ECLI:NL:RBGEL:2020:1936

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
19 maart 2020
Publicatiedatum
20 maart 2020
Zaaknummer
05.221767.19
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor meerdere woninginbraken en poging tot diefstal met een valse sleutel

Op 19 maart 2020 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen uitspraak gedaan in de zaak tegen een 27-jarige man, die werd beschuldigd van het plegen van zeven woninginbraken, een poging tot diefstal met een valse sleutel en het voorhanden hebben van een stroomstootwapen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren en bijzondere voorwaarden. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de ten laste gelegde feiten, waarbij hij zich toegang tot de woningen had verschaft door middel van braak en andere inbraakmethoden. De verdachte had aanzienlijke schade veroorzaakt aan de woningen en had een grote hoeveelheid goederen weggenomen, waarvan een deel emotionele waarde had voor de slachtoffers. De rechtbank hield rekening met de recidive van de verdachte en zijn problematiek, en besloot tot een deels voorwaardelijke straf om de kans op herhaling te verkleinen. De rechtbank legde ook bijzondere voorwaarden op, waaronder behandeling en begeleiding door de reclassering.

De officier van justitie had een hogere straf geëist, maar de rechtbank vond het in het belang van de verdachte en de maatschappij om de onderliggende problematiek aan te pakken. De rechtbank verklaarde de vorderingen van de benadeelde partijen niet-ontvankelijk, omdat deze onvoldoende onderbouwd waren. De beslissing is gegrond op verschillende artikelen van het Wetboek van Strafrecht en de Wet wapens en munitie.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer : 05.221767.19
Datum uitspraak : 19 maart 2020
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
thans gedetineerd in de [detentieadres] .
Raadsman: mr. E. van Reydt, advocaat te Amsterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van
19 december 2019 en 5 maart 2020.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 13 september 2019 te Apeldoorn , althans in
Nederland,
-71 sieraden (bestaande uit: armbanden, horloges, kettingen en/of
ringen), althans een grote hoeveelheid sieraden en/of
-16 haarelastiekjes en/of
-4 sieradendoosjes en/of
-Triamcinolonacetonide op naam van die [slachtoffer] en/of
-een pincet en/of
-twee winkelwagenmuntjes,
in elk geval enig goed,
dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
en/of [slachtoffer] ,
heeft weggenomen in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft en/of dat/die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft
gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
2.
hij op of omstreeks 4 september 2019 te Apeldoorn , althans in
Nederland,
-4 horloges en/of
-een [merk] inclusief controller en/of meerdere [merk] spellen
en/of
-een zwarte kluis en/of
-foto’s van slachtoffer en/of
-twee reservesleutels ( [merk] ) en/of
-auto aankoopbewijzen en/of
-drie paspoorten en/of
-een huissleutel en/of
- [merk] en/of
-een [merk] en/of
-een powerbank en/of
-parfum
-een hockeytas,
in elk geval enig goed,
dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
,
heeft weggenomen in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft en/of dat/die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft
gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 4 september 2019 tot en met 13
september 2019, althans op of omstreeks 13 september 2019 te
Apeldoorn , althans in Nederland,
meermalen, althans eenmaal
een of meer goederen, te weten:
-4 horloges en/of
-een [merk] inclusief controller en/of meerdere [merk] spellen
en/of
-een zwarte kluis en/of
-foto’s van slachtoffer en/of
-twee reservesleutels ( [merk] ) en/of
-auto aankoopbewijzen en/of
-drie paspoorten en/of
-een huissleutel en/of
- [merk] en/of
-een [merk] en/of
-een powerbank en/of
-parfum
-een hockeytas,
heeft verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen,
terwijl hij/zij (telkens) ten tijde van de verwerving of het voorhanden
krijgen van deze goederen wist, althans redelijkerwijs had moeten
vermoeden
dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
3.
