ECLI:NL:RBGEL:2019:2778

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
18 juni 2019
Publicatiedatum
24 juni 2019
Zaaknummer
05/880950-18, 05/740258-18 en 05/740593-17
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Mensenhandel, verkrachting en andere strafbare feiten met meerdere slachtoffers in Zutphen

Op 18 juni 2019 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een complexe strafzaak waarbij de verdachte, een 27-jarige man, werd beschuldigd van ernstige strafbare feiten, waaronder mensenhandel, verkrachting, mishandeling, diefstal en computervredebreuk. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte meerdere vrouwen, waaronder minderjarigen, heeft gedwongen tot prostitutie. De slachtoffers bevonden zich in kwetsbare posities, vaak door psychische problemen of financiële nood. De verdachte maakte misbruik van hun situatie door hen te manipuleren en te bedreigen, waardoor zij geen andere keuze hadden dan te voldoen aan zijn eisen. De rechtbank heeft de verklaringen van de slachtoffers en getuigen als overtuigend beschouwd en heeft vastgesteld dat de verdachte gebruik heeft gemaakt van dwangmiddelen en misleiding om zijn slachtoffers in de prostitutie te houden. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 65 maanden, met de mogelijkheid van terbeschikkingstelling en dwangverpleging, gezien de ernst van de feiten en het hoge recidiverisico. Daarnaast zijn er schadevergoedingen toegewezen aan de slachtoffers voor de geleden immateriële en materiële schade.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer : 05/880950-18, 05/740258-18 en 05/740593-17
Datum uitspraak : 18 juni 2019
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum 1] 1992 in [geboorteplaats] , wonende aan de [adres 1] , [woonplaats]
op dit moment gedetineerd te HvB Ooyerhoekseweg - Zutphen
raadsman: mr. M.H. Hogeman, advocaat te Zutphen.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 15 oktober 2018, 5 december 2018, 19 februari 2019, 23 april 2019, 28 mei 2019 en 11 juni 2019.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Parketnummer 05/880950-18
Aan verdachte is, na een door de rechtbank toegewezen vordering nadere omschrijving tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1. Seksuele uitbuiting (en voordeel trekken daaruit) [slachtoffer 1]
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 23 februari 2018 t/m 5 april 2018 te Zutphen, althans in Nederland, een ander, te weten [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum 2] ,
(telkens) door dwang en/of door dreiging met geweld of een andere feitelijkheid, door misleiding en/of door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van een kwetsbare positie (sub 1, 4, 6 en 9),
(sub 1)
heeft geworven en/of vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen, (telkens) met het oogmerk van (seksuele) uitbuiting van die [slachtoffer 1]
en/of
(sub 4)
(telkens) die [slachtoffer 1] heeft gedwongen of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of diensten (bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling)
dan wel (telkens) enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [slachtoffer 1] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die arbeid of diensten (bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling)
en/of
(sub 6)
(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de (seksuele) uitbuiting van die [slachtoffer 1]
en/of
(sub 9)
(telkens) die [slachtoffer 1] heeft gedwongen dan wel bewogen hem te bevoordelen uit de opbrengst van haar seksuele handelingen met of voor een derde,
immers heeft verdachte
- misbruik gemaakt van de kwetsbare positie van die [slachtoffer 1] door haar psychische gesteldheid en/of financiële problemen en/of
- onder valse voorwendselen seksueel/erotisch getinte foto's gemaakt van die [slachtoffer 1] en/of
- ( vervolgens) die seksueel/erotisch getinte foto's geplaatst op sekssite(s) en/of
- ( vervolgens) die [slachtoffer 1] opgedragen, althans op haar ingepraat, om zichzelf te prostitueren en/of
- ( vervolgens) die [slachtoffer 1] in de prostitutie gehouden en/of
- het door die [slachtoffer 1] in de prostitutie verdiende geld gedeeltelijk aan hem laten afdragen welk geld hij, verdachte heeft aangewend voor eigen gewin en/of afdrachten in natura (seks) afgedwongen en/of
