ECLI:NL:RBGEL:2020:5072

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
30 september 2020
Publicatiedatum
28 september 2020
Zaaknummer
8535024 CV EXPL 20-5026
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onredelijk bezwarende aanhoudingsperiode in incassovoorwaarden en overtreding spelregels door opdrachtgever

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, op 30 september 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen e-Legal incasso advocaten B.V. en East Property Fund B.V. met een bestuurder, aangeduid als [gedaagde 2]. De eisende partij, e-Legal, vorderde betaling van een bedrag van € 8.225,77, inclusief rente en buitengerechtelijke kosten, op basis van een overeenkomst van opdracht. De zaak draait om de vraag of de aanhoudingsperiode van het incassodossier in de incassovoorwaarden onredelijk bezwarend is en of de gedaagde partijen de spelregels van de incassovoorwaarden hebben overtreden.

De feiten van de zaak zijn als volgt: in maart 2020 heeft East Property Fund een onbetaalde factuur van € 32.972,50 aan de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM) ingediend bij e-Legal. Na correspondentie tussen e-Legal en [gedaagde 2] over de opdrachtbevestiging, heeft e-Legal een sommatie gestuurd naar KNRM. Echter, [gedaagde 2] heeft rechtstreeks contact opgenomen met KNRM, wat in strijd was met de incassovoorwaarden. Dit leidde tot betaling door KNRM aan [gedaagde 2] en niet aan e-Legal.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat de overeenkomst van opdracht tussen partijen na 2 april 2020 is blijven bestaan, ondanks het verweer van [gedaagde partijen] dat de overeenkomst was beëindigd. De rechter oordeelde dat de gedaagde partijen de spelregels van de incassovoorwaarden hebben geschonden door zelf contact op te nemen met de debiteur en dat de vordering van e-Legal, inclusief de gevorderde kosten, toewijsbaar is. De kantonrechter heeft de gedaagde partijen hoofdelijk veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met rente en proceskosten.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK GELDERLAND
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaakgegevens 8535024 \ CV EXPL 20-5026 \ 42693 \ 32568
uitspraak van
vonnis
in de zaak van
de besloten vennootschap
e-Legal incasso advocaten B.V.
gevestigd te Rotterdam
eisende partij
gemachtigde mr. L.R. Ridderbroek
tegen

1.de besloten vennootschapEast Property Fund B.V.

statutair gevetsigd te Amsterdam
kantoorhoudende te Arnhem
2. [gedaagde 2], bestuurder van gedaagde sub 1
wonende te [woonplaats]
gedaagde partij
procederend in persoon
Partijen worden hierna e-Legal, East Property Fund en [gedaagde 2] genoemd. Gedaagde partijen worden gezamenlijk [gedaagde partijen] (mannelijk enkelvoud) genoemd.

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 22 juli 2020 en de daarin genoemde processtukken
- de mondelinge behandeling van 2 september 2020.

2.De feiten

2.1.
In maart 2020 heeft [gedaagde partijen] e-Legal benaderd in verband met een onbetaalde factuur van East Property Fund op de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (verder wisselend aangeduid met KNRM of debiteur) van € 32.972,50.
2.2.
Op 25 maart 2020 heeft e-Legal een e-mail aan [gedaagde 2] gestuurd. In de e-mail staat onder andere:

Bijgesloten treft u onze opdrachtbevestiging aan (bijlage). Naar de inhoud waarvan ik u verwijs.
Graag wil ik onder uw aandacht brengen dat ons is opgevallen dat uw opdrachtbevestiging (getekende opdrachtbevestiging incl. mail.pdf) is ondertekend door u in persoon. East Property Fund B.V. staat niet op de opdrachtbevestiging. Klopt dit?
Ik ontvang graag uw akkoord op de opdrachtbevestiging alvorens wij de debiteur zullen aanschrijven.
2.3.
In de opdrachtbevestiging van e-Legal staat onder andere:

