In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland op 22 maart 2021 een verzoek tot wraking van rechter mr. G.W. Brands-Bottema afgewezen. Verzoekers, wonende te Etten en vertegenwoordigd door hun advocaat mr. R.F.P. Scheele, voerden aan dat de rechter vooringenomen was, omdat hij tijdens de zitting te veel vragen stelde over het strafverleden van verzoeker en te veel op de hand van de gecertificeerde instelling, de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, leek te zijn. De wrakingsprocedure is bedoeld om de onpartijdigheid van de rechter te waarborgen, maar de wrakingskamer oordeelde dat de klachten van verzoekers voornamelijk betrekking hadden op de wijze van bejegening door de rechter, wat niet onder de wrakingsprocedure valt. De rechter heeft tijdens de zitting vragen gesteld om de mogelijkheden voor contactherstel tussen verzoekers en hun kind te onderzoeken, wat logisch was gezien de context van de zaak. De wrakingskamer concludeerde dat er geen objectieve aanwijzingen waren voor partijdigheid van de rechter en dat het verzoek tot wraking derhalve moest worden afgewezen. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.