Uitspraak
wonende [adres] ,
1.De inhoud van de tenlastelegging
3.Bewezenverklaring
of omstreeksde periode van 24 september 2019 tot en met 25 september 2019 te Zutphen,
in elk geval in Nederland,[benadeelde] heeft mishandeld door (hard) haar benen uiteen te duwen
/drukken, in haar keel te knijpen, in haar gezicht
en/of op haar keelte slaan
en/of stompen,en aan haar haren te trekken.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
1 (één) maand;
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van na te melden voorwaarde voor het einde van de proeftijd die op drie jaren wordt bepaald;
taakstrafgedurende
60 (zestig) uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 30 (dertig) dagen;
schadevergoedingaan de
benadeelde partij [benadeelde], van een bedrag van
€ 500,00 (vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 september 2019 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijkin haar vordering;
verplichtingop
om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, een bedrag
te betalen van € 500,00(vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 september 2019 tot aan de dag der algehele voldoening, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 10 (tien) dagen gijzeling zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
mr. E.H.T. Rademaker, rechters, in tegenwoordigheid van mr. L.R. van Damme, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 2 juli 2020.