon (BMK) en/of
-zoutzuur en/of
-zwavelzuur en/of
-methanol en/of
-caustic soda en/of
-mierenzuur en/of
-fosforzuur en/of
-citroenzuur en/of
-sassafrasolie,
goederen en/of voorwerpen te weten:
-een of meerdere (verschillende soorten) ketels en/of
-een elektrische verwarmingsdeken en/of
-een of meerdere (vacuüm)destillatieopstellingen en/of
-een of meerdere opslagtanks (800 liter) en/of
-vijf glazen scheitrechters en/of
-een of meerdere (propaan) gasflessen en gasbranders en/of
-een afzuiginstallatie,
voorhanden gehad, waarvan verdachte en/of verdachtes mededader(s) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden, dat dat/die chemicaliën en/of stoffen en/of goederen en/of voorwerpen bestemd waren en/of benodigd waren, althans konden worden gebruikt voor de bereiding en/of bewerking en/of verwerking en/of vervaardiging van middelen vermeld op
de bij de Opiumwet behorende lijst I;
4.
(zaaksdossier 8)
hij in of omstreeks de periode van 1 juni 2017 tot en met 31 oktober 2017 te Zuidwolde, gemeente De Wolden, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen:
-een hoeveelheid stroom/elektriciteit,
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededaders, waarbij verdachte en/of zijn mededaders zich de toegang tot de plaats van het misdrijf hebben verschaft en/of die/dat weg te nemen goederen onder zijn/haar/hun bereik hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking;
5.
(zaaksdossier 4)
hij in of omstreeks de periode van 3 september 2017 tot en met 28 oktober 2017 te Wageningen en/of Arnhem en/of Breda, althans in Nederland/tezamen en In vereniging met een of meer anderen/ althans alleen, meermalen/ althans eenmaal, (telkens) opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk gevat (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad:
-20 liter GHB/ in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende GHB en/of
-ongeveer 2000 gram amfetamine (speed), in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine (speed),
zijnde GHB en/of amfetamine (speed) (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst l, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
en/of
hij in of omstreeks de periode van 3 september 2017 tot en met 28 oktober 2017 te
Wageningen en/of Arnhem en/of Breda, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met
een of meer anderen, althans alleen, zonder registratie een hoeveelheid van ongeveer 1000
gram ketamine, in elk geval een werkzame stof, heeft bereid en/of ingevoerd en/of
afgeleverd en/of uitgevoerd en/of verhandeld;
6.
(zaaksdossier 7)
hij in of omstreeks de periode van 1 juni 2017 tot en met 31 oktober 2017, althans op 31 oktober 2017 te Zuidwolde, gemeente De Wolden, althans in Nederland, een wapen van categorie II, onder 2 van de Wet wapens en munitie/ te weten:
-een pistoolmitrailleur, van het merk/type [type 1] , kaliber 7.65
zijnde een vuurwapen geschikt om automatisch te vuren,
en/of
een of meerdere onderdelen en/of hulpstukken welke van wezenlijke aard zijn en specifiek bestemd zijn voor (vuur)wapens van categorie II en/of categorie III, te weten:
-twee patroonmagazijnen,
voorhanden heeft gehad.
Parketnummer: 05/720354-18
hij op of omstreeks 26 september 2018 te Arnhem
-een of meerdere kaarsen en/of
-een kam,
in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer 2] , heeft weggenomen in/uit een winkelpand te weten de [slachtoffer 2] , gelegen aan de [adres 3] te Arnhem met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.

2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs

Parketnummer 05/880053-17: [1]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de ten laste gelegde feiten 1 tot en met 6 onder parketnummer 05/880053-17.
Beoordeling door de rechtbank
Feiten 1 en 2
Verdachte [verdachte] (hierna: [verdachte] ) wordt ervan verdacht dat hij op 4 maart 2016 amfetamine en hennep opzettelijk heeft vervoerd, verstrekt, geleverd en buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht samen met anderen. De rechtbank neemt het volgende in aanmerking.
Op 4 maart 2016 is [medeverdachte] (hierna: [medeverdachte] ) vanuit Nederland met een personenauto, te weten een [auto] (
Duits kenteken), de grens naar Duitsland overgereden via de autosnelweg BAB 3 (Arnhem-Oberhausen). Ter hoogte van Arnhem-Oberhausen, afrit Emmerich Elten, werd [medeverdachte] door de Duitse politie staande gehouden en gecontroleerd. [2] Bij de doorzoeking van de auto werden vijf zwart gesealde foliezakjes en een gekleurde plastic zak aangetroffen onder de achterbank van de auto. [medeverdachte] heeft verklaard dat hij een kilo marihuana en een kilo speed bij zich had. [3] In de vijf gesealde foliezakjes zaten bruingroene gedroogde plantendelen (toppen). Dit bleek na onderzoek in totaal 978,0 gram hennep te zijn. In de gekleurde plastic zak zat een crèmewitte vochtige massa. Dit bleek 963,7 gram amfetamine te bevatten. [4] [medeverdachte] heeft verklaard dat hij in opdracht van [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] drugs heeft opgehaald in Nederland. Hij had afgesproken bij het Shell-tankstation aan de Westervoortsedijk in Arnhem. Daar had hij de Nederlandse leverancier ontmoet. [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] waren daarbij aanwezig. Vanwege de camera’s bij het tankstation zijn ze naar een winkelcentrum in de buurt gereden. Daar had de Nederlandse leverancier de verdovende middelen onder de achterbank van de auto gestopt. De verdovende middelen moest [medeverdachte] naar een “stash” in Duitsland brengen. Hij moest achter [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] aan richting Duitsland rijden. [5]
Tijdens de doorzoeking van de personenauto van [medeverdachte 3] werd een mobiele telefoon van het merk Samsung Galaxy Note 4 aangetroffen. Uit onderzoek van de telefoon bleek dat [medeverdachte 3] onder andere telefonisch contact had met nummer [telefoonnummer 1] , opgeslagen onder ‘ [verdachte] ’, en nummer [telefoonnummer 2] opgeslagen onder ‘ [verdachte] ’. Uit onderzoek is gebleken dat beide nummers op naam van [naam 3] staan. [6] [naam 3] is de zoon van [verdachte] . [7] [medeverdachte] heeft tijdens een sequentiële fotoconfrontatie [verdachte] herkend als zijnde de leverancier uit Arnhem. [8] [medeverdachte 3] heeft verklaard dat zij vóór 4 maart 2016 twee keer eerder voor haar man, [medeverdachte 2] , heeft gereden, omdat hij geen rijbewijs had. Zij heeft verder verklaard dat zij al die keren de marihuana bij [verdachte] had gehaald. [9]
Uit bovengenoemde bewijsmiddelen volgt dat [verdachte] samen met anderen 978,0 gram hennep en 963,7 gram amfetamine opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht. Ook volgt uit die bewijsmiddelen dat [verdachte] samen met anderen de hennep en de amfetamine heeft afgeleverd, verstrekt en vervoerd, teneinde de drugs buiten het grondgebied te brengen. [verdachte] is fysiek aanwezig geweest in Arnhem en heeft een bijdrage geleverd die van voldoende gewicht is om te concluderen dat sprake is van een nauwe en bewuste samenwerking en dus van medeplegen. [verdachte] heeft [medeverdachte] en [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] in Arnhem bij een tankstation ontmoet. Vervolgens zijn ze naar een winkelcentrum gereden. Daar heeft [verdachte] de drugs onder de achterbank van de auto van [medeverdachte] gestopt. [medeverdachte] heeft vervolgens de drugs in zijn auto over de grens naar Duitsland gebracht. [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] reden daarbij voorop, waarbij [medeverdachte 3] bestuurder was, omdat [medeverdachte 2] geen rijbewijs had. Gelet hierop, acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte samen met anderen de feiten 1 en 2 heeft gepleegd.
Feit 3
[verdachte] wordt verweten dat hij samen met een ander of anderen amfetamine en MDMA heeft geproduceerd alsmede de voorbereidingshandelingen daartoe heeft verricht in de periode van
1 juni 2017 tot en met 31 oktober 2017. Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende vastgesteld.
Ook de medeverdachten W.P.J. [medeverdachte 4] en J. [medeverdachte 5] worden hierna aangeduid met hun achternamen.
Aantreffen drugslab
Op 31 oktober 2017 was naar aanleiding van verkregen informatie een onderzoek ingesteld op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde. Op dit perceel is een woonboerderij met meerdere opstallen gelegen. Door de Landelijke Faciliteit Ondersteuning Ontmantelen (LFO) werden in de diverse opstallen en in de woonboerderij op diverse plaatsen opslagplaatsen van chemicaliën en productieapparatuur ten behoeve van de productie van synthetische drugs en precursoren aangetroffen. In een tuinhuis en in een grote schuur werden twee productieplaatsen ten behoeve van de productie van synthetische drugs en precursoren aangetroffen. [10]
Hieronder volgt een opsomming van de goederen en stoffen die een relatie hadden met de bereiding c.q. bewerking en verwerking van precursoren en synthetische drugs, zoals aangetroffen door het LFO. Ten behoeve van de voorlopige vaststelling van de aanwezige stoffen is onder andere gebruik gemaakt van een identificatieapparaat dat werkt op basis van Raman-technologie, de Uhura First Defender (hierna: FD). Ook zijn diverse monsters onderzocht door het NFI.
Ruimte W (Woonboerderij, in gebruik als opslagruimte):
3 verrijdbare onderframes [code W1] ten behoeve van een 200 liter vat. [11]
- Een blauwe jerrycan van 20 liter met daarin een restant vloeistof (onbekende hoeveelheid) [SIN AAJL1081NL; code W2A]. [12] De bemonstering, een lichtgele vloeistof met gering bruine olieachtige resten, bevat
PMKin een zure waterige vloeistof. [13] PMK is een precursor (grondstof) voor MDMA. [14]
- Een pannetje met ongeveer 2 liter bruine olie [code W3]. [15]
- Een vacuümsealmachine met 3 kunststof inlegplaten [code W4]. [16]
- Een elektronisch weegschaal [code W5]. [17]
4 metalen blauwe vaten van 200 liter, gevuld [SIN AAJL1079NL; code W6A]. [18] De inhoud bevat aceton. [19]
- Een nieuwe vrieskist. [20]
Ruimte SW (Schuur naast de woonboerderij, in gebruik als opslagruimte):
  • 6 glazen melkflessen [code SW], alle gebruikt of beschadigd.
  • 2 nieuwe verwarmingsdekens [code SW-2], met een maximum temperatuurstelling tot 90 graden, ten behoeve van [naam 4] ( [naam 4] ) van l.000 liter.
Ruimte B (Bouwkeet, in gebruik als opslagruimte):
- Een deksel van een metalen ketel [code B1], voorzien van 3 doorvoeropeningen, die past op de metalen ketels zoals aangetroffen in beide laboratoria in het tuinhuis en de grote schuur. [22]
Ruimte L (Tuinhuis, in gebruik als laboratorium):
- Een witte jerrycan van 20 liter, gevuld met circa
18 litergele vloeistof [AAJD6786NL/ code L1A]. De FD wijst uit dat de bemonstering
PMKbevat. [23]
6 blauwe jerrycans van 20 liter, alle geheel gevuld met ongeveer 20 liter gele vloeistof (totaal
120 liter) [AAJL1093NL/code L1B]. De bemonstering, bestaande uit een lichtbruine olieachtige vloeistof, bevat
PMK. [24]
  • Een elektrische verwarmingsdeken [code L2], met een temperatuurstelling tot
  • Een ongebruikte industriële RVS reactieketel [code L3], voorzien van een elektrische roermotor.
  • Een geel gekleurde gascilinder van 50 liter [code L4].
  • Een propaan gascilinder [code L6].
- Destillatieopstelling voorzien van een destillatieketel van 50 liter, een koelbuis/ opvangtank van 50 liter, een vacuümpomp en een gasbrander. In de destillatieketel bevond zich een restant olie (onbekende hoeveelheid). De gasbrander was aangesloten op een gasfles (propaan). Onder de uitloop van de destillatieketel stond een 3000 ml plastic maatbeker met daarin circa 1000 ml troebele vloeistof. De vacuümpomp was aangesloten op de opvangtank. Er is een monster uit de destillatieketel genomen [AAJL1017NL; code L7A]. De bemonstering, een bruine olieachtige vloeistof, bevat
PMK. [26]
  • 2 blauwe 20 liter jerrycans, een voorzien van een witte trechter. Een jerrycan was leeg, de andere bevatte circa
  • Een metalen pan met daarin een metalen kannetje, één kunststof maatbeker van 1 liter met daarin een dunne laag gele vloeistof [code L9].
  • Een blauwe krat met daarin 2 trechters en een zeef [code L10].
  • Een witte jerrycan van 20 liter, leeg [code L11].
  • Een metalen deksel, voorzien van 3 doorvoeropeningen [code L12].
4 plastic zakken van 20 kg. Een van deze zakken is bemonsterd [AAJL1019NL/ code L13A]. De bemonstering, bestaande uit witte korreltjes, bevat natriumhydroxide. [28]
- Een witte kunststof tank van 800 liter op een metalen frame. Aan de bovenzijde voorzien van een elektromotor met roerwerk. De elektromotor was aangesloten op een frequentieregelaar. De tank was tevens voorzien van een elektronisch T-sensor. In de tank was een vloeistofpomp aangebracht. De vloeistof in de tank (onbekende hoeveelheid) is bemonsterd [AAJL1020NL/code L14A]. De bemonstering, bestaande uit een lichtgele vloeistof op een lichtbruine olieachtige vloeistof, bevat
PMK. De bovenlaag is een sterk zure waterige vloeistof. [29]
  • 4 blauwe jerrycans van 20 liter, geheel gevuld met opschrift ‘Z’ [AAJL1095NL/code L15A]. De bemonstering bevat (geconcentreerd) zoutzuur.
  • Een blauwe jerrycan van 20 liter geheel gevuld met een heldere vloeistof met opschrift IPA [AAJ097NL/code L15B]. De bemonstering bevat 2-propanol (isopropylalcohol, IPA).
