ECLI:NL:RBGEL:2020:2255

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
15 april 2020
Publicatiedatum
14 april 2020
Zaaknummer
C/05/360834 / HZ ZA 19-96
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over de ontbinding van een overeenkomst inzake Deense genetica voor fokgelten tussen Next Genetix B.V. en maatschap c.s.

In deze zaak vordert Next Genetix B.V. dat de rechtbank de maatschap c.s. veroordeelt om alle door haar geproduceerde fokgelten als eerste aan Next Genetix B.V. aan te bieden, op straffe van een dwangsom. De maatschap c.s. heeft de overeenkomst met Next Genetix B.V. per 3 mei 2018 buitengerechtelijk ontbonden, omdat zij van mening is dat Next Genetix B.V. haar verplichtingen niet nakwam. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatschap c.s. de overeenkomst rechtsgeldig heeft ontbonden, omdat Next Genetix B.V. niet in staat was om de overeengekomen genetica te leveren na de beëindiging van de samenwerking met DanBred P/S. De rechtbank oordeelt dat de maatschap c.s. niet in schuldeisersverzuim verkeert en dat het concurrentiebeding niet van toepassing is. De vorderingen van Next Genetix B.V. worden afgewezen, en zij wordt veroordeeld in de proceskosten van de maatschap c.s.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK GELDERLAND

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zutphen
zaaknummer / rolnummer: C/05/360834 / HZ ZA 19-96
Vonnis van 15 april 2020
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
NEXT GENETIX B.V.,
gevestigd te Wehl,
eiseres,
advocaat mr. D.J.J. Vrijbergen te Doetinchem,
tegen
1. de maatschap
MAATSCHAP [gedaagde sub1],
gevestigd te [woonplaats] ,
2.
[gedaagde sub 2],
wonende te [woonplaats] ,
3.
[gedaagde sub 3],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagden,
advocaat mr. R. Dufour te 's-Gravenhage.
Partijen zullen hierna Next Genetix B.V. en de maatschap c.s. genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 18 december 2019
  • het proces-verbaal van comparitie van 30 januari 2020.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
TGZ Nederland B.V. (hierna TGZ), rechtsvoorgangster van Next Genetix B.V., gaf ondersteuning en begeleiding aan subfokkers, zoals de maatschap c.s., bij de uitvoering van het DanAvl-fokprogramma en verzorgde als distributeur de verkoop van de fokgelten aan vermeerderaars.
2.2.
De maatschap c.s. produceert als subfokker fokgelten. Deze fokgelten worden via een distributeur afgezet aan vermeerderaars die de fokgelten gebruiken voor het fokken van vleesbiggen. Tot 2013 heeft de maatschap c.s. samengewerkt met Topigs. In de loop van 2013 is de maatschap c.s. na werving door TGZ overgestapt van Topigs naar DanAvl.
2.3.
Op 20 juni 2014 hebben TGZ en de maatschap c.s. de “
Overeenkomst voor DanAvl subfok [1] (hierna: de Overeenkomst) ondertekend. Hierin zijn de afspraken tussen partijen vastgelegd, zoals deze feitelijk al vanaf 14 februari 2014 door partijen werden uitgevoerd.
In de Overeenkomst is voor zover van belang het volgende bepaald:

In aanmerking nemende dat:
1. TGZ DanAvl genetica verkoopt aan vermeerderaars op basis van een licentieovereenkomst met SPF Selskabet voor het verkooprecht van DanAvl genetica.
2. [de maatschap c.s.] op haar bedrijf (…) en daarmee verbonden bedrijven, DanAvl fokvarkens gaat produceren en deze gaat verkopen aan TGZ.
3. [de maatschap c.s.] voor deze productie van DanAvl fokvarkens overeenkomsten heeft afgesloten met SPF Selskabet en VSP (Viden Center for Svineproduktion) beiden uit Denemarken.
4. [de maatschap c.s.] haar fokkerij activiteiten zal uitvoeren volgens de regels en richtlijnen zoals zijn vastgelegd in de overeenkomst met VSP "Vereinbarung über Vermehrung" en/of in de toekomst door VSP zullen worden opgelegd.
5. [de maatschap c.s.] alle door haar, gedurende de looptijd van deze overeenkomst, geproduceerde en goedgekeurde fokvarkens uitsluitend aan TGZ zal verkopen behoudens de fokgelten die nodig zijn voor de vervanging van de zeugenstapel van het eigen bedrijf. Indien TGZ fokgelten na aanbieding daarvan heeft geweigerd af te nemen, dan staat het [de maatschap c.s.] vrij deze fokgelten aan derden te verkopen.
Verklaren te zijn overeengekomen als volgt:
Artikel 1 Leveringsplicht subfokker
a.
a) [de maatschap c.s.] verplicht zich, gedurende de looptijd van deze overeenkomst, de door haar geproduceerde Danavl fokgelten aan te bieden aan TGZ.
Indien TGZ de fokgelten na aanbieding daarvan heeft geweigerd af te nemen, staat het [de maatschap c.s.] . vrij de aangeboden fokgelten aan derden te verkopen.
b) (…)
Artikel 5 Verplichtingen TGZ
TGZ verplicht zich, in het kader van deze overeenkomst tot de hierna volgende prestaties:
a.
a) Bemiddeling, facturatie en incasso van de verkochte fokgelten.
b) Begeleiding en ondersteuning van [de maatschap c.s.] bij de uitvoering van het DanAvl fokprogramma.
c) Begeleiding en relatiebeheer van de vermeerderaars
d) Het werven van nieuwe klanten
e) Het verzorgen van de PR en communicatie rondom de DanAvl genetica
f) Betalen van de fokkerijlicenties aan VSP.
g) Betaling van de koopsom aan [de maatschap c.s.] van de aangekochte fokgelten binnen een termijn van 14 dagen na leveringsdatum.
h) Alle andere verplichtingen die uit deze overeenkomst voortvloeien.
(…)
Artikel 8 Samenwerking na afloop van de garantieperiode.
a.
a) (…)
b) [de maatschap c.s.] zal alle door haar geproduceerde en goedgekeurde fokvarkens uitsluitend aan TGZ verkopen behoudens de fokgelten die nodig zijn voor de vervanging van de zeugenstapel van het eigen bedrijf van [de maatschap c.s.] . Indien TGZ fokgelten na aanbieding daarvan door [de maatschap c.s.] heeft geweigerd af te nemen, staat het [de maatschap c.s.] vrij die fokgelten aan derden te verkopen.
Artikel 9 Aanvang-duur-einde en verlenging overeenkomst.
a.
a) Deze overeenkomst vangt aan op 17-02-2014 en wordt gesloten voor onbepaalde tijd.
b) Deze overeenkomst kan door elk van de partijen worden opgezegd tegen het einde van de maand met een opzegtermijn van 12 maanden. (…)
c) Deze overeenkomst kan door de meeste gerede partij met onmiddellijke ingang ten opzichte van de andere partij worden ontbonden, (…); alsmede ingeval de andere partij, na schriftelijke ingebrekestelling (bij aangetekend schrijven), in verzuim blijft met de (tijdige) nakoming van haar verplichtingen jegens de meest gerede partij ,tenzij de tekortkoming de ontbinding en haar gevolgen niet rechtvaardigt.
d) Beëindiging van het in dit artikel bepaalde laat onverlet het recht van de gelaedeerde partij op vergoeding van de door die partij geleden schade.
Artikel 10 Concurrentiebeding
a.
a) Het is [de maatschap c.s.] niet toegestaan in Nederland te gaan fokken voor een andere fokkerijorganisatie.
Deze bepaling geldt alleen gedurende de looptijd van deze overeenkomst.
b) Het is [de maatschap c.s.] gedurende de looptijd van deze overeenkomst en 2 jaren na de beëindiging van deze overeenkomst om welke reden ook, zonder toestemming van TGZ niet toegestaan op enigerlei wijze direct of indirect een zakelijke relatie aan te gaan met klanten van TGZ die aan [de maatschap c.s.] in het kader van de relatie met TGZ bekend zijn geworden.
Bij beëindiging van de overeenkomst tussen [de maatschap c.s.] en TGZ zal door TGZ een lijst opgesteld worden welke klanten bedoeld worden zoals in dit artikel omschreven.
c) Met een "klant" als omschreven in het vorige artikellid wordt iedere afnemer van fokmateriaal van TGZ bedoeld, met uitzondering van die klanten die al bij aanvang van deze overeenkomst tot de klantenkring van [de maatschap c.s.] behoorden en zijn omschreven op de lijst die alsBijlage 5aan deze overeenkomst is gehecht.
d) Als [de maatschap c.s.] zich schuldig maakt aan schending van dit artikel van deze overeenkomst, dan is hij verplicht tot een betaling van een boete van € 10.000,= per overtreding en € 500,= voor elke dag dat de overtreding voortduurt, onverminderd het recht van TGZ om de daadwerkelijk geleden schade van [de maatschap c.s.] te vorderen.
(…)
2.4.
Begin 2016 heeft het Deense VSP (Viden Center for Svineproduktion), de eigenaar en coördinator van het DanAvl-fokprogramma, aan de distributeurs en de subfokkers kenbaar gemaakt dat zij de samenwerkingsstructuur met hen zou gaan wijzigen. Er zouden nieuwe afspraken moeten worden gemaakt. Inmiddels was TGZ opgevolgd door Next Genetix B.V.
2.5.
DanBred P/S, opgericht op 4 december 2017, heeft de DanAvl-fokorganisatie voortgezet. Zij heeft alle rechten en verplichtingen van VSP en SPF Selskabet (hierna SPF), een van de (voormalige) distributeurs van VSP, jegens de distributeurs en de subfokkers overgenomen en zij heeft de merknaam gewijzigd in DanBred. DanBred P/S heeft de subfokkers bericht dat de overeenkomsten met DanAvl per 28 februari 2018 kwamen te vervallen. De overeenkomsten met de distributeurs liepen tijdens de onderhandelingen over de nieuwe afspraken door. [2]
2.6.
Bij e-mailbericht van 17 februari 2018 heeft [voornaam] [persoon A] (hierna [persoon A] ), destijds directeur van Next Genetix B.V., haar zeven subfokkers onder wie [de maatschap c.s.] uitgenodigd voor een bijeenkomst op 23 februari 2018. Thema van de bijeenkomst was de nieuwe structuur in Denemarken en de visie van Next Genetix B.V. daarop. Als sprekers waren onder andere [persoon B] van Møllevang Genetics en [persoon C] van PIC uitgenodigd.
2.7.
Op 9 maart 2018 heeft Next Genetix B.V. een bijeenkomst georganiseerd voor de subfokkers met Breeders of Denmark, een partij die in augustus 2018 zou opgaan in Danish Genetics.
2.8.
Op 29 maart 2018 heeft DanBred P/S schriftelijk de overeenkomst met Next Genetix B.V. opgezegd. [3] Diezelfde dag heeft DanBred P/S de subfokkers, onder wie [de maatschap c.s.] , schriftelijk [4] geïnformeerd dat zij de samenwerking met Next Genetix B.V. heeft beëindigd en bezig is een Nederlandse DanBred dochteronderneming op te richten.
