Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
kunnen leiden:
terwijl hij wist dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf.
2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs
- Feit 3, uit het dossier niet blijkt dat verdachte degene is die de auto heeft weggenomen, hij is immers enkel gezien in de buurt van de auto, maar die stond geparkeerd bij de woning waar hij toen verbleef;
- Feit 4, weliswaar heeft de getuige [benadeelde 3] verklaard dat verdachte degene is die de aanhanger op 11 mei 2020 afkoppelt, maar uit het dossier blijkt niet dat verdachte degene is die de aanhanger heeft weggenomen;
- Feit 5, met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat op grond van de wettige bewijsmiddelen niet kan worden bewezen dat verdachte dit feit heeft gepleegd, zodat hij dient te worden vrijgesproken;
- Feit 6, met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat op grond van de wettige bewijsmiddelen niet kan worden bewezen dat verdachte dit feit heeft gepleegd, zodat hij dient te worden vrijgesproken;
- Feit 7, met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat op grond van de wettige bewijsmiddelen niet kan worden bewezen dat verdachte dit feit heeft gepleegd, zodat hij dient te worden vrijgesproken;
- Feit 9, weliswaar zegt aangever dat hij verdachte herkende nadat de naam van de oom van verdachte zou zijn genoemd, maar in het dossier bevindt zich verder geen steunbewijs voor de poging tot diefstal van de auto, zodat er onvoldoende wettig bewijs is.
- Parkernummer 05-098823-20 primair ontbreekt in het dossier het bewijs dat verdachte degene is die de fiets heeft weggenomen.
3.Bewezenverklaring
of omstreeks 9 mei 2020 te Ubbergen, gemeente Berg en Dal,
in elk geval enig
of ten deleaan een ander toebehoorde
,te weten aan [benadeelde 1] ,
of omstreeks17 april 2020 te Nijmegen zijn vader [vader] en
/ofzijn moeder [moeder] , tot wie hij in familierechtelijke betrekking staat, heeft mishandeld door zijn vader met kracht rond zijn bovenlichaam vast te grijpen en/of vast te klemmen en
/ofdoor zijn moeder met kracht bij haar keel vast te grijpen
en/of vast te houden;
of omstreeks8 april 2020 te Nijmegen een televisie ( [merknaam 1] ) met toebehoren,
in elk geval enig goed,dat geheel
of ten deleaan een ander toebehoorde, te weten aan [vader] (vader van verdachte), heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
een goed, te weteneen motorscooter van het merk [merknaam 3] met het kenteken [nummer 1] heeft
verworven,voorhanden gehad,
en/of overgedragen,terwijl die [verdachte] ten tijde van
de verwerving ofhet voorhanden krijgen van dit goed wist
, althans redelijkerwijs had moeten vermoedendat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
hij op
of omstreeks6 april 2020 in de gemeente Nijmegen,
een goed, te weteneen
(elektrische
)fiets ( [merknaam 4] )
heeft verworven,voorhanden heeft gehad,
en/of overgedragen,terwijl hij ten tijde van
de verwerving ofhet voorhanden krijgen van dit goed wist
, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden,dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
of omstreeks6 maart 2020, te Nijmegen,
althans in Nederland, een voorwerp, te weteneen
(bromfiets
)kentekenplaat
(met de letter- en cijfercombinatie [nummer 2]
), heeft
verworven,voorhanden gehad,
overgedragen en/of omgezet,en
/ofvan een voorwerp, te weten een (bromfiets)kentekenplaat (met de letter- en cijfercombinatie [nummer 2] ), gebruik heeft gemaakt,
terwijl hij wist dat dat voorwerp geheel
of gedeeltelijk- onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
240 (tweehonderdveertig) dagen;
126 (honderd en zesentwintig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van na te melden voorwaarden voor het einde van de proeftijd die op drie jaren wordt bepaald;
rechtswegegelden tevens de voorwaarden dat veroordeelde:
heft ophet -inmiddels geschorste- bevel tot
voorlopige hechtenisin de zaak met parketnummer 05-128172-20;
teruggavevan het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp aan veroordeelde, te weten: een geldbedrag ad € 317,55;
teruggavevan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen aan de rechthebbende(-n), te weten: 22 sleutels;
benadeelde partij [benadeelde 1] niet-ontvankelijkin zijn vordering;
benadeelde partij [benadeelde 2] niet-ontvankelijkin zijn vordering;
benadeelde partij[benadeelde 7]niet-ontvankelijkin zijn vordering;
verlengt de proeftijdals vermeld in het vonnis van de politierechter van de rechtbank Gelderland te Arnhem van 5 september 2019
met een termijn van 1 jaar.