hij op of omstreeks 10 september 2019 te Apeldoorn , althans in
Nederland,
-ADHD medicijnen en/of
-een [merk] 4 inclusief controllers en/of
-3 horloges en/of
-twee flessen parfum en/of
-een [merk] speaker en/of
- [merk] en/of
-een of meerdere sieraden (waaronder: armbanden, oorbellen,
manchetknopen, broches en/of hangers) en/of
- [merk] 4 spellen en/of
-Whitestrips op naam van [naam] ,
in elk geval enig goed,
dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [naam]
,
heeft weggenomen in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft en/of dat/die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft
gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 10 september 2019 tot en met 13
september 2019, althans op of omstreeks 13 september 2019 te
Apeldoorn , althans in Nederland,
meermalen, althans eenmaal
een of meer goederen, te weten:
-ADHD medicijnen en/of
-een [merk] 4 inclusief controllers en/of
-3 horloges en/of
-twee flessen parfum en/of
-een [merk] speaker en/of
- [merk] en/of
-een of meerdere sieraden (waaronder: armbanden, oorbellen,
manchetknopen, broches en/of hangers) en/of
- [merk] 4 spellen en/of
-Whitestrips op naam van [naam] ,
heeft verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen,
terwijl hij/zij (telkens) ten tijde van de verwerving of het voorhanden
krijgen van deze goederen wist, althans redelijkerwijs had moeten
vermoeden
dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
4.
hij op of omstreeks 2 september 2019 te Apeldoorn , althans in
Nederland,
-een creditcard op naam van die [slachtoffer] en/of
-een paspoort en/of
-VVV-bonnen en/of
-parfum [merk] ),
in elk geval enig goed,
dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
,
heeft weggenomen in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft en/of dat/die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft
gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 2 september 2019 tot en met 13
september 2019, althans op of omstreeks 13 september 2019 te
Apeldoorn , althans in Nederland,
meermalen, althans eenmaal
een of meer goederen, te weten:
-een creditcard op naam van [slachtoffer] en/of
-een paspoort en/of
-VVV-bonnen en/of
-parfum [merk] ),
heeft verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen,
terwijl hij/zij (telkens) ten tijde van de verwerving of het voorhanden
krijgen van deze goederen wist, althans redelijkerwijs had moeten
vermoeden
dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
5.
hij op een of meer tijdstippen op of omstreeks 2 september 2019 te
Apeldoorn , althans in Nederland,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
-een geldbedrag van ongeveer 1500 euro ,
in elk geval enig geldbedrag,
dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
,
(telkens) weg te nemen
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen
en zich toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of dat
weg te nemen geldbedrag onder zijn bereik te brengen door middel van
een valse sleutel,
-(telkens) heeft getracht voornoemd geldbedrag op te nemen met een
creditcard op naam van die [slachtoffer] , tot welks gebruik verdachte
niet gerechtigd was,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
6.
hij in of omstreeks de periode van 10 september 2019 tot en met 11
september 2019 te Apeldoorn , althans in Nederland,
-een of meerdere (sieraden)doosjes en/of
-een [merk] telefoon en/of
-een of meerdere certificaten van diamanten en/of
-buitenlands geld en/of
-een hoofdlamp en/of
-een houten kompas en/of
-een speldje en/of
-parfum en/of
-een zilverdoosje en/of
-een of meerdere zilverwerken en/of
-muntgeld en/of
-een [merk] pet en/of
-een zwart tasje en/of
-12 sieraden (waaronder: ringen, manchetknopen en/of kettingen),
althans een grote hoeveelheid sieraden,
in elk geval enig goed/geldbedrag,
dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
,
heeft weggenomen in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft en/of die/dat weg te nemen goederen/geldbedrag onder zijn
bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of
inklimming;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 10 september 2019 tot en met 13
september 2019, althans op of omstreeks 13 september 2019 te
Apeldoorn , althans in Nederland,
meermalen, althans eenmaal
een of meer goederen, te weten:
-een of meerdere (sieraden)doosjes en/of
-een [merk] telefoon en/of
-een of meerdere certificaten van diamanten en/of
-buitenlands geld en/of
-een hoofdlamp en/of
-een houten kompas en/of
-een speldje en/of
-parfum en/of
-een zilverdoosje en/of
-een of meerdere zilverwerken en/of
-muntgeld en/of
-een [merk] pet en/of
-een zwart tasje en/of
-12 sieraden (waaronder: ringen, manchetknopen en/of kettingen),
althans een grote hoeveelheid sieraden,
heeft verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen,
terwijl hij/zij (telkens) ten tijde van de verwerving of het voorhanden
krijgen van deze goederen wist, althans redelijkerwijs had moeten
vermoeden
dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
7.