  • 14 witte jerrycans van 25 liter. Alle geheel gevuld met een heldere vloeistof [AAJL1096NL/code L16A. De FD wijst uit dat de bemonstering methanol bevat.
  • Een metalen vat op wieltjes van ongeveer 203 dm3 [code L17], voor de helft gevuld met een heldere vloeistof.
- Drukreactievat van ongeveer 175 dm3 [code L18]. Drukreactievat was in de zijkant voorzien van 4 vloeistofpompen welke het reactiemengsel van de onderzijde naar de bovenzijde rondpompte. Op de bovenzijde was het drukreactievat aangesloten op een 50 liter waterstofgascilinder. Naast het drukreactievat stond een inlaatbuis die in het drukreactievat kon worden gestoken. Deze inlaatbuis was aangesloten op een grijze gascilinder. [32]
  • Een grijze gascilinder met vermoedelijk methylamine [code L19]. De gascilinder was geplaatst op een weegschaal met aanduiding 65,10 kg.
  • 4 rode gascilinders van 50 liter met waterstof [code L20].
  • 13 blauwe jerrycans van 30 liter, opschrift “UN1779. pH”; waarvan 12 geheel gevuld met heldere vloeistof en één met ongeveer 25 liter heldere vloeistof [AAJL1091NL/code L21A]. De bemonstering bevat mierenzuur.
  • Een metalen vat, van ongeveer 203 dm3, aan de onderzijde voorzien van wieltjes. Het vat bevat een restant gele vloeistof van ongeveer
  • Een vacuümpomp [code L23].
  • 4 flessen vacuümpompolie [code L24].
- Een jerrycan van 5 liter met daarin ongeveer
3,5 literdonkere olie. Van de inhoud is een monster genomen [AAJL1089NL/code L25A]. Het monster, een bruine olieachtige vloeistof, bevat
PMK. [36]
  • Een rode en een zwarte brandstof jerrycan van
  • 5 jerrycans van 5 liter, waarvan 3 met opschrift zoutzuur; één jerrycan gevuld met ongeveer 2,5 liter heldere vloeistof en één jerrycan gevuld met 5 liter lijvige vloeistof. Van de inhoud is een monster genomen [AAJL1087NL/code L27A]. Deze bemonsterd. De FD wijst uit dat de bemonstering methanol bevat.
  • 2 witte jerrycans van 5 liter [code L28], gevuld met een vloeistof. De FD wijst uit dat de bemonstering methanol bevat.
  • 3 jerrycans van 5 liter, waarvan er twee halfvol zijn met het opschrift “Asch” en één geheel gevuld met een heldere vloeistof. De FD wijst uit dat de bemonstering [AAJL1086NL/code L29A]
  • Een blauwe rechthoekige bak met ongeveer 5 kg wit poeder-brokken [code L30A].
  • 2 glazen flessen van elk 2,5 liter, beide geheel gevuld en met het opschrift: “methylamine” [code L31A].
2 keukenrollen en 6 flesjes met elk 500 gram caustic soda [code L32].
  • Een glazen pot gevuld met witte kristallen [code L33].
  • 2 blauwe klemdeksel vaatjes van 30 liter [code L34], één geheel gevuld met afvalwater, ruikend naar
  • Een glazen rondbodemkolf van 20 liter.
  • Een gasbrander.
  • 3 dozen met wegwerp handschoenen, 2 kunststof trechters, diverse lab klemmen en een metalen zeef.
  • Een elektronische weegschaal.
  • 2 jerrycans van 5 liter, beide geheel gevuld met een heldere vloeistof, met opschrift: ‘fosforzuur’.
- Een jerrycan van 5 liter met opschrift: “aceton”. Gevuld met circa 4,5 liter heldere vloeistof. [40]
- Zwavelzuur. [41]
Ruimte P (Grote schuur op het achterterrein, onderverdeeld in een grote en een kleine ruimte, in gebruik als laboratorium):
Grote ruimte (7.10 bij 4,82 meter):
  • Een maatbeker van 3 liter [code P1], gevuld met 2800 ml waterige vloeistof. De pH is 7.
  • Een rvs vat/ketel met een inhoud van 190 liter [code P-2], met daaronder een gasbrander middels een gasslang aangesloten op een propaan gasfles. Het vat was gevuld met
  • Diverse stukken gereedschap [code P-3], gebruiksgoederen ten behoeve van de opbouw van de productieplaats, koppelingen ten behoeve van gasleidingen en waterleidingen.
  • 2 maatbekers van 5 liter [code P-4], elk deels gevuld met vloeistof [code P-4]. Een van de maatbekers is bemonsterd [AAIY5700NL/code P-4A]. Het monster bevat een kleurloze vloeistof (200 ml) op een lichtbruine olieachtige vloeistof (
2 maatbekers [code P-5], een van 500 ml en één van 1000 ml, respectievelijk gevuld met een bodem en
450 mlwaterige vloeistof met een geel kleurig olieachtig bezinksellaagje. De FD wijst uit dat de inhoud
PMKbevat. [45]
3 glazen scheitrechters [code P6] met daarin vloeistof (gelijk aan de vloeistof in de maatbekers van P-4). De onderlaag van de vloeistof in de scheitrechters bestaat uit ongeveer
100 mlokergele olieachtige vloeistof, vermoedelijk
PMK. De scheitrechters waren nog warm bij 1ste verkenning. [46]
  • 2 stapels nieuwe trechters [code P-7].
  • 2 witte jerrycans van 5 liter [code P-8], met opschrift “methanol”, één geheel gevuld en één gevuld met 3 liter heldere vloeistof. De FD wijst uit dat de inhoud methanol bevat.
  • 2 elektronische Ph/temp-meters en een thermometer (max 240 graden Celsius) [code P-9].
  • Een (lege) gebruikte scheitrechter [code P-10].
- Een scheitrechter gevuld met
14 literdonker bruine olieachtige vloeistof [code P-11], ruikend naar de geur van BMK. De vloeistof is bemonsterd [AAIY5701NL/code
P11-A]. De bemonstering bestaat uit een donkerbruine olieachtige vloeistof op een lichtgroene vloeistof. De bovenlaag bevat
BMK; de onderlaag is een sterk zure waterige vloeistof. [48] De scheitrechter was nog warm tijdens 1ste verkenning. [49] BMK is een precursor (grondstof) voor (met)amfetamine. [50]
  • 9 lege jerrycans van 20/25 liter [code P-12].
  • Een verpakt/nieuw volgelaatsmasker met nieuwe filters; een onderdeel van een vacuümpomp en een elektronische watermeter [code P-13].
2 nieuwe blauwe 220 liter dopvaten [code P-14], geheel gevuld met organoleptisch dezelfde heldere vloeistof [AAIY5702NL/code P-14A]. De kleurloze vloeistof bevat formamide. [52]
  • Een gebruikte elektromotor [code P-15] voorzien van een stang met roermechanisme vermoedelijk gebruikt voor het mengen van een vloeistof van de vaten/ketels P2 en/of P16.
  • Een rvs vat/ketel van 190 liter [code P16], gevuld met 32 liter melkwitte vloeistof met een okergele dunne drijflaag, organoleptisch gelijk aan P6; geplaatst op een verrijdbaar onderstel.
  • Een kookopstelling (reflux) [code P-17], bestaande uit een gemodificeerde rvs melkketel van 432 liter, voorzien van een rvs koeler loodrecht (reflux) geplaatst op het deksel (gemodificeerd) van de ketel. De rvs koeler was aangesloten op het waternetwerk en was gevuld met water (koeling). De ketel was leeg, volgens de rapporteur mogelijk schoongemaakt.
  • 2 witte doorzichtige jerrycans van 20 liter [code P-18], beide geheel gevuld met organoleptisch dezelfde donker bruine olieachtige vloeistof. Een van de 2 jerrycans is bemonsterd [AAIY5703NL/code P-18A]. De inhoud (totaal
  • Een witte doorzichtige jerrycan van 25 liter [code P-19], waarvan de vulmond was voorzien van een trechter, gevuld met
  • 2 losse propaan gasflessen [code P-20].
  • Een rvs pan met deksel van 98 liter [code P-21], gevuld met restant dikke geel kleurige olieachtige vloeistof. De pan was aan de onderzijde voorzien van inbrandsporen (gebruikt). De FD wijst uit dat de vloeistof in de pan
  • Een rvs koeler, gebruikt en vervuild; een doos met een gasbrander een kartonnen doos met daarin onderdelen ten behoeve van het bouwen c.q. aanpassen van ketel, vaten, pannen, namelijk: gasbranders, afsluiters, koppelingen, bochten, klemmen, doorvoeringen, stukken rvs pijp/stangen [code P-22].
  • Een blauwe waterpomp; een kartonnen doos inhoudende een kleine koolstoffilter/een krat met gereedschap en onderdelen (koppelingen) voor het waternetwerk [code P-23].
  • Een watervoorziening [code P-24]. Er is een waternetwerk aangelegd vanaf het begin van het pad naar de schuur [ruimte P] en aangesloten op het aangelegde waterleidingnetwerk in deze schuur.
  • Een maatbeker van 5 liter gevuld met een licht gele vloeistof [code P-25]. De pH is groter dan 7.
  • Een (stoom) destillatieopstelling [code P-26] bestaande uit een gemodificeerde rvs melk(kook)ketel van 95 liter, voorzien van een rvs koeler. De ketel was schoon.
  • Een grote zwarte sealzak [code P-27] in gebruik als vuilniszak gevuld met o.a. huishoudelijk afval, een pH-meter en 2 dubbele plasticzakken beide gevuld met resten beige poeder. De FD wijst uit dat het poeder APAA betreft.
  • Een gaswasser-kast [code P-28]. De afvoer van het water van de rvs koeler [P-17] liep naar deze kast. In de kast worden de afgevoerde gassen met een sproeisysteem met water neergeslagen/opgelost. In de gaswasser-kast stond een opvangbak. In de bak was een pvc-pijp aanwezig ten behoeve van het afvoeren (overloop) van het overtollige water. De pijp liep naar een ingegraven kliko/container op het perceel.
Kleine ruimte (3,58 bij 4,82 meter; in gebruik voor de omzetting van een pre-precursor en 4 reflux opstellingen van laboratorium glaswerk):
1ste opstelling ten behoeve van de omzetting van een preprecursor (APAA-BMK) [code P-29], bestaande uit een rvs vat/ketel van 190 liter, met deksel (met klem) voorzien van een elektromotor aangesloten op een frequentieregelaar en een slang ten behoeve van de afvoer van dampen. Het vat/ketel was geplaatst op een metalen frame met daaronder 2 gasbranders middels een gasslang aangesloten op een gasfles (propaan). Het vat/ketel was gevuld met een rokende zure waterige vloeistof (98 liter) voorzien van
12 literdonker bruine olieachtige drijflaag (gelijk aan P11). Van deze vloeistof werd een monster genomen [AAIY5705NL/code P-29A]. De vloeistof was op het moment van ontdekking warmer dan 100 °C. De bovenlaag van de vloeistof bevat
BMK; de onderlaag is een sterk zure waterige vloeistof. [56]
  • 2de opstelling ten behoeve van de omzetting van een preprecursor [code P-30], bestaande uit een rvs vat/ketel, afmetingen van 190 liter, met deksel (met klem) voorzien van een elektromotor aangesloten op een frequentieregelaar en een slang ten behoeve van de afvoer van dampen. Het vat/ketel was geplaatst op een metalen frame met daaronder 2 gasbranders middels een gasslang aangesloten op een gasfles(propaan). De ketel was gebruikt en vervuild met een restant donkerbruine olie. De FD wijst uit dat het restant
  • Een wit kunststof verzamelvat van 900 liter [code P-31], geplaatst in een metalen frame en voorzien van een aftapkraan aan de onderzijde. Het vat was gevuld met 500 liter zure waterige vloeistof voorzien van een dunne donker bruine drijflaag, ruikend naar de geur van BMK, organoleptisch gelijk aan de inhoud van P29. Vermoedelijk werd dit vat gebruikt voor de opslag van het afval van de omzetting van APAA naar BMK, de inhoud van de ketels P29 en P30. Onder de aftapkraan stond een gebruikte maatbeker met daarin vloeistof.
- Een zwarte sealzak en een gele zak [code P-32], inhoudende in totaal
4 plasticzakken (dubbel), inhoudsmaat 25 kg, alle geheel gevuld met organoleptisch hetzelfde gele/crèmekleurige poeder. Uit een van de vier zakken is een monster genomen [AAEJ1468NL/code P-32A]. Het monster bevat APAA (totaal 100 kg). [59]
16 witte doorzichtige jerrycans van 25 liter [code P-33], alle gevuld met organoleptisch dezelfde sterk ruikende zure vloeistof, totaal 390 liter. Er is een monster genomen van de vloeistof uit een van de 16 witte doorzichtige jerrycans [AAEJ1469NL/code
P-33A]. Het monster, lichtgele vloeistof, bevat (geconcentreerd) zoutzuur. [60]
  • Een rvs vat/ketel van 190 liter [code P-34], half gevuld water, pH=7, met daarin een dompelpomp. De dompelpomp was aangesloten op een dikke gele slang welke het water verpompte naar de gaswasser-kast [P-28]. Dit vat was in gebruik als gaswasser voor de refluxopstellingen [P-36]. In het deksel van dit vat waren gaten gemaakt waardoor waterslangen liepen. De gele waterslangen waren aangesloten op de afvoer van de spiraalkoelers van de refluxopstellingen en de doorzichtige slangen op de dampafvoer van de spiraalkoelers. Op het deksel was een dikke doorzichtige slang aangesloten voor de afvoer van de vrijkomende dampen van de gaswasser welke naar de boven gelegen koolstoffilters liep. Het vat was geplaatst op een verrijdbaar onderstel.
  • Een rvs vat/ketel van 190 liter [code P-35], gevuld met een restant zuur water met daarin geplaatst een elektrische vloeistofpomp, vermoedelijk gebruikt voor het aftappen van de omzettingsvaten/ketels P29-30.
