ECLI:NL:RBGEL:2020:2680

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
1 april 2020
Publicatiedatum
25 mei 2020
Zaaknummer
C/05/360223 / HA ZA 19-71
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Koopovereenkomst en non-conformiteit van een printer tussen DuraMark Technologies Inc. en SPGPrints B.V.

In deze zaak heeft DuraMark Technologies Inc. een vordering ingesteld tegen SPGPrints B.V. en Print I B.V. naar aanleiding van de koop van een printer die niet voldeed aan de verwachtingen. DuraMark, gevestigd in de Verenigde Staten, had de printer aangeschaft via een leasemaatschappij, maar na installatie bleek de printer niet goed te functioneren op het door DuraMark gebruikte substraat. DuraMark heeft herhaaldelijk problemen gemeld over de printkwaliteit, die niet voldeed aan de garanties die SPGPrints had gegeven. Na meerdere pogingen om de problemen op te lossen, heeft DuraMark de overeenkomst ontbonden en schadevergoeding geëist. De rechtbank heeft geoordeeld dat SPGPrints tekort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst, omdat de printer niet deugdelijk functioneerde op het substraat van DuraMark. De rechtbank heeft DuraMark in het gelijk gesteld en SPGPrints en Print I hoofdelijk veroordeeld tot betaling van de koopprijs van de printer, de aanbetaling voor een tweede printer, en bijkomende kosten. Tevens is SPGPrints en Print I veroordeeld tot het demonteren en afvoeren van de printer op eigen kosten. De rechtbank heeft de vorderingen van SPGPrints in de tegenvordering afgewezen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK GELDERLAND

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaaknummer / rolnummer: C/05/360223 / HA ZA 19-71
Vonnis van 1 april 2020
in de zaak van
de rechtspersoon naar buitenlands recht
DURAMARK TECHNOLOGIES INC.,
gevestigd te Westfield, Indiana, Verenigde Staten van Amerika,
eiseres van de vordering,
verweerster op de tegenvordering,
hierna te noemen: DuraMark,
advocaten mr. P.N. Malanczuk en mr. E.W. van de Luijtgaarden te Rotterdam,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SPGPRINTS B.V.,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PRINT I B.V.,
beiden gevestigd te Boxmeer,
verweersters op de vordering,
eiseressen van de tegenvordering,
hierna te noemen: SPGPrints en Print I,
advocaten mr. A.R.J. Croiset van Uchelen en mr. S. Alan te Amsterdam.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 11 oktober 2019,
  • de akte overlegging bewijsstukken met producties 32 en 33 van DuraMark,
  • het proces-verbaal van 1 november 2019 van de mondelinge behandeling, waarvan de griffier aantekeningen heeft gehouden,
- het bericht van SPGPrints en van Print I en DuraMark van respectievelijk 18 en 19 november 2019, waarin is verzocht vonnis te wijzen.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
DuraMark produceert duurzame etiketten die bestand zijn tegen intensief gebruik en weersinvloeden. Voor de productie van dit soort labels is een speciale printer en inkt en een speciaal labelmateriaal (hierna: substraat) nodig. De beeldkwaliteit en duurzaamheid van het product van DuraMark wordt bepaald door de combinatie van de printer, de inkt en het substraat.
2.2.
Naar aanleiding van een beurs in september 2014 is DuraMark in gesprek geraakt met SPGPrints over de mogelijke aankoop van printer type DSI 5330L (hierna: de printer). Daarop hebben partijen de volgende correspondentie gewisseld over het testen van de printer:
- een e-mailbericht van 16 mei 2015 van DuraMark aan SPGPrints:
[…] We agreed the best next step for us is to have [naam expert] create some test rolls of various materials to have you run some of our files so we can go through our testing protocols. Let me know if this would be possible and the details I might need to make sure it is a successful test.[…]
- een e-mailbericht van 18 mei 2015 van SPGPrints aan DuraMark:
[…] - I would suggest to test a couple of substrates (
your most important one) and that does fit in your printing scope for the future print machine. […]
- een e-mailbericht van 16 juni 2015 van SPGPrints aan DuraMark:
[…] As anticipated, the substrates will be at our HQ a week before the trial. That is perfect as we can already start preparations, as substrate calibration. That will allow us to focus more time on printing, color matching and file manipulation.[…]
2.3.
Samen met [naam expert] , een expert op het gebied van printmateriaal, heeft DuraMark in de zomer van 2015 een bezoek gebracht aan SPGPrints. Tijdens dat bezoek is de printer met de inkt van SPGPrints getest op het substraat van DuraMark.
2.4.
Op basis van verschillende demonstraties, tests en voorbeeldafdrukken heeft DuraMark besloten de printers te kopen. De koop vond plaats via een in de Verenigde Staten gevestigde leasemaatschappij National Electric Leasing Company Inc. (hierna: NELC) die op verzoek en ten behoeve van DuraMark twee printers van SPGPrints heeft gekocht voor een totaalbedrag van USD 752.620,80 per stuk. Hiertoe hebben NELC en SPGPrints op 10 december 2015 een koopovereenkomst gesloten, die is vastgelegd in een stuk met : “Order confirmation DSI® 5330L”. Dat stuk is voor akkoord ondertekend door NELC (hierna: de overeenkomst).
2.5.
Voor de eerste printer heeft NELC in totaal USD 752.620,80 aan SPGPrints betaald. Voor de tweede printer heeft DuraMark een aanbetaling van USD 37.631,04 aan SPGPrints voldaan. DuraMark kon de koop van de tweede printer annuleren. Het restant van de koopprijs voor de tweede printer is niet betaald en de tweede printer is nooit geleverd.
2.6.
Op grond van de tussen NELC en DuraMark gesloten leaseovereenkomst met betrekking tot de printer heeft DuraMark jegens SPGPrints dezelfde rechten als NELC uit hoofde van de overeenkomst en moet DuraMark zich bij problemen met de printer rechtstreeks wenden tot SPGPrints. Daarnaast heeft NELC DuraMark gevolmachtigd in eigen naam deze procedure en vorderingen in te stellen en de overeenkomst te ontbinden of vernietigen. Voorts kan SPGPrints bevrijdend betalen aan DuraMark.
2.7.
In de overeenkomst is - voor zover relevant - het volgende opgenomen:

2.TECHNICAL SPECICATIONS DSI-5330L

DIGITAL PRINTING UNIT
[…]
Ink
SPGPrints UV Inkjet
[…]

3.APPLICATIONS

[…] Image quality is among others, related to the surface conditions of the substrate. SPGPrints has performed extensive tests on various types of substrates.
Compatibility on various label stock, pre-treated or non pre-treated, may be achieved. SPGPrints can provide support in such an assessment.
Note:
The quality of printed images of the DSI depends on many circumstances, and some are not in control
by SPGPrints, such as but not limited to:
■ web top surface conditions […]
Therefore, SPGPrints cannot accept responsibility in these circumstances.