2.9.
Bij e-mailbericht van 3 april 2018 [5] heeft Next Genetix B.V. via haar Nieuwsbrief kenbaar gemaakt dat zij gaat samenwerken met de fokkerijorganisaties Danish Genetics en Danic. Één van de zeven subfokkers, [persoon D 1] , heeft zich daarbij aangesloten.
2.10.
Bij persbericht van 12 april 2018 [6] hebben de (overige zes) Nederlandse DanBred subfokbedrijven, waaronder de maatschap c.s., bericht dat zij verder gaan met het fokprogramma van DanBred. Tevens hebben zij meegedeeld dat wegens het wegvallen van de bestaande distributiestructuur in Nederland DanBred B.V. is opgericht die alle taken zal overnemen van het huidige afzetkanaal. DanBred B.V., 100% dochtervennootschap van DanBred P/S, zal de varkensgenetica aanbieden.
2.11.
Bij brief van 16 april 2018 [7] heeft de advocaat van Next Genetix B.V. de maatschap c.s. aangeschreven, haar op haar contractuele verplichtingen gewezen, haar in gebreke en aansprakelijk gesteld met een sommatie om binnen 48 uur de tussen partijen gesloten Overeenkomst na te komen.
2.12.
In reactie op de aansprakelijkheidstelling heeft de advocaat van de maatschap c.s. Next Genetix B.V. bij brief van 30 april 2018 [8] laten weten dat de maatschap c.s. de Overeenkomst buitengerechtelijk zal ontbinden op 3 mei 2018 als Next Genetix B.V. niet alsnog per die datum kenbaar maakt aan haar verplichtingen te zullen voldoen.
2.13.
Bij brief van 9 mei 2018 [9] heeft de advocaat van Next Genetix B.V. in reactie op de brief van 30 april 2018 zich op het standpunt gesteld dat Next Genetix B.V. nog steeds de overeenkomst kan nakomen en heeft hij de maatschap c.s. verzocht om uiterlijk 16 mei 2018 te verklaren dat de maatschap c.s. de verplichtingen uit de overeenkomst zal nakomen.
Bij e-mailbericht van 17 mei 2018 [10] heeft de advocaat van de maatschap c.s. zijn standpunt herhaald, inhoudende dat maatschap c.s. de Overeenkomst terecht heeft ontbonden, omdat Next Genetix B.V. haar verplichtingen uit de overeenkomst niet kan nakomen in de vorm zoals tussen partijen in 2014 is overeengekomen.
2.14.
Per e-mail van 15 augustus 2018 [11] heeft de advocaat van Next Genetix B.V. aan de advocaat van de maatschap c.s. het volgende bericht:

(…) Inmiddels heeft cliënte geconstateerd en vernomen dat uw cliënte in strijd met de overeenkomst niet meer aan cliënte levert en direct, dan wel indirect (via Danbred) levert aan de ‘klanten van cliënte’ hetgeen conform artikel 10 van de overeenkomst uw cliënte niet is toegestaan. De klanten welke hiermee worden bedoeld betreffen:
1.
[namen van 19 klanten]
)
(…)
Mocht ik van u niet voor 1 september a.s. een concreet voorstel ontvangen voor een bespreking, heb ik van cliënte opdracht gekregen om rechtsmaatregelen te gaan treffen. (…)
2.15.
De maatschap c.s. heeft op deze e-mail niet meer gereageerd. Next Genetix B.V. heeft daarop de maatschap in kort geding gedagvaard. Bij vonnis van 11 december 2018 is de vordering tot nakoming van de aanbiedingsplicht/leveringsplicht afgewezen en is het de maatschap verboden om, op straffe van een dwangsom, op enigerlei wijze direct of indirect een zakelijke relatie aan te gaan met de hiervoor in 2.14 genoemde bedrijven.
2.16.
Een aantal van de kernfokkers heeft besloten geen overeenkomst met DanBred P/S aan te gaan. Møllevang is op 2 juli 2018 een samenwerking aangegaan met de Britse geneticaproducent PIC. Een aantal andere kernfokkers heeft zich aangesloten bij de op 15 augustus 2018 opgerichte fokorganisatie Danish Genetics.

3.Het geschil

3.1.
Next Genetix B.V. vordert dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad,
I. de maatschap c.s. veroordeelt om conform de Overeenkomst alle door haar geproduceerde fokgelten als eerste aan Next Genetix B.V. aan te bieden op straffe van een dwangsom van € 5.000,00 per dag;
II. Primair: de maatschap c.s., de maatschap voor het geheel en haar vennoten ieder voor hun aandeel, veroordeelt tegen kwijting aan Next Genetix B.V. te betalen een bedrag groot € 3.451.000,00 wegens de over de periode tot 1 augustus 2019 verbeurde boetes;
Subsidiair: de maatschap c.s., de maatschap voor het geheel en haar vennoten ieder voor hun aandeel, veroordeelt tegen kwijting aan Next Genetix B.V. te betalen een bedrag aan schadevergoeding, op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
III. de maatschap c.s. veroordeelt in de kosten van het geding en daarbij op voorhand het nasalaris begroot op een bedrag van € 157,-- zonder betekening en € 239,-- met betekening van het ten deze te wijzen vonnis, het totale bedrag aan proceskosten vermeerderd met de in artikel 6:119 BW bedoelde wettelijke rente daarover vanaf 14 dagen na het wijzen van het vonnis indien en voor zover deze niet binnen de termijn zijn voldaan.
3.2.
