I. aan haar binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis schriftelijk opgave te doen van de dividenduitkeringen die de man, althans de vennootschap waarvan hij, al dan niet middellijk, aandeelhouder is, over de boekjaren 2016, 2017 en 2018 als aandeelhouder van Promill B.V. heeft ontvangen, gecontroleerd door een registeraccountant, op straffe van een dwangsom van € 500 per dag(deel) dat hij daarmee in gebreke blijft;
II. binnen zeven dagen na het doen van de schriftelijke opgave als onder I bedoeld de daarin opgegeven dividenden vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 20 juli 2017, althans 17 juli 2018 aan de vrouw te voldoen;
III. gedurende de periode dat de man, al dan niet middellijk, aandeelhouder van Promill B.V. is jaarlijks binnen twee maanden na het vaststellen van de jaarrekening schriftelijk opgave te doen van de dividenduitkeringen die de man, althans de vennootschap waarvan hij, al dan niet middellijk, aandeelhouder is, als aandeelhouder van Promill B.V. heeft ontvangen, gecontroleerd door een registeraccountant, op straffe van een dwangsom van € 500 per dag(deel) dat hij daarmee in gebreke blijft;
IV. binnen zeven dagen dan het doen van de schriftelijke opgave als onder III bedoeld, de daarin opgegeven dividenden aan de vrouw te voldoen;
V. de proceskosten te voldoen, vermeerderd met de nakosten.