  • Kookopstelling vermoedelijk ten behoeve van de 2de kookstap van amfetamine
- Een houten “werkbank” [code P-37] met daarop een geel bakje inhoudende stukken laboratorium glaswerk (o.a. koppelingen, verloopstukken, bochten) en temperatuur sensoren. Een vervuilde digitale weegschaal, 2 gebruikte maatbekers van 5 liter, een pollepel. [62]
5 zwarte jerrycans van 5 liter en 2 witte doorzichtige flessen van 1 liter [code P-38], alle gevuld met organoleptisch dezelfde geelkleurige olieachtige vloeistof, geur safrol,
totaal 21 liter(3x 5 L, 1x 2 L, 1x 3 L, 1x 0,25 L en 1x 0,75 L). De FD wijst uit dat de vloeistof
sasafrasoliebevat. Van deze vloeistof werd een monster genomen [AAEJ1470NL/code P-38A]. Het monster, een kleurloze vloeistof op een lichtbruine olieachtige vloeistof, bevat
amfetamine en safrol. De bovenlaag is een alkalische waterige vloeistof. [63]
  • Een aangebroken witte plastic zak van 25 kg [code P-39], met opschrift: “Caustic soda” gevuld met ongeveer 13 kg wit poeder (natriumhydroxide).
  • Een lasmachine [code P-40] geplaatst op een kar voorzien van een gascilinder gevuld met Argon + een reserve cilinder Argon. Op de kar lagen alle benodigde materialen voor het lassen. Volgens de rapporteur kennelijk gebruikt om de aanwezige ketels aan te passen en voorzien van de nodige doorvoeren enz.
Ruimte PS (Schuur achter de grote schuur, in gebruik als opslagruimte):
4 witte kunststof verzamelvaten van 900 liter [code PS-1], geplaatst in een metalen frame (+ een los frame) en een vat voorzien van een aangepaste aftapkraan aan de onderzijde. Vaten gelijk aan verzamelvat P-31. [64]
2 nieuwe papieren zakken van 25 kg [code PS-2], beide voorzien van het opschrift: “Citric Acid” (watervrij citroenzuur), beide geheel gevuld met organoleptisch hetzelfde witte kristallen/poeder, totaal 50 kg. Van deze kristallen werd een monster genomen [AAEJ1471NL/code PS-2A]. Het monster, witte kristallen, bevat citroenzuur. [65]
34 (nieuwe) plastic zakken van 25 kg met opschrift “caustic soda” [code PS-3], alle geheel gevuld met hetzelfde witte poeder, totaal 850 kg. Uit een van de 34 zakken is een monster genomen [AAEJ1476NL/code PS-3A]. Het monster, witte korrels, bevat natriumhydroxide. [66]
2 nieuwe, niet gebruikte, elektromotoren [code PS-4], beide gekoppeld aan een roerstang; 2 nieuwe afzuigunits (slakkenhuis); 6 lengtes metalen afvoerpijp, bochten, diverse lengtes waterslangen en een metalen opvangbak. [67]
Water aan- en afvoer
Voor het koelen van de koelbuizen en de gaswasser werd grondwater gebruikt. Dit grondwater werd via een grondwaterpomp opgepompt en via leidingen getransporteerd naar beide laboratoria. De overloop van de gaswasser in de grote schuur kwam uit in een pvc-buis die naar de buitenzijde van het laboratorium liep. Deze pvc-buis was verbonden met een ingegraven pvc-buis die aan de andere zijde van het grasveld uitkwam in een ingegraven gele kliko/afvalcontainer. In deze kliko zat geen bodem waardoor het water direct in de bodem werd geloosd. [68]
De verbalisant van het LFO komt naar aanleiding van wat hij heeft aangetroffen tot de volgende bevindingen.
In de diverse ruimtes werden de volgende activiteiten verricht:
  • opslag van chemicaliën en apparatuur;
  • grootschalige productie van benzylmethylketon (BMK) en piperonylmethylketon (PMK);
  • productie van MDMA.
Tevens waren apparatuur en chemicaliën aanwezig ten behoeve van:
  • de grootschalige kristallisatie van waarschijnlijk MDMA;
  • de grootschalige productie van (met)amfetamine.
In totaal zijn aan precursoren aangetroffen:
  • 218 liter PMK. Deze 218 liter kan worden omgezet in 218 liter MDMA-olie. Na kristallisatie levert dit ongeveer 261 kg MDMA-hcl (vast stof op). Uitgaande van een gemiddelde hoeveelheid van 140 mg MDMA per tablet kunnen uit 261 kg MDMA-hcl ongeveer 1.864.000 MDMA tabletten worden geproduceerd;
  • 54 liter BMK. Deze 54 liter kan worden omgezet in circa 108 kg amfetamine pasta.
De beide laboratoria waren volgens de verbalisant zeer professioneel opgezet en geschikt voor de langdurige en grootschalige productie van precursoren en synthetische drugs. [69]
De deskundigen van het NFI hebben de volgende conclusies getrokken uit bovengenoemd onderzoeksmateriaal.
In het onderzoeksmateriaal is amfetamine, MDMA, BMK, PMK, safrol, aceton en zoutzuur aangetoond.
Classificerend is het onderzoeksmateriaal terug te voeren op drie processen:
1. de vervaardiging van BMK uit APAA(N) [70] met zoutzuur;
2. de vervaardiging van amfetamine uit BMK met de Leuckart-methode;
3. de vervaardiging van MDMA uit PMK met methylamine en natriumboorhydride.
Daarnaast werd er ook PMK bewerkt (gedestilleerd), maar een relatie met de vervaardiging van PMK kon niet eenduidig worden gelegd op basis van de onderzoeksresultaten. [71]
De rechtbank sluit zich aan bij de conclusies van het LFO en het NFI en maakt deze tot de hare.
De rechtbank overweegt verder het volgende.
In het laboratorium in de grote schuur (ruimte P) werd in totaal ten minste 54 liter BMK en daarnaast in totaal ten minste 218 liter PMK aangetroffen. In de woonboerderij (ruimte W) werd eveneens PMK aangetroffen, namelijk in een restant vloeistof in een jerrycan.
Verder is in het laboratorium in de grote schuur amfetamine en in het laboratorium in het tuinhuis MDMA aangetroffen, beide in restafval. In het monster [SIN AAEJ1470NL/P-38A] waarin de amfetamine is aangetroffen is namelijk tevens safrol aangetroffen. Safrol is een grondstof voor PMK, wat op zijn beurt een grondstof voor MDMA is (en niet voor amfetamine). In het monster [SIN AAJL1084NL/L34A] waarin de MDMA is aangetroffen is ook gereduceerd PMK in aceton/2-propanol aangetroffen. De afvalachtige stoffen wijzen er op dat er reeds amfetamine en MDMA is geproduceerd.
Observatie 30 en 31 oktober 2017
Op 30 en 31 oktober heeft er een observatie plaatsgevonden bij het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde. Hier werd - onder meer - het volgende waargenomen. Vanaf 20:00 uur is er zicht genomen op het voornoemde perceel. Tussen 20:00 uur en 02:05 uur zien verbalisanten dat [verdachte] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] op het perceel aanwezig zijn. Verbalisanten zagen dat [verdachte] en [medeverdachte 4] diverse keren met jerrycans, vaten en/of metalen ketels uit (het laboratorium in) de grote schuur kwamen en uit beeld verdwenen in de omgeving van de kleine schuur/boerderij. Vervolgens zagen verbalisanten [verdachte] en [medeverdachte 4] enige tijd later weer met jerrycans, vaten en/of metalen ketels de grote schuur binnengaan. Zij zagen dat [verdachte] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] bij een metalen keten stonden, waar damp uitkwam. Zij zagen dat [medeverdachte 5] in deze metalen ketel roerde. Zij zagen dat [verdachte] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] met enige regelmaat vanuit de grote schuur kwamen en een metalen ketel of vat(en) ter hoogte van de deur leeg lieten lopen op de open tuinbodem. [72]
Verbalisanten hebben verder het volgende waargenomen, waarbij diverse foto’s zijn gemaakt door het observatieteam.
21:02 uur: [verdachte] gaat met een metalen ketel de grote schuur binnen. [73]
21:09 uur: [medeverdachte 5] leegt de inhoud van een vat voor de deur van de grote schuur op de open tuinbodem. [74]
21:19 uur: [medeverdachte 5] en [medeverdachte 4] komen met een ketel uit de deur van de grote schuur. De inhoud van de ketel werd geleegd voor de deur op de open tuinbodem. [75]
22:07 uur: [verdachte] en de rechter arm van [medeverdachte 5] zijn te zien in de grote schuur. Verbalisanten zagen dat er damp uit de ketel kwam en dat [medeverdachte 5] in de ketel roerde met zijn rechter arm. [76]
22:08 uur: [medeverdachte 4] komt met een blauwe gevulde jerrycan uit de grote schuur. [77]
22:09 uur: [medeverdachte 4] komt met twee blauwe jerrycans en een lamp uit de grote schuur. Verbalisanten zagen dat er damp uit de ketel in de grote schuur kwam en dat [medeverdachte 5] in de ketel roerde. [78]
22:09 uur: Verbalisanten zagen [verdachte] en (de rechter arm van) [medeverdachte 5] in de grote schuur. Verbalisanten zagen dat er damp uit de ketel kwam en dat [medeverdachte 5] in de ketel roerde. [79]
  • 00:49 uur: [medeverdachte 4] komt met twee blauwe jerrycans en een lamp uit de grote schuur.
  • 2:05 uur: [verdachte] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] verlieten de grote schuur. Het licht ging uit en [medeverdachte 4] sloot de deur af. Verbalisanten zagen vervolgens dat [verdachte] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] de boerderij [de rechtbank begrijpt: de woonboerderij] binnengingen.
  • 2:21 uur: [verdachte] stapte in de [merk 1] [kenteken 1] en vertrok vanaf het perceel. Verbalisanten zagen dat de [merk 1] [kenteken 1] enige tijd stil stond bij het hek op de oprit, waarna de auto verder reed.
Tussenconclusie
Gelet op het voorgaande stelt de rechtbank vast dat op 31 oktober 2017 een in werking zijnd drugslaboratorium werd aangetroffen ten behoeve van de bewerking van PMK en de vervaardiging van BMK, amfetamine en MDMA. De BMK die is aangetroffen in de grote schuur [codes P-11, P-11A P-29, P29A] was nog warm tijdens het onderzoek door het LFO. De PMK in de ketel in de grote schuur [code P-2/P-2A] was nog warm tijdens het onderzoek door het LFO. Gelet op het feit dat er amfetamine en MDMA is aangetroffen in restafval ziet de rechtbank geen reden om te twijfelen aan het feit dat in het drugslab op een eerder moment amfetamine en MDMA (eindproduct) is geproduceerd. Dit vindt wat betreft de amfetamine ook ondersteuning in de omstandigheid dat [medeverdachte 4] en [verdachte] zich in deze periode bezig hebben gehouden met de handel in een grote hoeveelheid amfetamine (2 kg)
- waarover hierna meer bij de beoordeling van feit 4 -. Tevens heeft de rechtbank hierbij in aanmerking genomen dat in het drugslab diverse goederen zijn aangetroffen die vervuild waren dan wel waaraan te zien was dat zij zijn gebruikt.
Aanhouding verdachten
[verdachte] werd op 31 oktober 2017 aangehouden op de [adres 2] te Zuidwolde, op de oprit van perceel [adres 2] terwijl hij op dat moment als bestuurder van een [merk 1] met kenteken [kenteken 1] het perceel aan het verlaten was. [80] In de woonboerderij zijn op diezelfde dag [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] aangehouden. [81]
[merk 1] [kenteken 1]
Op 31 oktober 2017 wordt op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde een personenauto [merk 1] met kenteken [kenteken 1] aangetroffen. Navraag bij de Rijksdienst voor het wegverkeer wees uit dat de auto op naam staat van Hertz Autoverhuur. [82] In het dashboard van de auto werd een bon/ticket aangetroffen waarop staat dat de auto van 28 september 2017 tot en met 28 oktober 2017 door Hertz Autoverhuur verhuurd is aan [medeverdachte 4] / [naam 5] , adres: [adres 4] te Wageningen. In het dashboard van de auto werd ook een geperforeerd (verlopen) Nederlands paspoort op naam van [medeverdachte 4] aangetroffen. [83] De rechtbank stelt op grond hiervan vast dat de auto, gehuurd door [medeverdachte 4] , ook door hem als zodanig werd gebruikt.
Onderzoek telefoons
Op de bijrijdersstoel van de [merk 1] [kenteken 1] werd een blauwe mobiele telefoon van het merk Samsung aangetroffen en in de achterbak een mobiele telefoon van het merk OnePlus. [84] Na onderzoek bleek dat de Samsung telefoon gebruik maakte van telefoonaansluiting [telefoonnummer 3] . In de telefoon zijn diverse telefoonnummers aangetroffen, waaronder de getapte telefoonaansluitingen [telefoonnummer 4] en [telefoonnummer 5] , in gebruik bij [verdachte] . Deze telefoonnummers waren opgeslagen onder respectievelijk de namen “ [naam 6] ” en “ [naam 7] ”. Telefoonnummer [telefoonnummer 6] , onder vermelding van “ [naam 8] ”, staat op naam van [naam 9] , gevestigd aan de [adres 5] te Arnhem. Dit betreft het woonadres van [medeverdachte 5] . [naam 10] is de vriendin van [medeverdachte 5] en is eveneens woonachtig aan de [adres 5] te Arnhem. Verder werd het telefoonnummer [telefoonnummer 7] , opgeslagen onder “ [naam 11] ”, aangetroffen, welk nummer op naam staat van [naam 12] , wonende aan de [adres 6] te Wageningen. Dit betreft de echtgenoot van [medeverdachte 4] . [85]
Ook op een aan [medeverdachte 4] gerichte factuur van [naam 13] - waarover hierna meer - staat het telefoonnummer [telefoonnummer 3] vermeld.
Op grond van het bovenstaande stelt de rechtbank vast dat de Samsung telefoon met telefoonaansluiting [telefoonnummer 3] in gebruik was bij [medeverdachte 4] .