Next Genetix B.V. legt aan haar vorderingen tegen de achtergrond van de vaststaande feiten het navolgende ten grondslag.
De maatschap c.s. voldoet sinds 1 april 2018 niet meer aan haar aanbiedingsplicht jegens Next Genetix B.V. en komt haar tussen partijen overeengekomen exclusieve leveringsplicht aan Next Genetix B.V. niet na. Aldus handelt Next Genetix B.V. in strijd met artikel 1 van de Overeenkomst. Daarom vordert Next Genetix B.V. nakoming van de Overeenkomst.
De maatschap c.s. is in schuldeisersverzuim, omdat zij een overeenkomst heeft gesloten met DanBred P/S, waardoor Next Genetix B.V. buitenspel werd gezet. Hierdoor was het voor Next Genetix B.V. onmogelijk om nog genetica van DanAvl c.q. Danbred te leveren. Voor zover Next Genetix B.V. al in verzuim is, kan de maatschap c.s. zich hierop niet beroepen, omdat dit verzuim een gevolg is van een aan maatschap c.s. toe te rekenen beletsel.
Door fokgelten direct/indirect aan klanten van Next Genetix B.V. te leveren, handelt de maatschap c.s. voorts in strijd met het concurrentie- en relatiebeding. De maatschap c.s. heeft daarom de contractueel overeengekomen boetes verbeurd. Tot 1 augustus 2019 gaat het om een bedrag van € 3.451.000,00.
Ingeval de boetes niet toewijsbaar zijn, vordert zij schadevergoeding voor de periode dat de maatschap c.s. de Overeenkomst niet is nagekomen. Van 1 april 2018 tot 3 mei 2018 begroot de maatschap c.s. de schade op € 32.000; voor de periode daarna moet de schade in de schadestaatprocedure worden vastgesteld.
3.3.
De maatschap c.s. heeft tegen de vordering onder I aangevoerd dat zij de Overeenkomst rechtsgeldig heeft ontbonden per 3 mei 2018. Voor een vordering tot nakoming is dan geen plaats meer. Aan die ontbinding ligt ten grondslag dat Next Genetix B.V. ernstig is tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen onder artikel 5 van de Overeenkomst. De samenwerking tussen Next Genetix B.V. en DanBred P/S is immers vanaf 29 maart 2018 beëindigd (2.8). Vanaf dat moment kon Next Genetix B.V. onder andere niet langer handelen in DanBred-fokgelten, geen ondersteuning en begeleiding meer verrichten met betrekking tot het DanBred-fokprogramma en geen nieuwe DanBred-klanten meer werven.
Ten aanzien van de vordering onder II heeft de maatschap c.s. primair aangevoerd dat zij het concurrentie- en relatiebeding niet heeft geschonden. Subsidiair stelt de maatschap c.s. zich op het standpunt dat dat beding in strijd is met het mededingingsrecht en tot slot dat toepassing van het beding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid in het onderhavige geval onaanvaardbaar is. Meer subsidiair heeft te gelden dat Next Genetix B.V. de schade en de verbeurde boetes onjuist heeft berekend.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
De zaak gaat over de vraag of de maatschap c.s. de Overeenkomst met Next Genetix B.V. mocht ontbinden per 3 mei 2018 en of de maatschap c.s. gebonden is aan het met Next Genetix B.V. overeengekomen concurrentie- en relatiebeding.
4.2.
Voor een goed begrip van de zaak is het volgende van belang. Bij de productie van fokgelten wordt gebruik gemaakt van Deense genetica. VSP heeft overeenkomsten gesloten met kernfokkers die de genetica leveren in de vorm van kernzeugen en sperma. Voor de distributie van de genetica werkt VSP samen met SPF.
De rechtsvoorgangster van Next Genetix B.V. heeft een licentieovereenkomst met SPF gesloten die haar het verkooprecht geeft van met Deense genetica gefokte varkens. De maatschap c.s. heeft overeenkomsten gesloten met VSP en SPF, die haar het recht geven om DanAvl fokvarkens te produceren en haar onder meer verplichten om zich te houden aan regels en richtlijnen over vermeerdering.
4.3.
Aanleiding voor het geschil zijn de wijzigingen die in Denemarken hebben plaatsgevonden bij VSP en bij SPF in de samenwerkingsstructuur. Vanaf december 2017 heeft DanBred P/S alle rechten en verplichtingen van VSP en SPF uit de overeenkomsten, zoals afgesloten met kernfokkers, distributeurs en subfokkers, overgenomen en de merknaam “DanAvl” omgezet in “DanBred” [12] .
4.4.
Vervolgens heeft DanBred P/S aan de subfokkers bericht dat de overeenkomsten met DanAvl per 28 februari 2018 zouden komen te vervallen. Daarnaast heeft een aantal kernfokkers zich afgesplitst van DanBred P/S met als gevolg dat de oorspronkelijk bij DanAvl ondergebrachte genetica van alle kernfokkers tezamen verdeeld is over drie fokorganisaties, te weten: DanBred, PIC/Møllevang en Danish Genetics.
4.5.
Op 29 maart 2018 heeft DanBred P/S de samenwerking met Next Genetix B.V. beëindigd. Op 3 april 2018 laat Next Genetix B.V. via een nieuwsbrief [13] weten dat zij een samenwerking met onder meer Danish Genetics aangaat.
4.6.
Conclusie is dat een einde is gekomen aan een aanvankelijk goed op elkaar afgestemd stelsel van samenhangende overeenkomsten. Ieder van de partijen moest daarom gaan bepalen hoe zij zich tot de andere partij(en) zou gaan verhouden. Ten aanzien van dit proces nemen Next Genetix B.V. en de maatschap c.s. de volgende standpunten in.