hij in of omstreeks de periode van 2 september 2019 tot en met 4
september 2019 te Apeldoorn , althans in Nederland,
-een gouden ring en/of
-een gouden ketting en/of
-een reservesleutel van de hieronder genoemde woning en/of
-een autosleutel van het merk [merk] en/of
-een geldbedrag van ongeveer 100 euro,
in elk geval enig goed/geldbedrag,
dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
,
heeft weggenomen in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft en/of die/dat weg te nemen goederen/geldbedrag onder zijn
bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of
inklimming;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 2 september 2019 tot en met 13
september 2019, althans op of omstreeks 13 september 2019 te
Apeldoorn , althans in Nederland,
meermalen, althans eenmaal
een of meer goederen, te weten:
-een gouden ring en/of
-een gouden ketting en/of
-een reservesleutel van de woning en/of
-een autosleutel van het merk [merk] ,
heeft verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen,
terwijl hij/zij (telkens) ten tijde van de verwerving of het voorhanden
krijgen van deze goederen wist, althans redelijkerwijs had moeten
vermoeden
dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
8.
hij op of omstreeks 23 juli 2019 te Apeldoorn , althans in Nederland,
-34 sieraden (waaronder: horloges, oorbellen, hangers, speldjes, buttons,
armbanden, kettingen en/of broches), althans een grote hoeveelheid
sieraden en/of
-een geboortekaartje,
in elk geval enig goed,
dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
,
heeft weggenomen in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft en/of die/dat weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft
gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 23 juli 2019 tot en met 13 september
2019, althans op of omstreeks 13 september 2019 te Apeldoorn , althans
in Nederland,
meermalen, althans eenmaal
een of meer goederen, te weten:
-34 sieraden (waaronder: horloges, oorbellen, hangers, speldjes, buttons,
armbanden, kettingen en/of broches), althans een grote hoeveelheid
sieraden en/of
-een geboortekaartje,
heeft verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen,
terwijl hij/zij (telkens) ten tijde van de verwerving of het voorhanden
krijgen van deze goederen wist, althans redelijkerwijs had moeten
vermoeden
dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
9.
hij op of omstreeks 13 september 2019 te Apeldoorn , althans in
Nederland,
een wapen van categorie II, onder 5 van de Wet wapens en munitie, te
weten een [wapen]
zijnde een voorwerp waarmee door een elektrische stroomstoot
personen
weerloos konden worden gemaakt of pijn kon worden toegebracht
voorhanden heeft gehad;
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de ten laste gelegde feiten onder 1, 2 primair, 3 primair, 4 primair, 5, 6 primair, 7 primair, 8 primair en 9.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft geen bewijsverweer gevoerd.
Beoordeling door de rechtbank
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359 derde lid, laatste zin van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Feit 1
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , p. 68 – 70;
- het proces-verbaal van bevindingen, p. 81 – 82;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 maart 2020.
Feit 2, primair
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , p. 140 – 142;
- het proces-verbaal van forensisch onderzoek woning, p. 145;
- het proces-verbaal van bevindingen goederen teruggave, p. 150 – 151;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 maart 2020.
Feit 3, primair
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [naam] , p. 163 – 167;
- het proces-verbaal van bevindingen teruggave goederen, p. 170 – 171;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 maart 2020.
Feit 4, primair
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , p. 185 – 189;
- het proces-verbaal van bevindingen, p. 190;
- het proces-verbaal van bevindingen, p. 191;
- het proces-verbaal van bevindingen gestolen goederen terug gevonden, p. 237;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 maart 2020.
Feit 5
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , p. 185 – 189;
- het proces-verbaal van bevindingen met bijlage, p. 195 – 196;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 maart 2020.
Feit 6, primair
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , p. 210 – 215;
- het proces-verbaal van bevindingen teruggave goederen, p. 239 – 240;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 maart 2020.
Feit 7, primair
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , p. 260 – 266;
- het proces-verbaal van bevindingen goederen koppelen aan aangiftes, p. 288;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 maart 2020.
Feit 8, primair
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , p. 297 – 303;
- het proces-verbaal van bevindingen teruggave goederen, p. 322 – 323;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 maart 2020.