In de fouillering van [verdachte] is een mobiele telefoon van het merk [type 3] aangetroffen. [86] In de telefoon zijn diverse telefoonnummers aangetroffen.
Telefoonnummer [telefoonnummer 6] , onder vermelding van [naam 10] , staat op naam van [naam 9] , gevestigd aan de [adres 5] te Arnhem. Dit betreft het woonadres van [medeverdachte 5] . [naam 10] is de vriendin van [medeverdachte 5] en is eveneens woonachtig aan de [adres 5] te Arnhem. Telefoonnummer [telefoonnummer 7] , onder vermelding van [naam 12] , staat op naam van [naam 12] , woonachtig aan de [adres 4] te Wageningen. Het betreft de echtgenoot van [medeverdachte 4] . Telefoonnummer [telefoonnummer 3] , onder vermelding van [medeverdachte 4] , staat niet op naam geregistreerd. [87]
Observaties en tapgesprekken
De telefoonaansluitingen [telefoonnummer 4] en [telefoonnummer 5] , in gebruik bij [verdachte] , zijn getapt in de periode van respectievelijk 29 juni 2017 tot en met 31 oktober 2017 en 6 oktober 2017 tot en met 31 oktober 2017. [88] In de getapte periode zijn er vijf belcontacten geweest tussen [telefoonnummer 3] , in gebruik bij [medeverdachte 4] , en de getapte telefoonaansluitingen in gebruik bij [verdachte] . [89] Uit telefoondata blijkt dat het telefoonnummer [telefoonnummer 4] , in gebruik bij [verdachte] , op 1 juni 2017 een inkomend en op 4 juni een uitgaand gesprek heeft met [medeverdachte 5] . [90]
Het getapte telefoonnummer [telefoonnummer 4] , in gebruik bij [verdachte] , heeft op 13 en 15 augustus 2017 telefonisch contact met telefoonnummer [telefoonnummer 8] , waarbij een gesprek plaatsvindt tussen [verdachte] en “ [code] ”. De gesprekken zijn op 10 januari 2018 uitgeluisterd door verbalisant [verbalisant 1] . Hij herkent ambtshalve aan stemgebruik, taalgebruik, stemhoogte en intonatie “ [code] ” als zijnde [medeverdachte 4] . [91]
Op grond hiervan stelt de rechtbank vast dat de verdachten in de ten laste gelegde periode meermaals met elkaar contact onderhielden via de telefoon.
Tussen het getapte telefoonnummer [telefoonnummer 4] , in gebruik bij [verdachte] , en [telefoonnummer 9] worden de volgende sms-berichten verstuurd:
[verdachte] aan [telefoonnummer 9] op 8 augustus 2017 om 1:44:33 uur
:
“ik heb er een hier liggen maar durf niet te sturen man op vewone[de rechtbank begrijpt: gewone]
telefoon”
[verdachte] aan [telefoonnummer 9] op 8 augustus 2017 om 1:45:26 uur:
“nee ik bedoel monster maat”
[telefoonnummer 9] aan [verdachte] op 8 augustus 2017 om 12:14:37 uur:
“hoe laat kan je mij monster geven?”
[telefoonnummer 9] aan [verdachte] op 10 augustus 2017 om 20:50:02 uur:
“Kan je nog een monster brengen van die heb iemand die ook moet hebben” [92]
Op 28 september 2017 om 11:13 uur wordt door het observatieteam waargenomen dat in de Rijnwijk te Arnhem een bestelauto met kenteken [kenteken 2] en een personenauto, merk [merk 2] , met kenteken [kenteken 3] geparkeerd staan. Om 11:50 uur is te zien dat de [merk 2] vertrekt en dat [medeverdachte 4] de bestuurder is. Om 11:54 uur rijdt de bestelauto met kenteken [kenteken 2] uit de richting van de [adres 7] met [verdachte] als bestuurder. Om 14:13 uur wordt waargenomen dat [verdachte] bij een roldeur van bedrijf “ [naam 14] ” parkeert en diverse buizen achter in de bestelbus laadt. Vervolgens wordt waargenomen dat [verdachte] vertrekt en dat hij na diverse stops het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde op rijdt. [93]
Op 2 oktober 2017 wordt door het observatieteam waargenomen dat een donkergrijze bestelauto, merk [merk 3] , met kenteken [kenteken 4] naar de Shell, gelegen aan de [adres 8] te Arnhem rijdt. [94] De auto is gehuurd door [verdachte] . [95] [verdachte] wordt herkend als de bestuurder. [verdachte] blijft ongeveer 45 minuten bij de Shell. Daarna rijdt [verdachte] naar de Texaco, gelegen aan de [adres 9] te Arnhem. Bij de Texaco wordt waargenomen dat een onbekende man (NN1, later herkend als [medeverdachte 6] [96] ) uit een donkerkleurige [merk 1] met kenteken [kenteken 1] stapt (zoals hiervoor vermeld is dat de door [medeverdachte 4] gehuurde auto). Hij ontmoet [verdachte] bij de Texaco en stapt als bijrijder in de bestelauto [kenteken 4] . Verder wordt waargenomen dat er nog drie andere personen in de [merk 1] met kenteken
[kenteken 1] zitten. [97] Bij het uitkijken van de camerabeelden van de Texaco wordt gezien dat [medeverdachte 4] op de bijrijdersstoel van de [merk 1] met kenteken [kenteken 1] had plaatsgenomen. Verder wordt gezien dat een onbekende man, NN1, achter in de [merk 1] plaats nam. [98] Dit bleek later [medeverdachte 5] te zijn. [99] De [merk 1] en de bestelauto vertrekken achter elkaar. Vervolgens wordt waargenomen dat beide auto’s de afslag richting Echten nemen op de A28 en dat beide voertuigen aan het eind van de afslag linksaf gingen. Waargenomen wordt dat de [merk 1] met kenteken [kenteken 1] , na een korte stop op een carpoolplaats aan de [adres 2] te Zuidwolde, in de richting van perceel [adres 2] te Zuidwolde reed. [100] Beide voertuigen zijn op het perceel aangekomen. [101]
Op 21 oktober 2017 belt [verdachte] met zijn vriendin [naam 15] . De locatie van [verdachte] is op dat moment de Noorderweg te Zuidwolde. [102]
Aantreffen drugs bij verdachten
In de fouillering van [verdachte] is een gripzakje met een vijftal blauwe rechthoekige pillen aangetroffen (goednummer: PL0600-2016525695-1576642; SIN AAKS3340NL). De pillen zijn indicatief positief getest op XTC (MDMA). [103]
In de woning van [medeverdachte 4] werd daarnaast een wikkel aangetroffen met daarin kristalachtig poeder van totaal 0,17 gram (goednummer PL0600-2016525695-1587653, SIN AAKQ1568). [104] Het poeder is indicatief positief getest op amfetamine. [105]
Aantreffen diverse andere goederen gerelateerd aan drugs
In de woning van [medeverdachte 4] werd een MacBook aangetroffen. Van de MacBook is een ‘image’ gemaakt. Verbalisant [verbalisant 2] trof op de image een aantal afbeeldingen aan die met verdovende middelen te maken hebben, namelijk een foto met een notitie
“suikerachtige apaa 20 kg zakken. Water loog en zwavel”.Het is verbalisant [verbalisant 2] ambtshalve bekend dat voor de productie van amfetamine de in de notitie genoemde producten gebruikt worden volgens de zogenaamde Leuckart-procedure [106] . Op de image zijn ook een foto van een kaartje met een nummer van een drugtestbedrijf [107] en een foto van een getypt bericht waarin iemand “5 liter sap en 500 klavertjes” besteld en het een week later [medeverdachte 4] ophalen, aangetroffen. Het is verbalisant [verbalisant 2] ambtshalve bekend dat GHB ook wel sap wordt genoemd en dat met klavertjes XTC (MDMA) wordt bedoeld. [108]
In de fouillering van [verdachte] is op 31 oktober 2017 - onder meer - een PGP-safe (encrypted) telefoon, namelijk een [type 2] , aangetroffen en een kassabon van de [slachtoffer 2] te Arnhem met daarop de aankoop van een Sera Quick-test 50st en een Sera PH-test 5 ml. De goederen met een totale waarde van € 24,48 zijn contant betaald op 30 oktober 2017. De aangekochte goederen kunnen worden gebruikt voor het meten/testen van de zuurgraad in vloeistoffen. [109]
In de auto van [medeverdachte 4] ( [merk 1] met kenteken [kenteken 1] ) werd een factuur van 19 oktober 2017 van [naam 13] aangetroffen op naam van [medeverdachte 4] , adres [adres 2] te Zuidwolde, met telefoonnummer [telefoonnummer 3] , voor het leveren en aanbrengen van een waterput met onderwaterpomp. [110] Ook werd een factuur van 30 oktober 2017 aangetroffen ten aanzien van de aanschaf van kunststof maatbekers, een kookpan van 50 cm hoog, een opscheplepel van 12 cm en een afvalcontainer. [111] Op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde zijn een ingebouwde grondwaterpomp [112] en een ingegraven afvalcontainer [113] aangetroffen (zie ook eerder). Ook de overige goederen op de facturen zijn in een van de laboratoria dan wel in de opslagruimten aangetroffen. De aankopen op de facturen die zijn aangetroffen in de auto van [medeverdachte 4] kunnen daarmee in verband worden gebracht met het aangetroffen drugslab.
Verhuur [adres 2] te Zuidwolde
Uit de gegevens van het Kadaster blijkt dat het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde eigendom is van [naam 16] . [114] [medeverdachte 4] woont samen en is getrouwd met [naam 12] . Uit het bevolkingsregister blijkt dat de moeder van [naam 12] de zus van [naam 16] is. [115] Bij onderzoek van het facebook-account van [medeverdachte 4] bleek dat [naam 16] een facebook-contact was. [116] [naam 16] heeft verklaard dat zijn zus in juni of juli 2017 aan hem heeft gevraagd of haar schoonzoon, [medeverdachte 4] , de boerderij als opslag mocht gebruiken. In goed vertrouwen had hij gezegd dat dit kon. Hij had dit gedaan zonder het afsluiten van een huurcontract. Hij kreeg € 1.150,- per maand voor de huur in een enveloppe in de brievenbus. Hij had de huur vier keer ontvangen. [naam 16] heeft verder verklaard dat hij de sleutel aan zijn zus had gegeven, nooit meer op de boerderij was geweest en zelf geen goederen meer in de schuren had staan. [117] Uit de bankafschriften van [naam 16] blijkt dat er vier keer een storting van € 1.150,- heeft plaatsgevonden, twee keer op 3 augustus 2017; één keer op 8 september 2017 en één keer op 6 oktober 2017. [118]
De rechtbank stelt op grond hiervan vast dat het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde in elk geval vanaf 1 juli 2017 (vier maanden) werd gehuurd door [medeverdachte 4] .
De rol van verdachte
[verdachte] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] waren op 30 en 31 oktober 2017 gedurende vijf uren alle drie druk in de weer in het drugslaboratorium in de grote schuur op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde. Zij sjouwden alle drie met jerrycans, ketels en/of vaten, zij leegden ketels en vaten buiten de grote schuur op de bodem en er werd door [medeverdachte 5] geroerd in een ketel waar damp vanaf kwam.
Zoals gezegd, gaat de rechtbank ervan uit dat het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde in elk geval vanaf 1 juli 2017 is gehuurd door [medeverdachte 4] en dat vanaf dat moment het drugslab is opgebouwd. Ten behoeve van de opbouw zijn er goederen/voorwerpen en chemicaliën/stoffen zoals hierboven benoemd aangevoerd en geplaatst. Er is een illegale aansluiting op het elektriciteitsnetwerk gemaakt en er zijn elektriciteitskabels gelegd naar de twee laboratoria en naar een van de opslagplaatsen (waarover hierna meer ten aanzien van feit 4). Er is een afvalcontainer ingegraven en een grondwaterpomp ingebouwd, beide aangesloten op het laboratorium. Gelet op de factuur op naam van [medeverdachte 4] voor het leveren en aanbrengen van de waterput met grondwaterpomp van 19 oktober 2017 en de overige facturen in zijn auto met daarop goederen die in verband kunnen worden gebracht met en zijn aangetroffen in het drugslab kan worden vastgesteld dat [medeverdachte 4] bezig is geweest met de opbouw van het drugslab. [medeverdachte 4] is ook voor zijn aanhouding, in elk geval op 2 oktober 2017, op het perceel aan de [adres 2] in Zuidwolde geweest.
[verdachte] is vóór zijn aanhouding op 31 oktober 2017 op meerdere momenten op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde geweest. [verdachte] heeft zich beroepen op zijn zwijgrecht. Gelet op zijn aanwezigheid kan het niet anders dan dat ook hij zich heeft bezig gehouden met de opbouw van het drugslab en met de productie van amfetamine en MDMA. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat [verdachte] blijkens de berichten van 8 en 10 augustus 2017 de beschikking heeft over monsters van drugs en dat hij deze aan een ander levert dan wel kan leveren. Bij [verdachte] en [medeverdachte 4] zijn bovendien (gebruikershoeveelheden) harddrugs aangetroffen en andere goederen die met het vervaardigen van drugs dan wel drugshandel in verband kunnen worden gebracht. De rechtbank verwijst onder andere naar de aangetroffen aankoopbon van een zuurgraadtester, de encrypted telefoon en het vuurwapen (waarover hierna meer ten aanzien van feit 6).
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank bewezen dat [verdachte] een grote betrokkenheid heeft gehad bij de opbouw van het drugslab en bij de werkzaamheden ten behoeve van de productie van amfetamine en MDMA. Hij heeft dat samen met [medeverdachte 4] gedaan en voor wat betreft de voorbereidingshandelingen op 2, 30 en 31 oktober ook samen met [medeverdachte 5] . Er is sprake van een nauwe en bewuste samenwerking met [medeverdachte 4] en dus van het medeplegen van het bereiden, bewerken en/of verwerken van amfetamine en MDMA en voorbereidingshandelingen daartoe. Voor de voorbereidingshandelingen is er tevens sprake van een nauwe en bewuste samenwerking met [medeverdachte 5] . Uit verdachtes handelen leidt de rechtbank zijn opzet op de productie van amfetamine en MDMA en de genoemde voorbereidingshandelingen af.