4.7.
Next Genetix B.V. heeft aan haar vordering tot nakoming van de leveringsplicht, zoals opgenomen in artikel 1 van de Overeenkomst, ten grondslag gelegd dat de maatschap c.s. de Overeenkomst ten onrechte heeft ontbonden.
Next Genetix B.V. heeft primair aangevoerd dat zij nog steeds Deense genetica met dezelfde genetische lijnen als waar maatschap c.s. voor de splitsing gebruik van maakte, kan leveren, zodat geen sprake is van een tekortkoming. De verplichting van Next Genetix B.V. houdt niet in dat aan de overeenkomst alleen kan worden voldaan door genetica van/via DanBred P/S te leveren, aldus Next Genetix B.V.
Subsidiair beroept Next Genetix B.V. zich erop dat voor zover al van een tekortkoming sprake is, deze de ontbinding niet rechtvaardigt. Met de genetica van PIC/Møllevang en Danish Genetics zorgt Next Genetix B.V. voor goede Deense genetica afkomstig vanuit DanAvl, op basis waarvan de Overeenkomst gewoon had kunnen worden voortgezet. De begeleiding door Next Genetix B.V. en de overige verplichtingen uit de Overeenkomst kunnen nog gewoon worden nagekomen, aldus Next Genetix B.V.
Meer subsidiair beroept Next Genetix B.V. zich op schuldeisersverzuim aan de zijde van de maatschap c.s. Dit is gelegen in de omstandigheid dat de maatschap c.s. zelf het voor Next Genetix B.V. onmogelijk heeft gemaakt om genetica van DanBred aan de maatschap c.s. te leveren, doordat de maatschap c.s. ervoor heeft gekozen om de genetica rechtstreeks bij DanBred P/S af te nemen.
4.8.
De maatschap c.s. voert aan dat Next Genetix B.V. vanaf 29 maart 2018 geen samenwerkingsovereenkomst meer had met DanBred P/S en op 3 april 2018 al een overstap had gemaakt naar een andere geneticaproducent. Daardoor kon Next Genetix B.V. niet meer aan haar verplichtingen uit de Overeenkomst voldoen. Onder die omstandigheden was de maatschap c.s. genoodzaakt om met DanBred P/S te gaan samenwerken om toegang te blijven houden tot de Deense genetica. Dit is het gevolg van de tekortkoming van Next Genetix B.V., niet de oorzaak van die tekortkoming, aldus de maatschap c.s. Er is geen sprake van samenspanning, zoals Next Genetix B.V. wil doen geloven. De maatschap c.s. heeft welbewust en op goede gronden gekozen om bij DanBred P/S te blijven, omdat de door Next Genetix B.V. geboden alternatieven niet reëel en gelijkwaardig waren aan hetgeen DanAvl/DanBred jarenlang naar tevredenheid had geboden. De maatschap c.s. heeft daarom de Overeenkomst op 3 mei 2018 rechtsgeldig buitengerechtelijk ontbonden.
Is sprake van een tekortkoming?
4.9.
Het standpunt van Next Genetix B.V. dat geen sprake is van een tekortkoming, omdat zij nog steeds in staat is om de Deense genetica te leveren met dezelfde genetische lijnen wordt gepasseerd. Aan Next Genetix B.V. kan worden toegegeven dat kort na de afsplitsing van een deel van de kernfokkers van DanBred P/S niet is komen vast te staan dat de Deense genetica van de ene of de andere fokorganisatie beter is, zodat heeft te gelden dat de Deense genetica aanvankelijk vergelijkbaar zal zijn bij de drie fokorganisaties (DanBred, PIC/Møllevang en Danish Genetics). Next Genetix B.V. ziet echter over het hoofd dat de Overeenkomst meer omvat dan alleen het ter beschikking stellen van de genetica. De maatschap c.s. heeft terecht gewezen op de contractuele verplichting van Next Genetix B.V. tot begeleiding en ondersteuning bij de uitvoering van het fokprogramma zoals dit door DanAvl/DanBred wordt voorgeschreven. Daarbij heeft de maatschap c.s. benadrukt dat de goede ervaringen met de door DanAvl/DanBred vanaf 2014 gestelde fokdoelen van groot belang zijn. De focus bij DanBred genetica ligt op “dagelijkse gewichtstoename” en “voederconversie”, aldus de maatschap c.s., terwijl PIC/Møllevang met wie Next Genetix B.V. samenwerkt, zich richt op “bigoverleving”. Dit is niet betwist. Door het verschil in fokdoelen kunnen de kernzeugen die zich bij PIC/Møllevang zullen ontwikkelen, gaan verschillen van de kernzeugen die bij DanBred zijn gebleven. Op de door Next Genetix B.V. op 23 maart 2018 georganiseerde voorlichtingsbijeenkomst, waar PIC/Møllevang zich presenteerde, is op een vraag van [de maatschap c.s.] over de zuiverheid van de DanAvl-lijn geantwoord, dat dat voor een termijn van vijf jaar kan worden gegarandeerd. Dat impliceert dat het voor de verdere toekomst niet zeker is. Op het moment dat de maatschap c.s. in de loop van april 2018 een keuze moest maken met welke fokorganisatie zij een samenwerking zou aangaan, was onduidelijk in hoeverre de nieuwe fokorganisaties in de toekomst wat betreft fokdoelen dezelfde resultaten zouden geven. Bovendien waren de andere fokorganisaties toen nog in oprichting, terwijl DanBred aan het hoofd stond van een al langer bestaande fokorganisatie. Conclusie is dat Next Genetix B.V. in samenwerking met Danish Genetics en/of PIC/Møllevang niet in staat was om de verplichtingen van artikel 5 van de Overeenkomst op dezelfde wijze als door partijen overeengekomen na te komen, zodat sprake is van een tekortkoming.
