ECLI:NL:RBGEL:2019:647

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
15 februari 2019
Publicatiedatum
19 februari 2019
Zaaknummer
6896609
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid gemeente voor schade door wortelingroei van gemeentelijke boom

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland geoordeeld over de aansprakelijkheid van de Gemeente Nijmegen voor schade aan de woning van [naam eiser] als gevolg van wortelingroei van een gemeentelijke boom. [naam eiser] is eigenaar van een woning met kelder, gelegen nabij een gemeentelijk trottoir waar in 1960 een boom is geplant. De wortels van deze boom zijn in de kelder van [naam eiser] binnengedrongen, wat heeft geleid tot schade aan de muur van de woning. Na melding van de schade aan de Gemeente, heeft deze aangegeven dat [naam eiser] zelf verantwoordelijk is voor het verwijderen van de wortels en dat de schade voor zijn rekening komt.

[naam eiser] vorderde in deze procedure een schadevergoeding van € 9.075,- van de Gemeente, stellende dat de Gemeente onrechtmatig heeft gehandeld door niet de vereiste zorg voor de boom te dragen en dat de wortels schade aan zijn eigendom hebben veroorzaakt. De Gemeente voerde verweer en stelde dat zij niet verplicht was om de wortels te controleren, gezien de omvang van de boomkroon.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de Gemeente vanaf april 2017 op de hoogte was van de wortelingroei en dat zij in dat geval gehouden was om maatregelen te nemen. De rechter oordeelde dat de Gemeente onrechtmatig heeft gehandeld door geen actie te ondernemen, waardoor [naam eiser] schade heeft geleden. De kantonrechter heeft de schade begroot op € 2.000,- en de Gemeente veroordeeld tot betaling van dit bedrag aan [naam eiser]. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat ieder de eigen kosten draagt.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK GELDERLAND
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Nijmegen
zaakgegevens 6896609 \ CV EXPL 18-1550 \ 398
uitspraak van
Vonnis
in de zaak van
[naam eiser]
wonende te [woonplaats eiser]
eisende partij
gemachtigde: J.A.M. Drinkenburg (DAS)
tegen
de publiekrechtelijke rechtspersoon
Gemeente Nijmegen
zetelend te Nijmegen
gedaagde partij
procederend in persoon
Partijen worden hierna [naam eiser] en de Gemeente genoemd.

1.De procedure

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 18 mei 2018
- de op 3 oktober 2018 gehouden comparitie van partijen
- de akte uitlaten omtrent wortel indringing van [naam eiser] van 2 november 2018 met producties
- de gelijktijdige akte van de Gemeente met producties.
1.2
Vervolgens is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1
[naam eiser] is eigenaar van een woning met kelder aan de [adres eiser] . De woning grenst onmiddellijk aan het gemeentelijk trottoir. De woning dateert blijkens haar uiterlijk uit het begin van de vorige eeuw.
2.2
Op ongeveer 4.50 meter van de voorgevel van de woning van [naam eiser] heeft de gemeente in 1960 een boom – een Robinia pseudoacacia – geplant (hierna: de boom). De boom maakt deel uit van een rij bomen aan de straat.
2.3
De boom is, net als andere bomen van de Gemeente, onderworpen aan een jaarlijkse Virtual Tree Assessment (VTA). Daarbij komt (de omvang van) het wortelstelsel niet aan bod.
2.4
[naam eiser] heeft op een gegeven moment in zijn kelder wortelingroei vanuit de boom geconstateerd. Dat heeft hij gemeld bij de Gemeente, die daarop op 3 april 2017 antwoordde:
Hierbij mijn reactie op uw melding (..) Een scheur in een muur veroorzaakt door boomwortels. U kunt zonder overleg of toezicht van de gemeente boomwortels weghalen tot maximaal 4 cm dik. Dit is in uw geval geen oplossing voor schade aan de muur, gezien de opdrukkende werking schat ik dat de wortel dikker is dan 4 cm. Als eigenaar van het perceel bent u wettelijk gezien, volgens art 5:44, gerechtigd om doorschietende wortels op uw erf te verwijderen. Gezien het bovenstaande recht had de situatie dus voorkomen kunnen worden. Indien men niet van dit recht gebruik maakt, blijft de schade die daar mogelijk het gevolg van is, voor eigen rekening.
Door het op dit moment kappen van dikkere wortels wordt de boom dusdanig beschadigd dat er instabiliteit kan optreden. Daarnaast zorgt schade aan de wortels ook voor de productie van dood hout in de kroon en beperkt het de levensduur van de boom.
Dat er in de loop der jaren schade is ontstaan aan uw muur is heel vervelend. Vaak worden dit soort zaken wel gedekt binnen uw opstalverzekering.
2.5
Op basis van een offerte van Aydin Klussen Bedrijf van 23 april 2017 heeft [naam eiser] herstelwerkzaamheden laten uitvoeren. De offerte vermeldt:
Werkzaamheden n.a.v. wortels die de kelder binnengroeien
- Voorkant van het huis tot de fundering uitgraven
- Bitumen tegen de fundering
- Het verwijderen van de vloere (ingang van het huis)
- Binnenkant kelder afwerken
- Vloer opnieuw storten (ingang van het huis)
- Deur opening maken bij de muur van de kelder
Materiaal + arbeidsuren € 7.500,00
BTW 21,00% € 1.575,00
TOTAAL € 9.075,00
2.6
Bij brief van 16 juni 2017 heeft de gemachtigde van [naam eiser] de Gemeente verzocht aansprakelijkheid te erkennen voor de onder 2.5 genoemde herstelkosten. De Gemeente is daar niet op ingegaan.