Conclusie
De rechtbank acht op grond van voornoemde bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] zich samen met een andere in de periode van 1 juli 2017 tot en met 31 oktober 2017 schuldig heeft gemaakt aan het bereiden, bewerken en/of verwerken van amfetamine en MDMA op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde en aan het samen met anderen treffen van voorbereidingshandelingen daartoe, en tot het verkopen, afleveren, verstrekken en vervoeren, in diezelfde periode.
Feit 4
[verdachte] wordt verweten dat hij samen met een ander/anderen stroom heeft gestolen door middel van braak of verbreking. De rechtbank neemt het volgende in aanmerking.
Op 31 oktober 2017 is een onderzoek ingesteld door [slachtoffer 1] (hierna: [slachtoffer 1] ) aan de [adres 2] te Zuidwolde. In de hoofdaansluitkast werd een illegale aansluiting na de hoofdbeveiliging aangetroffen. Er was een illegale elektriciteitskabel aangelegd die buiten de elektriciteitsmeter om naar de installatie in het pand liep en die de aangesloten installatie geheel of gedeeltelijk van elektriciteit voorzag. Om deze aftakking te kunnen realiseren is het noodzakelijk geweest dat de door de [slachtoffer 1] verzegelde deksel van de hoofdaansluitkast gedemonteerd is of is geweest. De door [slachtoffer 1] aangebrachte zegels zijn daarbij verwijderd, vervangen en/of gemanipuleerd. Hiervoor had [slachtoffer 1] geen toestemming verleend. [119]
De elektriciteit was illegaal voor de meter aangesloten en verbonden met het tuinhuis (laboratorium, ruimte L), de grote schuur (laboratorium, ruimte P) en de schuur achter de grote schuur (opslagruimte, ruimte PS). [120] Op de foto’s met nummer 36 en 37 in de fotomap van het LFO is te zien dat de elektriciteitskabels zichtbaar over de grond lopen. [121] Het totaalbedrag van de weggenomen energie buiten de meter om bedraagt € 48,60. [122]
De elektriciteits- en gasrekening stond op naam van en werd voldaan door de eigenaar van de woning, [naam 16] . [naam 16] betaalde € 35,- per maand voor elektriciteit en gas. [123] [medeverdachte 4] huurde het perceel van [naam 16] en daarmee ook de elektriciteitsmeter. [medeverdachte 4] is daarmee verantwoordelijk voor de elektriciteitsmeter. De elektriciteitsmeter met de illegale aansluiting bevond zich in de woning. De elektriciteitskabels liepen duidelijk zichtbaar van de woning over de grond naar de laboratoria en de opslagruimte PS. In de laboratoria en in de opslagruimte PS werd dus illegaal stroom verbruikt voor het drugslab. Het is niet ongebruikelijk dat bij het bereiden van drugs, elektriciteit buiten de meter om wordt afgetapt. Het is een feit van algemene bekendheid dat hiermee kan worden voorkomen dat de elektriciteitsleverancier ziet dat er een grote hoeveelheid stroom wordt verbruikt. Daarnaast levert dit een financieel voordeel op.
De rechtbank heeft onder feit 3 bewezen verklaard dat [verdachte] en [medeverdachte 4] in het in werking zijnde drugslab zijn aangetroffen op 31 oktober 2017, dat zij zich in de periode van 1 juli 2017 tot en met 30 oktober 2017 samen hebben bezig gehouden met de opbouw van het drugslab en dat er op enig moment in die periode amfetamine en MDMA in het lab is geproduceerd. Gelet op deze nauwe en bewuste samenwerking bij het opbouwen van en het in werking zijn van het drugslab, acht de rechtbank eveneens bewezen dat [verdachte] samen met [medeverdachte 4] ten behoeve van het drugslab illegaal stroom heeft weggenomen in de periode van 1 juli 2017 tot en met 31 oktober 2017. Het ten laste gelegde onder feit 4 kan naar het oordeel van de rechtbank daarmee wettig en overtuigend worden bewezen.
Feit 5
[verdachte] wordt verweten dat hij samen met een ander in de periode van 3 september tot en met
28 oktober 2017 GHB en amfetamine heeft bereid en/of verkocht en/of dat hij samen met een ander zonder registratie ketamine heeft bereid en/of verkocht. De rechtbank neemt het volgende in aanmerking.
Op 31 oktober 2017 is op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde een personenauto, te weten een [merk 1] , met kenteken [kenteken 1] aangetroffen. Op de bijrijdersstoel van de [merk 1] is een mobiele telefoon merk Samsung aangetroffen en inbeslaggenomen. [124] Onder feit 3 heeft de rechtbank reeds vastgesteld dat de personenauto en deze Samsung telefoon in gebruik waren bij [medeverdachte 4] .
In de telefoon van [medeverdachte 4] zijn een aantal contacten aangetroffen, waaronder telefoonnummer [telefoonnummer 4] , opgeslagen als “ [naam 6] ”, en [telefoonnummer 5] , opgeslagen als “ [naam 7] ”. Beide nummers betreffen getapte telefoonaansluitingen van [verdachte] . [125]
Onder de bestelauto (merk [merk 3] , met kenteken [kenteken 4] ) in gebruik bij [verdachte] , bevond zich een baken waaruit blijkt waar (de auto van) [verdachte] zich bevond. [126] [verdachte] is woonachtig in Arnhem.
In de telefoon van [medeverdachte 4] zijn ook WhatsApp-gesprekken aangetroffen tussen telefoonnummer [telefoonnummer 3] , in gebruik bij [medeverdachte 4] , en telefoonnummer [telefoonnummer 10] , onder vermelding van “ [naam 17] ”. [127] Het telefoonnummer [telefoonnummer 10] staat op naam van [naam 18] , [adres 10] te Aalst. [128] Uit onderzoek is gebleken dat het telefoonnummer van [naam 17] staat geregistreerd op naam van de vrouw van [naam 19] . [naam 19] staat geregistreerd aan de [adres 11] te Breda. [naam 19] is een facebook-contact van [medeverdachte 4] . [129] [medeverdachte 4] is woonachtig in Wageningen.
De rechtbank acht de volgende WhatsApp-gesprekken in combinatie met gegevens van de getapte telefoonaansluiting van [verdachte] en de bakengegevens van de bestelauto van [verdachte] van belang.
WhatsApp-gesprek tussen [telefoonnummer 3] ( [medeverdachte 4] ) en [telefoonnummer 10] ( [naam 17] ) op 5 september 2017:
[naam 17] : Kom je morgen rond half 4 een bakkie doen ik moet nog werken
(17.56 uur)
[medeverdachte 4] : Ik ben er zelf niet. .. ik ga ff planning maken als ik straks thuis ben..
kun je niet later ...
ik kan na 1800 pas bij ed terecht. Hoeveel
smoest u ook alweer
[naam 17] :
2
[naam 17] : en
1 k
WhatsApp-gesprek tussen [telefoonnummer 3] ( [medeverdachte 4] ) en [telefoonnummer 10] ( [naam 17] ) op 6 september 2017 :
[naam 17] : Hoe laat kwam hij koffie drinken? [130]
[medeverdachte 4] : Denk pas rond 1900. De
Kis nog niet binnen.
Leverancier komt zelf nog aanbrengen als zo nog binnenkomt
[naam 17] : Lukt het wel vandaag?
[medeverdachte 4] :
Kniet ...helaas. Ik app hem nu nog keer
[naam 17] : Had eigenlijk wel nodig
[medeverdachte 4] : Ja begrijp ik ..maar hij is niet uitgeleverd.
Ik w8 ff op zijn ante miss dat hij al meer weet
[naam 17] : Weet je al iets?
[medeverdachte 4] : Heb niets meer gehoord.. .is er morgen niet pak ik elders
[naam 17] : Ja als het kan maat ik heb morgen nodig, ik had het in combinatie met me
[naam 20] naar Kortrijk moeten brengen.
[medeverdachte 4] : Kijk uit makker.... Ze zijn niet makkelijk daar.
[naam 17] : Ja weet ik.. Ik neem niets mee, ik rijd voor iemand die het mee neem.
Daarom anders moet ik 2 keer iemand laten rijden als het er morgen niet is
[medeverdachte 4] : Ik doe echt mien best [131]
Getapt telefoongesprek tussen [telefoonnummer 4] ( [verdachte] ) en [telefoonnummer 11] (onbekend) op 6 september 2017, om 20:35 uur:
Locatie beller: Emerweg te Breda.
[verdachte] zegt tegen de onbekende dat hij nog in Breda is en dat hij straks terug belt. [132]
WhatsApp-gesprek tussen [telefoonnummer 3] ( [medeverdachte 4] ) en [telefoonnummer 10] ( [naam 17] ) op 7 september 2017 :
[naam 17] : Dank je vriend. Ik moet enkel om 14.00 uur met me moeder naar het ziekenhuis tot ongeveer 16.00 uur. ik moet kijken hoe ik ga doen...
chauffeur en ik zijn er beide niet vanmiddag
(10.44 uur)
[medeverdachte 4] : ik ga kijken of de man zelf [medeverdachte 4] brengen
[naam 17] : Zou top zijn, ik ben nu werken tot 13.00 uur en daarna naar het ziekenhuis met me moeder. Ik [medeverdachte 4] ook ergens afspreken dat ik daarna toe komt rond 17.00 uur.
[medeverdachte 4] : Ik laatje weten als hij zo heeft. Hij appt net dat het er is om 15uur. ..
[naam 17] : Oké en kom hij naar mij toe?
[medeverdachte 4] : Hij laat weten wat hij kan straks… ben bang van niet. [133]
[naam 17] : Kut allemaal zo. Ik wit het ergens ophalen
[medeverdachte 4] : Zal Amersfoort worden dan. Ik betaal
72 voor de k... pak op
hele 500..
nu
400. 7600. Ik stuur je zo adres. Hij kan tussen half 5 en 5 uur in Amersfoort zijn. Maat.
Ik heb k man jou telnmr ff gegeven
[naam 17] : Ja geen probleem dan laat ik me broertje rijden
[medeverdachte 4] : Ik ga hem adres vragen. Die ik er 100 af voor zelf rijden
[naam 17] : Oké hoeveel moet hem meegeven
[medeverdachte 4] : Wat hadden we afgesproken
[naam 17] : Totaal
96met dat andere erbij [134]
WhatsApp-gesprek tussen [telefoonnummer 3] ( [medeverdachte 4] ) en [telefoonnummer 10] ( [naam 17] ) op 23 september 2017:
[naam 17] : Doe er maar
2bij
[medeverdachte 4] : Wacht ik nog ff een dag miss komen er weer
2bij
WhatsApp-gesprek tussen [telefoonnummer 3] ( [medeverdachte 4] ) en [telefoonnummer 10] ( [naam 17] ) op 25 september 2017:
[naam 17] : Lukt het nog deze week maat ik ben zaterdag met vakantie
[medeverdachte 4] : Deze week komt goed… denk morgen
WhatsApp-gesprek tussen [telefoonnummer 3] ( [medeverdachte 4] ) en [telefoonnummer 10] ( [naam 17] ) op 27 september 2017:
[medeverdachte 4] : Ja vandaag amigo, Kan pas 15 uur halen hoor ik net. [135]
Rond 15.45 uur bij jou maat [136]
WhatsApp-gesprek tussen [telefoonnummer 3] ( [medeverdachte 4] ) en [telefoonnummer 10] ( [naam 17] ) op 7 oktober 2017:
[medeverdachte 4] : Heb je iets nodig dan laat ik het maken
[naam 17] :
20
[medeverdachte 4] : Dinsdag! Maandag is de dokter zelf thuis
[naam 17] : Ja das beste
[medeverdachte 4] : Geen gelul....k hedde goede spul
WhatsApp-gesprek tussen [telefoonnummer 3] ( [medeverdachte 4] ) en [telefoonnummer 10] ( [naam 17] ) op 9 oktober 2017:
[naam 17] : Kan morgen
3x10
[medeverdachte 4] : Ik voel dat er weer misbruik gemaakt wordt van mijn goedheid nu ik weer
terug ben van me vakantie.
WhatsApp-gesprek tussen [telefoonnummer 3] ( [medeverdachte 4] ) en [telefoonnummer 10] ( [naam 17] ) op 10 oktober 2017:
[naam 17] : Hoe laat kom je koffie drinken?
[medeverdachte 4] : Miene
maatkomt. Als goed is rond 1700
[naam 17] : Stuur berichtje als hij er is. Ik ben nu bij mijn moeder.
[medeverdachte 4] : Hij is er bijna
(19.33 uur)
[naam 17] : Whaa hij is al meer dan 2 uur weg. [137]
Getapt telefoongesprek tussen [telefoonnummer 5] ( [verdachte] ) en een onbekend telefoonnummer op 10 oktober 2017, om 17.33 uur:
Duur: 00:00:00.
Locatie beller: Grintweg te
Breda. [138]
WhatsApp-gesprek tussen [telefoonnummer 3] ( [medeverdachte 4] ) en [telefoonnummer 10] ( [naam 17] ) op 10 oktober 2017:
[medeverdachte 4] : Kon je nog wat met die andere kleintjes
(19.34 uur)
[naam 17] : Ik heb ze nog niet verkocht ze leggen hier nog.
Een zaterdag komt er iemand voor.
Hoeveel E waren ze ook weer p. st.
Weet echt niet meer.
55
[medeverdachte 4] : Ouwe zakkenvuller.
Kijk maar makker
WhatsApp-gesprek tussen [telefoonnummer 3] ( [medeverdachte 4] ) en [telefoonnummer 10] ( [naam 17] ) op 23 oktober 2017:
[medeverdachte 4] : 750
(18.28 uur)
[naam 17] : Ja doe maar. Wanneer denk je
[medeverdachte 4] : Wordt wel einde week ben ik bang
[naam 17] : Ok. En heb een groot deel van dingetjes weg. [139]
WhatsApp-gesprek tussen [telefoonnummer 3] ( [medeverdachte 4] ) en [telefoonnummer 10] ( [naam 17] ) op 28 oktober 2017:
[medeverdachte 4] :
1400 uuris hij er....
