Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
1.De procedure in de zaak 18-51 en in de zaak 18-52
- het tussenvonnis van 10 april 2019
- de conclusie van antwoord in reconventie met producties 30 tot en met 36 [gedaagden]
- de akte overlegging productie 58 van [gedaagden]
- de akte overlegging productie 37 van [naam eiseres]
- het (verkort) proces-verbaal van comparitie, gehouden op 29 november 2019.
2.De feiten
Zoals zojuist telefonisch besproken vragen wij u n.a.v. het overleg van afgelopen donderdag om de oplossing met beton na te vragen bij de fabrikant (Prefab Beton/ [naam] ) en te laten doorrekenen door een constructeur. Technische documenten hebben wij bijgevoegd. (…)
(…)
(…)
(…)
(…)
(…)
(…)
Eventuele aanvullende punten
Na controle door u van de berekeningen vloeren adviseerde u gisteren in een ingesproken bericht:
Om op de Omega vloeren een nieuwe drukvloer te storten van beton C20/25 8cm. dik v.v. vloerverwarmings- en andere leidingen met bovenin wapening rond 8 maaswijdte 150x150 zie scan 663 voorgestelde vloeropbouw.
(…)
Wij verwachten op bovenstaande wijze een vrijwel krimpvrije constructieve vloer die geschikt is voor alle vloerafwerkingen, de belastingen voor woning en garage zonder problemen kan dragen en geluid overdracht verschillen nihil zijn.
handgeschreven]
het daarbij behorende advies, ook door derden, voorbereidingen, nodige voorzieningen en uitvoering zoals besproken, (…)
de verwerkte materialen en onze standaard opslag van 20%.
- factuur 17-045 ‘werkzaamheden vloeren’ € 34.398,56
- factuur 17-046 ‘werkzaamheden kozijnen/deuren’ € 4.494,39
- factuur 17-047 ‘reparatie/schuurwerk muren’ € 1.961,29
- factuur 17-048 ‘overige werkzaamheden’ € 4.812,81
- factuur 17-049 ‘herstel voorruit’ € 232,66
(…) Deze gebruikte methode is ouderwets en onnauwkeurig. (…) had men mogen verwachten dat het bepalen van de bovenkant van de dekvloer tijdens het storten van het beton ook met behulp van een lasermeter zou worden vastgesteld en gecontroleerd. Dit is tegenwoordig een normale manier van maatvoeren, uitzetten en vaststellen van hoogtes.
1.2.0. uitgangspunten
(…)
Ten aanzien van de methode van uitvoering; het aanbrengen van een zandcementdekvloer en een betonmortelvloer is compleet anders en halen dan ook niet hetzelfde afwerkingsniveau in één laag. In het algemeen volgt er na het aanbrengen van een constructieve druklaag nog een egalisatie-laag om aan de vlakheidseis te voldoen die de leverancier van de houten- of tegelvloer kan verlangen. Deze twee handelingen zijn niet in één uitvoering te realiseren.
Dit is met lichte machines uit te voeren zonder dat grof geweld de vloerconstructie onnodig beschadigd.
3.Het geschil in de gevoegde zaken in conventie en in reconventie
in conventiesamengevat - veroordeling van [gedaagden] tot betaling van € 39.589,49 aan onbetaald gebleven facturen, € 6.283,21 exclusief btw aan kosten voor het opmaken van het rapport van Interim Bouwconsult en € 1.170,89 aan buitengerechtelijke kosten, deze bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente en proceskosten.
in reconventie:
4.De beoordeling
het leveren van materialen en uitvoeren van werkzaamheden vloeren, het daarbij behorende advies, ook door derden, voorbereidingen, nodige voorzieningen en uitvoering zoals besproken’. Ter onderbouwing van ‘uitvoering zoals besproken’ wijst [gedaagden] op zijn eerdere e-mail van 12 juni 2017 waarin hij, na de bespreking met [naam eiseres] op 8 juni 2017, de door hem gewenste werkzaamheden heeft omschreven met het verzoek te laten weten of deze uitvoering mogelijk is. Uit de e-mail met (bouw)tekeningen als bijlage blijkt dat [gedaagden] een scheurvrije betonnen vloer wenste van, indien mogelijk, 8 cm dik, welke op folie is gelegd en is voorzien van wapening, alsmede qua vlakheid geschikt is voor het aanbrengen van houten vloerafwerking (5 mm per 2 m). Niet in geschil is dat [naam eiseres] naar aanleiding van het gesprek op 8 juni 2017 en voormelde e-mail van [gedaagden] heeft onderzocht of de wensen van [gedaagden] haalbaar waren. Het is niet gesteld of gebleken dat de uitkomsten daarvan negatief waren. Sterker nog, op 20 juni 2017, dus nog vóór verzending van de opdrachtbevestiging op 24 juni 2017, heeft [naam eiseres] een e-mail aan Opzeeland gestuurd (zie 2.7.) waarin [naam eiseres] schrijft dat hij met ‘
een nieuwe drukvloer (…) van beton C20/25 8cm dik (…) met bovenin wapening rond 8 maaswijdte’ verwacht ‘
een vrijwel krimpvrije constructieve vloer’ te kunnen leveren ‘
die geschikt is voor alle vloerafwerkingen’. Hieruit blijkt dat óók [naam eiseres] de bedoeling had een (dek)vloer te leveren waar [gedaagden] iedere gewenste vloerafwerking op kon aanbrengen. Kort daarop heeft [naam eiseres] zonder verdere opmerkingen voormelde opdrachtbevestiging aan [gedaagden] gestuurd. [naam eiseres] heeft daarbij niet vermeld dat hetgeen [gedaagden] wenste, (constructief gezien) niet mogelijk zou zijn.
Zo ja, is het redelijk om van het totaalbedrag van factuur 17-045 een 2/3 deel toe te schrijven aan de begane grond en 1/3 deel aan de tweede verdieping?
Zo nee, wat zijn de redelijke kosten voor:
a) de werkzaamheden aan de vloer op de begane grond,
b) de werkzaamheden aan de vloer op de tweede verdieping,
c) de werkzaamheden aan de onderliggende fundering/ribcassettevloer.
5.De beslissing
22 april 2020voor het nemen van een akte door beide partijen waarin zij zich uitlaten over de aangekondigde deskundigenrapportage,