Rechtvaardigt de tekortkoming de ontbinding van de Overeenkomst?
4.10.
Wat betreft de stelling van Next Genetix B.V. dat voor zover sprake is van een tekortkoming, deze tekortkoming geen ontbinding rechtvaardigt, heeft zij benadrukt dat de overeenkomst uit meer bestaat dan het leveren van de Deense genetica. De begeleiding door Next Genetix B.V. en de lever- en afnamebedingen zijn de belangrijkste kernbedingen. Deze verplichtingen kan Next Genetix B.V. nog steeds nakomen. Feitelijk merkt de subfokker niets van de wijziging in samenwerking met een andere Deense fokorganisatie, aldus Next Genetix B.V.
De maatschap c.s. heeft met verwijzing naar een onafhankelijk onderzoek [14] benadrukt dat DanAvl als merknaam van de genetica en het fokprogramma een onderscheidend kenmerk is. Voor de maatschap c.s. heeft zwaar gewogen dat na de overstap in 2014 van Topigs naar DanAvl genetica het met haar bedrijf beter is gegaan. Voor de maatschap c.s. heeft de DanAvl genetica zich bewezen en het door Next Genetix B.V. aangeboden alternatief is niet gelijkwaardig. Het niet meer aanbieden van DanAvl genetica in combinatie met het bijbehorende fokprogramma is daarom een tekortkoming die ontbinding rechtvaardigt, aldus nog steeds de maatschap c.s.
4.11.
Anders dan Next Genetix B.V. stelt, kan de genetica niet los gezien worden van de overige verplichtingen uit de Overeenkomst (zie ook 4.9). Juist om raszuivere fokgelten te fokken, worden richtlijnen opgesteld door de fokorganisatie, in dit geval DanAvl/DanBred, die bij de begeleiding van een subfokker in acht moeten worden genomen. Daartoe heeft de subfokker zich ook jegens de fokorganisatie verplicht. Als Next Genetix B.V. gaat samenwerken met een andere fokorganisatie, kan deze fokorganisatie andere richtlijnen opstellen, waarvan op voorhand niet zeker is dat dit (op termijn) tot hetzelfde fokresultaat zal leiden. Daarmee staat niet vast dat Next Genetix B.V. aan de maatschap c.s. een gelijkwaardig alternatief heeft aangeboden. In het licht van het voorgaande kan Next Genetix B.V. niet worden gevolgd in haar stelling dat haar tekortkoming slechts van geringe betekenis is, of dat - gezien de bijzondere aard van die tekortkoming - deze de ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt.
Is de maatschap c.s. in schuldeisersverzuim?
4.12.
Tot slot heeft Next Genetix B.V. aangevoerd dat de maatschap c.s. geen beroep op ontbinding toekomt, omdat zij in schuldeisersverzuim verkeert. Zij licht de gang van zaken als volgt toe. Op 4 december 2017 is Danbred P/S opgericht en hebben alle subfokkers van (voorheen) DanAvl bericht gekregen dat de overeenkomsten met DanAvl per 28 februari 2018 kwamen te vervallen. De overeenkomst tussen DanAvl en Next Genetix B.V. werd niet opgezegd. In de maanden die daarop volgden, heeft Next Genetix B.V. diverse gesprekken gevoerd met Danbred P/S en ook met de subfokkers over mogelijke nieuwe afspraken. Op 26 maart 2018 heeft er zelfs nog een gesprek plaatsgevonden in Hamburg tussen Danbred P/S en Next Genetix B.V., waarbij werd afgesproken dat Next Genetix B.V. een voorstel zou formuleren voor samenwerking, aldus Next Genetix B.V. Op 29 maart 2018 ontvangt Next Genetix B.V. echter, volledig onverwacht, een opzeggingsbrief van Danbred P/S, waarin de samenwerking met Next Genetix B.V. wordt beëindigd. Achter de rug van Next Genetix B.V. om vonden gesprekken plaats tussen de maatschap c.s. (en de andere subfokkers) en Danbred P/S over een rechtstreekse samenwerking. Deze gesprekken liepen blijkbaar dermate succesvol dat de subfokkers op 23 maart 2018 een e-mail van Danbred P/S hebben gekregen met daarin een contractvoorstel voor een samenwerking. Op basis van deze overeenkomst werd Next Genetix B.V. volledig buitenspel gezet. Saillant detail is dat de prijslijst die bij deze overeenkomst zit exact dezelfde prijslijst is als die door Next Genetix B.V. werd gehanteerd. Danbred P/S had niet de beschikking over deze prijslijst. Hetzelfde geldt voor andere commerciële afspraken (zoals de inhoudingen) die verwerkt zijn in deze overeenkomst. De maatschap c.s. en de overige subfokkers beschikten uiteraard wel over deze afspraken. Zij zijn de enige die deze afspraken hebben kunnen verstrekken aan Danbred P/S. Wederom een bevestiging van de samenspanning tussen de maatschap c.s. en Danbred P/S om Next Genetix B.V. buitenspel te zetten. Op of omstreeks 11 april 2018 is deze overeenkomst vervolgens door de maatschap c.s. en een aantal andere subfokkers getekend. Next Genetix B.V. was van deze gang van zaken niet op de hoogte.
4.13.
De maatschap c.s. heeft aangevoerd dat Next Genetix B.V. uit het oog verliest dat vanaf 29 maart 2018 geen samenwerking meer bestond tussen Next Genetix B.V. en DanBred P/S en dat Next Genetix B.V. op 3 april 2018 al een overstap had gemaakt naar een andere geneticaproducent. Daarom kon Next Genetix B.V. reeds op dat moment haar verplichtingen uit de Overeenkomst niet meer nakomen. De maatschap c.s. had er belang bij dat de zaken zoveel mogelijk hetzelfde zouden blijven. Onder die omstandigheden was de maatschap c.s. genoodzaakt om met DanBred P/S te gaan samenwerken om toegang tot de genetica te blijven houden en ondersteuning bij haar fokprogramma te blijven krijgen. Van samenspanning tussen de maatschap c.s. en DanBred P/S in dat verband is in het geheel geen sprake geweest. De maatschap c.s. heeft niets van doen gehad met de ontwikkelingen op de geneticamarkt in Denemarken en is niet bij onderhandelingen tussen Next Genetix B.V. en DanBred P/S betrokken geweest. Next Genetix B.V. levert geen bewijs van de stelling dat de maatschap c.s. met DanBred P/S heeft samengespannen om Next Genetix B.V. uit de markt te duwen en dat door die samenspanning Next Genetix B.V. niet meer aan haar verplichtingen kon voldoen.
4.14.
Gelet op de volgorde waarin de gebeurtenissen hebben plaatsgevonden, is het Next Genetix B.V. die als eerste niet meer kon nakomen, omdat door de beëindiging door DanBred P/S van de overeenkomst tussen haar en Next Genetix B.V. op 29 maart 2018 het voor Next Genetix B.V. onmogelijk was geworden om de Overeenkomst jegens de maatschap c.s. na te komen. De rechtbank gaat niet mee in de stelling van Next Genetix B.V. dat haar hiervan geen verwijt kan worden gemaakt, omdat deze situatie is ontstaan door samenspanning tussen DanBred P/S en de maatschap c.s. De maatschap c.s. heeft gemotiveerd betwist dat sprake is geweest van de gestelde samenspanning. Zij heeft daarbij gewezen op de omstandigheid dat op 29 maart 2018 de samenwerking van Next Genetix B.V. met DanBred P/S was geëindigd en Next Genetix B.V. zelf al een overstap had gemaakt naar een andere geneticaproducent. Ook speelt een rol dat Next Genetix B.V. vanaf eind februari 2018 informatiebijeenkomsten heeft georganiseerd - volgens DanBred P/S buiten haar medeweten - om subfokkers van DanBred P/S te interesseren voor overstap naar een fokorganisatie in oprichting van kernfokkers die zich van DanBred P/S hadden afgescheiden. Dan is het enkele feit dat DanBred P/S aan de subfokkers een contractvoorstel voor samenwerking heeft gedaan met eenzelfde prijslijst als door Next Genetix B.V. wordt gehanteerd nog geen bewijs voor samenspanning. Het lijkt logisch dat de subfokkers aansturen op vergelijkbare prijzen bij een eventueel nieuw contract met DanBred P/S. Nu Next Genetix B.V. haar stellingen over de (actieve) gedragingen van de maatschap c.s. om Next Genetix B.V. “uit de markt te duwen” onvoldoende nader heeft onderbouwd, heeft te gelden dat niet vast staat dat samenspanning tussen DanBred P/S en de maatschap c.s. heeft plaatsgevonden.
4.15.
Partijen hebben in het kader van het einde van de Overeenkomst in artikel 9 sub c voor ontbinding een vormvereiste vastgelegd. Hierin is bepaald dat als de andere partij (Next Genetix B.V.) na schriftelijke ingebrekestelling (bij aangetekend schrijven), in verzuim blijft met de (tijdige) nakoming van haar verplichtingen jegens de meest gerede partij (de maatschap c.s.) de Overeenkomst door de meest gerede partij met onmiddellijke ingang ten opzichte van de andere partij kan worden ontbonden. Tussen partijen is niet in geschil dat de maatschap c.s. aan deze vormvereisten heeft voldaan met de brief van 16 april 2018 aan Next Genetix B.V. (2.11), zodat de Overeenkomst per 3 mei 2018 is ontbonden. Vanaf 3 mei 2018 is de maatschap c.s. niet meer gehouden aan de contractuele verplichting om fokgelten aan Next Genetix B.V. aan te bieden. Zowel de vordering tot nakoming als de subsidiaire vordering tot schadevergoeding (met verwijzing naar de schadestaat) zal voor de periode vanaf 3 mei 2018 dan ook worden afgewezen.
Nakoming in de periode van 29 maart tot 3 mei 2018?
4.16.
Voor de periode van 29 maart tot 3 mei 2018 is de maatschap c.s. nog steeds gehouden om haar fokgelten aan te bieden aan Next Genetix B.V. Tijdens de mondelinge behandeling heeft [persoon D 2] , directeur van Next Genetix B.V., verklaard dat tot 18 april 2018 alles keurig is afgewerkt en de aanbiedingsplicht van fokgelten jegens Next Genetix B.V. is nagekomen. Dat betekent dat ook voor de periode van 29 maart 2018 tot 18 april 2018 zowel de vordering tot nakoming als de subsidiaire vordering tot schadevergoeding zal worden afgewezen.
4.17.