Kun je voor dinsdag miss dan 20 klaar hebben aub.
(11.28 uur)
[naam 17] : ik doe me best maat
(11.31 uur) [140]
Getapt telefoongesprek tussen beller telefoonnummer [telefoonnummer 12] (op naam van [naam 3] , de zoon van [verdachte] ) en gebelde [telefoonnummer 5] ( [verdachte] )
op 28 oktober 2017, om 14:09 uur:
Duur: 00:01:04.
Locatie beller: x
Locatie gebelde: Muitenpad te
Breda. [141]
Bakengegevens bestelauto met kenteken [kenteken 4] op 28 oktober 2017 om 14:16 uur:
De bestelauto staat geparkeerd op de
[adres 12] te Breda. [142]
De rechtbank stelt vast dat [verdachte] zich op 10 oktober 2017 op hetzelfde tijdstip in Breda bevindt als het tijdstip waarop ‘de maat van [medeverdachte 4] ’ ‘koffie komt drinken’. [verdachte] bevindt zich ook op 28 oktober 2017 in Breda en wel op het tijdstip 14:00 uur, waarop ‘hij’ bij [naam 17] zal zijn. [naam 17] is woonachtig aan de [adres 11] in Breda. De bestelauto van [verdachte] staat om 14:16 uur twee woningen verder geparkeerd.
Uit de WhatsApp-gesprekken leidt de rechtbank af dat [naam 19] in versluierde taal verdovende middelen bestelt bij [medeverdachte 4] . Dit wordt bevestigd door de verklaring van [naam 19] .
[naam 19] (hierna: [naam 19] ) heeft verklaard dat hij al jaren in het bezit is van het telefoonnummer [telefoonnummer 13] en dat hij een keer of 10 XTC-pillen bij ‘ [medeverdachte 4] ’ heeft gekocht. [143] [naam 19] herkent op een foto van [medeverdachte 4] de man die hij ‘ [medeverdachte 4] ’ noemt. [144] [naam 19] heeft daarnaast verklaard dat [medeverdachte 4] af en toe zelf bij hem langs kwam om verdovende middelen te brengen en dat er soms een ander kwam. Die ander noemde hij ‘de grote’. Hij dacht dat hij [verdachte] of [verdachte] heet. [naam 19] herkent op een foto van [verdachte] de man die hij ‘de grote’ noemt. [145]
Aan [naam 19] zijn de WhatsApp-berichten uit de telefoon van [medeverdachte 4] getoond. Hij heeft vervolgens verklaard dat hij bij [medeverdachte 4] (de rechtbank begrijpt: [medeverdachte 4] ) XTC-pillen (MDMA) heeft gekocht. Hij ruilde dat tegen GHB. Met ‘G’ wordt GHB bedoeld. Met ‘K’ wordt ketamine en met ‘S’ wordt speed bedoeld volgens [naam 19] . Hij betaalde 2 euro per XTC-pil en 7 à 8 euro per gram ketamine. Voor de speed betaalde hij één euro per gram. [146]
Ten aanzien van de hoeveelheden overweegt de rechtbank het volgende.
[naam 19] heeft verklaard dat hij enkel gebruikershoeveelheden bij [medeverdachte 4] afnam. Door de Afdeling Specialistische Ondersteuning van de Landelijke Recherche zijn op basis van diverse bronnen gemiddelde drugsprijzen vastgesteld. In 2017 lagen de prijzen voor ketamine tussen de € 7.000,- en € 11.000,- per kilo en voor amfetamine (speed) in poedervorm tussen de € 1.000,- en € 2.000,- per kilo.
In de WhatsApp-berichten wordt voor ‘1’ ketamine een bedrag van 7200 en 7600 gerekend en voor ‘2’ speed een bedrag van (96 minus de prijs voor de ketamine 7600 =) 2000. De bedragen komen overeen met de gemiddelde kiloprijzen, zoals berekend door de Landelijke Recherche. De rechtbank stelt dan ook vast dat in de berichten wordt gesproken over één kilo ketamine en twee kilo speed.
Gelet op de verklaring van [naam 19] , bezien in samenhang met hetgeen bewezen is verklaard onder feit 3, ziet de rechtbank geen reden om te twijfelen aan de samenstelling en werkzaamheid van de stoffen die aan [naam 19] zijn geleverd.
Ketamine mag alleen worden vervoerd of geleverd door een persoon die geregistreerd is als bedoeld in artikel 38 lid 2 van de Geneesmiddelenwet. [verdachte] en [medeverdachte 4] beschikten niet over een dergelijke registratie.
Gelet op het vorenstaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat aan [naam 19] een kilo ketamine is afgeleverd en dat aan hem twee kilo amfetamine is verkocht, verstrekt en geleverd en dat de ketamine en amfetamine daartoe zijn vervoerd.
Conclusie
De rechtbank leidt uit voornoemde bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, af dat [verdachte] zich samen met een ander in de periode van 3 september 2017 tot en met
28 oktober 2017 schuldig heeft gemaakt aan het verkopen, afleveren, verstrekken en vervoeren van amfetamine en het zonder registratie afleveren van ketamine. [medeverdachte 4] onderhield daarbij voornamelijk de contacten met de afnemer en naast [medeverdachte 4] reed ook [verdachte] als chauffeur naar de afnemer om de verdovende middelen af te leveren. Daarmee is naar het oordeel van de rechtbank sprake van een nauwe en bewuste samenwerking en dus van het medeplegen van de handel in amfetamine en de aflevering zonder registratie van ketamine.
Vrijspraak
Op grond van
de bewijsmiddelen ten aanzien van dit feitkan naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen worden dat [medeverdachte 4] en [verdachte] de verkochte hoeveelheid amfetamine ook hebben bereid. Van dat deel van de tenlastelegging zal [verdachte] worden vrijgesproken.
De rechtbank acht, anders dan de officier van justitie, niet bewezen dat [verdachte] en [medeverdachte 4] samen ook GHB hebben bereid, verkocht, afgeleverd, verstrekt, vervoerd, dan wel aanwezig hebben gehad. Het dossier bevat hiervoor onvoldoende wettig en overtuigend bewijs. Uit het dossier volgt niet meer dan dat [naam 19] GHB voor [medeverdachte 4] aanwezig heeft (WhatsApp-gesprek van
3 september 2017), waaruit niet kan worden afgeleid dat [verdachte] (samen met [medeverdachte 4] ) GHB heeft verhandeld en/of verkocht dan wel aanwezig heeft gehad. [verdachte] zal dan ook van dit deel van de tenlastelegging worden vrijgesproken.
Feit 6
De rechtbank stelt voorop dat voor een veroordeling wegens het voorhanden hebben van een wapen of munitie in de zin van artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie (WWM) allereerst is vereist dat de verdachte een wapen of munitie bewust aanwezig heeft gehad. Die bewustheid hoeft zich niet uit te strekken tot de specifieke eigenschappen en kenmerken van het wapen of de munitie of tot de exacte locatie van dat wapen of die munitie. Voor het bewijs van een dergelijke bewustheid geldt dat daarvan ook sprake kan zijn in een geval dat het niet anders kan dan dat de verdachte zulke bewustheid heeft gehad.
Verder is voor de bewezenverklaring van dat voorhanden hebben nodig dat de verdachte feitelijke macht over het wapen of de munitie heeft kunnen uitoefenen in de zin dat hij daarover heeft kunnen beschikken.
De rechtbank stelt de volgende feiten en omstandigheden vast.
In de grote schuur (laboratorium, ruimte P) op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde zijn op 31 oktober 2017 een vuurwapen en twee magazijnhouders in een nylon tas aangetroffen. De goederen zijn inbeslaggenomen. [147]
Het vuurwapen (goednummer PL0600-2016525695-1579159, SIN AAHD4912NL) [148] is een vuurwapen van het merk [type 1] . Het betreft een automatisch pistool, geschikt om projectielen mee af te schieten en waarvan de werking berust op het teweegbrengen van een scheidkundige ontploffing. Het kaliber van het vuurwapen is 7.65mm browning. Het vuurwapen heeft alle kenmerken van een [type 1] automatisch pistool. Het automatische pistool is daarmee een vuurwapen in de zin van artikel 1 onder 3 in samenhang met artikel 2, lid 1, categorie II onder 2 van de WWM.
De twee aangetroffen magazijnhouders (goednummer PL0600-2016525695-1579186, SIN AAHD4921NL) [149] zijn bestemd en passend in het inbeslaggenomen vuurwapen [type 1] . Het onderdeel is, gelet op artikel 3, lid l, van de WWM en gelet op 1.2.3 van de Circulaire Wapens en Munitie 2012-A. Algemeen deel, een wezenlijk onderdeel van een vuurwapen en wordt dus als zodanig gekwalificeerd. Derhalve is dit voorwerp een vuurwapen in de zin van artikel l onder 3e in samenhang met artikel 2, lid l, categorie III onder l van de WWM.
Het vuurwapen en de magazijnhouders zijn onderzocht op sporen. [150] De afgenomen sporen zijn vergeleken met de DNA-profielen van [verdachte] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] . In de bemonstering met SIN AAKT5858NL#01 - afgenomen van de ruwe delen en niet bruikbare dacty op het vuurwapen - is een DNA-mengprofiel van minimaal vier personen aangetroffen. Het DNA in het mengprofiel kan volgens het NFI afkomstig zijn van [verdachte] , een onbekende man ‘A’ en minimaal twee andere, onbekende, personen. Het NFI heeft de matchkans berekend en concludeert dat het verkregen DNA-mengprofiel AAKT5858NL#01 ten minste 6000 keer waarschijnlijker is wanneer de bemonstering DNA bevat van [verdachte] en drie willekeurige onbekende personen, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van vier willekeurige onbekende personen. [151]
Gelet op de bevindingen van het NFI stelt de rechtbank vast dat op het vuurwapen
[type 1] DNA van [verdachte] is aangetroffen.
Tijdens de observatie op 30 en 31 oktober 2017 is waargenomen dat [verdachte] zich in de grote schuur bevond. [152] Onder feit 3 is reeds vastgesteld dat [verdachte] ook vóór die datum meerdere malen op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde is geweest.
Gelet op de plaats waar het vuurwapen en de magazijnhouders zijn aangetroffen, namelijk in een drugslaboratorium, de plaats waar verdachte zich vlak voorafgaande aan het aantreffen daarvan bevond en het op het vuurwapen aangetroffen DNA van [verdachte] , is de rechtbank van oordeel dat van [verdachte] daarvoor een plausibele verklaring mag worden verlangd.
[verdachte] heeft zich beroepen op zijn zwijgrecht. Een plausibele verklaring is dan ook niet gegeven. De rechtbank is daarom van oordeel dat het niet anders kan dan dat [verdachte] het vuurwapen en de magazijnhouders aanwezig heeft gehad en dat hij daarover ook heeft kunnen beschikken. Daarmee komt de rechtbank tot een bewezenverklaring van het onder feit 6 tenlastegelegde.
Parketnummer: 05/720354-18 [153]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het tenlastegelegde onder parketnummer 05/720354-18.
Beoordeling door de rechtbank
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [aangever] , namens [slachtoffer 2] , p. 14-15;
- het proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 19-20.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feit 1 t/m 6 van parketnummer 05/880053-17 ten laste gelegde en het onder parketnummer 05/720354-18 tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
Parketnummer 05/880053-17:
1.
(zaaksdossier 1)
hij op
of omstreeks4 maart 2016 te Arnhem, althans in Nederland en/of Duitsland, tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen, opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht
en/of heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkochten
/ofafgeleverd en
/ofverstrekt en
/ofvervoerd,
in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, ongeveer 963,7 gram amfetamine,
in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2.
(zaaksdossier 1)
hij op of omstreeks 4 maart 2016 te Arnhem, althans in Nederland en/of Duitsland, tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen,opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht
en/of heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkochten
/ofafgeleverd en
/ofverstrekt en
/ofvervoerd,
in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad,een hoeveelheid van ongeveer 978 gram hennep,
in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van de wet;
3.
(zaaksdossier 2)
hij in
of omstreeksde periode van 1 juli 2017 tot en met 31 oktober 2017 te Zuidwolde, gemeente De Wolden,
althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens)opzettelijk
(in een of meerdere panden gelegen op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde
)heeft
geteeld en/ofbereid en/of bewerkt en/of verwerkt
en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad
-een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en
/of
-een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine,
zijnde MDMA en
/ofamfetamine
(telkens
)een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
en
/of
hij in
of omstreeksde periode van 1 juli 2017 tot en met 31 oktober 2017 te Zuidwolde, gemeente De Wolden,
althans in Nederland,tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen,om een feit, bedoeld in het vierde
of vijfdelid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren
en/of buiten het grondgebied van Nederland brengenvan:
-een hoeveelheid MDMA en
/of
-een hoeveelheid amfetamine,
in elk geval een hoeveelheid van materiaal bevattende MDMA en/of amfetamine,zijnde MDMA en
/ofamfetamine
(telkens
)een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet,
voor te bereiden
en/of te bevorderen,hebbende verdachte en
/of (een of meer van)verdachtes mededader(s)
(in een of meerdere panden gelegen op het perceel aan de [adres 2] te Zuidwolde
),
chemicaliën en/of stoffen te weten:
- 218 liter piperonylmethylketon (PMK),
in elk geval een grote hoeveelheid piperonylmethylketon (PMK)en
/of
- 54 liter benzylmethylketon (BMK),
in elk geval een grote hoeveelheid benzylmethylketon (BMK)en
/of
-zoutzuur en
/of
-zwavelzuur en
/of
-methanol en
/of
-caustic soda en
/of
-mierenzuur en
/of
-fosforzuur en
/of
-citroenzuur en
/of
-sassafrasolie,
goederen en/of voorwerpen te weten:
-
een ofmeerdere
(verschillende soorten
)ketels en
/of
-een elektrische verwarmingsdeken en
/of
-
een ofmeerdere (vacuüm)destillatieopstellingen en
/of
-een of meerdere opslagtanks (800 liter) en
/of
-vijf glazen scheitrechters en
/of
-
een ofmeerdere (propaan) gasflessen en gasbranders en
/of
-een afzuiginstallatie,
voorhanden gehad, waarvan verdachte en
/ofverdachtes mededader(s) wist
(en
)of ernstige redenen had
(den
)te vermoeden, dat die chemicaliën en/of stoffen en
/ofgoederen en/of voorwerpen bestemd waren en/of benodigd waren,
althans konden worden gebruiktvoor de bereiding en/of bewerking en/of verwerking en/of vervaardiging van middelen vermeld op
de bij de Opiumwet behorende lijst I;
4.
