Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- de brief van de rechtbank aan partijen van 29 mei 2020 waarbij een mondelinge behandeling is bepaald
- de akte houdende overlegging producties van [eiseres]
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 17 juli 2020.
2.De feiten
Lukt het om deze week de gegevens zoals in onderstaande mail[bijgevoegd is de voornoemde e-mail van 25 oktober 2019, rb]
gevraagd aan te leveren? Als we in December moeten starten zit ik met materiaal bestellingen die dan toch volgende week een keer definitief de deur uit moeten. (…)”
Ik ben momenteel druk aan de slag met de offerte voor Tropical in Berlijn. (…) Het zou mooi zijn om ter controle nog even de bevestiging te hebben qua hoogtes van de schroeven t.o.v. de uitgraving (of maaiveld) daar er is gesproken over 2 verschillende hoogtes.
(...) Hierbij is de maatvoering van de 2 voorste steunpoten aan de boormotor zijde tot aan hart schroeffundering van belang.
Omschrijving”: “
Montage locatie: in Bouwput. bouwput dient toegankelijk te zijn voor onze hydraulische machine. (talud) ook dient de bouwput droog te zijn.” In de offerte is voorts onder meer opgenomen dat de kost en inwoning van de werknemers van [eiseres] wordt gefaciliteerd door de opdrachtgever “
zie werkplan voor omschrijving”. Er zijn bedragen opgenomen voor materialen, aanvoer daarvan, manuren, reiskosten monteurs en projectleiding en werkvoorbereiding. Ook is in de offerte een betalingsschema opgenomen, kort gezegd inhoudend 50% van de totaalsom van 135 chalets “
bij opdracht”, 25% bij start montage, 12,5% na oplevering van 79 chalets en 12,5% na oplevering van het project. Verder vermeldt de offerte:
Mogelijke startdatum [eiseres] is week 50 bij opdracht uiterlijk 05-11-2019”
werkomschrijving zoals bijgevoegd aan deze offerte is onderdeel van deze offerte en dient in combinatie met deze offerte te worden geaccordeerd.”
planning” (bij welke e-mail overigens opnieuw de offerte als bijlage was gevoegd). [naam 1] schrijft in die e-mail onder andere:
Hierbij zoals zojuist besproken een aangepast voorstel qua montage
Voorlopig montageschema”, omschreven als een “
indicatie van chalets gereed per week nummer”. Volgens dit montageschema wordt in week 49 van 2019 gestart met het uitzetten van het werk, bij de weken 50 en 51 staat een te verwachten aantal afgeronde chaletfunderingen van respectievelijk 1-12 en 12-28. Achter deze aantallen staat vermeld “
extra ploeg”. In 2020 vervolgt het schema met te plaatsen funderingen, aangegeven voor de weken 2 tot en met 10, waarbij in week 10 de aantallen “126–135” staan vermeld.
Werkomschrijving Fundatie 135 Chalets” (hierna: de “werkomschrijving”). In de werkomschrijving wordt het voorlopige montageschema herhaald en worden allerlei randvoorwaarden, zowel wat betreft de werkzaamheden zelf als bijvoorbeeld eisen aan het verblijf van het personeel van [eiseres], beschreven.
[gedaagde] start in de 3e week Januari 2020 met het plaatsen van de 135 chalets. 79 tot ca. eind Maart, overige aantal in ca. april/mei. (...) Uitgaand van 12 Chalets per week (…)
- Uitgraven kavel/put en aanbrengen inrij talud voor montagemachine (kopse zijde v/d bouwput – max. 20% helling)
- (…)
- Garantie dat er geen kabels/leidingen geraakt kunnen worden. Eventuele schade wordt doorberekend.
- (...)
Hartelijk dank voor het tekenen van onze offerte (na afronding). Da’s bij deze ook vanuit onze kant akkoord en zal ik meenemen in onze bevestiging. We hopen op een mooie langdurige samenwerking. Wil jij ook de werkomschrijving nog even accorderen, dat mag ook in reactie op de vanmiddag gestuurde mail waarin deze was bijgevoegd.”
Ik heb de planning van onze boormotoren nagekeken die compatibel zijn met een mobiele kraan, deze staan gedurende de montageperiode bij Tropical echter al vrij veel ingepland bij onze infra tak, waar we enkel met de kraan kunnen monteren vanaf het spoor.
Hartelijk dank voor uw opdracht, hierbij uw digitale factuur met daarin de 1e termijn.”
aangepast montageschema” over het hiervoor in 2.19 genoemde probleem. [naam 1] schrijft:
Ik kan met wat puzzelen de kraan op locatie hebben in Week 51.
