ECLI:NL:RBGEL:2019:683

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
20 februari 2019
Publicatiedatum
21 februari 2019
Zaaknummer
05/740402-18
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een vrouw voor zware mishandeling van haar levensgezel met een bierfles en bierglas

Op 20 februari 2019 heeft de Rechtbank Gelderland in Arnhem een 47-jarige vrouw uit Harskamp veroordeeld tot een gevangenisstraf van 19 maanden, waarvan 11 maanden en 25 dagen voorwaardelijk. De vrouw heeft haar levensgezel op 2 augustus 2018 mishandeld met een bierfles en een bierglas, wat resulteerde in zwaar lichamelijk letsel, waaronder sneeën en doorgesneden pezen. De rechtbank oordeelde dat het letsel als zwaar lichamelijk letsel moest worden gekwalificeerd, gezien de ernst van de verwondingen en de langdurige genezing die nodig was. De vrouw kampt met psychische problemen en de rechtbank heeft bijzondere voorwaarden aan de voorwaardelijke straf verbonden, waaronder klinische behandeling en controle op alcohol- en drugsgebruik. De proeftijd is vastgesteld op 5 jaar, rekening houdend met het risico op herhaling van gewelddadig gedrag. De rechtbank heeft de zaak behandeld in tegenspraak, waarbij de officier van justitie een gevangenisstraf eiste en de verdediging pleitte voor een kortere proeftijd. De rechtbank heeft de eis van de officier van justitie grotendeels overgenomen, maar heeft ook rekening gehouden met de behandelverplichting van de verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer : 05/740402-18
Datum uitspraak : 20 februari 2019
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , wonende te [woonplaats]
thans gedetineerd te Zwolle PPC te Zwolle
raadsman: mr. M.L.E. Storm van 's-Gravesande, advocaat te Ede.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 6 februari 2019.
1. De inhoud van de tenlastelegging [1]
Aan verdachte is, na een door de rechtbank toegewezen vordering wijziging tenlastelegging, kort gezegd ten laste gelegd dat:
zij op 2 augustus 2018 in Harskamp
- met een bierfles tegen het hoofd, de armen en de handen van [slachtoffer] (haar levensgezel) heeft geslagen;
- een bierfles tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft gegooid;
- met een glas tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft geslagen, en
- met een glas naar het hoofd van die [slachtoffer] heeft gegooid
en daarmee met opzet zwaar lichamelijk letsel heeft veroorzaakt bij die [slachtoffer] in de vorm van sneeën in het achterhoofd, handen en polsen/onderarmen en doorgesneden pezen in de handen (primair),
indien dit niet tot een veroordeling leidt wordt verdachte ten laste gelegd dat zij op hiervoor omschreven wijze heeft geprobeerd om die [slachtoffer] zwaar lichamelijk letsel toe te brengen (subsidiair), dan wel dat zij hem op hiervoor omschreven wijze heeft mishandeld.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [2]
De feiten
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat, vastgesteld.
Op 2 augustus 2018 heeft verdachte haar levensgezel, [slachtoffer] , in hun woning in Harskamp met een bierfles op het hoofd geslagen en gegooid en met een bierglas op het hoofd, de armen en de handen geslagen. [3] Als gevolg daarvan is snijletsel (meerdere sneeën) aan zijn hoofd en aan zijn handen/polsen ontstaan en uitgebreid peesletsel aan zijn hand (vingers). [4]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat het letsel dat bij [slachtoffer] is ontstaan zwaar lichamelijk letsel betreft en dat het primair tenlastegelegde wettig en overtuigend kan worden bewezen.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft gesteld dat sprake is van gewone mishandeling.
Beoordeling door de rechtbank
Dat verdachte [slachtoffer] heeft mishandeld en dat dit bij [slachtoffer] letsel heeft veroorzaakt staat buiten discussie. De vraag is of het letsel dat bij [slachtoffer] is ontstaan aan te merken is als zwaar lichamelijk letsel. De rechtbank overweegt daarover het volgende.
[slachtoffer] is in het ziekenhuis opgenomen naar aanleiding van de gebeurtenis op 2 augustus 2018. Op 3 augustus 2018 is [slachtoffer] geopereerd aan zijn verwondingen en op 10 augustus 2018 is hij uit het ziekenhuis ontslagen. [slachtoffer] zat met beide onderarmen en handen in het gips en kon zichzelf niet verzorgen. De functie van beide handen is ernstig beperkt door uitgebreid peesletsel. De duur van de genezing van het zichtbare letsel is ongeveer 10 weken De geschatte geneesduur van de overige letsels loopt afhankelijk van het letsel op tot 1 jaar. [5]
De rechtbank is gelet hierop van oordeel dat het letsel dat bij [slachtoffer] is ontstaan moet worden gemerkt als zwaar lichamelijk letsel.