Om uw vordering zo snel en effectief mogelijk te kunnen incasseren, bepaalt ons kantoor de incassomaatregelen naar eigen inzicht. Eventuele rechtsmaatregelen worden uiteraard pas genomen nadat u daarvoor toestemming hebt verleend.
Graag vraag ik uw aandacht voor een aantal belangrijke aandachtspunten:
(…)
Geen rechtstreeks contact
Ik verzoek u om geen rechtstreeks contact met de debiteur te onderhouden ten aanzien van dit incassodossier. Alleen dan verloopt onze communicatie met de debiteur consequent en optimaal. Mocht de debiteur zelf rechtstreeks contact met u opnemen met betrekking tot dit incassodossier, verwijst u de debiteur dan door naar ons.
Geen dossieronderzoek
Gelet op de door u verstrekte incasso-opdracht beperken onze werkzaamheden zich tot de
incassomaatregelen zoals hiervoor vermeld onder ‘Verloop buitengerechtelijk incassotraject’. Om deze reden verricht ons kantoor geen overig maatwerk, zoals het bestuderen van het beschikbare dossier. Eventuele stukken die u hebt toegestuurd of geüpload in uw digitale dossier worden dus niet bestudeerd (tenzij uitdrukkelijk anders is afgesproken of uit uw digitale incassodossier anders blijkt).
(…)
Opdrachtgevers
Voor de onderhavige opdracht treden East Property Fund B.V. en u in persoon gezamenlijk als opdrachtgever op.
Toepasselijke voorwaarden
Tot slot treft u bijgesloten aan onze incassovoorwaarden alsook onze algemene voorwaarden
(bijlagen), die van toepassing zijn op alle opdrachten.
2.4.
In de ‘Incassovoorwaarden e-Legal incasso advocaten B.V.’ (hierna: de incassovoorwaarden) staat onder andere:

1. No cure no pay incasso
Factuur niet betaald? Wii presenteren uw debiteur de rekening.
Betaalt uw debiteur uw factuur niet? Dan presenteren wij uw debiteur de rekening. En de
kosten? Die zijn voor rekening van uw debiteur, want die heeft deze kosten immers veroorzaakt.
Buitengerechtelijke incasso op basis van no cure no pay
Wij verzorgen het buitengerechtelijke incassotraject op basis van no cure no pay.Incasseren wij niets, dan betaalt u ons niets.Incasseren wij wel, dan komen de bij de debiteur in rekening gebrachte rente en incassokosten toe aan ons kantoor als vergoeding voor onze
buitengerechtelijke werkzaamheden.
Incasso zonder kosten
Bij verhaal van uw volledige vordering is de incasso voor u zonder kosten. De debiteur betaalt in dat geval namelijk onze kosten. U ontvangt van ons dan enkel een factuur voor de btw over onze vergoeding. De btw kost u per saldo geen geld als u de btw kunt verrekenen. Na verrekening van de btw resteert voor u100% van de hoofdsom. Als u de btw niet kunt verrekenen, verhogen wij de incassokosten met de btw, zodat de debiteur naast de kosten ook de btw over de incassokosten vergoedt (als u de btw niet kunt verrekenen, blijft de btw over de rente wel voor uw eigen rekening, aangezien de rente niet kan worden verhoogd met de btw).
Incasso op zakelijke debiteuren (b2b incasso)
No cure no pay geldt voor incasso van uw zakelijke vorderingen op zakelijke debiteuren, dus voorbusiness to businessincasso (hieronder vallen ook eenmanszaken of ZZP-ers). No cure no pay incasso is in het bijzonder bedoeld voor:
• incasso van onbetaalde facturen
• incasso van verstrekte leningen
• huurincasso
Spelregels
Er gelden spelregels voor incasso. Zie voor meer informatie artikel 3.
(…)
Incassokosten en rente
De hoogte van de incassokosten en rente wordt bepaald op basis van de wettelijke regeling,
dan wel de gemaakte afspraken zoals die blijken uit eventueel beschikbare contracten of voorwaarden, wanneer deze afspraken bepalen dat er een hoger bedrag aan incassokosten en rente is verschuldigd. Bij particuliere debiteuren wordt ten aanzien van de incassokosten altijd uitgegaan van de wettelijke regeling
De hoogte van de incassokosten en rente wordt vastgesteld bij aanvang van de zaak. De hoogte van deze bijkomende kosten wordt per dossier bepaald op basis van het saldo van de hoofdsom van de ter incasso ingediende vorderingen inclusief btw. Bij facturen wordt dus uitgegaan van de totaaloptelling van alle openstaande facturen. Eventuele door u zelf opgevoerde administratiekosten (onder welke benaming dan ook) worden hierin niet verwerkt, aangezien het juridisch gezien niet mogelijk is om dergelijke kosten (dubbel) te berekenen. De incassokosten en rente worden tussentijds bijgesteld wanneer de hoofdsom tussentijds wordt verhoogd respectievelijk wordt verlaagd.
Wij brengen uw debiteur niet minder in rekening dan de wettelijk vastgestelde bedragen, dan
wel de afgesproken bedragen (zie hiervoor). Als u om uw moverende redenen geen aanspraak wenst te maken op volledige vergoeding van de incassokosten of rente, dan brengen wij u het verschil in rekening, ook als de resterende vordering niet op de debiteur kan worden verhaald. Hetzelfde geldt wanneer de hoofdsom tussentijds wordt verlaagd (uitgezonderd van deelbetalingen na indiening van de incasso-opdracht). Voor het overige geldt dat de hoogte van de rente en incassokosten in het dossier ook bepalend is voor hetgeen u in voorkomende gevallen aan ons bent verschuldigd, zoals bij succesvol verhaal van uw vordering op de debiteur.
(…)
3. Spelregels
Waarom spelregels?
Incasso gaat om geld. Uw geld. Daarvoor zetten wij ons tot het uiterste in.Wij spelen om te
winnen, maar spelen eerlijk spel.Wij verwachten dat u ook eerlijk speelt. U begrijpt ook wel dat wij voor onze inspanningen willen worden beloond als wij uw vordering incasseren. Dat is niet meer dan redelijk. Want als wij niets incasseren, hoeft u ons ook niets te betalen als wij uw zaak behandelen op basis van no cure no pay. Dit laatste veronderstelt natuurlijk wel dat wij door u daadwerkelijk in staat worden gesteld om uw vordering te kunnen incasseren. Daarom gelden voor u de volgende spelregels.
Wij verwachten dat u een gegronde vordering indient (spelregel 1). Verder verwachten wij dat u ons in staat stelt ons werk te doen (spelregel 2). Tot slot verwachten wij dat u uw incasso online indient (spelregel 3). Hieronder worden de 3 spelregels uitgelegd.
Spelregel 1: u dient een gegronde vordering in ter incasso
Uw vordering dient gegrond te zijn en dient terecht ter incasso te zijn ingediend. Hiervan is geen sprake als:

