Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs
- de persoonsgegevens van verdachte zijn zonder diens toestemming verwerkt; dat is in strijd met de AVG;
- uit niets blijkt dat “beveiliger [naam 2] ” gemachtigd was om namens de rechthebbende COOP een dergelijk verbod op te leggen;
- de exacte aanleiding voor het opleggen van het winkelverbod kan niet blijken uit de stukken; het verbod vermeldt enkel “uw gedrag in ons bedrijf COOP op: 25-09-2018” en een handmatige toevoeging “huisvredebreuk”. Dat voor een mogelijke huisvredebreuk überhaupt een winkelverbod kan en mag worden opgelegd, volgt niet uit het gestandaardiseerde formulier. Er kan bezwaarlijk worden verondersteld dat [naam 2] gemachtigd is om daartoe zelf te beslissen.
- een winkelverbod van 24 maanden staat volstrekt niet in verhouding tot de aard van de vermeende gebeurtenis op 25 september 2018.
- er is mogelijke verwarring bij verdachte nu in het winkelverbod wordt gesproken over een verbod voor de duur van 24 maanden, terwijl onderaan is omcirkeld dat het zou gaan om een verbod voor de duur van 12 maanden.
- de duur van een winkelverbod is in de regel 12 maanden, aldus de website van de politie.
3.Bewezenverklaring
onder parketnummer 05/151643-20heeft begaan, te weten dat:
of omstreeksde periode van 1 april 2020 tot en met 9 juni 2020 te Nijmegen,
/of(haar
/of[slachtoffer 3] en
/of[slachtoffer 4] door
/of
/ofaan te bellen en
/ofnaar binnen te
/of
/of
/of[slachtoffer 1] aan te spreken
en/of
/of[slachtoffer 2] en
/of[slachtoffer 3] en
/of
onder parketnummer 05/151643-20heeft begaan, te weten dat:
of omstreeks17 april 2020 te Nijmegen in het besloten lokaal op/aan de Passage Molenpoort 28 bij de Coop Molenpoort,
althans bij een ander of anderen dan bij verdachte,in gebruik wederrechtelijk is binnengedrongen immers was hem, verdachte, met ingang van 25 september 2018 schriftelijk de toegang tot voornoemde supermarkt ontzegd (voor de duur van 24 maanden).
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
- een vordering van 16 juni 2020 strekkende tot tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de politierechter te Arnhem van 30 oktober 2018 (parketnummer 05/144127-18) voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf voor de duur van twee weken;
- een vordering van 16 juni 2020 strekkende tot tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de politierechter te Nijmegen van 18 december 2018 (parketnummer 05/189569-18) voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf voor de duur van 1 week;
- een vordering van 16 juni 2020 strekkende tot tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de politierechter te Nijmegen van 26 februari 2019 (parketnummer 05/246447-18) voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf voor de duur van twee maanden.
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders voor de duur van 2 (twee) jaren;
wijst af de verzoeken tot opheffing en schorsingvan het bevel tot voorlopige hechtenis;
verklaart verbeurdhet in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: een liefdesbrief;
schadevergoedingaan de
benadeelde partij [slachtoffer 1], van een bedrag van
€ 751,06 (zevenhonderdeenenvijftig euro en zes cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 april 2020 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
verplichtingop
om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 1] , een bedrag
te betalen van € € 751,06 (zevenhonderdeenenvijftig euro en zes cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 april 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 15 dagen gijzeling zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
wijst af de vorderingvan de officier van justitie van 16 juni 2020, strekkende
tot tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van de politierechter te Arnhem van 30 oktober 2018 voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf voor de duur van twee weken (parketnummer 05/144127-18);
wijst af de vorderingvan de officier van justitie van 16 juni 2020, strekkende
tot tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van de politierechter te Nijmegen van 18 december 2018 voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf voor de duur van 1 week (parketnummer 05/189569-18);
wijst af de vorderingvan de officier van justitie van 16 juni 2020, strekkende
tot tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van de politierechter te Nijmegen van 26 februari 2019 voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf voor de duur van twee maanden (parketnummer 05/246447-19).
mr. L.M. Vogel, rechters, in tegenwoordigheid van mr. K.M. Rokette, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 1 oktober 2020.