ECLI:NL:RBGEL:2020:2115

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
8 april 2020
Publicatiedatum
1 april 2020
Zaaknummer
8044853
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van bonus en provisie in het kader van een bonusovereenkomst

In deze zaak vordert eiser, werkzaam bij Elis Nederland B.V., betaling van achterstallige bonus en provisie over de jaren 2018 en 2019. Eiser stelt dat hij recht heeft op een hogere bonus dan door Elis Nederland is berekend, gebaseerd op de bonusovereenkomst en een rekentool die hij heeft ontvangen. De kantonrechter oordeelt dat de jaarbonus over 2018 gestaffeld moet worden berekend, zoals in de bonusovereenkomst is vastgelegd. Eiser had niet gerechtvaardigd kunnen vertrouwen op de uitleg van de rekentool, die niet door de directie was goedgekeurd. De kantonrechter wijst de vorderingen van eiser af, omdat hij reeds de volledige bonus heeft ontvangen die hij op basis van de bonusovereenkomst toekwam. Daarnaast wordt de vordering tot betaling van de portfoliobonus over 2019 afgewezen, omdat deze nog niet opeisbaar was. Eiser wordt in het ongelijk gesteld en moet de proceskosten dragen.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK GELDERLAND
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaakgegevens 8044853 \ CV EXPL 19-11245 \ 42693 \ 28195
uitspraak van
vonnis
in de zaak van
[eiser]
wonende te [woonplaats]
eisende partij
gemachtigde mr. R.K.A. Kop
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Elis Nederland B.V.
gevestigd te Arnhem
gedaagde partij
gemachtigde mr. C. Jacobs
Partijen worden hierna [eiser] en Elis Nederland genoemd.

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 13 november 2019 en de daarin genoemde processtukken;
- een akte van de zijde van [eiser] met producties 29 t/m 38;
- een eiswijziging, zijnde een eisvermeerdering, van de zijde van [eiser] d.d. 7 februari 2020;
- een antwoordakte van de zijde van Elis Nederland d.d. 10 februari 2020;
- het verhandelde ter gelegenheid van de comparitie van partijen van 13 februari 2020, waaronder de pleitaantekeningen van de gemachtigden;
- de e-mail d.d. 24 februari 2020 van de zijde van Elis Nederland;
- de e-mail d.d. 2 maart 2020 van de zijde van [eiser] .

2.De feiten

2.1.
[eiser] is sinds 1 september 2001 in dienst bij Elis Nederland, laatstelijk als Key/Strategic Account Manager tegen een salaris van € 4.402,78 bruto per maand, exclusief 8% vakantietoeslag en overige emolumenten. Daarnaast heeft [eiser] jaarlijks aanspraak op een prestatiebonus, die onder meer bestaat uit een jaarbonus.
2.2.
De organisatiestructuur van Elis Nederland is tot medio 2018 (het vertrek van de heer [medewerker 1] ), voor zover relevant, als volgt.
2.3.
Op 21 maart 2018 stuurt [medewerker 1] een e-mail aan [medeweker 2] met als bijlage ‘Rekentool Bonus 2018’.
2.4.
[medeweker 2] stuurt [eiser] op 23 maart 2018 een e-mail over de berekening van de (concept) bonusregeling met, onder meer, de volgende inhoud.
(…)
Jaarbonus (target) 100% > 120% Index * 1,0
120% > 140% Index * 1,5
140% > 170% Index * 2,0
> 170% Index * 3,0
Bonus = (uitbetaalde bonusbedrag * index * kicker) - minus reeds uitbetaalde bonusbedrag
(…)
2.5.
[eiser] ondertekent op 1 augustus 2018 de “Bonusovereenkomst 2018”. De bonus bestaat uit drie onderdelen: 1) dealbonus, 2) jaarbonus en 3) portfoliobonus. In de bonusovereenkomst is over de jaarbonus het volgende opgenomen.
(…)
Jaarbonus score vs target Bonus*
>=100% en < 120% Index * 1,0
>=120% en < 140% Index * 1,5
>=140% en < 170% Index * 2,0
>=170% Index * 3,0
* Bonus = (uitbetaalde bonusbedrag * index * kicker) - minus reeds uitbetaalde bonusbedrag
(…)
2.6.