6.TERMS

[…]
Warranty:The warranty term for parts, inclusive repair and service expenses […] is 1 year by use of the machine in accordance with the user manual respecting the advised maintenance, assuming a maximum of 10 running hours per twenty-four hour period and a five-day work week. Normal wear and tear parts are excluded.
The Xaar print head is considered to be a wear and tear part. However
we warrant that print heads shall be free from any material functional
defects in materials or workmanship in the print head, for a period of 1
year.
The warranty is only valid if SPGPrints UV Inkjet inks are used.

7 FACTORY ACCEPTANCE TESTS at SPGPrints in Boxmeer

Before the delivery of the DSI, the Factory Acceptance Test (FAT) will be performed to ensure that the equipment operates correctly and is of required quality and integrity. The FAT for the DSI will be executed at SPGPrints, Boxmeer.
During the FAT procedure, we determine and document the equipments hardware and software operations and printing performance according to the following tests:
• Completeness of the scope of supply.
• Completeness of the required documentation, including Users Manual.
• Safety and CE marking.
• Functionality tests.
• Printing tests, based on the reference samples as per chapter 11.
The tests will be performed by a SPGPrints engineer.

9.SITE ACCEPTENCE TESTS at DURAMARK

The Site Acceptance Tests is to demonstrate and repeat the performance of the DSI as shown at SPGPrints in Boxmeer during the Factory Acceptance Tests, however now after reinstalling the DSI at the final location.
[…]
The tests will be concluded by signing the certificate of acceptance at site.
The tests will be performed by the SPGPrints engineer.

11.REFERENE SAMPLE SET

SPGPrints test sample set will be used.
Annexes:
- GENERAL TERMS AND CONDITIONS OF DELIVERY OF SPGPrints B.V.
[…]
These annexes are an integral part of our order confirmation.
ANNEX 1: GENERAL TERMS AND CONDITIONS OF DELIVERY OF SPGPRINTS B.V.
[…]
Article 9 - Transfer of risk, final test, acceptance
[…]
9.2
If a final test has been agreed on, only the agreed properties of the Products delivered will be tested during this final test […]
Article 10 - Warranty
10.1
SPGPrints does not issue any warranty (explicit or implicit) other than specifically set out in the agreement or these general terms and conditions of delivery.
[…]
10.3
During the warranty period, SPGPrints only warrants the following in connection with the Objects: a) the agreed specifications, b) the material applied by SPGPrints and c) the absence of defects. […] SPGPrints will resolve any defects that fall under this warranty free of charge and at its discretion, by repairing or replacing faulty Objects. […]
2.8.
Nadat de overeenkomst was gesloten, hebben partijen meerdere keren contact gehad over de uitvoering van de factory acceptance test (hierna: FAT) en de mogelijkheid om op het substraat van DuraMark te printen. Hierover is, voor zover van belang, de volgende correspondentie gewisseld:
- een e-mailbericht van 7 juli 2016 van SPGPrints aan DuraMark:
[…] The FAT will be done on different substrates SPGPrints will provide. Therefore, you don't need to arrange any materials for these tests. […]
- een e-mailbericht van 7 juli 2016 DuraMark aan SPGPrints:
[…] I am confused on why the FAT testing would be on substrates we will not be using. All of our prior trials were on our material and seems impossible to give approvals on materials we will never
utilize. Can you explain the reasons for that. […]
- een e-mailbericht van 8 juli 2016 van SPGPrints aan DuraMark:
[…] The FAT test is a functional test to prove the customer that the machine is working properly. These tests are standardized and provides a thorough inside of the status of the machine. During the SAT, the same tests will be done again, with the same purpose on substrates we will supply with the DSI.
Nevertheless, the prior trials have already proven the DSI is suitable for printing on your substrates. […]
- een e-mailbericht van 4 augustus 2016 van DuraMark aan SPGPrints:
[…] We will need to print some samples while we are there for the FAT then. […] I will have the base material sent to Boxmeer for the run […]
- een e-mailbericht van 9 augustus 2016 van SPGPrints aan DuraMark:
[…] we might have some time to do some preparations for running your sample(s) by the end of next week. If we could have your substrate here in Boxmeer by early next week, we could do some test runs beforehand. […]
2.9.
Vervolgens heeft op 23 augustus 2016 de FAT plaatsgevonden. DuraMark was hierbij aanwezig. Van de FAT is een rapport opgemaakt, waarop DuraMark de volgende opmerking heeft geplaatst over de kwaliteit van de printkop.
2.10.
De printer is op 10 oktober 2016 bij DuraMark afgeleverd en geïnstalleerd. Kort daarna bleek dat de printer bij langdurig gebruik niet goed werkt op het substraat van DuraMark. Bepaalde kleuren worden niet goed afgedrukt, er ontstaan strepen en de gemaakte afdrukken zijn onvoldoende duurzaam.
2.11.
Op 11 december 2016 heeft DuraMark een e-mailbericht gestuurd aan SPGPrints waarin zij melding maakt van de problemen. In dit e-mailbericht schrijft DuraMark onder meer:
Regretfully, I am not able to sign the site acceptance test documents. The quality of print is not good enough. It is not close to the printing that was done on the machine in Boxmeer this summer. See the attached SAT document for notes.
The main print quality issue is not a new one. I have been asking for improvement since the machine showed up at our site. […]
The print is bad enough that we wouldn't have purchased this printer if SPG would have said this is what we should expect. […]
We need to know what SPG's plan is to get this fixed in the next 48 hours. […]
2.12.
DuraMark heeft het rapport van de site acceptance test (hierna: SAT) op verzoek van SPGPrints op 14 augustus 2017 ondertekend en daarop onder meer de volgende opmerking geplaatst:

5.Remarks & signature

[…]
3
Violet, cyan and deteriorate too quik, especcialy white
[…]
2.13.
In juli 2018 heeft SPGPrints de printer geïnspecteerd. Het is niet duidelijk geworden waar het door Duramark geconstateerde probleem door werd veroorzaakt. SPGPrints heeft toen alle onderdelen vervangen die met inkt in aanraking waren geweest.
2.14.
Daarna hebben partijen, voor zover van belang, de volgende correspondentie gewisseld:
- een e-mailbericht van 20 juli 2018 van DuraMark aan SPGPrints:
[…] Unfortunately, as we discussed before you left, SPG still doesn’t have an answer to the problem after your efforts and DuraMark can no longer afford to have SPG keep searching for the answer. We are not interested in any further investigation or efforts to make the DSI work. We think it is time for SPG to accept responsibility for delivering a defective printer.
- een e-mailbericht van 31 augustus 2018 van SPGPrints aan DuraMark:
[…] SPGPrints has not been able to identify the cause of the degeneration of Xaar printheads of the DSI, present at DuraMark.
[…] SPGPrints is confident that after a full recovery of the DSI, it will be ready for DuraMark production again.
[…] After the recalibration, we will demonstrate the DSI to be fit for production. […] The definition of OK image quality is the ability to create a sellable product.
[…] The DSI will be used for production of DuraMark products, after the demonstration to be fit for production at DuraMark.
[…] In case SPGPrints is not able to give the DSI the performance back for making a sellable quality, SPGPrints will take its commercial responsibility towards DuraMark. […]
- een e-mailbericht van 3 september 2018 van DuraMark aan SPGPrints:
[…] Thank you for sending this recap of our conversation concerning the DSI. I wanted to add a few of the discussion points from our call that I had in my notes for clarification:
1. Most importantly, that after 2 years and several engineering trips to DuraMark (at least 7 visits) of attempting to discover and fix the DSI's failure to produce the necessary quality, we agreed, this is your final attempt. As you note, if SPG is unable to get the performance back to sellable quality, SPG will take its commercial responsibility towards Duramark. I would like SPG to define/clarify what that "commercial responsibility" is, but I'm assuming from our conversation it means taking the equipment back and reimbursing DuraMark for the purchase price of the DSI and associated costs with the purchase
2. We agreed that production success is determined with DuraMark production files and DuraMark materials. The same material that had been used for the FAT in Boxmeer and all subsequent SPG engineering visits since its installation in 2016. […]
2.15.
In de periode van 4 september tot en met 4 oktober 2018 heeft SPGPrints de printer getest met behulp van een analysesysteem. De uitkomst is dat de printer in combinatie met de inkt van SPGPrints en het substraat van DuraMark bij langdurig gebruik spuithoekfouten vertoont. Over de uitkomst daarvan heeft SPGPrints in haar e-mailbericht van 5 oktober 2018 aan DuraMark het volgende geschreven:
[…] At a durability run on SPGPrints reference substrate: no deterioration of jet angles on any of the print positions.
At a 1 h stationary "exposure" of SPW1 to print heads, we see deterioration on orange and a start of some increase of jet angle on cyan
At 2x < 1 h printrun on SPW1, a rapid deterioration of jet angles is seen on white, cyan and orange, The deterioration on white is specific: rapid at the substrate edges.
We see no instant and/or full recovery by purging on these colors.
[…]
Our conclusions:
The deterioration is color dependent.
Our latest observations under controlled conditions, confirm what has been seen soon after the installation of the DSI at your facility.
Such rapid and color dependent deterioration of jet angle, happening at your specific application, is totally new for us.
We have no remedy available for this combination "ink" versus "substrate" interaction. […]
2.16.
Daarop hebben partijen, voor zover van belang, de volgende correspondentie gewisseld:
- een e-mailbericht van 14 oktober 2018 DuraMark aan SPGPrints:
[…]
1. Our original conversations with [naam] (and several other SPG management team members) around purchasing the DSI involved detailed conversations about the critical nature of our material working in the printer. We made it very clear to everyone that the FAT and SAT must be successful on our material. We sent several roles of our material to Boxmeer for testing and the FAT. […]
2. When the machine arrived at DuraMark the SPG technical team […] immediately saw the issues with print quality (pin holes and stripes in white, magenta, cyan and the primer primarily) and struggled with bringing it up to quality. That began the series of technical trips (at least 15 trips from US based and Boxmeer based technicians) to try and get the print quality acceptable over the next 24 months.
[…] the DSI is not going to work for DuraMark. […] take the DSI back and refund DuraMark what we paid for it. […]
- een e-mailbericht van 1 november 2018 van DuraMark aan SPGPrints:
[…] SPG has committed a fundamental breach of its obligations by selling a printer that doesn't print as warranted on substrates that SPG assured us were recommended for use with this particular printer. The DSI fails of its essential purpose, and SPG concedes it cannot cure the problem. […] remove the DSI at SPG's expense and refund DuraMark the full purchase price of the DSI. We've also incurred over US $100K in costs and expenses […] related to SPG's failed efforts to fix the DSI over the last two years. […]
- een e-mailbericht van 8 november 2018 van SPGPrints aan DuraMark:
[…] Most of 2015 is spend with discussions about the DSI. […] During […] visits a demonstration of the DSI took place. The machine ran on substrate provided for by DuraMark.
[…]
On August 23rd, 2016, in the presence of DuraMark, the Factory Acceptance Test (FAT) was executed and signed for at Boxmeer.
During this FAT, again, substrate of DuraMark was used.
[…]
A so-called Site Acceptance test (SAT) is executed and signed for on august 16th, 2017. As custom by now, the SAT is executed with substrate delivered by DuraMark.
[…]
In your email of November 1st you claim that SPGPrints is obliged to a) take back the DSI at SPGPrints expense, b) reimburse the full purchase price and c) compensate USD $100,000 in alleged costs made by DuraMark.
[…]
SPGPrints isn't obliged to either take back the DSI, reimburse the purchase price, or any costs for that matter.
[…]
As already offered during the last call, SPGPrints is of course willing to support you to change your substrate or inks. […]
2.17.
Op 21 november 2018 heeft SPGPrints geschreven:
[…] the solution is to be found in either changing the ink or changing the substrate. […]
2.18.
Bij brief van de raadsman van DuraMark van 29 maart 2019 aan SPGPrints heeft DuraMark de overeenkomst ontbonden, althans vernietigd. Daarbij is SPGPrints gesommeerd tot betaling van USD 898.998,84 (bestaande uit de aanschafprijs van de eerste printer, de aanbetaling van de tweede printer en de door DuraMark geleden schade). SPGPrints heeft niet aan deze sommatie voldaan.