Feit 9
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van bevindingen, p. 86 – 87;
- het proces-verbaal van bevindingen, p. 99 – 100;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 maart 2020.

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten 1, 2 primair, 3 primair, 4 primair, 5, 6 primair, 7 primair, 8 primair en 9 heeft begaan, te weten dat:
1.
hij op
of omstreeks13 september 2019 te Apeldoorn
, althans in
Nederland,
-71 sieraden (bestaande uit: armbanden, horloges, kettingen en
/of
ringen),
althans een grote hoeveelheid sieradenen
/of
-16 haarelastiekjes en
/of
-4 sieradendoosjes en
/of
-Triamcinolonacetonide op naam [geboorteplaats] en
/of
-een pincet en
/of
-twee winkelwagenmuntjes,
in elk geval enig goed,
dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
en/of [slachtoffer] ,
heeft weggenomen
in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft
en/of dat/die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft
gebrachtdoor middel van braak
, verbreking en/of inklimming;
2.
hij op
of omstreeks4 september 2019 te Apeldoorn
, althans in
Nederland,
-4 horloges en
/of
-een [merk] inclusief controller en
/ofmeerdere [merk] spellen en
/of
-een zwarte kluis en
/of
-foto’s van slachtoffer en
/of
-twee reservesleutels ( [merk] ) en
/of
-auto aankoopbewijzen en
/of
-drie paspoorten en
/of
-een huissleutel en
/of
- [merk] en/of
-een [merk] en
/of
-een powerbank en
/of
-parfum en
-een hockeytas,
in elk geval enig goed,
datdie geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
,
heeft weggenomen
in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft en
/of dat/die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft
gebracht door middel van braak, verbreking
en/of inklimming;
3.
hij op
of omstreeks10 september 2019 te Apeldoorn
, althans in
Nederland,
-ADHD medicijnen en
/of
-een [merk] 4 inclusief controllers en
/of
-3 horloges en
/of
-twee flessen parfum en
/of
-een [merk] speaker en
/of
- [merk] en
/of
-
een ofmeerdere sieraden (waaronder: armbanden, oorbellen,
manchetknopen, broches en
/ofhangers) en
/of
- [merk] 4 spellen en
/of
-Whitestrips op naam van [naam] ,
in elk geval enig goed,
die geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [naam]
,
heeft weggenomen
in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft
en/of dat/die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft
gebrachtdoor middel van braak
, verbreking en/of inklimming;
4.
hij op
of omstreeks2 september 2019 te Apeldoorn
, althans in
Nederland,
-een creditcard op naam van [slachtoffer] en
/of
-een paspoort en
/of
-VVV-bonnen en
/of
-parfum [merk] ),
in elk geval enig goed,
die geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
,
heeft weggenomen
in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft
en/of dat/die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft
gebrachtdoor middel van braak
, verbreking en/of inklimming;
5.
hij op
een of meer tijdstippen op of omstreeks2 september 2019 te
Apeldoorn
, althans in Nederland,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
-een geldbedrag van ongeveer 1500 euro,
in elk geval enig geldbedrag,
dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
,
(telkens)weg te nemen
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen
en
zich toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/ofdat
weg te nemen geldbedrag onder zijn bereik te brengen door middel van
een valse sleutel,
-
(telkens)heeft getracht voornoemd geldbedrag op te nemen met een
creditcard op naam van die [slachtoffer] , tot welk gebruik verdachte
niet gerechtigd was,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
6.
hij in
of omstreeksde periode van 10 september 2019 tot en met 11
september 2019 te Apeldoorn
, althans in Nederland,
-een of meerdere (sieraden)doosjes en
/of
-een [merk] telefoon en
/of
-een of meerdere certificaten van diamanten en
/of
-buitenlands geld en
/of
-een hoofdlamp en
/of
-een houten kompas en
/of
-een speldje en
/of
-parfum en
/of
-een zilverdoosje en
/of
-een of meerdere zilverwerken en
/of
-muntgeld en
/of
-een [merk] pet en
/of
-een zwart tasje en
/of
-12 sieraden (waaronder: ringen, manchetknopen en
/ofkettingen),
althans een grote hoeveelheid sieraden,
in elk geval enig goed/geldbedrag,
diegeheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
,
heeft weggenomen
in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft
en/of die/dat weg te nemen goederen/geldbedrag onder zijn
bereik heeft gebrachtdoor middel van braak
, verbreking en/of
inklimming;
7.
