Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.de stichting [Eiser in de hoofdzaak, gedaagde in het verzet sub 1] ,
[Eiser in de hoofdzaak, gedaagde in het verzet sub 2],
1.de vennootschap onder firma [Gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het verzet sub 1] ,
[Gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het verzet sub 2], vennoot van gedaagde sub 1.,
[Gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het verzet sub 3], vennoot van gedaagde sub 1.,
1.De procedure
- kort gezegd - de bijrijder van [Eiser sub 2] gewond geraakt. Deze bijrijder was een deelnemer aan de clinic, te weten [naam bijrijder] (hierna: [de bijrijder]). [de bijrijder] ervaart als gevolg van het ongeval blijvende rug- en knieklachten.
Medewerking sponsordag 25.10.2013 Auto’s, terrein, tafels en stoelen’. Deze factuur is door [Eiser sub 1] voldaan.
[Gedaagden] is in vrijwaring (zaaknummer/rolnummer C/05/331865 / HA ZA 18-3) niet verschenen. De vordering van [Eisers] is door deze rechtbank zo begrepen dat [Gedaagden] [Eisers] heeft te vrijwaren voor de veroordeling van [Eisers] in de hoofdzaak. [Gedaagden] is bij verstek veroordeeld tot voldoening van al datgene waartoe [Eisers] jegens [de bijrijder] is veroordeeld.
3.Het geschil
betwist dat tussen partijen een overeenkomst van opdracht tot stand is gekomen. Volgens [Gedaagden] heeft [Eiser sub 1] voor eigen rekening en risico het evenement georganiseerd. Het ter beschikking stellen van het terrein en de rallyauto’s is volgens [Gedaagden] een overeenkomst van huur in de zin van artikel 7:201 BW en zij meent dat zij niet is tekortgeschoten in haar verplichtingen uit hoofde van die huurovereenkomst. Het ongeval is niet veroorzaakt door een gebrekkig terrein of gebrek aan de rallyauto’s, aldus [Gedaagden] , maar door (het gedrag van) [Eiser sub 2] en de door [Eisers] gevraagde instructeur [de instructeur]. [Gedaagden] meent dat zij niet verantwoordelijk is voor de wijze waarop [Eiser sub 2] en [de instructeur] gebruik hebben gemaakt van het ter beschikking gestelde materiaal. Tot slot beroept [Gedaagden] zich op schending van de klachtplicht en zij betoogt dat [Eisers] eigen schuld heeft aan de door [de bijrijder] geleden schade zodat die schade geheel voor rekening van
4.De beoordeling
[Gedaagden] niet aangesproken. Verder wijst [Gedaagden] op de brief van [Eisers] aan [de bijrijder] van 5 mei 2014 (zie onder 2.5.) waaruit blijkt dat
in eerste instantie niet is verschenen. Van betekening van het verstekvonnis door [Eisers] is niet gesteld of gebleken, zodat het ervoor moet worden gehouden dat [Eisers] hiervoor geen kosten heeft gemaakt.
1.086,00(2,0 punten × tarief € 543,00)
5.De beslissing
niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 82,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak,