In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland op 20 maart 2020 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Amstelhuys N.V. en een gedaagde, die eigenaar is van een woning gekocht onder de Slimmer Kopen Bepalingen. Amstelhuys vorderde ontruiming van de woning en machtiging om deze te verkopen aan Stichting Woonwaarts, omdat de gedaagde in betalingsachterstand verkeerde en de woning onder executoriaal beslag was gelegd door de Vereniging van Eigenaars. De gedaagde, die met haar kinderen in de woning woont en momenteel een WW-uitkering ontvangt, voerde aan dat zij in financiële problemen verkeert en dat ontruiming haar in een noodsituatie zou brengen.
De rechtbank overwoog dat Amstelhuys onvoldoende spoedeisend belang had aangetoond voor de gevorderde machtiging tot verkoop. De gedaagde had recent een deel van haar schuld aan de VVE betaald en was bezig met schuldhulpverlening. De voorzieningenrechter concludeerde dat de persoonlijke omstandigheden van de gedaagde, in combinatie met de gevolgen van de Corona-crisis, maakten dat ontruiming niet noodzakelijk was. De vorderingen van Amstelhuys werden afgewezen, en zij werd veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde.
Dit vonnis benadrukt de afweging tussen de belangen van de schuldeiser en de persoonlijke omstandigheden van de gedaagde, vooral in het licht van de huidige maatschappelijke situatie door de Corona-crisis.