Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
"Opstandig omdat mijn poetsvrouw er niet is? Fuck haar joh, steek haar huis in brand dan”
“Ik heb vanavond toevallig aanmaakblokjes gehaald haha"
: "Huis lastig, kan achter de schutting hooguit"
”Zal ik zo nog langskomen"
’’Even half klarendal in de brand steken zo”.
”Oh ja [medeverdachte] , ik ben ff met de Kids bezig maar dat kan”
"Haha”
Wou je pyromaantje spelen”
"Tot zo”
de rechtbank begrijpt: op 11 april] stuurt [medeverdachte] aan [verdachte] het audiobericht:
"Slaap zacht, kleine pyromaan”.
"Jij ook mede ‘pyromaan’’
de rechtbank begrijpt: een screenshot van een bericht van [slachtoffer 1] aan [medeverdachte] , waarin zij om 1:08 uur zegt dat zij wakker werd gebeld en geklopt door de politie omdat haar schutting in de fik stond] aan [verdachte] : met daarbij het bericht:
"Hahaha”
"Hahaha”
“ [slachtoffer 1] ze poort"
"Bedoelde schutting viel zo op de foto wil mee"
"Hahahaahahah"
"Hebben we goed gedaan”en
“Echt nice"
“De pieroos” en “Wij"
“Goeden morgen schat”
"Mijn bonny”
”. . .morgen even de schutting bij [slachtoffer 1] maken, wat we kapot hebben gemaakt samen..
“Ja zekers.ffmaken.dan kunne we Eerdags
"Heb nog wel een plankje voor de schutting haha” [4]
‘hebben we goed gedaan’. Twee dagen na de schuttingbrand zegt [medeverdachte] dat hij de dag erna de schutting bij [slachtoffer 1] (de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 1] ) gaat maken en dat het om de schutting gaat die zij samen kapot hebben gemaakt.
3.De bewezenverklaring
feiten 1 en 3tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
of omstreeks11 april 2020 te Arnhem,
in elk geval in Nederland,tezamen en in vereniging met een
of meerander
en,
althans alleen,opzettelijk brand heeft gesticht door open vuur in aanraking te brengen met een (houten) schutting,
althans met een brandbare stof,ten gevolge waarvan die schutting
geheel ofgedeeltelijk is verbrand, in elk geval brand is ontstaan, en daarvan gemeen gevaar voor
voornoemde schutting en/ofin de nabijheid staande goederen
, in elk geval gemeen gevaar voor goederente duchten was;
of omstreeks20 februari 2019 te Arnhem,
in elk geval in Nederland,opzettelijk brand heeft gesticht door open vuur in aanraking te brengen met een aanmaakblokje en
/ofeen bankstel,
althans met een brandbare stof,ten gevolge waarvan voornoemd bankstel
geheel ofgedeeltelijk is verbrand
en/of ten gevolge waarvan een of meer woningen aan de [straatnaam] ter hoogte van [adres 2] geheel of gedeeltelijk is/zijn verbrand, in elk geval brand is ontstaan, en daarvan gemeen gevaar voor
voornoemd bankstel en/ofwoningen,
in elk geval gemeen gevaar voor goederenen
/oflevensgevaar en
/ofgevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor de bewoners van voornoemde nabijgelegen woning(en),
in elk geval levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderente duchten was.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf
8.De beoordeling van de civiele vordering
9.De toegepaste wettelijke bepalingen
10.De beslissing
spreekt verdachte vrijvan het onder
feit 2tenlastegelegde;
veroordeelt verdachtewegens het bewezenverklaarde tot veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
18 (achttien) maanden;