Op de jaarbonus is aanspraak indien in een kalenderjaar meer dan 100% van de voor de dealbonus gestelde ordertake targets is behaald. [eiser] behaalt in 2018 176% van de voor hem gestelde dealbonus targets. Elis Nederland berekent en betaalt een dealbonus van € 28.887,00, een jaarbonus van € 23.695,00 en een portfoliobonus van € 1.357,91. In totaal betaalt Elis Nederland aan [eiser] een bonusbedrag van € 53.939,91 (bruto).
2.7.
[eiser] maakt bezwaar als bedoeld in de bonusregeling tegen de berekeningswijze van de bonus. De Commissie Bezwaar Bonusregeling adviseert ten aanzien van de jaarbonus als volgt.
U heeft bezwaar gemaakt tegen de berekeningswijze van uw jaarbonus (2018). U heeft aangegeven dat bij de toepassing van de in uw individuele bonusovereenkomst opgenomen staffel het hoogst behaalde indexcijfer over alle behaalde dealbonus moet worden toegepast. Elis pas niet uitsluitend het hoogst behaalde indexcijfer toe, maar past de indexcijfer per in de staffel genoemde dealbonusdelen toe.
(…)
De Commissie heeft vervolgens als volgt geadviseerd:
“De Commissie vindt het vervelend dat er bij de werknemers verwarring is ontstaan over de toepassing van de bewuste staffel. Dit laat onverlet dat de staffel op zichzelf duidelijk is en een onjuiste interpretatie volgens de Commissie tot een zeer onbillijke en binnen Elis irreële beloning zou leiden. De Commissie adviseert de door de werkgever gehanteerde berekening te handhaven.”
De Commissie toont daarbij begrip voor het feit dat verwarring is ontstaan, maar acht een andere dan de door Elis gehanteerde werkwijze onbillijk.
2.8.
De heer [Managing Director] , Managing Director bij Elis Nederland, bericht [eiser] bij brief van 15 mei 2019, onder andere, het volgende.
Ik heb besloten het advies van de Commissie onverkort over te nemen en de door Elis bij de vaststelling van de jaarbonus gehanteerde berekeningswijze te handhaven.
(…)
Dat door toedoen van (een vergissing van) de Sales en Marketing Directeur (de heer [Marketing Directeur] ) onjuiste verwachtingen zijn ontstaan over de berekening van de jaarbonus en dit pas daags voor de uitbetaling van die jaarbonus is opgehelderd, vind ik vervelend. Dat leidt echter niet tot een verplichting van Elis om over 2018 een andere berekeningsmethodiek toe te passen dan door de daarvoor verantwoordelijke financiële afdeling is gedaan.
2.9.
Partijen komen (nieuwe) bonusdoelstellingen (een dealbonus en een portfoliobonus) voor 2019 overeen. [eiser] heeft recht op een dealbonus van € 12.373,60 (bruto).

3.De vordering en het verweer

3.1.
[eiser] vordert, na een laatste wijziging van eis ter zitting, dat de kantonrechter bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. Elis Nederland veroordeelt tot het aan [eiser] betalen van achterstallige bonus / provisie (over het jaar 2018), ter hoogte van 104.835,51 bruto (exclusief 8% vakantiegeld en exclusief 8% pensioenopbouw), dan wel een bedrag door de kantonrechter in goede justitie vast te stellen;
II. Elis Nederland veroordeelt tot het aan [eiser] betalen van achterstallige bonus / provisie (over het jaar 2019), ter hoogte van € 35.006,39 bruto (exclusief 8% vakantiegeld en exclusief 8% pensioenopbouw), dan wel een bedrag door de kantonrechter in goede justitie vast te stellen;
III. bij wijze van voorlopige voorziening voor de duur van het geding Elis Nederland veroordeelt tot het aan [eiser] betalen van een voorschot van de bonus over het jaar 2018 ter hoogte van € 36.000,00 bruto (exclusief 8% vakantiegeld en exclusief 8% pensioenopbouw), dan wel een bedrag door de kantonrechter in goede justitie vast te stellen;
IV. bij wijze van voorlopige voorziening voor de duur van het geding Elis Nederland veroordeelt tot het aan [eiser] betalen van de dealbonus over het jaar 2019, ter hoogte van € 12.373,60 bruto (exclusief 8% vakantiegeld en exclusief 8% pensioenopbouw), dan wel een bedrag door de kantonrechter in goede justitie vast te stellen;
V. Elis Nederland veroordeelt om aan [eiser] een deugdelijke netto/bruto specificatie te verstrekken, waarin onder andere het bedrag en de betaling van punt I, II, III en IV zijn verwerkt, op straffe van een niet voor matiging vatbare dwangsom van € 500,00 per dag of gedeelte van een dag dat Elis Nederland in gebreke blijft hieraan te voldoen;
VI. Elis Nederland veroordeelt tot betaling van de wettelijke verhoging over het onder I, II, III en IV genoemde bedrag vanaf het opeisbaar worden van dat bedrag tot de dag der algehele voldoening.
