In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, op 15 april 2020 een tussenbeschikking gegeven in een geschil tussen een appartementseigenaar, aangeduid als [verzoeker], en de Vereniging van Eigenaars (VvE) van het appartementencomplex waar hij woont. De zaak betreft de plaatsing van 12 zonnepanelen en een airco/luchtwarmtepomp door [verzoeker] zonder toestemming van de VvE. De VvE heeft op 8 januari 2020 besloten om toestemming voor deze installaties te onthouden, wat heeft geleid tot het verzoek van [verzoeker] om deze besluiten te vernietigen of nietig te verklaren.
De procedure begon met een inleidend verzoekschrift van [verzoeker] op 4 februari 2020, gevolgd door een mondelinge behandeling op 4 maart 2020. De kantonrechter heeft de feiten en de argumenten van beide partijen zorgvuldig overwogen. [verzoeker] stelt dat de zonnepanelen niet onder het verbod van het splitsingsreglement vallen en dat de VvE hem onterecht heeft beschuldigd van het schenden van de regels. Hij betoogt dat de VvE hem nooit eerder op de vermeende strijdigheid heeft gewezen en dat er sprake is van willekeur.
De VvE heeft verweer gevoerd en betoogd dat de verzoeken van [verzoeker] niet ontvankelijk zijn, omdat de besluiten nietig verklaard moeten worden bij de handelskamer van de rechtbank. De kantonrechter heeft echter geoordeeld dat hij zich ook over de nietigheidsvraag moet buigen in het kader van de machtigingsprocedure. De rechter heeft geconcludeerd dat de VvE geen geldige redenen heeft aangevoerd voor de verwijdering van de zonnepanelen en dat de machtiging voor de airco zonder voorwaarden kan worden verleend. De beslissing over de verdere procedure is aangehouden, waarbij partijen de gelegenheid krijgen om schriftelijk te reageren op de overwegingen van de kantonrechter.