Op 14 februari 2020 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen uitspraak gedaan in de zaak tegen een 61-jarige man, die beschuldigd werd van de doodslag op zijn echtgenote. De rechtbank heeft vastgesteld dat de man op 11 september 2019 in hun woning in Ermelo zijn vrouw heeft gewurgd. De verdachte heeft tijdens de zitting verklaard dat er een ruzie was tussen hem en zijn vrouw, die escaleerde. Hij gaf aan dat hij in een vlaag van woede handelde en zich niet meer kon herinneren wat er precies gebeurde. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 11 jaar, maar de rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van voorbedachte rade en sprak de verdachte vrij van moord. De rechtbank achtte echter doodslag wettig en overtuigend bewezen, gezien de verklaringen van de verdachte en de forensische bevindingen die bevestigden dat de dood van de vrouw het gevolg was van verwurging. De rechtbank legde een gevangenisstraf van 7 jaar op, rekening houdend met de omstandigheden van de zaak, de leeftijd van de verdachte, en het feit dat hij berouw toonde. De rechtbank benadrukte de impact van de daad op de nabestaanden en de ernst van het gepleegde feit.