Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
- telkens waren de slachtoffers van een zelfde leeftijd, namelijk rond de 14 jaar oud;
- telkens was er sprake van drugsgebruik voorafgaand aan de seksuele handelingen.
- telkens is er sprake van dezelfde ontuchtige handelingen.
3.Bewezenverklaring
(op meerdere tijdstippen
)in
of omstreeksde periode van 1 januari 2018 tot en met 6 april 2018 te Nunspeet en/of te Putten en/of te Ermelo,
in ieder geval in Nederland,met [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum 2] , die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, bestaande uit het seksueel
of omstreeks25 oktober 2017 te Ermelo,
in ieder geval in Nederland,met [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 3] , die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, bestaande uit het seksueel binnendringen van haar lichaam, door geslachtsgemeenschap met haar te hebben;
(op meerdere tijdstippen
)in
of omstreeksde periode van 28 april 2013 tot 28 april 2015 te Ermelo en/of Harderwijk,
in ieder geval in Nederland,met [slachtoffer 3] , geboren op [geboortedatum 4] , die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, één of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, bestaande uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 3] , door zijn penis in haar mond te brengen en geslachtsgemeenschap met haar te hebben.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
30 (dertig) maanden;
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] :
schadevergoedingaan de
benadeelde partij [slachtoffer 1], van een bedrag van
€ 7.500,00(zevenduizend vijfhonderd euro) voor de immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 april 2018 tot aan de dag der algehele voldoening en een bedrag van
€ 976,35(negenhonderdzesenzeventig euro en vijfendertig cent) voor de materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 16 oktober 2019 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
benadeelde partij [slachtoffer 1] voor het overige niet-ontvankelijkin haar vordering;
verplichtingop
om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 1] , een bedrag
te betalen van € 7.500,00(zevenduizend vijfhonderd euro) voor de immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 april 2018 tot aan de dag der algehele voldoening en een bedrag
te betalenvan
€ 976,35(negenhonderdzesenzeventig euro en vijfendertig cent) voor de materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 16 oktober 2019 tot aan de dag der algehele voldoening, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 77 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] :
schadevergoedingaan de
benadeelde partij [slachtoffer 2], van een bedrag van
€ 3.000,00(drieduizend euro) voor de immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 oktober 2017 tot aan de dag der algehele voldoening en een bedrag van
€ 191,88(honderdeenennegentig euro en achtentachtig cent) voor de materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 16 oktober 2019 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
benadeelde partij [slachtoffer 2] voor het overige niet-ontvankelijkin haar vordering;
verplichtingop
om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 2] , een bedrag
te betalen van € 3.000,00(drieduizend euro) voor de immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 oktober 2017 tot aan de dag der algehele voldoening en een bedrag
te betalenvan
€ 191,88(honderdeenennegentig euro en achtentachtig cent) voor de materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 16 oktober 2019 tot aan de dag der algehele voldoening , met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 41 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3] :
schadevergoedingaan de
benadeelde partij [slachtoffer 3], van een bedrag van
€ 10.000(tienduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 april 2015 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
benadeelde partij [slachtoffer 3] voor het overige niet-ontvankelijkin haar vordering;
verplichtingop
om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 3] , een bedrag
te betalen van € 10.000(tienduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 april 2015 tot aan de dag der algehele voldoening, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 85 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;