3.Het geschil

de vordering

3.1.
DuraMark vordert - samengevat - dat de rechtbank bij vonnis en voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. SPGPrints en Print I hoofdelijk veroordeelt om binnen 10 dagen na de datum van het vonnis aan DuraMark een bedrag te betalen van USD 752.620,80, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente ex artikel 6:119a BW, vanaf de datum van de procesinleiding tot aan de dag der algehele betaling;
II. bij toewijzing van het onder I. gevorderde bedrag, SPGPrints en Print I hoofdelijk veroordeelt om binnen 30 dagen na de datum van dit vonnis de printer op eigen kosten te demonteren, verwijderen en afvoeren, op verbeurte van een onmiddellijk opeisbare dwangsom van € 20.000,00 per dag of deel van een dag dat SPGPrints of Print I deze veroordeling niet nakomt;
III. voor recht verklaart dat SPGPrints en Print I hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de alle door DuraMark en/of NELC geleden en nog te lijden schade die verband houdt met en/of voortvloeit uit het gebrek aan de printer;
IV. SPGPrints en Print I hoofdelijk veroordeelt om aan DuraMark een bedrag te betalen van USD 108.747,00, te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW, vanaf de datum van de procesinleiding tot aan de dag der algehele betaling;
V. SPGPrints en Print I hoofdelijk veroordeelt om aan DuraMark een bedrag te betalen van USD 37.631,04, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente ex artikel 6:119a BW, vanaf de datum van de procesinleiding tot aan de dag der algehele betaling;
VI. SPGPrints en Print I hoofdelijk veroordeelt om aan DuraMark een bedrag te betalen van € 5.750,24 te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW, vanaf de datum van de procesinleiding tot aan de dag der algehele betaling;
VII. SPGPrints en Print I hoofdelijk veroordeelt in eventuele beslagkosten en de kosten van deze procedure, te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW vanaf 14 dagen na de datum van het vonnis;
VIII. SPGPrints en Print I hoofdelijk veroordeelt in de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW vanaf 14 dagen na de datum van het vonnis.
3.2.
SPGPrints en Print I voeren verweer.
de tegenvordering
3.3.
SPGPrints en Print I vorderten samengevat - dat de rechtbank, bij vonnis en voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. de overenkomst ex artikel 6:265 BW jo. artikel 6:270 BW gedeeltelijk ontbindt, namelijk voor het deel van de overeenkomst dat betrekking heeft op de tweede printer;
II. DuraMark veroordeelt om alle schade die SPGPrints lijdt (of zal lijden) als gevolg van de gedeeltelijke ontbinding van de overeenkomst, te vergoeden, vermeerderd met de wettelijke rente daarover van de dag van het verweerschirft tot aan de dag der algehele voldoening, nader op te maken bij staat;
III. de gelegde beslagen door DuraMark op de vermogensbestanddelen van SPGPrints en Print I opheft;
IV. DuraMark veroordeelt om alle schade die SPGPrints en Print I hebben geleden (of zullen lijden) als gevolg van de (onrechtmatige) beslaglegging op hun vermogensbestanddelen te vergoeden, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf de dag van beslaglegging tot aan de dag der algehele voldoening, nader op te maken bij staat;
V. DuraMark veroordeelt om binnen zeven dagen na het wijzen van dit vonnis de kosten van het geding te betalen, onder bepaling dat indien de gedingkosten niet binnen de genoemde termijn zijn voldaan, hierover vanaf de achtste dag wettelijke rente verschuldigd is.
3.4.
DuraMark voert verweer.

