Pioenroos c.s. vordert, na wijziging van eis, bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, -samengevat – het volgende:
I
Primair: [gedaagde 1] te veroordelen om aan Pioenroos c.s. te betalen € 103.169,03, subsidiair: [gedaagde 1] te veroordelen om aan Pioenroos te betalen € 25.019,43 en aan EPIT te betalen € 87.649,60, het primair en subsidiair gevorderde te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 23 juli 2015, althans vanaf de dag van de procesinleiding althans vanaf de door de rechtbank te bepalen dag, tot aan de dag van voldoening;
II
[gedaagde 1] te veroordelen om aan Pioenroos te betalen € 25.000,00 uit hoofde van een contractuele boete, althans uit welke hoofde dan ook, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de dag van procesinleiding althans vanaf de door de rechtbank te bepalen dag, tot aan de dag van voldoening;
III
[gedaagde 2] te veroordelen om aan Pioenroos c.s. althans aan Pioenroos te betalen € 261.000,00 aan hoofdsom en € 118.084,84 aan tot en met 15 oktober 2018 berekende contractuele rente, vermeerderd met contractuele althans wettelijke rente vanaf 15 oktober 2018 althans vanaf de door de rechtbank te bepalen dag, te berekenen over € 379.084,84 althans over het openstaande bedrag althans over het door de rechtbank te bepalen bedrag, tot aan de dag van voldoening;
IV
[gedaagde 2] te veroordelen om aan Pioenroos c.s. althans aan Pioenroos te betalen € 3.670,42 althans een door de rechtbank te bepalen bedrag aan buitengerechtelijke kosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van procesinleiding althans vanaf een door de rechtbank te bepalen dag, tot aan de dag van voldoening;
V
[gedaagde 2] en [gedaagde 1] , hoofdelijk, althans de één of de ander, te veroordelen om binnen 14 dagen na het wijzen althans betekening van het vonnis, ervoor te zorgen dat een recht van tweede hypotheek, ten gunste van Pioenroos en EPIT, is gevestigd op de onroerende [adres] te ( [postcode] ) [plaats] , kadastraal bekend [kadastraal nummer] , strekkende tot zekerheid voor de nakoming van de verplichtingen uit hoofde van de borgtocht en voor al hetgeen [bedrijf 1] verschuldigd mocht zijn of mocht worden aan Pioenroos en EPIT, op straffe van een dwangsom van € 2.000,00 althans een door de rechtbank te bepalen dwangsom per dag of gedeelte van een dag dat het hypotheekrecht niet gevestigd is althans een door de rechtbank te bepalen veroordeling met gelijke strekking;
VI
[gedaagde 2] en [gedaagde 1] , hoofdelijk, althans de één of de ander, te veroordelen in de proceskosten, het salaris van de advocaat van Pioenroos c.s. daaronder begrepen, de beslagkosten en de nakosten en al deze kosten te voldoen binnen 14 dagen na dagtekening van het vonnis, vermeerderd met wettelijke rente indien voldoening niet binnen bedoelde termijn plaatsvindt.