(zaaksdossier 8)
hij in of omstreeks de periode van 1 juli 2017 tot en met 31 oktober 2017 te Zuidwolde, gemeente De Wolden,
althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
althans alleen,met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen:
-een hoeveelheid stroom/elektriciteit,
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan [slachtoffer 1] ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededaders,waarbij verdachte en
/ofzijn mededader
szich de toegang tot de plaats van het misdrijf hebben verschaft en
/of die/dat weg te nemen goed
erenonder
zijn/haar/hun bereik hebben gebracht door middel van
braak en/ofverbreking.
5.
(zaaksdossier 4)
hij in
of omstreeksde periode van 3 september 2017 tot en met 28 oktober 2017 te Wageningen en/of Arnhem en/of Breda, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen
/ althans alleen,meermalen
/ althans eenmaal, (telkens
)opzettelijk heeft
geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/ofverkocht en
/ofafgeleverd en/of verstrekt en
/ofvervoerd,
in elk gevat (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad:
-20 liter GHB/ in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende GHB en/of
-ongeveer 2000 gram amfetamine (speed),
in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine (speed),
zijnde
GHB en/ofamfetamine (speed)
(telkens)een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst l, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
en
/of
hij in
of omstreeksde periode van 3 september 2017 tot en met 28 oktober 2017 te
Wageningen en/of Arnhem en
/ofBreda,
althans in Nederland,tezamen en in vereniging met
een of meer anderen,
althans alleen,zonder registratie een hoeveelheid van ongeveer 1000
gram ketamine,
in elk geval een werkzame stof, heeft
bereid en/of ingevoerd en/of
afgeleverd
en/of uitgevoerd en/of verhandeld;
6.
(zaaksdossier 7)
hij
in of omstreeks de periode van 1 jukli 2017 toten met 31 oktober 2017, althansop 31 oktober 2017 te Zuidwolde, gemeente De Wolden,
althans in Nederland, een wapen van categorie II, onder 2 van de Wet wapens en munitie, te weten:
-een pistoolmitrailleur, van het merk/type [type 1] , kaliber 7.65 zijnde een vuurwapen geschikt om automatisch te vuren,
en
/of
een ofmeerdere onderdelen en/of hulpstukken welke van wezenlijke aard zijn en specifiek bestemd zijn voor (vuur)wapens van categorie II en/of categorie III, te weten:
-twee patroonmagazijnen,
voorhanden heeft gehad.
Parketnummer: 05/720354-18
hij op
of omstreeks26 september 2018 te Arnhem
-een
of meerderekaars
enen
/of
-een kam,
in elk geval enig goed,dat
geheel of ten deleaan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer 2] , heeft weggenomen in/uit een winkelpand te weten de [slachtoffer 2] , gelegen aan de [adres 3] te Arnhem met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Parketnummer 05/880053-17, feit 1:
Medeplegen van:
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder A van de Opiumwet gegeven verbod
en
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod;
Parketnummer 05/880053-17, feit 2:
Medeplegen van:
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder A van de Opiumwet gegeven verbod
en
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod;
Parketnummer 05/880053-17, feit 3:
De eendaadse samenloop van medeplegen van:
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod
en
om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden of te bevorderen, voorwerpen en stoffen voorhanden hebben, waarvan hij weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit;
Parketnummer 05/880053-17, feit 4:
Diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking;
Parketnummer 05/880053-17, feit 5:
Medeplegen van:
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod
en
overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 38, lid 1, van de Geneesmiddelenwet;
Parketnummer 05/880053-17, feit 6:
Handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II
en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III;
Parketnummer 05/720354-18:
Diefstal.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 jaar, met aftrek van de tijd in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, en daarnaast tot betaling van een geldboete van € 60.000,-, te vervangen door 318 dagen hechtenis. De officier van justitie heeft tevens opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis gevorderd en daartoe aangevoerd dat, gezien de aard, ernst en omvang van de bewezen te verklaren feiten en de daarbij behorende strafmaat/-modaliteit, afgezet tegen de relevante recidive die aanleiding geeft om de recidivegrond (onverminderd) van kracht te achten, de persoonlijke belangen van verdachte bij het voortduren van de schorsing ondergeschikt zijn aan de strafvorderlijke belangen en het belang dat de samenleving heeft bij het hervatten van de voorlopige hechtenis.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Verdachte heeft zich in een periode van vier maanden samen met anderen schuldig gemaakt aan het plegen van voorbereidingshandelingen ten behoeve van de productie van amfetamine en MDMA. Ook heeft verdachte samen met in ieder geval één ander opzettelijk amfetamine en MDMA geproduceerd. Vanaf 1 juli 2017 heeft verdachte zich bezig gehouden met de opbouw van het drugslab. Twee gebouwen zijn ingericht als laboratorium. In andere opstallen op het perceel was sprake van opslagruimtes. De beide laboratoria waren zeer professioneel opgezet en zijn geschikt voor de langdurige en grootschalige productie van precursoren en synthetische drugs. In het drugslab is in de periode van vier maanden op zijn minst één keer amfetamine en MDMA geproduceerd. In het drugslab werd in totaal minimaal 218 liter PMK aangetroffen dat kan worden omgezet in 218 liter MDMA-olie. Na kristallisatie kunnen hiervan ruim 1,8 miljoen XTC-pillen worden geproduceerd. Daarnaast werd er minimaal 54 liter BMK aangetroffen dat kan worden omgezet in ongeveer 108 kg amfetamine pasta. Het drugslab was dus niet alleen geschikt voor grootschalige productie, uit de aangetroffen precursoren kan ook worden afgeleid dat het de bedoeling was om grote hoeveelheden MDMA en amfetamine te produceren. Verdachte runde dit drugslab samen met zijn mededader [medeverdachte 4] .
Voor de productie van synthetische drugs, in dit geval amfetamine en MDMA, wordt gebruik gemaakt van chemische grondstoffen die bijzonder schadelijk zijn voor de volksgezondheid en het milieu. De productie vindt gewoonlijk plaats in daarvoor niet bestemde ruimten, zoals in dit geval een tuinhuisje en een schuur. Bij het ondeskundig opslaan en bewerken van dergelijke grondstoffen kan ontploffingsgevaar optreden. Het productieproces levert bovendien grote hoeveelheden schadelijke afvalstoffen op die, zo leert de praktijk, illegaal onder andere in natuurgebieden worden gedumpt. In dit geval werden er chemische vloeistoffen op en in de bodem van het perceel gedumpt. Verder is algemeen bekend dat synthetische drugs schade toebrengen aan de gezondheid van de gebruikers van deze drugs. Van de productie van synthetische drugs is ook algemeen bekend dat dit steeds meer gepaard gaat met andere vormen van (zware en georganiseerde) criminaliteit. Verdachte heeft kennelijk slechts zijn eigen financiële gewin voor ogen gehad en daarbij geen acht geslagen op de hiervoor beschreven schadelijke effecten.
Verdachte heeft zich daarnaast samen met anderen schuldig gemaakt aan het opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland brengen van een grote hoeveelheid amfetamine en hennep. Door de uitvoer van harddrugs en hennep naar het buitenland wordt de handel in verdovende middelen in het buitenland in stand gehouden. Verdachte heeft zich verder nog samen met een ander schuldig gemaakt aan de handel in een aanzienlijke hoeveelheid amfetamine in Nederland. De handel in zowel synthetische drugs als softdrugs brengt diverse vormen van (zware) criminaliteit en overlast met zich. Verdachte heeft zich ook samen met een ander schuldig gemaakt aan het leveren van een aanzienlijke hoeveelheid ketamine, zonder over de daartoe vereiste registratie te beschikken. Artikel 38 lid 1 van de Geneesmiddelenwet beoogt met name de volksgezondheid te beschermen en mede daarom de legale productieketen van geneesmiddelen te versterken.
Verder heeft verdachte zich samen met een ander schuldig gemaakt aan diefstal van stroom en aan het voorhanden hebben van een automatisch vuurwapen en twee magazijnhouders. Het voorhanden hebben van een vuurwapen brengt een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van personen met zich en maakt een ernstige inbreuk op de rechtsorde. Het is een feit van algemene bekendheid dat het bezit van vuurwapens regelmatig tot het gebruik daarvan leidt, met alle risico's van dien voor betrokkenen en voor toevallig aanwezige derden. Aangenomen mag worden dat in dit geval een vuurwapen in het drugslab aanwezig was om, zonodig, indringing door derden en diefstal van voorraad en drugs te voorkomen.
Met betrekking tot de persoon van verdachte heeft de rechtbank gelet op een uittreksel uit het justitiële documentatieregister van 1 februari 2021. Daaruit volgt dat verdachte in de vijf jaren voorafgaande aan de bewezenverklaarde feiten eerder onherroepelijk is veroordeeld wegens opiumwetdelicten. De rechtbank houdt hier in strafverzwarende zin rekening mee.
Daarnaast heeft de rechtbank gelet op de reclasseringsadvies van 17 maart 2021 van Reclassering Nederland, waarin is geadviseerd tot afdoening zonder reclasseringsbemoeienis omdat er geen mogelijkheden worden gezien om met interventies of toezicht de risico's te beperken of het gedrag te veranderen.
Naar het oordeel van de rechtbank kan op de gepleegde strafbare feiten niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf. De oplegging van een dergelijke straf is ook noodzakelijk om een voldoende afschrikwekkend effect te bewerkstelligen en recidive te voorkomen.
Alles afwegend en ook in aanmerking genomen de straffen die in soortgelijke zaken worden opgelegd, acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 6,5 jaar op zichzelf passend en geboden.
De rechtbank houdt er echter rekening mee dat in deze zaak sprake is van overschrijding van de redelijke termijn van berechting. Elke verdachte heeft recht op afdoening van de zaak binnen een redelijke termijn, te weten twee jaar nadat de termijn aanvang heeft genomen. De vervolging is aangevangen op 31 oktober 2017, toen de aanhouding en inverzekeringstelling plaatsvond. Het heeft vervolgens 3 jaren en 6,5 maanden geduurd voordat de rechtbank vonnis wijst. De redelijke termijn is daarom met 18,5 maanden overschreden. De rechtbank zal om die reden een korting van 6 maanden toepassen. De rechtbank zal aan verdachte dan ook een gevangenisstraf voor de duur van 6 jaar opleggen, met aftrek van voorarrest.
De rechtbank acht het niet passend en geboden om, naast de onvoorwaardelijke gevangenisstraf van lange duur, ook een geldboete op te leggen. Vast staat wel dat met de productie van synthetische drugs grote hoeveelheden geld worden verdiend. In het onderhavige geval is echter sprake van een relatief beperkte pleegperiode van vier maanden, die deels ook is gebruikt voor de opbouw van het drugslab. Er zijn weliswaar drugs geproduceerd in deze periode, maar de precieze hoeveelheid kan niet worden vastgesteld. Daarbij komt dat de richtlijn van het Openbaar Ministerie, waarop de officier van justitie zijn eis heeft gebaseerd, na de onderhavige pleegperiode tot stand is gekomen, terwijl niet zonder meer gezegd kan worden dat deze richtlijn een codificatie is van toentertijd gedane uitspraken in gelijke gevallen als hier aan de orde. De rechtbank heeft daarvoor in de voorhanden zijnde jurisprudentie geen bevestiging gevonden.
De rechtbank zal het verzoek van de officier van justitie tot opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis afwijzen. Anders dan de officier van justitie ziet de rechtbank geen aanleiding om thans een andere belangenafweging te maken, in die zin dat het strafvorderlijk belang bij hervatting van de voorlopige hechtenis thans zwaarder zou dienen te wegen dan het persoonlijk belang van verdachte bij het in vrijheid mogen afwachten van de (onherroepelijke) uitkomst van de strafzaak.

8.De beoordeling van het beslag

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de onder verdachte inbeslaggenomen goederen, te weten de HP Notebook, een gasmasker, een encrypted telefoon (merk: [type 2] X5), een mobiele telefoon (merk: Samsung) en een kassabon van de [slachtoffer 2] verbeurd worden verklaard. Hij heeft daarbij aangevoerd dat met de HP Notebook, het gasmasker, de telefoons en de goederen van de aankoop bij de [slachtoffer 2] strafbare feiten zijn gepleegd.
De officier van justitie heeft daarnaast gevorderd dat de inbeslaggenomen goederen, te weten een factuur Ibiza, een papiertje met daarop geschreven “Postbank Essen”, een factuur van het autoverhuurbedrijf [naam 21] op naam van [naam 22] , een visitekaartje van de reclassering, een rekeningafschrift van de Rabobank en de agenda zullen worden teruggegeven aan de verdachte.
De beoordeling door de rechtbank
Verbeurd verklaring
De rechtbank beslist dat de voorwerpen – te weten: een gasmasker, een kassabon van de [slachtoffer 2] en een mobiele telefoons, [type 3] en [type 2] X5 – die aan verdachte toebehoren als volgt.
Het in bezit hebben van een encrypted telefoon brengt op zich nog niet mee dat het ongecontroleerde bezit daarvan strijdig is met de wet of het algemeen belang. Immers, dergelijke telefoons worden ook door andere beroepsgroepen zoals journalisten gebruikt.