VII. Elis Nederland veroordeelt tot betaling van de wettelijke rente over de onder I, II, III en IV genoemde bedragen vanaf het opeisbaar worden van die bedragen tot de dag der algehele voldoening;
VIII. Elis Nederland veroordeelt in de kosten van de onderhavige procedure, het salaris van de gemachtigde daaronder begrepen.
3.2.
[eiser] legt – kort samengevat – het volgende aan zijn vorderingen ten grondslag. [eiser] stelt dat hij nog een bedrag aan bonus van Elis Nederland heeft te vorderen. Het gevorderde bedrag is gebaseerd op de bonusovereenkomst 2018, het bonusreglement en de rekentool, aldus [eiser] . [eiser] stelt zich voorts op het standpunt dat de bonusovereenkomst niet anders kan worden uitgelegd dan op de manier zoals hij heeft geïnterpreteerd en dat de directie van Elis Nederland opdracht heeft gegeven voor het opstellen van de rekentool. De rekentool is volgens [eiser] bovendien opgesteld om duidelijkheid te verschaffen over de uitleg en uitkomst van de bonusovereenkomst. [eiser] stelt dat hij er gerechtvaardigd op mocht vertrouwen dat de uitleg van zijn leidinggevende ( [medewerker 1] ) de enige en juiste uitleg was, zeker toen [medewerker 1] onder leiding van [Marketing Directeur] een geautomatiseerde en beveiligde rekentool had gemaakt. Dat de rekentool achteraf bezien een verkeerde berekening van de bonusovereenkomst zou maken, zoals Elis Nederland stelt, ligt naar de mening van [eiser] in de risicosfeer van Elis Nederland.
3.3.
Elis Nederland voert gemotiveerd verweer. Elis Nederland voert – in de kern – het volgende aan. Elis Nederland voert primair aan dat [eiser] niet heeft voldaan aan de wegwijsplicht als bedoeld in artikel 22b Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) en de door hem overgelegde producties geheel buiten beschouwing dienen te worden gelaten. Daarnaast heeft [eiser] de hoogte van de gevorderde bedragen geheel niet onderbouwd en dient de vordering daarom te worden afgewezen, aldus Elis Nederland. Voorts voert Elis Nederland aan dat de staffel uit de bonusovereenkomst in taalkundig opzicht (inclusief het gebruik van leestekens) duidelijk is. De leestekens “>= [percentage]
en< [percentage]” kunnen niet anders worden gelezen dan dat sprake is van een schijvensysteem waarbij de staffel wordt doorlopen tot het behaalde percentage dealbonus (ten opzichte van de gestelde target), waarbij per aangeduid deel van de gescoorde dealbonus andere factoren worden toegepast. Tot het opstellen van de rekentool heeft ( [Marketing Directeur] namens) de directie van Elis Nederland nooit opdracht gegeven, laat staan dat deze door Elis Nederland is doorgerekend of gevalideerd, aldus Elis Nederland. Elis Nederland voert aan dat de rekentool binnen het team van Key Account Managers zelf is opgesteld en dat de rekentool verkeerd doorrekent en de voor de jaarbonus geldende staffel onjuist toepast. Elis Nederland stelt zich op het standpunt dat [eiser] de jaarbonus waarop hij recht had, heeft ontvangen. Daarnaast voert Elis Nederland aan dat de uitleg van [eiser] leidt tot a) een irreëel bonusbedrag (267,5% van zijn jaarsalaris) en niet in verhouding staat met voorgaande jaren (gemiddeld € 26.732,00), b) sterke ongelijkheid en c) het onder druk zetten van de marges.