4.De beoordeling van de vorderingen en de tegenvorderingen

4.1.
Aangezien de vorderingen en de tegenvorderingen nauw met elkaar samenhangen, bespreekt de rechtbank deze gezamenlijk.
Rechtsmacht en toepasselijk recht
4.2.
Omdat DuraMark een rechtspersoon is naar buitenlands recht en de vordering daarom een internationaal karakter heeft, is de eerste vraag of de Nederlandse rechter bevoegd is van de vordering kennis te nemen.
4.3.
De rechtbank beantwoordt die vraag op grond van artikel 25 van de in deze zaak toepasselijke verordening (EU) nr. 1215/2012 (EEX-Vo 2012) bevestigend. In artikel 15.2 van de algemene voorwaarden hebben partijen een forumkeuze vastgelegd en zijn zij overeengekomen dat geschillen naar aanleiding van de overeenkomst worden beslecht door de daartoe bevoegde rechter te Arnhem.
4.4.
Ten aanzien van het toepasselijke recht overweegt de rechtbank het volgende. Omdat de overeenkomst is gesloten na 17 december 2009 dient de bepaling van het toepasselijk recht plaats te vinden aan de hand van de verordening (EG) nr. 593/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (Rome I-Vo), mede gelet op artikel 2 van deze verordening. Partijen hebben - overeenkomstig het bepaalde in artikel 3 van deze verordening - in de tussen hen gesloten overeenkomst een expliciete keuze gemaakt voor de toepasselijkheid van Nederlands recht. Daarnaast hebben partijen verklaard het Verdrag der Verenigde Naties inzake internationale koopovereenkomsten betreffende roerende lichamelijke zaken (Weens Koopverdrag) buiten toepassing te willen laten. Daarom is op de onderhavige vordering Nederlands recht van toepassing.
De grondslagen van de vorderingen
4.5.
DuraMark stelt dat SPGPrints toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de tussen partijen gesloten overeenkomst, omdat de printer met de inkt van SPGPrints niet beantwoordt aan de overeenkomst omdat deze niet deugdelijk functioneert op het substraat van DuraMark, terwijl zij dat wel mocht verwachten. Het gebruik van het substraat van DuraMark is niet opgenomen in de orderbevestiging, omdat dit een standaardcontract is waarover partijen niet hebben onderhandeld. DuraMark heeft SPGPrints na de installatie van de printer meerdere keren in de gelegenheid gesteld om de afdrukkwaliteit van de printer op haar substraat te verbeteren, maar SPGPrints is hier niet in geslaagd. Omdat SPGPrints de afdrukproblemen niet naar tevredenheid van DuraMark kon oplossen, heeft DuraMark de overeenkomst met SPGPrints ontbonden, althans vernietigd op grond van dwaling. DuraMark vordert nu terugbetaling van de bedragen die zij (en of NELC) aan SPGPrints heeft voldaan en vergoeding van de schade die zij als gevolg van de tekortkoming van SPGPrints heeft geleden.
4.6.
SPGPrints betwist dat zij tekort is geschoten in de nakoming van haar verbintenissen uit de overeenkomst. SPGPrints heeft niet een bepaalde afdrukkwaliteit gegarandeerd op het substraat van DuraMark, mede omdat de afdrukkwaliteit afhankelijk is van meerdere factoren. De printer moet volgens de overeenkomst deugdelijk functioneren op het referentiemateriaal van SPGPrints bij de FAT en de SAT. Nu die tests allebei met goed resultaat op het referentiemateriaal van SPGPrints zijn afgerond, beantwoordt de printer aan de overeenkomst. DuraMark heeft de printer met haar eigen deskundige op dat gebied ( [naam expert] ) getest op haar eigen substraat, dat is haar eigen verantwoordelijkheid. DuraMark was tevreden met het resultaat van die tests en heeft daarom besloten de printer te kopen. Dat problemen ontstonden toen de printer langer werd gebruikt door het effect van het substraat op inkt en printer, is contractueel voor risico van DuraMark. SPGPrints heeft een redelijke oplossing aangedragen, namelijk het gebruik van andere inkt van een andere fabrikant (Durst). DuraMark heeft de overeenkomst ten onrechte ontbonden en vernietigd. SPGPrints vordert daarom een vergoeding van de kosten die zij heeft gemaakt voor haar werkzaamheden aan de printer. Ook vordert SPGPrints gedeeltelijke ontbinding van de overeenkomst en schadevergoeding wegens deze ontbinding, omdat DuraMark de annuleringstermijn voor de tweede printer ongebruikt heeft laten verstrijken.
Wat is overeengekomen?
4.7.
De rechtsgevolgen van een overeenkomst worden in de eerste plaats bepaald door hetgeen partijen zijn overeengekomen. De vraag wat partijen zijn overeengekomen kan niet worden beantwoord enkel op grond van een (zuiver) taalkundige uitleg van de bewoordingen van die overeenkomst. Voor de beantwoording van die vraag komt het immers aan op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan elkaars verklaringen en gedragingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Bij deze uitleg dient de rechter rekening te houden met alle bijzondere omstandigheden van het gegeven geval, waarbij ook gedragingen en handelingen van partijen na het sluiten van de overeenkomst van belang zijn.
4.8.
Onweersproken is door DuraMark gesteld dat uit de tekst van de orderbevestiging volgt dat de printer in combinatie met de inkt van SPGPrints zou worden geleverd. SPGPrints heeft verder niet betwist dat DuraMark de inkt van SPGPrints zou gaan gebruiken. Aan dit gebruik is ook de garantie op de printer gekoppeld, nu in de algemene voorwaarden is opgenomen dat alleen garantie wordt verleend als de printer in combinatie met de inkt van SPGPrints wordt gebruikt. De door SPGPrints te leveren inkt maakt derhalve naar het oordeel van de rechtbank onderdeel uit van de overeenkomst.
4.9.
Uit de tekst van de overeenkomst volgt niet dat partijen afspraken hebben gemaakt over de werking van de printer en inkt van SPGPrints op het substraat van DuraMark. DuraMark mocht in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs de zin aan de verklaringen en gedragingen van SPGPrints toekennen en te dien aanzien redelijkerwijs verwachten dat de printer en de inkt van SPGPrints ook deugdelijk zouden functioneren op het substraat van DuraMark. De volgende feiten en omstandigheden heeft de rechtbank daarbij in aanmerkingen genomen. DuraMark heeft voorafgaand aan de overeenkomst duidelijk gemaakt dat het voor haar belangrijk was dat de printer op haar substraat zou kunnen printen. Dit wordt niet door SPGPrints betwist. SPGPrints heeft zelf verklaard dat zij er mee bekend was dat DuraMark de printer zou gebruiken voor buitendoeleinden en dat zij het referentiemateriaal van SPGPrints niet zou gaan gebruiken. Voorts blijkt uit de e-mailwisseling die heeft plaatsgevonden in de periode voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst (zie 2.2) dat SPGPrints de printer heeft ingesteld voor gebruik met het materiaal van DuraMark. Vervolgens zijn in aanwezigheid van DuraMark en [naam expert] diverse tests uitgevoerd door SPGPrints. De resultaten van die tests zijn weliswaar beoordeeld door DuraMark, maar niet weersproken is dat SPGPrints heeft aangegeven dat de testresultaten goed waren en dat de printer geschikt is voor afdrukken op het door DuraMark gebruikte substraat. Nadat partijen overeenstemming hebben bereikt over de koop van de printer zijn conform de overeenkomst de FAT en SAT uitgevoerd. Hoewel SPGPrints nu ontkent dat zowel de FAT als de SAT (ook) op substraat van DuraMark zijn uitgevoerd, heeft zij eerder in haar e-mailbericht van 8 november 2018 bevestigd dat dit wel het geval was. Toen bleek dat de printer niet de afdrukkwaliteit leverde zoals die tijdens de tests werd geleverd, is onderzoek verricht naar de printer. Ook tijdens het onderzoek aan de printer is in de correspondentie door SPGPrints bevestigd dat de printer op het substraat van DuraMark moet kunnen printen (zie 2.14). Tot slot waren de gedragingen van SPGPrints gedurende de herstelpogingen er op gericht de afdrukkwaliteit op het substraat van DuraMark te verbeteren.