Verdachte is aangetroffen in een drugslaboratorium en aangenomen mag worden dat hij over de opbouw van en werkzaamheden in dat drugslaboratorium met zijn medeverdachten heeft getelefoneerd via de encrypted telefoon. Dit brengt de rechtbank tot de conclusie dat de bewezen verklaarde feiten onder 3 en 5 met behulp van deze telefoon zijn gepleegd. Daarom wordt de encrypted telefoon, merk [type 2] X5 (goednummer 1576813, welke is aangetroffen in de fouillering van [verdachte] ), verbeurd verklaard.
Uit de onder de feit 3 genoemde bewijsmiddelen blijkt verder dat verdachte de telefoon van het merk [type 3] onder zich had bij zijn aanhouding en dat zijn medeverdachten vermeld stonden in de contactenlijst. De rechtbank acht het daarom aannemelijk dat verdachte ook met deze telefoon over de voorbereidingen en werkzaamheden in het drugslaboratorium heeft gecommuniceerd. Dat brengt de rechtbank tot de conclusie dat de bewezen verklaarde feiten onder 3 en 5 met behulp van deze telefoon zijn gepleegd. Daarom wordt ook de telefoon, merk [type 3] (die is aangetroffen tijdens de fouillering van [verdachte] ) verbeurd verklaard.
Op de kassabon van de [slachtoffer 2] staan goederen die gebruikt kunnen worden in een drugslaboratorium. De rechtbank gaat er voorts vanuit dat ook het gasmasker daarvoor bedoeld is. Beide betreffen dus voorwerpen met betrekking tot welke de feiten onder 3 zijn gepleegd of daartoe bestemd zijn. De rechtbank zal deze voorwerpen daarom verbeurd verklaren.
De rechtbank heeft hierbij rekening gehouden met de draagkracht van verdachte.
Teruggave aan verdachte
De rechtbank beslist dat het in beslag genomen voorwerp, te weten een notebook, merk HP, een factuur Ibiza, een papiertje met daarop geschreven “Postbank Essen”, een envelop met brief afzender [medeverdachte 3] , een factuur van het autoverhuurbedrijf [naam 21] op naam van [naam 22] , een visitekaartje van de reclassering, een rekeningafschrift van de Rabobank en een agenda moet worden teruggegeven aan verdachte. Dit omdat de goederen toebehoren aan verdachte en het belang van strafvordering zich niet verzet tegen teruggave.

9.De vordering tot tenuitvoerlegging (parketnummer 05/184776-15)

De politierechter heeft verdachte op 4 november 2015 veroordeeld tot een voorwaardelijke werkstraf van 30 uren.
De officier van justitie vordert de tenuitvoerlegging van die straf.
Bewezen is dat verdachte zich binnen de proeftijd opnieuw schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit. De rechtbank is echter van oordeel dat toewijzing van de vordering tot tenuitvoerlegging niet opportuun is gelet op de gevangenisstraf die de rechtbank aan verdachte zal opleggen. De rechtbank zal de vordering daarom afwijzen.

10.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf en/of maatregel is gegrond op de artikelen:
  • 23, 24c, 33, 33a, 47, 55, 57, 310 en 311 van het Wetboek van Strafrecht;
  • 2, 3, 10, 10a, 11 en 13 van de Opiumwet;
  • 26 en 55 van de Wet wapens en munitie;
  • 38 van de Geneesmiddelenwet;
  • 1, 2 en 6 van de Wet op de Economische Delicten.

11.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) jaar;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
 veroordeelt verdachte tot een geldboete van € 20.000,00 (twintigduizend euro) bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 135 (honderdvijfendertig) dagen hechtenis;
 wijst af de vordering tot opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis;
Ten aanzien van het beslag:
 verklaart verbeurd de voorwerpen:
- een gasmasker;
- een kassabon [slachtoffer 2] ;
- een telefoon, merk [type 2] X5 (goednummer 1576813);
- een telefoon, merk [type 3] (goednummer 1577532);
 gelast de teruggave aan verdachte van:
- een notebook, merk HP;
- een papier postbank essen;
- een factuur Ibiza;
- een envelop met brief met afzender [medeverdachte 3] ;
- een factuur van autoverhuurbedrijf [naam 21] op naam van [naam 22] ;
- een visitekaartje van de reclassering;
- een rekeningafschrift van de Rabobank;
- een agenda;
Ten aanzien van de tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke straf:
 wijst af de vordering tot de tenuitvoerlegging van de op 4 november 2015 door de politierechter van de rechtbank Gelderland te Arnhem voorwaardelijk opgelegde straf.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.J. Wasmann (voorzitter), mr. K.A.M. van Hoof en mr. L.M. Vogel, rechters, in tegenwoordigheid van mr. J.M.P. van der Meulen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 15 april 2021.
mr. M.J. Wasmann is buiten staat om dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [verbalisant 1] van de politie Eenheid Oost-Nederland, districtsrecherche Arnhem, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-2016525695 onderzoek Knaak ON4R016162GLM, gesloten op 25 juli 2018, en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal van bevindingen ten behoeve van aangifte, p. 862.
3.Proces-verbaal van bevindingen ten behoeve van aangifte, p. 863.
4.Testrapport, p. 1028.
5.Proces-verbaal van verhoor [medeverdachte] , p. 880-881.
6.Notitie, p. 900-901.
7.Notitie, p. 907.
8.Proces-verbaal van verhoor [medeverdachte] , p. 919; Sequentiële fotoconfrontatie, p. 915.
9.Proces-verbaal van verhoor [medeverdachte 3] , p. 923.
10.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1613.
11.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1679.
12.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. p. 1679.
13.NFI-rapport, p. 1714.
14.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1615;
15.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1679; Fotomap, p. 1665 (foto 90).
16.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1614; Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1679.
17.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1614; Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1679.
18.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1614; Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1679.
19.NFI-rapport, p. 1714.
20.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1614.
21.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1614; Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1679.
22.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1615; Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1679.
23.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1677.
24.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1677; NFI-rapport, p. 1713.
25.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1677.
26.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1677; NFI-rapport, p. 1711.
27.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1677.
28.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1677; NFI-rapport, p. 1713.
29.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1677; NFI-rapport, p. 1713.
30.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1677; NFI-rapport, p. 1713.
31.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1677.
32.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1677-1678.
33.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1678.
34.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1678; NFI-rapport, p. 1713.
35.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1678.
36.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1678; NFI-rapport, p. 1713.
37.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1678.
38.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1678; NFI-rapport, p. 1714.
39.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1678.
40.Inventarislijst Ruimte L, S, SW en B, p. 1679.
41.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1615.
42.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1669; NFI-rapport, p. 1711.
43.Fotomap, p. 1654-1655.
44.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1669; NFI-rapport, p. 1711.
45.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1669.
46.Fotomap, p. 1651.
47.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1670, en Fotomap, p. 1651.
48.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1670; NFI-rapport 1712.
49.Fotomap, p. 1651.
50.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1615.
51.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1670.
52.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1670; NFI-rapport 1712.
53.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1670.
54.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1671; NFI-rapport 1712.
55.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1672.
56.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1673; NFI-rapport, p. 1712.
57.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1673.
58.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1673; NFI-rapport, p. 1712.
59.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1673-1674; NFI-rapport, p. 1712.
60.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1674; NFI-rapport, p. 1712.
61.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1674.
62.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1675.
63.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1675; NFI-rapport, p. 1712.
64.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1675.
65.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1675; NFI-rapport, p. 1713.
66.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1675-1776; NFI-rapport, p. 1713.
67.Inventarislijst Ruimte P en PS, p. 1676.
68.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1616.
69.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1616.
70.Het is niet vastgesteld of APAAN danwel APAA is gebruikt als grondstof voor de vervaardiging van de aangetroffen BMK.
71.NFI-rapport, p. 1706-1709.
72.Proces-verbaal van observatie d.d. 30 oktober 2017, p. 1395.
73.Proces-verbaal van observatie d.d. 30 oktober 2017, p. 1396.
74.Proces-verbaal van observatie d.d. 30 oktober 2017, p. 1397-1402.
75.Proces-verbaal van observatie d.d. 30 oktober 2017, p. 1404.
76.Proces-verbaal van observatie d.d. 30 oktober 2017, p. 1405.
77.Proces-verbaal van observatie d.d. 30 oktober 2017, p. 1406.
78.Proces-verbaal van observatie d.d. 30 oktober 2017, p. 1407-1408.
79.Proces-verbaal van observatie d.d. 30 oktober 2017, p. 1409.
80.Proces-verbaal van aanhouding verdachte [verdachte] , PD p. 213; proces-verbaal van observatie d.d. 30 oktober 2017, p. 1410.
81.Proces-verbaal van aanhouding verdachte [medeverdachte 4] , PD p. 389; proces-verbaal van aanhouding verdachte [medeverdachte 5] , p. 554.
82.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek [merk 1] [kenteken 1] p. 1756.
83.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek [merk 1] [kenteken 1] , p. 1756, 1757 en 1762.
84.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek [merk 1] [kenteken 1] p. 1757.
85.Proces-verbaal van bevindingen, nr. 208, p. 1527-1528; proces-verbaal van bevindingen, nr. 205, p. 1756a-1757a.
86.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1517.
87.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1520.
88.Stamproces-verbaal Algemeen Dossier, p. 29; stamproces-verbaal zaaksdossier 2 drugslab Zuidwolde, p. 1097.
89.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1520; overzicht gesprekken m.b.t. nummer [telefoonnummer 3] , p. 1536-1537.
90.Overzicht telefoondata, p. 1892.
91.Tapgesprek, p. 1240, 1250 en 1251; proces-verbaal stemherkenning [medeverdachte 4] , p. 1253.
92.Tapgesprek, p. 1227-1230.
93.Proces-verbaal van observatie 28 september 2017, p. 1266-1271.
94.Proces-verbaal van observatie 2 oktober 2017, p. 1285.
95.Gegevens Hertz autoverhuur, p. 1291.
96.Proces-verbaal van bevindingen herkenning [naam 23] , p. 1903-1904.
97.Proces-verbaal van observatie 2 oktober 2017, p. 1286.
98.Proces-verbaal bevindingen tankstation Texaco, p. 1298-1300.
99.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1351; proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 5] d.d. 10 januari 2018, p. 1603.
100.Proces-verbaal van observatie 2 oktober 2017, p. 1286.
101.Proces-verbaal camerabeelden helikopter, p. 1289.
102.Tapgesprek van 21 oktober 2017, p. 1348.
103.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1539; KvI, p. 1540; Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen, p. 1544.
104.Kennisgeving van inbeslagname, p. 1787.
105.Proces-verbaal Onderzoek verdovende middelen, p. 1805-1806, 1808.
106.Proces-verbaal bevindingen afbeeldingen Macbook, p.1916. Foto, p. 1919.
107.Proces-verbaal bevindingen afbeeldingen Macbook, p.1916. Foto, p. 1920.
108.Proces-verbaal bevindingen afbeeldingen Macbook, p.1917. Foto, p. 1921.
109.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1517-1519
110.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek [merk 1] [kenteken 1] , p. 1756-1757, 1763 en 1770.
111.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek [merk 1] [kenteken 1] , p. 1763 en 1771.
112.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1616; Fotomap LFO, foto 35-36, p. 1637.
113.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1616; fotomap LFO, foto 56-59, p. 1648-1649.
114.Uittreksel kadaster, p. 1277.
115.Proces-verbaal van bevindingen [medeverdachte 4] / [naam 16] , p. 1276.
116.Proces-verbaal van bevindingen [medeverdachte 4] / [naam 16] , p. 1276; screenshots facebook-account, p. 1281-1283.
117.Proces-verbaal verhoor getuige [naam 16] , p. 1896-1897.
118.Printscreens bankafschriften [naam 16] , p. 1899.
119.Factuur van [slachtoffer 1] d.d. 27 november 2017, p. 2556 (bijlage bij Brief van [slachtoffer 1] d.d. 15 januari 2018 met aangifteformulier, p. 2555-2568).
120.Proces-verbaal van bevindingen, p. 2570; Fotomap LFO, p. 2594, 2623 en 2624.
121.Fotomap LFO, p. 2594;.
122.Brief van [slachtoffer 1] d.d. 15 januari 2018 met aangifteformulier, p. 2556.
123.Proces-verbaal van verhoor getuige [naam 16] , p. 1895-1897.
124.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek [merk 1] [kenteken 1] , p. 2249, 2250, 2252 en 2254; Kennisgeving van inbeslagname, p. 2257.
125.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2258.
126.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2265-2266.
127.Extract van de WhatsApp-gesprekken, p. 2283-2291.
128.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2258-2266.
129.Proces-verbaal van bevindingen [naam 19] , p. 2275-2280.
130.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2259.
131.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2260.
132.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2261.
133.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2261.
134.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2262.
135.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2262.
136.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2263.
137.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2263.
138.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2264.
139.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2263.
140.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2263-2264.
141.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2265.
142.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek mobiele telefoon, p. 2265-2266.
143.Proces-verbaal van verhoor verdachte [naam 19] , p. 2294-2295.
144.Proces-verbaal van verhoor verdachte [naam 19] , p. 2295 en 2299.
145.Proces-verbaal van verhoor verdachte [naam 19] , p. 2295 en 2300.
146.Proces-verbaal van verhoor verdachte [naam 19] , p. 2296-2297.
147.Proces-verbaal van bevindingen LFO, p. 1615; proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagname, p. 2496-2498.
148.Kennisgeving van inbeslagname, p. 2499.
149.Kennisgeving van inbeslagname, p. 2501.
150.Proces-verbaal Biologisch vooronderzoek, p. 2515-2517; aanvullend proces-verbaal sporenonderzoek, p. 2518.
151.NFI-rapport van 2 maart 2018, p. 2520-2524; NFI-rapport van 27 juli 2018 betreffende aanvullend DNA-onderzoek.
152.Proces-verbaal bevindingen observatie, p. 2490-2491.
153.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [verbalisant 3] van de politie Eenheid Oost-Nederland, district Gelderland-Midden, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-2018434949, gesloten op 29 oktober 2018, en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.