hij in
of omstreeksde periode van 2 september 2019 tot en met 4
september 2019 te Apeldoorn
, althans in Nederland,
-een gouden ring en
/of
-een gouden ketting en
/of
-een reservesleutel van de hieronder genoemde woning en
/of
-een autosleutel van het merk [merk] en
/of
-een geldbedrag van ongeveer 100 euro,
in elk geval enig goed/geldbedrag,
die geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
,
heeft weggenomen
in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft
en/of die/dat weg te nemen goederen/geldbedrag onder zijn
bereik heeft gebrachtdoor middel van braak
, verbreking en/of
inklimming;
8.
hij op
of omstreeks23 juli 2019 te Apeldoorn
, althans in Nederland,
-34 sieraden (waaronder: horloges, oorbellen, hangers, speldjes, buttons,
armbanden, kettingen en
/ofbroches),
althans een grote hoeveelheid
sieradenen
/of
-een geboortekaartje,
in elk geval enig goed,
die geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer]
,
heeft weggenomen
in/uit een woning, gelegen aan de [adres]
met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft
verschaft
en/of die/dat weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft
gebrachtdoor middel van braak
, verbreking en/of inklimming;
9.
hij op
of omstreeks13 september 2019 te Apeldoorn
, althans in
Nederland,
een wapen van categorie II, onder 5 van de Wet wapens en munitie, te
weten een [wapen]
zijnde een voorwerp waarmee door een elektrische stroomstoot
personen
weerloos konden worden gemaakt of pijn kon worden toegebracht,
voorhanden heeft gehad;
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1:
Diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak
Ten aanzien van feit 2:
Diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en de weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking
Ten aanzien van feit 3:
Diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak
Ten aanzien van feit 4:
Diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak
Ten aanzien van feit 5:
Poging tot diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel
Ten aanzien van feit 6:
Diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak
Ten aanzien van feit 7:
Diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak
Ten aanzien van feit 8:
Diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak
Ten aanzien van feit 9:
Handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van de ten laste gelegde feiten zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 42 maanden, met aftrek van de tijd in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht. De officier van justitie acht een voorwaardelijk strafdeel niet aan de orde.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft aangevoerd dat er omstandigheden zijn die straf verlagend werken, te weten de proceshouding van verdachte, het feit dat de schade beperkt is gebleven en hij de confrontatie met een van de aangevers heeft vermeden. Uit het uittreksel justitiële documentatie blijkt dat verdachte in de relevante periode één keer eerder is veroordeeld voor een vermogensdelict. De onderliggende persoonlijkheid en persoonlijkheidsproblematiek van verdachte waren voor hem de redenen de strafbare feiten te plegen. In het verleden zijn deze aspecten, althans de ernst daarvan, onvoldoende onderkend. De verdediging acht een gevangenisstraf van 18 tot 24 maanden, waarvan een deel voorwaardelijk, redelijk en billijk. De verdediging verzoekt de rechtbank aan te sluiten bij het advies van de reclassering, wat betreft de bijzondere voorwaarden van het voorwaardelijk strafgedeelte, en een proeftijd op te leggen van 3 jaren.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft ook gekeken naar de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, waarbij onder meer is gelet op:
- het uittreksel justitiële documentatie van 24 januari 2020; en
- het reclasseringsadvies van Reclassering Nederland van 26 november 2019.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan zeven woninginbraken, een poging tot diefstal met een valse sleutel en het voorhanden hebben van een [wapen] . Verdachte heeft steeds flinke schade toegebracht aan de woningen om binnen te komen door een ruit in te gooien of te slaan met een steen/tegel. Aansluitend heeft hij de woningen doorzocht en een grote hoeveelheid goederen weggenomen. Een deel van die goederen heeft niet alleen materiële waarde, maar ook grote emotionele waarde voor de slachtoffers. Verdachte is bij één van de woninginbraken overlopen door de bewoners en hun kinderen. Het handelen van verdachte getuigt van weinig respect voor andermans eigendommen. Dat een deel van de weggenomen goederen terug is bij de rechtmatige eigenaren komt niet omdat verdachte tot inkeer is gekomen, maar is het gevolg van het onderzoek door de politie. De rechtbank ziet dan ook geen aanleiding om dit in het voordeel van verdachte te laten meewegen. Tevens is van belang dat verdachte met een creditcard, afkomstig uit een van de woningen waar hij heeft ingebroken, heeft geprobeerd een groot geldbedrag te pinnen. De rechtbank vindt het daarnaast zorgelijk dat verdachte bij een woninginbraak een [wapen] bij zich had.