-die [slachtoffer 1] haar huissleutel af laten staan waardoor verdachte het huis van [slachtoffer 1] , gelegen aan de [adres 2] in [plaats] , (ook) kon gebruiken als prostitutielocatie voor een of meer andere meisjes
waarbij verdachte
-die [slachtoffer 1] heeft opgedragen eerst seks te hebben met verdachte zodat hij haar kon uitproberen voor de klanten (zij zou hier 600 euro voor krijgen) en/of
-die [slachtoffer 1] heeft opgedragen een werknaam te nemen ( [naam 1] en/of [naam 2] ) en/of
-een of meer seksadvertentie(s) voor die [slachtoffer 1] heeft gemaakt en/of (telkens) heeft beheerd en/of
-de klantentelefoon van die [slachtoffer 1] heeft beheerd en/of (telkens) heeft bepaald welke klanten, hoeveel klanten die [slachtoffer 1] moest afwerken en/of wanneer en welke seksuele handelingen die [slachtoffer 1] moest verrichten en/of heeft bepaald of de seks beschermd of onbeschermd was en/of
- die [slachtoffer 1] (telkens) heeft geïnstrueerd wanneer zij klaar moest staat voor prostitutiewerk,
terwijl hij die [slachtoffer 1] onder zijn invloedssfeer heeft gebracht/gehouden doordat hij, verdachte,
- zich heeft voorgedaan als vriend die haar zou helpen met het zoeken naar werk, rust en een stabiel leven en/of
- die [slachtoffer 1] heeft opgedragen dat zij klanten moet ontvangen, anders zouden de klanten een klacht indienen en zou zij een boete opgelegd krijgen van de sekssite(s) en/of
-die [slachtoffer 1] heeft voorgehouden dat hij, verdachte, geld moet afdragen aan de sekssite(s) en/of
-die [slachtoffer 1] heeft voorgelogen over een compagnon/partner, ene [naam 3] , die zorgde voor de beveiliging van die [slachtoffer 1] en/of
-die [slachtoffer 1] heeft voorgehouden dat hij, verdachte onkosten maakt zodat zij haar werkzaamheden kon verrichten en/of
- door zijn fysieke aanwezigheid en/of het telkens zoeken van (telefonisch) contact, controle over die [slachtoffer 1] heeft uitgeoefend en/of
- heeft gedreigd aan anderen (ouders, Belastingdienst, kinderbescherming) te vertellen dat die [slachtoffer 1] als prostituee werkzaam was en/of
-dreigend tegen die [slachtoffer 1] heeft gezegd dat voornoemde [naam 3] haar kapot zou maken als zij niet doorging in de prostitutie en/of
-tegen die [slachtoffer 1] heeft gezegd "Dat zij moest oppassen. Hij wist haar familie en haar zoon te vinden. Er zou iemand tegenover haar wonen die haar in de gaten hield. Zij moest haar bek houden en niet naar de politie gaan" en/of "dat zij opgenomen moest worden en dat zij psycho was" en/of "Denk je dat de politie jou gaat geloven, want ze zien ook dat jij bent opgesloten voor het psychische. Wie denk je dat ze gaan geloven", althans woorden van dergelijke dreigende aard of strekking,
door welke feiten en omstandigheden voor die [slachtoffer 1] een afhankelijkheidssituatie is ontstaan waaraan zij zich niet heeft kunnen onttrekken en/of ten gevolge waarvan zij geen weerstand heeft kunnen bieden aan verdachte,
(lid 3 sub 2)
terwijl die [slachtoffer 1] een kwetsbare persoon in een kwetsbare positie betreft, omdat zij herstellende was van een zware depressie en haar relatie net beëindigd was, waardoor zij geen, althans minder, zelfrespect (meer) had en zich in een sociaal isolement bevond;
art 273f lid 1 ahf/sub 1, 4, 6 en 9 Wetboek van Strafrecht
art 273f lid 3 sub 2 Wetboek van Strafrecht
2. Seksuele uitbuiting (en voordeel trekken daaruit) [slachtoffer 2]
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 27 februari 2018 t/m 14 mei 2018 te Zutphen en/of te Arnhem, althans in Nederland, een ander, te weten [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 3] ,
(telkens) door dwang en/of door dreiging met geweld of een andere feitelijkheid, door misleiding en/of door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van een kwetsbare positie (sub 1, 4, 6 en 9),
(sub 1)
heeft geworven en/of vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen, (telkens) met het oogmerk van (seksuele) uitbuiting van die [slachtoffer 2]
en/of
(sub 4)
(telkens) die [slachtoffer 2] heeft gedwongen of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of diensten (bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling)
dan wel (telkens) enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [slachtoffer 2] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die arbeid of diensten (bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling)
