2.15.In opdracht van Achmea heeft prof. dr. A.B. van Vugt, traumachirurg, het rapport van dr. van Mourik bestudeerd en van commentaar voorzien. Daarbij heeft Achmea expliciet gevraagd of er zwaarwegende bezwaren kunnen worden geuit tegen de inhoud en de kwaliteit van de rapportage van dr. van Mourik. Prof. van Vugt heeft op
3 februari 2019 een rapport opgesteld. Hieruit wordt geciteerd:
“ Beoordeling beschikbare stukken
I) Toestand voor het ongeval/ de behandeling/algemene anamnese
(…)
Incomplete inventarisatie in de expertise
(…)
IX) Beschouwing:
(…) Er is geen goede 0-meting van klachten en beperkingen ten tijde van het ongeval. Noch in de anamnese, noch de beschikbare medische gegevens geven hier voldoende inzicht in. (…)
X) Conclusie:
Persisterende klachten en belemmeringen na polsletsel rechts.
Een duidelijke uitspraak over de causale relatie en eventuele verwachting van problemen zonder dat het ongeval zou zijn opgetreden kan op basis van de beschikbare gegevens niet gedaan worden.
Specifiek antwoordend op de door u gestelde vragen:
(…)
De rapportage van collega van Mourik is slechts ten dele conform het format van de NVMSR verricht. Er ontbreekt een inventarisatie van de situatie zoals deze was voor het ongeval met de rechter pols. (…)
Hier had in de voorgeschiedenis een nauwgezette 0-meting dienen te worden weergegeven van klachten en belemmeringen, met name gericht op de rechter pols. (…)
In de Anamnese is er wel in de bewoording van betrokkene een inventarisatie gemaakt, zich uiteindelijk concentrerend op de huidige klachten en belemmeringen. Ook hier was het inzichtelijker geweest op de belemmeringen op het gebied van de hierboven genoemde aspecten:
- Sociaal
-ADL
-Hobbies/sport
-Werk
(…)
Lichamelijk onderzoek is aangaande de status localis wel uitgevoerd, maar had beter gedocumenteerd moeten worden. Met name beweeglijkheid van de pols, fijne motoriek/coördinatie van de rechter hand en beweeglijkheid van de vingers dig 1-5 hadden nauwkeurig beschreven moeten worden. Knijpkracht is evenmin bepaald. Is ook
in de 6e versie AMA geen item meer, maar geeft wel een nauwkeurige indruk over het gebruik van de rechterhand. Wel is in detail gekeken naar verschijnselen passend bij een CRPS.
Beschikbare medische gegevens zijn wel gezien, maar niet op relevante punten adequaat omschreven. Soms is er een subjectieve weergave / interpretatie van de gegevens naar voren gebracht.
Huisarts journaal m.n. gerelateerd aan de voorgeschiedenis is onvoldoende op zijn waarde ingeschat en niet gespecificeerd, ook niet na het commentaar van Dr. [naam medisch adviseur Achmea] in het kader van hoor- en wederhoor.
(…)
De conclusie/beschouwing rammelt dus omdat de systematiek niet juist is toegepast.
In het kader van hoor- en wederhoor is door collega [naam medisch adviseur Achmea] gewezen op de discrepantie tussen anamnese bij betrokkene zelf (m.b.t. de voorgeschiedenis) en wat er uit de medische gegevens hierover bekend was. Hier is door van Mourik over heen gewalst, mijns inziens omdat hij deze discrepantie geheel niet geconstateerd heeft, en dat weer omdat hij in de anamnese de voorgeschiedenis (0-meting) geheel achterwege heeft gelaten.
Wilt u ook aangeven of er voldoende medische informatie voorhanden is om de geuite bezwaren tegen het rapport van Mourik te kunnen handhaven.
De beschikbare medische gegevens zijn zeer incompleet.
Voor de voorgeschiedenis is het essentieel vanaf het moment van zeker 2006 alle gegevens boven water te krijgen (…)
Kortom er ontbreekt nogal het een en ander in het medisch dossier, zowel qua gegevens voor het ongeval, als in de postoperatieve follow-up. Röntgendossier moet compleet aangeleverd worden uit Tiel, SMK en CWZ.
(…)
Het is mijn inziens absoluut noodzakelijk een hernieuwde expertise te verrichten, waarbij bovengenoemde gegevens de zaak moeten completteren. Het lijkt me dat een dergelijke expertise alleen zinvol is als beide partijen hiermee instemmen.”