Voor de periode van 18 april 2018 tot 3 mei 2018 is de vraag of de maatschap c.s. zich terecht op opschorting van haar aanbiedingsplicht heeft kunnen beroepen op grond van artikel 6:52 jo. 6:262 BW. Vanaf 29 maart 2018 was Next Genetix B.V. niet meer in staat om haar verplichtingen uit de Overeenkomst na te komen, zodat de maatschap c.s. bevoegd was om haar aanbiedingsplicht jegens Next Genetix B.V. op te schorten. Tegen het inroepen van de bevoegdheid tot opschorting heeft Next Genetix B.V. geen gemotiveerd verweer gevoerd, zodat heeft te gelden dat de vordering tot nakoming hierop afstuit.
4.18.
Het rechtsgevolg van de bevoegde opschorting is dat geen sprake is van een toerekenbare tekortkoming aan de zijde van de maatschap c.s. De subsidiaire vordering tot schadevergoeding onder II zal daarom ook voor de periode van 18 april tot 3 mei 2018 worden afgewezen.
Toepasselijkheid van het concurrentiebeding (artikel 10 Overeenkomst)
4.19.
De rechtbank is van het oordeel dat het concurrentiebeding tussen Next Genetix B.V. en de maatschap c.s. niet van toepassing is, omdat dit in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn. Dit oordeel is gebaseerd op het volgende. De strekking van het beding is dat de acquisitie-inspanningen van Next Genetix B.V. worden beschermd. De maatschap c.s. mag met andere woorden geen klanten van Next Genetix B.V. afhandig maken. Dat heeft de maatschap c.s. strikt genomen ook niet gedaan. Het zijn met name de ontwikkelingen die in rov. 4.2 tot en met 4.5 zijn uiteengezet, die veranderingen op gang hebben gebracht in de beschikbaarheid van de genetica en de distributiestructuur. Hierop heeft de maatschap c.s. geen enkele invloed gehad. DanBred heeft de overeenkomsten met de subfokkers opgezegd. Next Genetix B.V. is gaan samenwerken met kernfokkers die zich hebben afgesplitst van DanBred. [persoon E] , directeur van DanBred Nederland, heeft op de mondelinge behandeling verklaard [15] dat dit de reden is geweest dat de samenwerking van DanBred met Next Genetix B.V. is gestopt. Next Genetix B.V. heeft dit ter zitting betwist. Wat hier ook van zij, vast staat dat van betrokkenheid van de maatschap c.s. bij de onderhandelingen tussen DanBred en Next Genetix B.V. geen sprake is geweest. Niet gebleken is dat de maatschap c.s. Next Genetix B.V. buiten spel heeft willen zetten of met DanBred heeft samengespannen. Van een intentie om het concurrentiebeding te overtreden is daarom geen sprake. De maatschap c.s. kwam - door de ontwikkelingen gedwongen - voor het dilemma te staan om met DanBred de succesvol gebleken samenwerking te continueren op door DanBred te bepalen voorwaarden of mee te gaan met Next Genetix B.V., die niet de genetica kon blijven leveren zoals overeengekomen. Daarbij is een complicerende factor dat het om levende have gaat. Fokgelten gaan op gezette tijden via de distributeur van de subfokker naar de vermeerderaar. Niet betwist is dat het voor de vermeerderaar aan wie de fokgelten worden geleverd ongunstig is om van aanvoerkanaal te switchen. Vermeerderaars werken met een vaste subfokker. Op deze wijze zou het tussen Next Genetix B.V. en de maatschap c.s. overeengekomen concurrentiebeding de vrije keuze in het verdere verloop van de keten danig beïnvloeden. Feitelijk kon de maatschap c.s. niet anders dan de fokgelten blijven leveren aan de partijen aan wie zij voorheen ook leverde. Zij had geen redelijk alternatief. Bovendien is gesteld noch gebleken dat de maatschap c.s. enig financieel voordeel heeft genoten anders dan een continuering van de gang van zaken. Het financiële voordeel komt uiteindelijk terecht bij DanBred, die geen acquisitie-inspanningen heeft hoeven plegen voor het leveren van fokgelten aan de klanten van Next Genetix B.V., terwijl DanBred zich bewust is geweest van de schade die Next Genetix B.V. als gevolg van het verlies van haar klanten zou lijden. Onder deze omstandigheden is het onaanvaardbaar om de financiële nadelen van Next Genetix B.V. op het bordje van de maatschap c.s. te leggen. De vordering wegens de verbeurde boetes over de periode tot 1 augustus 2019 zal daarom worden afgewezen.
4.20.
Next Genetix B.V. zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van maatschap c.s. worden begroot op:
- griffierecht 4.030,00
- salaris advocaat
7.712,00(2,0 punten × tarief € 3.856,00)
Totaal € 11.742,00.

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
veroordeelt Next Genetix B.V. in de proceskosten, aan de zijde van maatschap c.s. tot op heden begroot op € 11.742,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de vijftiende dag na dagtekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
5.3.
veroordeelt Next Genetix B.V. in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 157,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat Next Genetix B.V. niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 82,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak,
5.4.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.A.M. Strens-Meulemeester, mr. G.J. Meijer en mr. M.M. Klaasen en in het openbaar uitgesproken op 15 april 2020.
St/mk/gm

Voetnoten

1.productie 1 van Next Genetix B.V.
2.randnummer 57 procesinleiding
3.randnummer 57 procesinleiding
4.productie 3 van gedaagden
5.productie 4 van gedaagden
6.productie 5 van gedaagden
7.productie 3 van eiseres
8.productie 4 van eiseres
9.productie 5 van eiseres
10.productie 6 van eiseres
11.productie 7 van eisers
12.Avl = Bred = teelt
13.productie 4 van gedaagden
14.randnummer 2.47 conclusie van antwoord
15.p-v mondelinge behandeling, p. 6 (voor subfokkers moet kernfokkers worden gelezen)