ECLI:NL:RBGEL:2020:2750
Rechtbank Gelderland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van rechters in strafzaak na eindbeslissing
Op 27 mei 2020 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland, locatie Arnhem, een beslissing genomen op het wrakingsverzoek van een verzoeker, thans verblijvend in de penitentiaire inrichting te Zutphen. Het verzoek tot wraking was gericht tegen de rechters mr. J.R. Veerman, mr. M.J.C. van Leeuwen en mr. J.M.C. Schuurman-Kleijberg, die eerder een eindbeslissing hadden genomen in een andere zaak van de verzoeker. Het wrakingsverzoek werd ingediend naar aanleiding van een eerdere afwijzing van een wrakingsverzoek op 20 mei 2020. De verzoeker stelde dat de gronden voor de afwijzing niet konden dragen en dat er sprake was van een schijn van vooringenomenheid.
De wrakingskamer heeft in haar beoordeling vastgesteld dat een rechter alleen gewraakt kan worden als er omstandigheden zijn die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. De wet voorziet echter niet in de mogelijkheid van wraking nadat er een eindbeslissing is gedaan. Aangezien het wrakingsverzoek werd ingediend na een eindbeslissing, kon de verzoeker niet in het verzoek worden ontvangen. De wrakingskamer heeft daarom besloten het verzoek tot wraking zonder behandeling ter zitting af te wijzen, onder verwijzing naar artikel 9.1 onder c van het Wrakingsprotocol.
De beslissing van de wrakingskamer is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.