In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 20 maart 2020 een beslissing genomen over de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van een betrokkene, die in 2011 door het Gerechtshof Arnhem was veroordeeld voor diverse geweldsdelicten, waaronder poging tot doodslag. De tbs-maatregel was oorspronkelijk opgelegd met een bevel tot verpleging van overheidswege en is sindsdien meerdere keren verlengd. De laatste verlenging vond plaats op 15 februari 2018. De officier van justitie heeft op 18 december 2019 een vordering ingediend om de tbs-maatregel met twee jaar te verlengen, wat aanleiding gaf tot een zitting op 6 maart 2020.
Tijdens deze zitting zijn zowel de betrokkene als zijn raadsman, mr. Knoester, en deskundigen gehoord. De officier van justitie, mr. L. Grooters, heeft de vordering tot verlenging van de maatregel onderbouwd met schriftelijke adviezen van deskundigen. De rechtbank heeft kennisgenomen van verschillende rapportages, waaronder een psychologisch en psychiatrisch rapport, die de noodzaak voor verlenging van de maatregel bevestigden. De deskundigen gaven aan dat er nog steeds sprake is van een stoornis bij de betrokkene en dat de kans op gewelddadig gedrag groot is als de maatregel zou vervallen.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen en goederen de verlenging van de maatregel vereisen. De rechtbank heeft besloten de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, omdat het resocialisatietraject van de betrokkene nog niet is afgerond. De beslissing is genomen in een zitting die niet openbaar toegankelijk was vanwege de coronamaatregelen, maar is wel gepubliceerd om de openbaarheid te waarborgen.