de vordering op het moment dat u de incasso hebt ingediend al was voldaan, al was verjaard, of nog niet opeisbaar was (bijvoorbeeld omdat de geldende betalingstermijn nog niet was verstreken of u de debiteur een nadere betalingstermijn heeft gegund die nog niet was verstreken)

er op het moment dat u de incasso hebt ingediend al sprake is van een faillissement, surseance van betaling of WSNP aan de zijde van de debiteur

het een gepretendeerde vordering betreft waarvan u het vorderingsrecht niet summierlijk kunt aantonen

het een vordering betreft waarvan het u op het moment dat u de incasso hebt ingediend al bekend was dat de vordering inhoudelijk wordt betwist door de debiteur zonder ons dit te melden bij indiening van de incasso

de vordering eerder door een derde partij geprobeerd is te incasseren

het anderszins niet mogelijk is om aanspraak te maken op volledige betaling van de vordering of nevenvorderingen, zoals rente of incassokosten (bijvoorbeeld omdat u met de debiteur bent overeengekomen dat er geen rente of incassokosten zijn verschuldigd of dat de hoogte hiervan lager is dan wettelijk is bepaald)
Spelregel 2: u stelt ons in staat om ons werk te doen (geen belemmering)
Het is ook in uw belang dat wij in staat worden gesteld ons werk te doen. Hiervan is geen sprake als u:

zelf contact onderhoudt met de debiteur ten aanzien van de ter incasso ingediende vordering (als de debiteur contact met u opneemt, kunt u hem naar ons doorverwijzen)

de vordering buiten ons om probeert te incasseren (bijvoorbeeld door betalingsafspraken te maken)

de vordering ook aan een derde ter incasso aanbiedt

de vordering aan een derde overdraagt (zoals bij cessie) of de vordering bezwaart (bijvoorbeeld door een pandrecht)

ons niet de benodigde informatie of stukken verstrekt (bijvoorbeeld omdat u relevante informatie verzwijgt of stukken achterhoudt, of foutieve informatie of valse stukken verstrekt)

ons door u ontvangen betalingen niet meldt onder vermelding van het bedrag en de betaaldatum binnen een termijn van uiterlijk 5 dagen

niet of niet inhoudelijk reageert op een informatieverzoek of een verzoek tot instructies binnen een termijn van uiterlijk 14 dagen

