Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
een kantoorruimte en/of computers en/of potjes en/of een whiteboard en/of een deel van de inventaris van die kantoorruimte in gebouw De Lantaarn, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan Iriszorg en/of Pro Persona toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
3.Bewezenverklaring
of omstreeks2 april 2019 te Wolfheze in de gemeente Renkum opzettelijk brand heeft gesticht in een kamer (0.78) van een gebouw van Pro Persona/Iriszorg gelegen aan de Wolfheze 2, immers heeft verdachte toen en daar opzettelijk papier en/of karton op
/bijzijn bed aangestoken,
althans een brandversnellend middel, aangebracht aan/op dat bed althans dat brandversnellende middel, aangestoken, in elk geval opzettelijk (open) vuur in aanraking gebracht met (een) brandbare stof(fen),ten gevolge waarvan zijn
kamer en/ofbed
en/of gordijnenen/of dekens
en/of de inventarisgeheel of gedeeltelijk is/zijn verbrand,
in elk geval brand is ontstaan,terwijl daarvan gemeen gevaar voor die kamer
en/of een naastgelegen kamers en/of het gebouw, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, en
/of levensgevaar en/ofgevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor
de bewoners en/ofhet personeel van dat gebouw,
in elk geval levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen,te duchten was;
of omstreeks2 april 2019 te Wolfheze, gemeente Renkum opzettelijk en wederrechtelijk
een kantoorruimte en/ofcomputers en
/ofpotjes en
/ofeen whiteboard en/of een deel van de inventaris van de kantoorruimte in gebouw De Lantaarn,
in elk geval enig goed,die geheel of ten dele aan een ander, te weten aan Iriszorg en/of Pro Persona toebehoorden, heeft vernield,
beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
Van der Weegen meent dat verdachte gebaat is bij een behandeling waar hij leert omgaan met zijn verstandelijke beperking en zijn stoornis in alcoholgebruik en waar hij leert zijn copingsvaardigheden en emotieregulatievaardigheden te vergroten. De behandeling kan gedaan worden in een instelling met expertise op het gebied van mensen met een verstandelijke beperking en forensische problematiek, zoals FPA De Boog. Vanuit deze kliniek kan vervolgens geleidelijk aan toegewerkt worden naar een vorm van zelfstandig wonen met begeleiding van een FACT-team. Van der Weegen meent dat begeleid wonen, in een rustige omgeving mogelijk een goede optie is.
- een meldplicht;
- een alcoholverbod;
- opname in een zorginstelling;
- een ambulante behandeling;
- begeleid wonen of maatschappelijke opvang.
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
100 (honderd) dagen;
- bepaalt, dat een gedeelte van de gevangenisstraf groot 62 (tweeënzestig) dagen
- stelt als algemene voorwaarde dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet zal schuldig maken aan een strafbaar feit;
- stelt als bijzondere voorwaarden dat de veroordeelde:
- beveelt dat de op grond van artikel 14c gestelde voorwaarden en het op grond van artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, uit te oefenen toezicht,
- beveelt dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
heft ophet - geschorste - bevel tot
voorlopige hechtenis.