Binnen 3 weken moeten we al starten op locatie met het uitzetten, en een week later met de montage.”
Ik ben met de opdrachtgever alles aan het doorspreken over de mogelijkheden van de plaatsing van de palen. Heb nu nog geen duidelijkheid dus kan ik jou ook nog geen antwoord geven. We moeten dus nog even wachten met alles tot ik een akkoord heb en jou dan de opdracht kan geven.”
(...) Zoals aangegeven staat het uitzetten van de fundatiepunten en de eerste montageweken reeds gepland, en zijn de materialen ook reeds besteld op basis van de door jou verstrekte opdracht middels getekende offerte. (...)”
We hebben het project doorgenomen en we kwamen in de problemen dat we de bouwput waar de chalets in komen niet in kunnen met de machine die jullie hebben. Dit in verband met de leidingen die de opdrachtgever door de bouwput legt. Jij hebt in en mail aangegeven dat je daar een andere oplossing voor had maar dan kon je maar 12 stuks in december en 12 in januari en daarna was deze machine voor langere tijd niet beschikbaar. (…) Hierdoor heeft mijn opdrachtgever besloten om de schroeffundering nu zelf te gaan uitvoeren. Dit is natuurlijk een zure pil maar dat is helaas nu eenmaal zo.”
3.Het geschil
4.De beoordeling
Is er een overeenkomst tot stand gekomen?
werkomschrijving nog even[te]
accorderen” en “
dat mag ook in reactie op de vanmiddag gestuurde mail waarin deze wasbijgevoegd”, aldus [naam 1]. Het woordgebruik (“nog even”) wijst op een formaliteit die [eiseres] van haar contractspartijen verlangt. De rechtbank ziet er geen aanwijzingen in dat [eiseres] en/of [gedaagde] de wilsovereenstemming over de opdracht voor het werk van die ondertekeningen zouden laten afhangen. Het valt in dat verband ook op dat in de e-mails die hiervoor zijn aangehaald, [eiseres] weliswaar schrijft dat zowel [gedaagde] als zij deze stukken dienen te ondertekenen, maar dat [eiseres] zelf noch de offerte noch de werkomschrijving lijkt te hebben ondertekend. Althans, de rechtbank is niet bekend met een door [eiseres] ondertekende versie van deze stukken.
de opdracht” uiterlijk 5 november 2019 dient te zijn gegeven “
i.v.m. levertijd en projectvoorbereiding”.
aangepast montageschema”. In die e-mail schrijft [naam 1] van [eiseres] aan [gedaagde] dat het hem, na wat puzzelen, toch is gelukt om een kraan op de locatie in Berlijn te hebben in week 51. Met die kraan, die maar beperkt beschikbaar was omdat [eiseres] haar op andere werken moest inzetten, konden de schroeffunderingen wel vanaf buiten de bouwput worden aangebracht. Het ging dus om een voorstel ter oplossing van een probleem waarvan partijen zich bij het sluiten van de overeenkomst al bewust zijn geweest, namelijk dat er hier en daar gefundeerd zou moeten worden op plaatsen waar al kabels/leidingen waren aangebracht. Na week 51, schrijft [naam 1], kon die kraan nogmaals ingezet worden in week 3 van 2020 zodat er dan weer 12 chalets zouden kunnen worden gefundeerd op een plaats “
waar de kabels/leidingen al in de put liggen”. Met deze e-mail gaf [eiseres] aan dat zij in ieder geval gedurende twee weken voor de delen in de bouwput waar (mogelijk) al kabels/leidingen lagen, een oplossing had, zij het wel tegen een meerprijs voor de kraan en het transport daarvan naar Berlijn. Uit deze gang van zaken leidt de rechtbank af dat er dus sprake was van een (mogelijke) complicatie ten aanzien van de overeengekomen wijze waarop de schroeffunderingspalen zouden worden aangebracht en dat, ook gelet op de tijdsdruk, was besloten om dat zoveel mogelijk in het werk op te lossen. Dat daar enige onzekerheid over kon bestaan, maakt niet dat er nog geen opdracht was. Dat [gedaagde] in de loop van november 2019 mogelijk bedenkingen kreeg over de door [eiseres] voorgestelde oplossingen en in overleg is getreden met haar opdrachtgever en dat die vervolgens besloot om de schroeffunderingspalen zelf te gaan aanbrengen, bevrijdt [gedaagde] niet van de aan [eiseres] gegeven opdracht.
5.De beslissing
30 september 2020voor het nemen van een akte door [eiseres] over hetgeen is vermeld onder 4.13, waarna de wederpartij op de rol van vier weken daarna een antwoordakte kan nemen,