Non-conformiteit?
4.10.
Na de installatie van de printer is gebleken dat deze niet de afdrukkwaliteit levert zoals DuraMark mocht verwachten op grond van de overeenkomst. Tussen partijen staat vast dat de slechte afdrukkwaliteit wordt veroorzaakt door spuithoekfouten die na gebruik van ongeveer 2 uur optreden door de interactie tussen de inkt van SPGPrints en het substraat van DuraMark. Los van de vraag of enige garantie is verleend ten aanzien van de afdrukkwaliteit, had DuraMark deze spuithoekfouten niet bij normaal gebruik hoeven verwachten. Ook SPGPrints heeft er in het kader van de garantie immers rekening mee gehouden dat de printer gedurende een vijfdaagse werkweek maximaal 10 draaiuren per vierentwintig uur maakt. Nu hiervoor is geoordeeld dat partijen zijn overeengekomen dat de printer in combinatie met de inkt van SPGPrints deugdelijk zou moeten functioneren op het substraat van DuraMark en vast staat dat dit bij gebruik langer dan 2 uur niet het geval is, is de rechtbank van oordeel dat de printer niet beantwoordt aan de overeenkomst en dat SPGPrints is tekortgeschoten in de nakoming van haar verbintenissen uit de overeenkomst.
Verzuim
4.11.
DuraMark stelt zich op het standpunt dat het verzuim van SPGPrints zonder ingebrekestelling is ingetreden. Verzuim treedt onder meer in zonder ingebrekestelling wanneer de schuldeiser uit mededelingen van de schuldenaar moet afleiden dat deze in de nakoming van de verbintenis zal tekortschieten (artikel 6:83 BW). DuraMark wijst in dat kader op het e-mailbericht van SPGPrints van 5 oktober 2019, waarin SPGPrints schrijft dat zij geen passende oplossing heeft voor de interactie tussen het substraat van DuraMark en de inkt van SPGPrints. Daarnaast zijn partijen het erover eens dat er - anders dan het vervangen van het substraat van DuraMark of de inkt van SPGPrints - geen oplossing voorhanden is voor de interactie tussen het substraat van DuraMark en de inkt van SPGPrints.
4.12.
De rechtbank is, met DuraMark, van oordeel dat met de mededeling van SPGPrints in de e-mail van 5 oktober 2018 en omdat vast staat dat er geen oplossing binnen de gemaakte afspraken voorhanden is, DuraMark heeft mogen afleiden dat SPGPrints tekort zou schieten, zodat een ingebrekestelling achterwege kon blijven en SPGPrints zonder ingebrekestelling in verzuim is geraakt.
Aanbod tot zuivering verzuim?
4.13.
SPGPrints heeft nog aangevoerd dat zij een oplossing heeft aangeboden voor de tegenvallende afdrukkwaliteit, namelijk het vervangen van de inkt. Volgens SPGPrints is het onredelijk dat DuraMark deze oplossing niet accepteert. Voor zover SPGPrints hiermee heeft bedoeld dat zij haar verzuim heeft willen zuiveren, overweegt de rechtbank het volgende. De schuldeiser kan een na het intreden van het verzuim aangeboden nakoming weigeren, zolang niet tevens betaling wordt aangeboden van de inmiddels tevens verschuldigd geworden schadevergoeding en van de kosten (artikel 6:86 BW). Los van het feit dat de door SPGPrints aangeboden nakoming (andere inkt) geen nakoming van de tussen partijen geldende overeenkomst inhoudt, nu inkt van SPGPrints onderdeel uitmaakt van de gemaakte afspraken en inkt van een andere leverancier niet, voldoet het aanbod van SPGPrints niet aan de door artikel 6:86 BW gestelde eisen. SPGPrints heeft slechts aangeboden de inkt in de printer te vervangen en heeft daarbij het verzoek van DuraMark om haar schade te vergoeden meerdere malen van de hand gewezen. Dit betekent dat DuraMark het aanbod van SPGPrints mocht weigeren. Daarom kan SPGPrints zich niet op de zuivering van het verzuim beroepen.
Rechtvaardigt de tekortkoming de ontbinding?
4.14.
SPGPrints stelt verder dat de tekortkoming aan haar zijde de gehele ontbinding niet rechtvaardigt, omdat de spuithoekfouten eenvoudig voorkomen kunnen worden door de inkt van SPGPrints te vervangen door de inkt van een andere leverancier (Durst). DuraMark heeft in dat kader aangevoerd dat het vervangen van de inkt juist geen eenvoudige oplossing is voor de problemen die zij met de printer ervaart. Zij verwijst daarbij naar een e-mailwisseling met Durst en voert daartoe onder meer aan dat het zeer onzeker is of het vervangen van de inkt praktisch mogelijk is en of dat de problemen zou oplossen. DuraMark voert aan dat de printer niet werkt en dat de printer niet werkend te krijgen is zonder de inkt te vervangen. Er is daarom geen sprake van een geringe tekortkoming. Volgens DuraMark werkt de printer niet zomaar met de inkt van een derde, omdat de printer is ontworpen voor de cartridges van SPGPrints, Durst gebruikt een ander systeem voor de verpakking van inkt dan SPGPrints. Voordat de inkt van een andere leverancier kan worden gebruikt, zou de verpakking van die inkt of de constructie van de printer aangepast moeten worden. Volgens DuraMark brengt dit het risico met zich mee dat de inkt vervuild en onbruikbaar raakt. Verder zou ook de software van de printer aangepast moeten worden op de andere inkt. Volgens DuraMark is dit een lang proces met een onzekere uitkomst.
4.15.
De rechtbank is van oordeel dat SPGPrints tegenover de gemotiveerde betwisting van DuraMark onvoldoende feiten en omstandigheden heeft gesteld waaruit volgt dat de tekortkoming de ontbinding niet rechtvaardigt, omdat de printer met de inkt niet deugdelijk functioneert op het substraat van DuraMark en niet vaststaat dat het vervangen van de inkt, als dat technisch mogelijk zou zijn, de oplossing biedt.
De ongedaanmakingsverbintenissen
4.16.