de incasso-opdracht tussentijds beëindigt zonder onze instemming

onze werkzaamheden anderszins belemmert
Als u zich niet aan spelregel 1 of spelregel 2 houdt, is het helaas aan u als opdrachtgever toe te rekenen dat wij de kosten van onze werkzaamheden niet op de debiteur kunnen verhalen, dan wel dat verhaal van deze kosten op de debiteur onevenredig bezwaarlijk is. Bij overtreding van een spelregel zijn wij gerechtigd om de opdracht op te zeggen en het dossier af te rekenen voor de kosten die verschuldigd zouden zijn geweest wanneer de vordering volledig zou zijn betaald, onverminderd eventuele overige vergoedingen die ons kantoor toekomen. Daarnaast is bij overtreding van een spelregel een incassoprovisie verschuldigd over de hoofdsom van de ter incasso ingediende vordering. De incassoprovisie bedraagt 15% over de eerste € 25.000, 10% over het meerdere tot € 100.000 en 5% over het meerdere daarboven, met een minimum van € 350.
Spelregel 3: u dient uw incasso online in via onze incassoportal
Een account aanmaken voor online incasso kan binnen 1 minuut. Uw incasso online indienen via onze incassoportal kan binnen ca. 5 minuten. Als u uw incasso online indient, gaat er voor ons geen onnodige tijd verloren met de verwerking van allerlei schriftelijke correspondentie, e-mails, bestanden, documenten, etc. Zo kunnen wij onze tijd en aandacht volledig richten op de incasso van úw vordering.
Als u zich niet aan spelregel 3 houdt, brengen wij u een bedrag ad € 75 aan opstartkosten in rekening per ingediend dossier ter dekking van de kosten van onze aanvullende werkzaamheden om uw incasso-opdracht te kunnen opstarten. Dit geldt ook als u uw dossier weliswaar online via de incassoportal hebt ingediend, maar de benodigde gegevens niet (correct) zijn vermeld of de vordering(en) niet deugdelijk zijn gespecificeerd, waardoor wij alsnog werkzaamheden moeten verrichten die anders niet nodig zouden zijn geweest.
Waarvoor geldt no cure no pay incasso niet?
No cure no pay geldt niet voor incasso van:

vorderingen waarvoor maatwerk noodzakelijk is

vorderingen die inhoudelijk worden betwist

vorderingen die in hoofdsom lager zijn dan € 1.000

vorderingen die ouder zijn dan 1 jaar

vorderingen op particuliere debiteuren

vorderingen op buitenlandse debiteuren
De bovenvermelde categorieën worden hieronder toegelicht.
(…)
Aanhouding
Aangezien een dergelijk prijsvoorstel vrijblijvend is, bent u vrij in uw keuze om hiervan wel of geen gebruik te maken. Mocht u ervoor kiezen om niet op een prijsvoorstel in te gaan, dan staat het ons kantoor vrij om naar eigen inzicht te bepalen of het incassodossier nog enige tijd wordt aangehouden in afwachting van mogelijke betaling van de vordering. Gedurende een aanhoudingstraject bepaalt ons kantoor eventuele incassomaatregelen, zoals het periodiek geautomatiseerd verzenden van herhaalde sommatiebrieven, naar eigen inzicht. Tijdens een aanhoudingstraject blijven onze incassovoorwaarden onverminderd gelden. Als gedurende een aanhoudingstraject alsnog wordt betaald, wordt alsnog afgerekend op basis van deze incassovoorwaarden.
(…)
5. Toerekening van betalingen
De volgorde waarop betalingen worden toegerekend, is enkel relevant als er gedeeltelijk wordt betaald of in termijnen wordt betaald, zoals bij een betalingsregeling.
Onder betaling wordt zowel betaling door de debiteur als betaling door een derde verstaan. Met betaling wordt gelijkgesteld een andere wijze van voldoening, zoals door inbetalinggeving (aanvaarding van een vervangende tegenprestatie) of verrekening. Met betaling wordt verder gelijkgesteld het geheel of gedeeltelijk afstand doen van de vordering, zoals door creditering, kwijtschelding, retourlevering van goederen, het accepteren van een schikking, etc.
(…)
Als de vordering gedeeltelijk of in termijnen wordt betaald
Als de vordering gedeeltelijk of in termijnen wordt betaald, is toerekening van betalingen wel aan de orde. Aangezien wij onze werkzaamheden doorgaans op basis van no cure no pay
verrichten, worden betalingen allereerst aangewend ter voldoening van de aan ons toekomende vergoeding. Het zijn immers onze inspanningen die tot betaling hebben geleid. Er kunnen uiteraard niet meer betalingen worden toegerekend dan zijn ontvangen. Bij toerekening kunnen de kosten (exclusief btw) dus niet hoger zijn dan de betaalde bedragen.
Betalingen worden in deze volgorde aan de diverse deelvorderingen toegerekend: (1) rente, (2) incassokosten, (3) eventuele (incasso)provisie, (4) verschotten (kosten van derden), (5)
hoofdsom, (6) overige vergoede kosten. Onder de ‘overige vergoede kosten’ worden de kosten verstaan die toezien op salaris gemachtigde/advocaat die bij de debiteur in rekening kunnen worden gebracht voor bepaalde (voorbereidende) proceshandelingen. Aangezien betalingen pas als laatste aan deze kosten worden toegerekend, worden deze kosten enkel vergoed als de vordering en de bijkomende kosten volledig zijn voldaan. Dit kost u dus geen geld, ervan uitgaande dat u de btw over deze kosten kunt verrekenen, dan wel dat de btw is verhaald op de debiteur.
Het voorgaande geldt voor iedere betaling die (door u of ons) is ontvangen vanaf de datum van dagtekening van onze opdrachtbevestiging. Hieronder zijn ook begrepen betalingen die op dezelfde dag zijn ontvangen of betalingen van de debiteur die toezien op andere vorderingen dan op het dossier dat bij ons in behandeling is (als er meerdere dossiers bij ons in behandeling zijn, zijn wij gerechtigd om naar evenredigheid toe te rekenen).
Het stopt overigens niet bij een deelbetaling. Uiteraard zetten wij ons tot het uiterste in om uw vordering volledig te incasseren. Om deze redenwordt het volledige buitengerechtelijke
incassotraject afgerond(zie artikel 2), ook als uw debiteur in de veronderstelling verkeert de
bijkomende kosten niet te hoeven voldoen.
(…)
7. (Tussentijdse) beëindiging
Onverminderd artikel 2.3 van onze algemene voorwaarden (zie artikel 9 hieronder) geldt dat wij gerechtigd zijn om een incasso-opdracht (tussentijds) te beëindigen als naar ons inzicht van voortzetting van de incassomaatregelen geen noemenswaardig resultaat valt te verwachten of als de kosten van voortzetting van de incassowerkzaamheden niet opwegen tegen de te verwachten baten.
(…)
9. Algemene voorwaarden
Naast deze incassovoorwaarden zijn van toepassing onze algemene voorwaarden. Als deze
incassovoorwaarden op enig onderdeel strijdig of onverenigbaar zijn met het bepaalde in onze algemene voorwaarden, prevaleert het bepaalde in deze incassovoorwaarden.
2.5.
In de algemene voorwaarden staat onder andere:

6.2 Door het verstrijken van de betalingstermijn is de opdrachtgever van rechtswege in verzuim, zonder dat daarvoor een ingebrekestelling is vereist. Opdrachtgever is alsdan een rente verschuldigd van 2% per maand, tenzij de opdrachtgever een consument is in welk geval de wettelijke rente is verschuldigd. Zodra de opdrachtgever in verzuim komt te verkeren, worden alle vorderingen van e-Legal op de opdrachtgever onmiddellijk opeisbaar en treedt ook ten aanzien van die vorderingen het verzuim in zender ingebrekestelling of andere voorafgaande verklaring in de zin van art.6:80 e.v. BW. e-Legal is in dat geval bevoegd om haar verplichtingen uit hoofde van enige met de opdrachtgever gesloten overeenkomst op te schorten totdat alsnog volledige betaling van alle opeisbare vorderingen is ontvangen.
2.6.
Op 25 maart 2020 heeft [gedaagde 2] een e-mail aan e-Legal gestuurd. In de e-mail staat onder andere:

Uw constatering klopt inderdaad, ofschoon ik van East Property Fund BV als sinds 2003 (?) 100% van de aandelen bezit en meestal via deze BV naar buiten toe optreedt. Een logische verklaring hiervoor is er dan ook eigenlijk niet, behalve ‘slordig’.
(…)
Ik ben akkoord met de door u gestuurde opdrachtbevestiging.
2.7.
Op 25 maart 2020 heeft e-Legal namens East Property Fund een sommatie aan Stichting Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij gestuurd voor een bedrag van € 32.972,50 aan hoofdsom, € 93,69 aan rente en € 1.104,73 aan buitengerechtelijke kosten.
2.8.
E-Legal heeft toen haar bleek dat de vordering door KNRM werd betwist aan [gedaagde 2] een prijsvoorstel (€ 195,00 per uur) gedaan omdat verder maatwerk nodig zou zijn.
2.9.
Op 2 april 2020 heeft [gedaagde 2] een e-mail aan e-Legal gestuurd. In de e-mail staat onder andere:

Na ampele overweging heb ik besloten geen gebruik te maken van uw aanbod op voor € 195 per uur ex ex het dossier voort te zetten.
Ik dank u hartelijk voor de tot op heden gedane moeite om mijn factuur te incasseren bij KNRM .
2.10.
In het chronologisch dossieroverzicht van e-Legal staat bij 6 april 2020 het volgende:

De opdrachtgever is bevestigd dat het incassodossier enige tijd wordt aangehouden in afwachting van mogelijke betaling. De opdrachtgever is verzocht om ons eventuele rechtstreeks betalingen en ontwikkelingen te blijven melden.
2.11.
Op 17 april 2020 heeft [gedaagde partijen] rechtstreeks een bedrag van € 32.972,50 ontvangen van KNRM , nadat hij rechtstreeks contact had gehad met KNRM over de wijziging van de tenaamstelling van de factuur van East Property Fund.
2.12.
Op 22 april 2020 heeft e-Legal een e-mail aan [gedaagde 2] gestuurd. In de e-mail staat onder andere:

Zoals u weet hebben wij uw dossier op basis van no cure no pay in behandeling genomen. Naar aanleiding van de door ons verrichte werkzaamheden heeft er betaling plaatsgevonden van de volledige hoofdsom ad € 32.972,50. Er is dus cure zodat vanzelfsprekend pay volgt.
Op grond van onze incassovoorwaarden vindt er toerekening van betaling plaats hetgeen betekent dat de betaling allereerst wordt aangewend ter voldoening van de aan ons toekomende vergoeding, zijnde de rente en de incassokosten. Ik verwijs u hiervoor naar pagina 10 van onze incassovoorwaarden onder het kopje ‘Toerekening van betalingen’.
Ik ga er vanuit dat u het dossier niet wenst voort te zetten op uurbasis voor alleen de rente en de incassokosten. Bij sluiting en afrekening van bovenvermeld dossier zult u dan ook een eindafrekening ontvangen voor de rente en de incassokosten ad € 1.364,19 excl. btw.
2.13.
Op 23 april 2020 heeft [gedaagde 2] een e-mail aan e-Legal gestuurd. In de e-mail staat onder andere:

Ik begrijp uit uw mail van 22 april dat u van mening bent E-legal er voor heeft gezorgd dat mijn factuur voldaan is door de KNRM .
Ik ben deze mening evenwel niet toegedaan. (...)
De vordering bleek simpelweg nog niet opeisbaar te zijn.
2.14.
Op 28 april 2020 heeft e-Legal een e-mail aan [gedaagde 2] gestuurd. In de e-mail staat onder andere:

Wat betreft uw opmerking over de niet-opeisbaarheid van uw vordering geldt dat u kennelijk onze spelregels niet hebt gelezen. Indien u een vordering indient die niet opeisbaar is, dan staat daarop een provisie van 15% (ik verwijs u naar spelregel 1 in de opdrachtbevestiging). Die provisie zal ons kantoor u nu ook rekenen gelet op uw onderstaande reactie.
2.15.
Op 28 april 2020 heeft e-Legal een factuur aan [gedaagde 2] gestuurd voor een te betalen bedrag van € 259,46 aan rente, € 1.104,73 aan buitengerechtelijke kosten en € 4.547,25 aan ‘Kosten wegens overtreding spelregel(s) 1 en/of 2’ (in totaal € 7.152,84).