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter overweegt ten aanzien van de primaire verweren van Elis Nederland als volgt. Ingevolge artikel 22b Rv kan de kantonrechter overgelegde gegevens of bescheiden buiten beschouwing laten als de indiener hiervan op zijn verzoek niet duidelijk maakt ter toelichting of staving van welke stelling de gegevens en bescheiden zijn bedoeld en welk onderdeel daartoe van belang is. De kantonrechter zal na ontvangst van de gegevens en bescheiden zonder de hiervoor bedoelde specificatie, de indiener in de gelegenheid moeten stellen alsnog uiteen te zetten waartoe deze stukken dienen en welke passages relevant zijn. Voldoet indiener daaraan niet, dan mag de kantonrechter de stukken buiten beschouwing laten. Het beroep van Elis Nederland in haar conclusie van antwoord op artikel 22b Rv om alle – bij dagvaarding – overgelegde producties van [eiser] buiten beschouwing te laten, is naar het oordeel van de kantonrechter te kort door de bocht. De kantonrechter zal enkel de producties waarnaar niet (expliciet) is verwezen in één van de processtukken of ter zitting buiten beschouwing laten. De kantonrechter is voorts wel van oordeel dat [eiser] in zijn dagvaarding heeft verzuimd de hoogte van de vorderingen te specificeren en/of te onderbouwen. In strijd met artikel 111 lid 2 sub d Rv vermeldt de dagvaarding onvoldoende de gronden van de eis. Achterliggende gedachte van deze bepalingen is dat een geschil in een zo vroeg mogelijk stadium moet kunnen worden opgelost. Nu gesteld noch gebleken is dat het onderhavige geschil, indien de gronden van eis voldoende in de dagvaarding waren vermeld, op een eerder moment zou zijn opgelost waardoor (een deel van) de proceskosten had(den) kunnen worden voorkomen, is de kantonrechter van oordeel dat het niet specificeren noch onderbouwen van de hoogte van de vorderingen op zichzelf niet leidt tot afwijzing van de vorderingen zonder inhoudelijke beoordeling. De kantonrechter is evenmin van oordeel dat sprake is van strijd met de goede procesorde, omdat niet is gebleken dat Elis Nederland hierdoor in haar belangen is geschaad. Wel kan dit gevolgen hebben voor een proceskostenveroordeling, omdat aannemelijk is dat Elis Nederland meer werk heeft gehad aan de conclusie van antwoord. Hierop wordt hierna teruggekomen.
4.2.
Kern van het geschil is de vraag hoe de jaarbonus over 2018 zoals is opgenomen in de bonusovereenkomst 2018 moet worden berekend. De formule voor deze berekening is geciteerd in rechtsoverweging 2.5. [eiser] stelt dat over zijn gehele score boven de 100% tot en met 176% moet worden vermenigvuldigd met 3,0 (volledig vermenigvuldigen). Elis Nederland voert aan dat over a) 100% tot 120% moet worden vermenigvuldigd met 1,0, b) 120% tot 140% moet worden vermenigvuldigd met 1,5, c) 140% tot 170% moet worden vermenigvuldigd met 2,0 en d) vanaf 170% moet worden vermenigvuldigd met 3,0 (hierna: gestaffeld berekenen). Kernvraag is dus: volledig vermenigvuldigen of gestaffeld berekenen?
4.3.