De slotsom is dat DuraMark de overeenkomst op goede gronden heeft ontbonden. De ontbinding van de overeenkomst brengt mee dat partijen zijn bevrijd van de verbintenissen die daaruit voortvloeien. Dit leidt tot afwijzing van de tegenvorderingen van SPGPrints om de overeenkomst gedeeltelijk te ontbinden. Voor zover de verbintenissen reeds zijn nagekomen, blijft de rechtsgrond voor deze nakoming in stand, maar ontstaat voor partijen een verbintenis tot ongedaanmaking van de reeds door hen ontvangen prestaties (artikel 7:22 lid 3 en 6:271 BW). Voor SPGPrints betekent dit de verplichting tot terugbetaling van de door DuraMark betaalde koopprijs van de eerste printer van USD 752.620,80 en terugbetaling van de aanbetaling voor de tweede printer van USD 37.631,04, nu die onderdeel is van de ontbonden overeenkomst en het een zelfde printer betreft. De rechtbank zal de wettelijke rente toewijzen in plaats van de gevorderde wettelijke handelsrente nu artikel 6:119a BW alleen betrekking heeft op de geldelijke tegenprestatie voor geleverde goederen of diensten op grond van een handelsovereenkomst. Dit betreft de primaire betalingsverplichting uit de handelsovereenkomst. De wettelijke handelsrente ziet dus niet op andere geldelijke verplichtingen waartoe zo’n overeenkomst aanleiding kan geven, en evenmin op vorderingen tot vergoeding van schade (ECLI:NL:HR:2017:3106). Over de ongedaanmakingsverbintenis is SPGPrints derhalve geen wettelijke handelsrente verschuldigd, maar wettelijke rente.
4.17.
SPGPrints wenst een vergoeding voor de onbetaalde dienstverlening en onderzoekskosten aan de printer en de schade die zij heeft geleden (of zal lijden) vanwege de ontbinding van de overeenkomst op deze terugbetalingsverplichtingen in mindering te brengen. Voor zover deze vordering gegrond is op artikel 6:277 BW en artikel 6:74 BW is de vordering niet toewijsbaar, omdat het SPGPrints is die tekort schiet in de nakoming van de verbintenissen uit de overeenkomst en zij daarom geen aanspraak heeft op schadevergoeding op grond van die artikelen. Anders dan SPGPrints betoogt, heeft zij ook niet zonder rechtsgrond diensten verleend of onderzoek verricht. De ontbinding heeft op grond van artikel 6:269 BW geen terugwerkende kracht. Op SPGPrints rustte tot het moment van de ontbinding de verplichting een deugdelijke printer te leveren. De herstelwerkzaamheden en daarmee samenhangende kosten die zij heeft gemaakt voor nakoming van haar eigen verbintenissen uit de overeenkomst zijn dus niet onverschuldigd verricht (in de zin van 6:203 BW).
Demontage
4.18.
DuraMark heeft veroordeling van SPGPrints gevorderd tot het op eigen kosten demonteren en afvoeren van de geïnstalleerde printer op straffe van een dwangsom. SPGPrints en Print I hebben aangevoerd bereid te zijn om aan een veroordeling te voldoen, zodat een dwangsom niet nodig is. Nu SPGPrints en Print I de vordering van DuraMark om de printer op eigen kosten te demonteren en af te voeren niet hebben weersproken, wijst de rechtbank deze vordering toe. Gelet op de uitdrukkelijke bereidverklaring van SPGPrints en Print I, aan deze veroordeling te voldoen acht de rechtbank een dwangsom niet noodzakelijk.
Aansprakelijkheid van SPGPrints
4.19.
Daarnaast heeft DuraMark een verklaring voor recht gevorderd ter vaststelling van de aansprakelijkheid van SPGPrints voor alle schade die verband houdt met en/of voortvloeit uit het gebrek aan de printer. Nu sprake is van een tekortkoming aan de zijde van SPGPrints en het voldoende aannemelijk is dat Duramark schade heeft geleden, heeft DuraMark, anders dan SPGPrints stelt, voldoende belang bij een verklaring voor recht. De rechtbank wijst deze vordering dan ook toe.
4.20.
Ook heeft DuraMark aanspraak gemaakt op vergoeding van de door haar geleden schade begroot op USD 108.747,00. In de procesinleiding is deze vordering niet toegelicht anders dan met de stelling dat het gaat om noodzakelijke kosten voor inkt en substraat voor de herstelpogingen van SPGPrints. Daarnaast betreft het volgens DuraMark kosten voor personeel van DuraMark voor bestede tijd aan de herstelpogingen. Voor de onderbouwing van de schade verwijst DuraMark naar een overzicht van 1 november 2018, waarop diverse bedragen zijn vermeld die verder niet zijn toegelicht. Zonder toelichting, die ontbreekt, valt uit dit overzicht niet af te leiden waar de verschillende posten voor staan en waarom die voor rekening van SPGPrints zouden moeten komen. Met betrekking tot personeelskosten geldt los daarvan dat DuraMark deze personeelskosten sowieso gehad zou hebben, zodat zonder toelichting, die ontbreekt, niet blijkt dat daaruit schade geleden is. De rechtbank is van oordeel dat DuraMark onvoldoende heeft gesteld voor toewijzing van deze vordering, zodat de vordering zal worden afgewezen.
Buitengerechtelijke incassokosten
4.21.
DuraMark heeft gesteld buitengerechtelijke kosten gemaakt te hebben en heeft vergoeding daarvan gevorderd op grond van artikel 6:96 lid 2 onder c BW. Voldaan dient te worden aan het vereiste dat alleen redelijke kosten die in redelijkheid zijn gemaakt kunnen worden toegewezen. In dit geval is niet gebleken dat niet aan dit vereiste is voldaan. Hoewel SPGPrints heeft aangevoerd dat de Wet normering buitengerechtelijke incassokosten en het bijbehorende Besluit niet van toepassing zijn, heeft zij de aanspraak van DuraMark op buitengerechtelijke kosten niet betwist. De rechtbank zal de buitengerechtelijke kosten daarom toewijzen over het toewijsbare bedrag van € 710.362,00 (USD 752.620,80 +
USD 37.631,04). Dit komt neer op € 5.326,81 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 3 april 2019. Nu dit bedrag conform het geldende tarief is vastgesteld, gaat de rechtbank voorbij aan het verzoek van SPGPrints deze kosten te matigen.
De conservatoire beslagkosten en proceskosten
4.22.
De door DuraMark gevorderde conservatoire beslagkosten voor het derdenbeslag zullen worden toegewezen voor een bedrag van € 1.121,53. Dat bedrag komt overeen met de op de exploten vermelde kosten. Daarnaast is 1 punt salaris advocaat toewijsbaar zoals hierna begroot.
4.23.
SPGPrints wordt als de (grotendeels) in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten veroordeeld ten aanzien van de vorderingen en de tegenvorderingen. De kosten met betrekking tot de vordering worden aan de zijde van DuraMark begroot op:
- procesinleiding € 209,10
- griffierecht € 4.030,00
- salaris advocaat €
9.297,00(3,0 punten × tarief € 3.099,00)
Totaal € 13.536,10.
De kosten met betrekking tot de tegenvorderingen worden aan de zijde van DuraMark begroot op € 3.099,00 (1,0 × tarief € 3.099,00) aan salaris advocaat. De tegenvorderingen zijn volgens het petitum van onbepaalde waarde, maar vertegenwoordigen volgens SPGPrints waarde behorend bij tarief VII.
Hoofdelijkheid
4.24.
De rechtbank stelt voorop dat vaststaat dat Print I op grond van de door haar afgegeven verklaring als bedoeld in artikel 2:403 lid 1 sub f BW hoofdelijk aansprakelijk is voor de uit rechtshandelingen voortvloeiende schulden van SPGPrints. SPGPrints en Print I hebben niet betwist dat schadevergoeding wegens ontbinding van overeenkomsten valt onder de reikwijdte van de door Print I afgegeven 403-verklaring. Aangezien daardoor op SPGPrints en Print I dezelfde verplichtingen komen te rusten, zijn zij daartoe hoofdelijk verbonden. Dat betekent dat de vorderingen tot hoofdelijke veroordeling zullen worden toegewezen.