Uit het reclasseringsrapport volgt dat verdachte de strafbare feiten heeft gepleegd door een combinatie van emotionele en financiële problemen. De reclassering heeft aangegeven dat het daarom van belang is dat verdachte wordt behandeld voor zijn trauma’s uit het verleden en moet worden begeleid in het vergroten van zijn probleemoplossend vermogen. Ook moeten zijn financiële problemen met behulp van begeleiding overzichtelijker worden en moet er een oplossing voor zijn schulden komen. Het herhalingsgevaar zou zo kunnen worden teruggedrongen. De reclassering adviseert om die reden een meldplicht en ambulante behandeling als bijzondere voorwaarden op te leggen.
De rechtbank stelt vast dat uit het dossier volgt dat verdachte bij financiële tegenslag in oude gewoontes vervalt en vermogensdelicten pleegt. De verdachte is in 2011, 2012 en 2016 al eens veroordeeld voor het plegen van meerdere woninginbraken. Hoewel het recidiveren voor de rechtbank in beginsel reden is om een hogere onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen, acht de rechtbank het in het belang van de maatschappij en van verdachte dat de onderliggende problematiek wordt aangepakt. De rechtbank zal daarom een deels voorwaardelijke straf opleggen en dus afwijken van de eis van de officier van justitie. De rechtbank acht daarbij een lange proeftijd noodzakelijk.
Alles overziend acht de rechtbank passend en geboden een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren en met oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering.
Hiervan moet worden afgetrokken de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht.

7.Beslag

Standpunt van de officier van justitie
Ten aanzien van de inbeslaggenomen goederen heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat alle goederen dienen te worden teruggegeven aan de rechtmatige eigenaren.
Standpunt van de verdediging
De verdediging stelt dat alle in beslag genomen goederen kunnen worden teruggegeven aan de rechtmatige eigenaren. De inbrekerswerktuigen aangetroffen in de auto en het [wapen] kunnen worden onttrokken aan het verkeer.
Beoordeling door de rechtbank
De inbrekerswerktuigen, waarmee de feiten zijn gepleegd, worden verbeurdverklaard door de rechtbank. Het [wapen] moet worden onttrokken aan het verkeer, omdat dit voorwerp van zodanige aard is dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met het algemeen belang en de wet.
Voor de overige in beslag genomen goederen geldt dat deze moeten worden teruggegeven aan de rechthebbenden. Het Openbaar Ministerie draagt – zoals ter zitting met partijen is afgesproken - zorg voor de teruggave.
8. De beoordeling van de civiele vorderingen en de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregel
Benadeelde partij [naam]
De benadeelde partij [naam] heeft zich in het strafproces gevoegd ter verkrijging van schadevergoeding ter zake van het onder 3 bewezenverklaarde feit. Gevorderd wordt een bedrag van € 4.446,- voor geleden materiële schade.
Benadeelde partij [slachtoffer]
De benadeelde [slachtoffer] heeft zich in het strafproces gevoegd ter verkrijging van schadevergoeding ter zake van het onder 4 en 5 bewezenverklaarde feiten. Gevorderd wordt een bedrag van € 350,- voor geleden materiële schade.
Standpunt van de officier van justitie
Benadeelde partij [naam]
De officier van justitie heeft gesteld dat behandeling van de vordering van de benadeelde partij [naam] een onevenredige belasting is voor het strafgeding, nu de vordering op dit moment onvoldoende duidelijk is onderbouwd, zodat de benadeelde partij niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in de vordering.
