ECLI:NL:RBGEL:2019:5940
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vernietiging besluit op bezwaar inzake subsidie beschermd wonen
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 19 december 2019 uitspraak gedaan in een geschil over de subsidieverlening voor beschermd wonen. De eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. C.M. Hermesdorf, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente [woonplaats], waarin de subsidie voor beschermd wonen over 2016 was vastgesteld op € 1.450.672 en een bedrag van € 499.358 werd teruggevorderd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiseres in 2016 33 plaatsen voor beschermd wonen beschikbaar had, maar dat het college ten onrechte had gesteld dat de activiteiten waarvoor subsidie was verleend niet of niet geheel hadden plaatsgevonden. De rechtbank oordeelde dat de beschikking tot subsidieverlening geen aanknopingspunten bood voor het standpunt van het college en dat de eiseres recht had op de volledige subsidie. De rechtbank heeft het besluit op bezwaar van 3 juli 2018 vernietigd en het college opgedragen binnen vier weken een nieuw besluit te nemen. Tevens is het college veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van de eiseres, die zijn vastgesteld op € 1.024, en het griffierecht van € 338.