3.Het geschil en de vordering

3.1
Volgens [naam eiser] is de Gemeente aansprakelijk voor de genoemde herstelkosten wegens “onrechtmatige hinder in de vorm van doorschietende wortels”(art. 5:37 BW). Daarnaast rust er volgens [naam eiser] op de Gemeente een zorgplicht voor de boom. Het binnendringen van de wortels bewerkstelligt een inbreuk door de Gemeente op de eigendom van [naam eiser] . De gemeente heeft onrechtmatig gehandeld door niet het vereiste onderhoud te verrichten. Had de Gemeente periodiek controles uitgevoerd op haar eigen terrein, dan had zij geweten dat de wortels ver waren doorgegroeid. Het is de Gemeente dan ook toe te rekenen dat zij heeft nagelaten de wortels te controleren, aldus [naam eiser] . Het door de fundering dringen van de wortels heeft gezorgd voor schade aan de woning, te weten een scheur in de
muur. Gelet hierop was het noodzakelijk bitumen tegen de fundering aan te brengen ter voorkoming van verdere schade, aldus nog steeds [naam eiser] .
3.2
Op grond van het bovenstaande vordert [naam eiser] de veroordeling van de Gemeente tot betaling aan [naam eiser] van € 9.075,-, althans een door de kantonrechter te bepalen bedrag, alsmede de veroordeling van [naam eiser] in de proceskosten met rente daarover en in de nakosten.
3.3
De Gemeente voert gemotiveerd verweer, waarop zo nodig hierna zal worden ingegaan.

4.De beoordeling

4.1
[naam eiser] heeft in zijn akte een foto overgelegd van de binnengedrongen wortel(s) in zijn kelder. Die binnendringing staat daarmee wel vast.
4.2
[naam eiser] heeft gesteld dat zijn woning door de wortelingroei is beschadigd. Hij stelt niet dat hij hinder ondervindt van de wortels. Daarom moet de eventuele aansprakelijkheid van de Gemeente niet beoordeeld worden volgens de hindercriteria die sinds 1914 in de jurisprudentie van Hoge Raad zijn geformuleerd.
4.3
Wat wel van belang is is hoe de Gemeente de risico’s van eventuele wortelingroei had moeten inschatten en of van haar gevergd kon worden dat zij daartegen maatregelen nam. De Gemeente heeft in deze procedure het standpunt ingenomen dat zij, gelet op de omvang van de kroon van de boom, niet hoefde te controleren of daarvan mogelijk wortels in de woning van [naam eiser] zouden binnendringen. De kantonrechter volgt haar in die opvatting. Uit de door haar in akte overgelegde foto’s uit de afgelopen jaren blijkt niet van een kroon die tot de gevel reikt. Gegeven het door beide partijen ingenomen standpunt dat de wortelbreedte ongeveer de omvang van de kroon heeft, hoefde daarom geen preventieve actie van de Gemeente te worden verwacht. Zij heeft dus aan haar zorgplicht voldaan.
4.4
Iets anders is dat de Gemeente vanaf (in ieder geval) begin april 2017 op de hoogte was van de wortelingroei. Mede gelet op HR 7 mei 1982, NJ 1983, 478 en HR 4 november 1988, NJ 1989, 854 was zij daarom vanaf dat moment gehouden om aan die inbreuk een einde te maken. Door dat niet te doen handelde zij onrechtmatig jegens [naam eiser] . De schade die [naam eiser] lijdt doordat hij zelf de wortels heeft moeten laten verwijderen komt daarom voor vergoeding in aanmerking. Hetzelfde geldt voor de redelijke kosten ter voorkoming of beperking van schade die als gevolg van de gebeurtenis waarop de aansprakelijkheid berust, mocht worden verwacht. Gesteld noch gebleken is dat het aanbrengen van een bitumen laag daartoe niet geëigend zou zijn. De kantonrechter begroot die schade, mede gelet op de offerte van 23 april 2017, schattenderwijs op € 2.000,-.
4.5
Aan de onder 4.4 geformuleerde aansprakelijkheid doet niet af dat [naam eiser] op grond van artikel 5:44 BW gerechtigd is de op zijn erf doorschietende wortels weg te hakken.
4.6
De kantonrechter acht termen aanwezig om de proceskosten tussen partijen te compenseren.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1
veroordeelt de Gemeente tot betaling van een schadevergoeding van € 2.000,- aan [naam eiser] ;
5.2
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.3
wijst af het meer of anders gevorderde;
5.4
compenseert de kosten tussen partijen aldus dat ieder de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. R.J.J. van Acht en uitgesproken in het openbaar op