Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs
3.De beslissing
spreekt verdachte vrijvan de onder 1 primair en subsidiair en onder 2 primair en subsidiair ten laste gelegde feiten.
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 23 december 2019 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van hennepteelt en diefstal van elektriciteit. De verdachte, geboren in 1958 en eigenaresse van een Bed and Breakfast, werd ervan beschuldigd dat zij samen met anderen hennep had geteeld en elektriciteit had gestolen in de periode van 17 november 2015 tot 13 april 2016 in Zaltbommel. De officier van justitie stelde dat de verdachte op de hoogte was van de hennepkwekerijen die in de schuren van haar Bed and Breakfast waren aangetroffen, en eiste een taakstraf en een voorwaardelijke gevangenisstraf.
De verdediging pleitte echter voor vrijspraak, stellende dat er onvoldoende bewijs was voor de betrokkenheid van de verdachte bij de hennepteelt en de diefstal van elektriciteit. De rechtbank heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de verdachte niet wist of moest weten dat haar Bed and Breakfast werd gebruikt voor het kweken en drogen van hennep. De rechtbank oordeelde dat er geen bewijs was dat de verdachte betrokken was bij de diefstal van elektriciteit en sprak haar vrij van alle ten laste gelegde feiten. De uitspraak benadrukt het belang van bewijs en de rol van de verdachte in de feiten die haar werden verweten.