De kantonrechter overweegt dat de vraag hoe de jaarbonus in de bonusovereenkomst moet worden berekend niet kan worden beantwoord op grond van alleen maar een zuiver taalkundige uitleg van de bonusovereenkomst. Voor de beantwoording van die vraag komt het immers aan op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan de bonusovereenkomst mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten (Haviltex). Hierbij acht de kantonrechter het volgende van belang. Niet is komen vast te staan dat de rekentool waarop [eiser] zich beroept in opdracht van de directie van Elis Nederland is opgesteld. [eiser] heeft de rekentool van [medewerker 1] in maart 2018 ontvangen, ruim vóór ondertekening van de definitieve bonusovereenkomst in augustus 2018. [eiser] heeft over deze rekentool ook contact gehad met [medeweker 2] die hem – eveneens voorafgaand aan de definitieve bonusovereenkomst – een afwijkende formule heeft gemaild (rechtsoverweging 2.4.). Evenmin is komen vast te staan dat die rekentool afkomstig is van de verantwoordelijke (financiële) afdeling die de bonussen vaststelt. Ook [Marketing Directeur] is geen onderdeel van die verantwoordelijke (financiële) afdeling. Eventuele verwachtingen door [Marketing Directeur] geschept of vergissingen door [Marketing Directeur] gemaakt, kunnen niet tot gerechtvaardigde verwachtingen bij [eiser] leiden over de uitleg en uitkomst van de bonusovereenkomst. De kantonrechter is daarom van oordeel dat [eiser] er niet gerechtvaardigd op mocht vertrouwen dat met de rekentool uitleg is gegeven aan de uitkomst van de bonusovereenkomst in die zin dat de behaalde score (ongestaffeld) volledig zou worden vermenigvuldigd. Voorts heeft Elis Nederland overtuigend betoogd dat ‘volledig vermenigvuldigen’ tot ongerijmde uitkomsten zou leiden. De totale bonus 2018 van [eiser] zou naar zijn mening (de gevorderde bonus (€ 104.835,51) en de reeds uitbetaalde bonus (€ 53.939,91) =) € 158.775,42 bruto bedragen. Het jaarsalaris inclusief 13e maand en vakantiegeld bedraagt € 61.635,40 bruto. Dit betekent - na de vermindering van eis - een bonus van 257,6%. In de jaren voorafgaand aan 2018 had [eiser] recht op een bonus van 40,1% (2015), 23,1% (2016) en 75,3% (2017). Hoewel vaststaat dat [eiser] in 2018 ruimschoots beter heeft gepresteerd dan de jaren ervoor en dat met de bonusregeling 2018 een flinke verbetering voor de werknemers werd beoogd, maken dergelijk grote verschillen - in combinatie met de leestekens in de formulering van de jaarbonus (rechtsoverweging 2.5.) - dat [eiser] bij het aangaan van de bonusovereenkomst naar het oordeel van de kantonrechter niet mocht verwachten dat er volledig zou worden vermenigvuldigd, maar dat de bonus gestaffeld zou worden berekend. Nu de jaarbonus 2018 uit hoofde van de bonusovereenkomst 2018 gestaffeld moet worden berekend, heeft Elis Nederland reeds aan [eiser] de volledige bonus, waarop hij recht had, uitbetaald. De vordering ten aanzien van de bonus 2018 wordt daarom afgewezen.
4.4.
Voorts verschillen partijen van mening over de verschuldigdheid van de bonussen over 2019. Uit de aktewisseling na de comparitie van partijen volgt dat de dealbonus van € 12.373,60 door Elis Nederland aan [eiser] is betaald en geen geschilpunt meer is tussen partijen. Ter zitting heeft [eiser] de vordering ten aanzien van de portfoliobonus 2019, een bedrag van € 22.632,79, gehandhaafd. Elis Nederland heeft onweersproken aangevoerd dat de portfoliobonus achteraf op basis van de definitieve cijfers eind maart 2020 wordt uitbetaald. Dit betekent dat de gevorderde portfoliobonus 2019 ten tijde van de comparitie van partijen noch op het moment van de nadere aktewisseling opeisbaar was, zodat deze vordering dient te worden afgewezen.
4.5.
Nu in dit vonnis al een beslissing wordt gegeven over de vorderingen van [eiser] in de hoofdzaak is er geen reden meer om met toepassing van artikel 223 Rv een voorlopige voorziening te treffen. Een voorlopige voorziening kan immers alleen worden getroffen voor de duur van het geding.
4.6.
[eiser] wordt in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten dragen. In vervolg op hetgeen is overwogen in rechtsoverweging 4.1. zal een half punt extra aan gemachtigdensalaris worden gerekend ten koste van [eiser] . De gevorderde nakosten zullen worden begroot op het maximumbedrag van € 120,00, te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
wijst de vorderingen af;
5.2.
veroordeelt [eiser] in de proceskosten, tot deze uitspraak aan de zijde van Elis Nederland begroot op € 2.102,50 aan salaris voor de gemachtigde, te voldoen binnen veertien dagen na dagtekening van dit vonnis en (voor het geval voldoening niet binnen veertien dagen na dagtekening van dit vonnis plaatsvindt) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na dagtekening van dit vonnis tot aan de dag der algehele voldoening, en € 120,00 aan nakosten, te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis;
5.3.
verklaart deze veroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. S.E. Sijsma en in het openbaar uitgesproken op