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het primair tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
zij op
of omstreeks2 augustus 2018 te Harskamp
aan
(haar levensgezel
)[slachtoffer]
opzettelijk
zwaar lichamelijk letsel, te weten meerdere
, althans één,snee(ën
)op zijn (achter)hoofd, meerdere sneeën in zijn handen en
/ofpolsen
, althans (onder)armenen
/ofmeerdere
, althans één,doorgesneden
pees/pezen in zijn handen, heeft toegebracht door;
- Meerdere malen, althans eenmaal, met een bierflesje
en/of een glazen asbak, althans een glazen voorwerp, in/op
/tegenhet hoofd
en/of tegen de armen en/of handenvan die [slachtoffer] te slaan,
- Een bierflesje
en/of een glazen asbak, althans een glazen voorwerp, naar/tegen het hoofd van die [slachtoffer] te gooien,
- Meerdere malen
, althans eenmaal, met een glas,
althans een glazen voorwerp, in/op
tegenhet hoofd en
/oftegen de armen en
/ofhanden van die [slachtoffer] te slaan
en/of
- Een glas, althans een glazen voorwerp, te gooien naar/tegen het hoofd van die [slachtoffer]
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
zware mishandeling, begaan tegen haar levensgezel

5.De strafbaarheid van het feit

Het feit is strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 19 maanden, waarvan 11 maanden en 25 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 5 jaren, met als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij de reclassering, opname in een zorginstelling, een ambulante behandelverplichting en de verplichting om mee te werken aan middelencontrole, met aftrek van de tijd in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht aan een voorwaardelijke straf een proeftijd te verbinden van maximaal 3 jaar..
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, waarbij onder meer is gelet op:
- het uittreksel justitiële documentatie, gedateerd 13 december 2018;
- een voorlichtingsrapportage van Reclassering Nederland, gedateerd 1 februari 2019;
- een monodisciplinair rapport van dr. [naam 1] , psychiater, gedateerd 28 december 2018.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het mishandelen van haar partner door met een bierfles en een bierglas op hem in te slaan. Bij haar partner heeft verdachte daarmee zwaar letsel veroorzaakt in de vorm van meerdere sneeën en doorgesneden pezen. Dit is een vorm van zeer ernstig huiselijk geweld waarvan het slachtoffer de gevolgen lang en misschien wel blijvend zal ondervinden. De rechtbank kan zich niet aan de indruk onttrekken dat het huishouden van verdachte en haar partner gekleurd werd door een onveilige sfeer, veroorzaakt door het gebruik van alcohol in combinatie met psychische problematiek.
Verdachte is niet eerder strafrechtelijk veroordeeld.
Verdachte is door de psychiater gediagnosticeerd met een schizofrene stoornis, dan wel een schizo-affectieve stoornis en zij is bekend met een alcohol gerelateerde problematiek. De psychiater rapporteert dat het recidivegevaar door de chronisch psychotische aard van de stoornis en het gebrek aan ziekte-inzicht aan de zijde van verdachte als hoog moet worden ingeschat. De psychiater adviseert een gedeeltelijk voorwaardelijke straf op te leggen met bijzondere voorwaarden die dienen als behandelkader voor de problematiek van verdachte. Van dit kader maken een klinische behandeling in een forensische psychiatrische kliniek gevolgd door een intensieve FACT-behandeling deel uit. De reclassering heeft deze voorwaarden in de door hen opgestelde rapportage vormgegeven en aangevuld met een meldplicht en de verplichting om mee te werken aan controle op alcoholgebruik.
Verdachte heeft aangegeven gemotiveerd te zijn om in het door de psychiater en de reclassering geadviseerde kader te worden behandeld en daaraan mee te zullen werken.