Benadeelde partij [slachtoffer]
De officier van justitie heeft verzocht de vordering van de benadeelde partij [naam] tot betaling van het bedrag van € 350,- toe te wijzen, waarbij tevens de schadevergoedingsmaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht wordt opgelegd tot dit bedrag, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 7 dagen gijzeling.
Standpunt van de verdediging
Benadeelde partij [naam]
De verdediging heeft gesteld dat onvoldoende is onderbouwd welke schade is vergoed en hoe de lijst met goederen zich verhoudt tot het feit. Bovendien is de lijst met de waarde van goederen een lijst met de nieuwwaarde. Nadere onderbouwing van het verzoek tot schadevergoeding ontbreekt. Hierom dient de benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard.
Benadeelde partij [slachtoffer]
De verdediging heeft geen verweer gevoerd ten aanzien van het verzoek tot schadevergoeding van benadeelde partij [slachtoffer] en refereert zich aan het oordeel van de rechtbank.
Beoordeling door de rechtbank
Benadeelde partij [naam]
De benadeelde partij [naam] zal niet-ontvankelijk verklaard worden in de vordering, omdat onduidelijk is of de schade al (deels) vergoed is door de verzekering en de vordering verder onvoldoende is onderbouwd. De benadeelde partij kan de vordering aanbrengen bij de burgerlijke rechter.
Benadeelde partij [slachtoffer]
De vordering van € 350,- ziet op het bedrag dat niet vergoed is door de verzekering voor de vervanging van sloten in de woning. Uit de aangifte, het dossier en hetgeen ter terechtzitting is besproken blijkt niet dat er een huissleutel is weggenomen uit de woning van [slachtoffer] . Er is dus geen rechtstreeks verband vast te stellen tussen het feit en de kostenpost. De vordering wordt daarom niet-ontvankelijk verklaard.

9.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 33, 33a, 36b, 36c, 45, 57, en 311 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie.

10.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
36 (zesendertig) maanden;
 bepaalt, dat een gedeelte van de gevangenisstraf, te weten
6 (zes) maanden,
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van na te melden voorwaarde(n) voor het einde van de proeftijd die op
drie jarenwordt bepaald;
 de algemene voorwaarde dat verdachte:
- zich voor het einde van de proeftijd niet zal schuldig maken aan een strafbaar feit;
 de bijzondere voorwaarden dat verdachte:
- zich uiterlijk binnen vijf dagen na aanvang van de proeftijd zal melden bij de Reclassering Nederland (op het adres [adres] ) en gedurende de proeftijd zich zal blijven melden bij deze instelling, zo frequent en zolang de instelling dat noodzakelijk acht;
- zich gedurende de proeftijd onder ambulante behandeling zal stellen van GGNet [adres] of soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering, op de tijden en plaatsen als door of namens die instelling aan te geven, teneinde zich te laten onderzoeken naar en behandelen voor zijn persoonlijkheidsproblematiek. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de instelling geeft voor de behandeling;
- geeft opdracht aan de Reclassering Nederland tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarde(n) en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden (artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht).
- stelt als voorwaarde dat verdachte ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit zijn medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- stelt als voorwaarde dat verdachte medewerking zal verlenen aan het door de Reclassering Nederland te houden toezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
 beveelt de
verbeurdverklaring vande (in de auto) in beslag genomen inbrekerswerktuigen;
 beveelt de
onttrekking aan het verkeervan het in beslag genomen [wapen] ;
 gelast de
teruggavevan de overige in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen aan de rechthebbenden, te bepalen door het Openbaar Ministerie in overleg met de rechthebbenden;

De beslissing op de vordering van de benadeelde partijen.
 verklaart de
benadeelde partij [naam] niet-ontvankelijkin de vordering;
 verklaart de
benadeelde partij [slachtoffer] niet-ontvankelijkin de vordering;
Dit vonnis is gewezen door mr. A. Erades (voorzitter), mr. Y.M.J.I. Baauw en mr. P.J.C. Cremers, rechters, in tegenwoordigheid van mr. B. Doedens, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 19 maart 2020.
mr. P.J.C. Cremers is buiten staat het vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm [verbalisant] van de politie Oost Nederland, Districtsrecherche Noord- en Oost-Gelderland, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer 201910021410.RLS, gesloten op 20 november 2019 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.