3.De vordering en het verweer

3.1.
e-Legal vordert - samengevat - dat de kantonrechter [gedaagde partijen] hoofdelijk veroordeelt om aan haar te betalen € 8.225,77, te vermeerderen met contractuele dan wel wettelijke (handels) over € 7.152,84, met veroordeling van [gedaagde partijen] in de proceskosten, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf veertien dagen na dagtekening van het vonnis. De vordering bestaat uit een bedrag van € 7.152,84 aan hoofdsom en € 1.072,93 aan buitengerechtelijke kosten.
3.2.
e-Legal baseert haar vordering, tegen de achtergrond van de vaststaande feiten, op de volgende – zakelijk weergegeven – stellingen. De debiteur van East Property Fund (hierna: de debiteur) heeft op 17 april 2020 (enkel) de hoofdsom van de vordering van East Property Fund aan East Property Fund voldaan. Op grond van de incassovoorwaarden is [gedaagde partijen] daarom gehouden om de aan de debiteur aangezegde incassokosten (€ 1.104,73) en de rente (€ 259,46) aan e-Legal te voldoen. Daarnaast is gebleken dat [gedaagde partijen] de spelregels uit de incassovoorwaarden heeft geschonden. Zo heeft [gedaagde partijen] spelregel 1 overtreden, omdat hij (1) een niet opeisbare vordering heeft ingediend, (2) de vordering niet summierlijk aantoonbaar was en (3) er geen rente en incassokosten kunnen worden gevorderd, omdat [gedaagde partijen] de factuur heeft gecrediteerd. Daarnaast heeft [gedaagde partijen] spelregel 2 overtreden, omdat hij (1) contact heeft gehad met de debiteur, (2) zelf heeft geprobeerd de vordering te innen en (3) de werkzaamheden van e-Legal heeft belemmerd door de factuur van de vordering te crediteren. Spelregels 2 is overtreden tijdens de periode dat het dossier is aangehouden door e-Legal, waartoe e-Legal gerechtigd was op grond van de incassovoorwaarden. Door het schenden van de spelregels is [gedaagde partijen] ook een bedrag van € 4.547,25 aan provisie verschuldigd. Ondanks aanmaningen heeft [gedaagde partijen] het verschuldigde bedrag niet voldaan, zodat hij ook buitengerechtelijke kosten en contractuele (dan wel wettelijke) rente verschuldigd is.
3.3.
[gedaagde partijen] voert gemotiveerd verweer. Daarop wordt hierna nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft [gedaagde partijen] de vraag opgeworpen waarom [gedaagde 2] in persoon is gedagvaard naast East Property Fund en of de kantonrechter in Amsterdam, waar East Property Fund statutair gevestigd is, niet de bevoegde rechter zou moeten zijn.
4.2.
Met betrekking tot de bevoegdheid van de kantonrechter in Arnhem geldt het volgende. Uit de opdrachtbevestiging blijkt dat East Property Fund én [gedaagde 2] (in persoon) opdrachtgevers van e-Legal zijn. Hierop is ook nog speciaal gewezen door e-Legal bij het aangaan van de overeenkomst. Nu [gedaagde 2] woonachtig is in Arnhem, mocht e-Legal hem bij de kantonrechter te Arnhem dagvaarden. Gelet op het feit dat e-Legal een hoofdelijke veroordeling van [gedaagde partijen] vordert, bestaat er een zodanige samenhang dat redenen van doelmatigheid een gezamenlijke behandeling rechtvaardigen. Dit heeft tot gevolg dat e-Legal East Property Fund (in dezelfde procedure met [gedaagde 2] ) ook bij de kantonrechter in Arnhem mocht dagvaarden. De kantonrechter te Arnhem is daarom bevoegd kennis te nemen van dit geschil.
4.3.
[gedaagde partijen] voert aan dat de overeenkomst na 2 april 2020 is beëindigd omdat hij e-Legal toen liet weten niet te willen doorgaan op basis van een door e-Legal voorgesteld uurtarief. Daarna heeft hij inderdaad contact gehad met KNRM over de vordering, die toen ook aan hem is betaald, maar dat stond hem dus ook vrij. Dat e-Legal nu stelt dat de overeenkomst door is gelopen na 2 april 2020, omdat het incassodossier zou zijn ‘aangehouden’ is volgens [gedaagde partijen] onredelijk bezwarend. Na het van de hand wijzen van het verder werken op basis van een uurtarief mocht [gedaagde partijen] namelijk redelijkerwijs verwachten dat hij weer contact op mocht nemen met KNRM , aldus [gedaagde partijen]
4.4.
Over het verweer van [gedaagde partijen] betreffende de aanhouding / het laten doorlopen van het incassodossier heeft e-Legal naar voren gebracht dat de opdracht ook na 2 april 2020 is blijven bestaan tussen partijen omdat e-Legal toen het incassodossier enige tijd heeft aangehouden. Dat is conform de opdrachtbevestiging, waarin staat dat het incassodossier ‘nog enige tijd wordt aangehouden in afwachting van mogelijk betaling van de vordering’. Dit is blijkens het chronologisch dossieroverzicht ook aan [gedaagde partijen] bevestigd, zodat [gedaagde 2] wist dat de overeenkomst doorliep.
4.5.
De kantonrechter overweegt over de vraag of de overeenkomst van opdracht tussen partijen is blijven gelden na 2 april 2020 als volgt. Een opdrachtgever ( [gedaagde partijen] ) kan in beginsel te alle tijde de overeenkomst opzeggen (artikel 7:408 BW), maar partijen kunnen – als zij geen natuurlijk persoon handelend buiten uitoefening van bedrijf of beroep zijn – daarvan afwijken (artikel 7:413 BW). [gedaagde partijen] handelde bij het aangaan en gedurende de overeenkomst in uitoefening van bedrijf of beroep, zodat partijen door middel van het aanhoudingsbeding mochten afwijken van de mogelijkheid voor [gedaagde partijen] om te alle tijde de overeenkomst op te zeggen. De overeenkomst gold daarom nog tussen partijen na 2 april 2020. Het andersluidende verweer van [gedaagde partijen] gaat dus niet op.