De rechtbank is gelet op al het hiervoor overwogene van oordeel dat aan verdachte een gedeeltelijk voorwaardelijke gevangenisstraf moet worden opgelegd. De rechtbank zal het onvoorwaardelijke deel van de gevangenisstraf bepalen tot de datum van 6 maart 2019, zijnde de datum waarop dit vonnis onherroepelijk kan worden. De rechtbank is van oordeel dat het van belang is dat een fors voorwaardelijk deel van belang is, gelet op het stevige behandelkader. De rechtbank zal daarom aan verdachte een gevangenisstraf opleggen voor de duur van 19 maanden, waarvan 11 maanden en 25 dagen voorwaardelijk. De tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht wordt daarop in mindering gebracht.
De rechtbank zal de geadviseerde bijzondere voorwaarden aan de voorwaardelijke gevangenisstraf verbinden: een klinische behandeling bij forensisch psychiatrische kliniek [instelling] , gevolgd door een ambulante FACT-behandeling, een meldplicht en de verplichting om mee te werken aan alcoholcontroles. Rekening houdende met de mogelijkheid dat verdachte niet direct na het onherroepelijk worden van het vonnis kan worden opgenomen bij [instelling] , zal de rechtbank aan verdachte als bijzondere voorwaarde ook opleggen dat zij mee moet werken aan een overbruggingsplaatsing in een zorginstelling voor de duur van maximaal 6 weken.
Ten slotte zal de rechtbank, zoals is geëist door de officier van justitie, aan de voorwaardelijke straf een proeftijd koppelen van 5 jaren. De rechtbank is van oordeel dat ernstig rekening moet worden gehouden dat verdachte wederom een misdrijf zal begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van personen, nu uit het politiedossier blijkt dat vaker sprake is geweest van huiselijk geweld bij verdachte en haar partner en de psychiater rapporteert dat het gewelddadige gedrag van verdachte relationeel gerelateerd is.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d en 302 van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert het strafbare feit zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
19 (negentien) maanden;
  • bepaalt, dat een gedeelte van de gevangenisstraf groot
  • de algemene voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich voor het einde daarvan niet zal schuldig maken aan een strafbaar feit;
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit zijn medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- zijn medewerking zal verlenen aan het door de Reclassering Nederland te houden toezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
 de bijzondere voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich na het onherroepelijk worden van dit vonnis op uitnodiging zal melden bij de Reclassering Nederland en gedurende de proeftijd zich zal blijven melden bij deze instelling, zo frequent en zolang de instelling dat noodzakelijk acht;
- verplicht is mee te werken aan controle op het gebruik van alcohol en/of drugs om gebruik te beheersen. Het controleren kan gebeuren op basis van urineonderzoek en ademonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak veroordeelde wordt gecontroleerd;
- zich gedurende 6 maanden van de proeftijd, of zoveel korter als haar behandelaars in overleg met de reclassering nodig achten, zal laten opnemen in [instelling] , althans een soortgelijke intramurale instelling, waarbij de veroordeelde zich zal houden aan de aanwijzingen die de veroordeelde in het kader van die behandeling door of namens de (geneesheer-)directeur van die instelling zullen worden gegeven. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling. Indien de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst acht, werkt veroordeelde mee aan de indicatiestelling en plaatsing;
- verplicht is – indien veroordeelde nog niet op 6 maart 2019 geplaatst kan worden bij [instelling] – mee te werken aan overbruggingszorg en zich laat opnemen bij een zorginstelling totdat haar plek bij [instelling] beschikbaar is, voor maximaal 6 weken;
- zich gedurende de proeftijd onder behandeling zal stellen van een justitieel zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling zal plaatsvinden na afloop van de klinische behandeling voor de duur van de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering noodzakelijk acht. Veroordeelde houdt zich tijdens de behandeling aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling.