en/of
(sub 6)
(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de (seksuele) uitbuiting van die [slachtoffer 2]
en/of
(sub 9)
(telkens) die [slachtoffer 2] heeft gedwongen dan wel bewogen hem te bevoordelen uit de opbrengst van haar seksuele handelingen met of voor een derde,
immers heeft verdachte
- misbruik gemaakt van de kwetsbare positie van die [slachtoffer 2] door haar psychische gesteldheid en/of financiële problemen (waaronder geldnood voor een zeilkamp) en/of
- ( vervolgens) die [slachtoffer 2] opgedragen, althans op haar ingepraat, om zichzelf te prostitueren en/of
- ( vervolgens) die [slachtoffer 2] in de prostitutie gehouden en/of
- een prostitutielocatie ( [adres 2] in Zutphen) voor die [slachtoffer 2] geregeld en/of
- een of meermalen een hotelkamer geboekt voor de ontvangst van klanten voor die [slachtoffer 2] en/of
- het door die [slachtoffer 2] in de prostitutie verdiende geld (gedeeltelijk) aan hem laten afdragen welk geld hij, verdachte heeft aangewend voor eigen gewin en/of afdrachten in natura (seks) afgedwongen
waarbij verdachte
-die [slachtoffer 2] heeft opgedragen seks met hem, verdachte, te hebben, zodat hij haar kon uitproberen voor de klanten (zij zou hier 6000 euro voor krijgen) en/of
-die [slachtoffer 2] heeft opgedragen een werknaam te nemen ( [naam 4] en/of [naam 5] ) en/of
-seksueel/erotisch getinte foto's heeft gemaakt van die [slachtoffer 2] (althans laten maken)voor seksadvertentie(s) en/of
-een of meer seksadvertentie(s) voor die [slachtoffer 2] heeft gemaakt en/of (telkens) heeft beheerd en/of
-de klantentelefoon van die [slachtoffer 2] heeft beheerd en/of (telkens) bepaald welke klanten, hoeveel klanten die [slachtoffer 2] moest afwerken en/of wanneer en welke seksuele handelingen die [slachtoffer 2] moest verrichten en/of heeft bepaald of de seks beschermd of onbeschermd was en/of
- die [slachtoffer 2] (telkens) heeft geïnstrueerd wanneer zij klaar moest staat voor prostitutiewerk
terwijl verdachte die [slachtoffer 2] onder zijn invloedssfeer heeft gebracht/gehouden doordat hij, verdachte,
- op een facebook oproep van die [slachtoffer 2] heeft gereageerd waarin zij sponsoren zocht voor haar zeilkamp waarbij hij die [slachtoffer 2] heeft voorgehouden dat hij geld voor haar kon regelen en/of
- die [slachtoffer 2] heeft voorgehouden dat zij 6.000 euro kon verdienen waardoor zij in een keer van haar schulden af zou zijn door met hem, verdachte, en/of andere man(nen) seks te hebben tegen betaling en/of
- die [slachtoffer 2] heeft voorgelogen over een compagnon/partner, ene [naam 3] , die (onder meer) zorgde voor de beveiliging van die [slachtoffer 2] en/of
- via tussenkomst van deze [naam 3] die [slachtoffer 2] heeft bedreigd/geïntimideerd en/of belet te stoppen met haar prostitutiewerkzaamheden en/of belet naar de politie te stappen en/of
- die [slachtoffer 2] heeft voorgehouden dat hij, verdachte onkosten maakt zodat zij haar werkzaamheden kon verrichten en/of
- die [slachtoffer 2] heeft opgedragen dat zij klanten moet ontvangen, anders zouden de klanten een klacht indienen en zou zij een boete opgelegd krijgen van de sekssite(s) en/of
- door zijn fysieke aanwezigheid en/of het telkens zoeken van (telefonisch) contact, controle over die [slachtoffer 2] heeft uitgeoefend en/of
- heeft gedreigd aan anderen (familie, Belastingdienst) te vertellen dat die [slachtoffer 2] als prostituee werkzaam was en/of
- tegen die [slachtoffer 2] heeft gezegd dat zij 700 euro moest betalen voor haar account op een sekssite omdat zij deze had overgenomen van een ander meisje die hiervoor zwijggeld wilde hebben en/of
- tegen die [slachtoffer 2] heeft gezegd dat als [slachtoffer 2] die 700 euro niet zou betalen dat meisje de belastingdienst zou inlichten en/of
door welke feiten en omstandigheden voor die [slachtoffer 2] een afhankelijkheidssituatie is ontstaan waaraan zij zich niet heeft kunnen onttrekken en/of ten gevolge waarvan zij geen weerstand heeft kunnen bieden aan verdachte;
(lid 3 sub 2)
terwijl die [slachtoffer 2] een kwetsbare persoon in een kwetsbare positie betreft, omdat zij niet kon terugvallen op familie en/of schulden had en/of als captain van een zeilteam zich verantwoordelijk voelde voor de financiering van het zeilkamp, geen zelfrespect (meer) had en zich in een sociaal isolement bevond;