5.De beslissing

De rechtbank
ten aanzien van de vordering
5.1.
veroordeelt SPGPrints en Print I hoofdelijk om binnen 10 dagen na de datum van dit vonnis aan DuraMark te betalen een bedrag van USD 752.620,80, zodat als de een betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, vermeerderd met de wettelijke rente van artikel 6:119 BW over het toegewezen bedrag met ingang van 3 april 2019 tot de dag van volledige betaling,
5.2.
veroordeelt SPGPrints en Print I hoofdelijk om de bij DuraMark afgeleverde DSI-5330L printer binnen 30 dagen na de datum van dit vonnis op kosten van SPGPrints en Print I te demonteren, verwijderen en afvoeren,
5.3.
verklaart voor recht dat SPGPrints en Print I hoofdelijk aansprakelijk zijn voor alle door DuraMark en/of NELC geleden en nog te lijden schade die verband houdt met en/of voortvloeit uit het gebrek aan de bij DuraMark afgeleverde DSI-5330L printer,
5.4.
veroordeelt SPGPrints en Print I hoofdelijk om aan DuraMark te betalen een bedrag van USD 37.631,04, zodat als de een betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, vermeerderd met de wettelijke rente van artikel 6:119 BW over het toegewezen bedrag met ingang van 3 april 2019 tot de dag van volledige betaling,
5.5.
veroordeelt SPGPrints en Print I hoofdelijk om aan DuraMark te betalen een bedrag van € 5.326,81 in verband met buitengerechtelijke incassokosten, zodat als de een betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, vermeerderd met de wettelijke rente van artikel 6:119 BW over het toegewezen bedrag met ingang van 3 april 2019 tot de dag van volledige betaling,
5.6.
veroordeelt SPGPrints en Print I hoofdelijk, zodat als de een betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, tot betaling van de beslagkosten aan DuraMark, tot op heden begroot op € 1.121,53, te voldoen binnen veertien dagen na dagtekening van dit vonnis, en – voor het geval voldoening binnen bedoelde termijn niet plaatsvindt – te vermeerderen met de wettelijke rente te rekenen vanaf bedoelde termijn voor voldoening;
5.7.
veroordeelt SPGPrints en Print I hoofdelijk in de proceskosten, zodat als de een betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, aan de zijde van DuraMark tot op heden begroot op € 13.536,10, te voldoen binnen veertien dagen na dagtekening van dit vonnis, en – voor het geval voldoening binnen bedoelde termijn niet plaatsvindt – te vermeerderen met de wettelijke rente te rekenen vanaf bedoelde termijn voor voldoening;
5.8.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.9.
wijst het meer of anders gevorderde af,
ten aanzien van de tegenvordering
5.10.
wijst de vorderingen af,
5.11.
veroordeelt SPGPrints en Print I hoofdelijk in de proceskosten, zodat als de een betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, aan de zijde van DuraMark tot op heden begroot op € 3.099,00, te voldoen binnen veertien dagen na dagtekening van dit vonnis, en – voor het geval voldoening binnen bedoelde termijn niet plaatsvindt – te vermeerderen met de wettelijke rente te rekenen vanaf bedoelde termijn voor voldoening;
5.12.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
ten aanzien van de vordering en de tegenvordering
5.13.
veroordeelt SPGPrints en Print I hoofdelijk in de na dit vonnis ontstane kosten, zodat als de een betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, begroot op € 246,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat SPGPrints of Print I niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 82,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van het vonnis,
5.14.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
Dit vonnis is gewezen door mr. J.H. Steverink en in het openbaar uitgesproken op 1 april 2020.