- Geeft opdracht aan de Reclassering Nederland tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarde(n) en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden (artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht).
 beveelt dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.P.M. Kester (voorzitter), mr. J.J.H. van Laethem en mr. M.W. Stoet, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A. Diebels, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 20 februari 2019.
mr. M.W. Stoet is buiten staat
dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I
Primair
zij op of omstreeks 2 augustus 2018 te Harskamp
aan (haar levensgezel) [slachtoffer]
opzettelijk
zwaar lichamelijk letsel, te weten meerdere, althans één, snee(ën) op zijn (achter)hoofd, meerdere sneeën in zijn handen en/of polsen, althans (onder)armen en/of meerdere, althans één, doorgesneden pees/pezen in zijn handen, heeft toegebracht door;
- Meerdere malen, althans eenmaal, met een bierflesje en/of een glazen asbak, althans een glazen voorwerp, in/op/tegen het hoofd en/of tegen de armen en/of handen van die [slachtoffer] te slaan,
- Een bierflesje en/of een glazen asbak, althans een glazen voorwerp, naar/tegen het hoofd van die [slachtoffer] te gooien,
- Meerdere malen, althans eenmaal, met een glas, althans een glazen voorwerp, in/op tegen het hoofd en/of tegen de armen en/of handen van die [slachtoffer] te slaan en/of
- Een glas, althans een glazen voorwerp, te gooien naar/tegen het hoofd van die [slachtoffer]
Subsidiair
zij op of omstreeks 2 augustus 2018 te Harskamp,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
aan (haar levensgezel) [slachtoffer]
opzettelijk
zwaar lichamelijk letsel toe te brengen
- Meerdere malen, althans eenmaal, met een bierflesje en/of een glazen asbak, althans een glazen voorwerp, in/op/tegen het hoofd en/of tegen de armen en/of handen van die [slachtoffer] heeft geslagen,
- Een bierflesje en/of een glazen asbak, althans een glazen voorwerp, naar/tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft gegooid,
- Meerdere malen, althans eenmaal, met een glas, althans een glazen voorwerp, in/op/tegen het hoofd en/of tegen de armen en/of handen van die [slachtoffer] heeft geslagen en/of
- Een glas, althans een glazen voorwerp, naar/tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft gegooid,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Meer subsidiair
zij op of omstreeks 2 augustus 2018 te Harskamp,
(haar levensgezel),
[slachtoffer] heeft mishandeld door;
- Meerdere malen, althans eenmaal, met een bierflesje en/of een glazen asbak, althans een glazen voorwerp, in/op/tegen het hoofd en/of tegen de armen en/of handen van die [slachtoffer] te slaan,
- Een bierflesje en/of een glazen asbak, althans een glazen voorwerp, naar/tegen het hoofd van die [slachtoffer] te gooien,
- Meerdere malen, althans eenmaal, met een glas, althans een glazen voorwerp, in/op tegen het hoofd en/of tegen de armen en/of handen van die [slachtoffer] te slaan en/of
- Een glas, althans een glazen voorwerp, te gooien naar/tegen het hoofd van die [slachtoffer] .

Voetnoten

1.De gehele tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.
2.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door [naam 2] van de politie Oost Nederland, district Gelderland-Midden, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer 20180904.1138, gesloten op 4 september 2018 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
3.Het proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer] , p. 28-30 en de verklaring van verdachte zoals afgelegd ter terechtzitting van 6 februari 2019.
4.De letselbeschrijving forensische geneeskunde GGD Gelderland-Midden, d.d. 14 augustus 2018.
5.De letselbeschrijving forensische geneeskunde GGD Gelderland-Midden, d.d. 14 augustus 2018.