4.6.
De kantonrechter begrijpt de stelling van [gedaagde partijen] dat het beding over de aanhouding onredelijk bezwarend is in combinatie met de stelling dat hij de vordering niet wil betalen, als een beroep op vernietiging van het beding omdat het beding onredelijk bezwarend is.
Vervolgens is het dus de vraag of het aanhoudingsbeding niet onredelijk bezwarend is in de zin van artikel 6:233 aanhef en onder a BW. Deze vraag moet mede aan de hand van alle omstandigheden worden beantwoord (HR 11 februari 2000, NJ 2000/294), waarbij voorop gesteld moet worden dat het beding buiten toepassing moet blijven voor zover die toepassing in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn. Het is daarbij aan [gedaagde partijen] om te stellen en zo nodig te bewijzen dat het aanhoudingsbeding, gelet op de aard en de overige inhoud van de overeenkomst, de wijze waarop de voorwaarden tot stand zijn gekomen, de wederzijds kenbare belangen van partijen en de overige omstandigheden van het geval, onredelijk bezwarend is (vergelijk HR 21 september 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW6135).
4.7.
[gedaagde partijen] heeft in dit geval niet voldaan aan die stelplicht. Hij heeft onvoldoende feiten en omstandigheden aangevoerd om in dit geval tot het oordeel te komen dat het aanhoudingsbeding onredelijk bezwarend is. Door e-Legal is naar voren gebracht dat het no cure no pay model zonder dit beding niet zou lonen omdat de ervaring is dat debiteuren vaak pas na enige tijd na aanmaning daartoe door e-Legal overgaan tot betaling. Zonder de mogelijkheid de zaak onder zich te houden zou e-Legal dus wel inspanningen hebben verricht waardoor uiteindelijk wordt betaald door een debiteur, zonder dat e-Legal nog recht zou hebben op betaling door haar wederpartij voor dat resultaat. Deze redenering is op zich begrijpelijk. De aanhoudingsbepaling pakt in deze zaak nadelig uit voor [gedaagde partijen] Maar [gedaagde partijen] is een zakelijke partij en heeft kunnen weten dat dit een van de voorwaarden was waaronder e-Legal overgaat tot incasso. [gedaagde partijen] heeft er voor gekozen om onder deze voorwaarden de opdracht aan e-Legal te verstrekken. Ook het verweer over de onredelijkheid van de voorwaarde gaat dus niet op.
4.8.
[gedaagde partijen] heeft tijdens de aanhoudingsperiode, waarin de incassovoorwaarden bleven gelden tussen partijen, de spelregels overtreden, met name door het zelf contact opnemen met KNRM en het wijzigen van de tenaamstelling van de factuur, waarna KNRM ook rechtstreeks aan [gedaagde partijen] betaalde. De door e-Legal gevorderde hoofdsom bestaande uit provisie, incassokosten, rente en provisie (totaal € 7.152,84) ligt daarom voor toewijzing gereed.
4.9.
Van de onbetwist gevorderde contractuele rente van 2% per maand (zie artikel 6.2 algemene voorwaarden) ligt zowel de verschenen rente (€ 9,38) alsook de te verschijnen rente vanaf 30 april 2020 voor toewijzing gereed.
4.10.
De kantonrechter acht voldoende aannemelijk gemaakt dat e-Legal buitengerechtelijke werkzaamheden heeft verricht dan wel heeft laten verrichten en dat hiervoor kosten zijn gemaakt. De hoogte van het gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke kosten is niet in overeenstemming met de tarieven die zijn weergegeven in het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten en die geacht worden redelijk te zijn. Op basis van deze tarieven ligt een bedrag van € 732,64 voor toewijzing gereed.
4.11.
[gedaagde partijen] wordt hoofdelijk, in die zin dat voor zover de een betaalt ook de ander is bevrijd, veroordeeld in alle toe te wijzen bedragen (hoofdsom, rente en buitengerechtelijke incassokosten).
4.12.
[gedaagde partijen] wordt in het ongelijk gesteld en moet daarom hoofdelijk, in die zin dat voor zover de een betaalt ook de ander is bevrijd de proceskosten dragen. De rente over de proceskosten wordt toegewezen vanaf veertien dagen na de datum van het vonnis.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
veroordeelt [gedaagde partijen] hoofdelijk, in die zin dat voor zover de een betaalt ook de ander is bevrijd, om aan e-Legal te betalen een bedrag van € 7.894,86, te vermeerderen met de contractuele rente van 2% per maand over € 7.152,84 vanaf 30 april 2020 tot aan de dag van volledige betaling;
5.2.
veroordeelt [gedaagde partijen] hoofdelijk, in die zin dat voor zover de een betaalt ook de ander is bevrijd, in de proceskosten, tot deze uitspraak aan de kant van e-Legal begroot op € 91,46 aan dagvaardingskosten, € 499,00 aan griffierecht en € 600,00 aan salaris voor de gemachtigde, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf veertien dagen na dagtekening van het vonnis;
5.3.
verklaart deze veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. S.E. Sijsma en in het openbaar uitgesproken op