art 273f lid 1 ahf/sub 1, 4, 6 en 9 Wetboek van Strafrecht
art 273f lid 3 sub 2 Wetboek van Strafrecht
3. Seksuele uitbuiting (en voordeel trekken daaruit) minderjarige [slachtoffer 3] hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks maart 2018, te Zutphen, althans in Nederland, een ander, te weten [slachtoffer 3] (geboren op [geboortedatum 4] )
(sub 2)
heeft geworven en/of vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen, (telkens) met het oogmerk van seksuele uitbuiting van die [slachtoffer 3] , terwijl die [slachtoffer 3] de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt,
en/of
(sub 5)
ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling
dan wel ten aanzien van die [slachtoffer 3] enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist en/of moest vermoeden dat die [slachtoffer 3] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handelingen, terwijl die [slachtoffer 3] de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
(sub 8)
opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de seksuele handelingen van [slachtoffer 3] met of voor een derde tegen betaling, terwijl die [slachtoffer 3] de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt,
immers heeft verdachte
- contact gelegd met die [slachtoffer 3] en/of gevraagd of zij in de prostitutie wilde werken en/of
- aan die [slachtoffer 3] verteld wat prostitutiewerk inhield en/of
- een of meermalen aan die [slachtoffer 3] gevraagd of zij tegen betaling seks met hem wilde hebben en/of
- die [slachtoffer 3] veelvuldig benaderd voor de prostitutie door haar constant te bellen en/of te WhatsAppen en/of
- tegen die [slachtoffer 3] gezegd dat hij klanten voor haar had en dat zij geld kon verdienen en/of
- een prostitutielocatie ( [adres 2] in Zutphen) voor die [slachtoffer 3] geregeld en/of
- die [slachtoffer 3] bewogen om onveilige (test)seks met hem, verdachte, te hebben en/of te dulden en/of haar daarna direct te confronteren met een klant voor betaalde seks en/of
- tegen die [slachtoffer 3] gezegd dat zij seks moest hebben met die klant omdat zij anders een boete opgelegd zou krijgen door de sekssite en/of
- bepaald welke seksuele handelingen die [slachtoffer 3] moest verrichten bij die klant en/of welke prijs de klant moest betalen en/of
- seksueel/erotisch getinte foto's gemaakt van die [slachtoffer 3] voor een seksadvertentie en/of
- uitleg en/of instructie gegeven aan die [slachtoffer 3] over de (aard van de) door die [slachtoffer 3] te verrichten prostitutiewerkzaamheden en/of het onderhouden van contacten met en/of het maken van afspraken met (potentiële) (prostitutie)klant(en) en/of de daarvoor te vragen bedragen en/of
- het door die [slachtoffer 3] in de prostitutie verdiende geld (gedeeltelijk) aan hem laten afdragen welk geld hij, verdachte heeft aangewend voor eigen gewin en/of afdrachten in natura (seks) afgedwongen.
art 273f lid 1 ahf/sub 2, 5 en 8 Wetboek van Strafrecht
4. Seksuele uitbuiting (en voordeel trekken daaruit) [slachtoffer 4]
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 mei 2016 t/m 8 augustus 2016 te Zutphen en/of te Lochem en/of te Goor en/of te Deventer en/of te Leesten, althans in Nederland,
een ander, genaamd [slachtoffer 4] , geboren op [geboortedatum 5] ,
(telkens) door dwang, geweld en/of door dreiging met geweld of een andere feitelijkheid, door misleiding en/of door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van een kwetsbare positie (sub 1, 4, 6 en 9),
(sub 1)
heeft geworven en/of vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen,
(telkens) met het oogmerk van (seksuele) uitbuiting van die [slachtoffer 4]
en/of
(sub 4)
(telkens) die [slachtoffer 4] heeft gedwongen of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of diensten (bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling)
dan wel (telkens) enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [slachtoffer 4] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die arbeid of diensten (bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling)
en/of
(sub 6)
(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de (seksuele) uitbuiting van die [slachtoffer 4]
en/of
(sub 9)
(telkens) die [slachtoffer 4] heeft gedwongen dan wel bewogen hem te bevoordelen uit de opbrengst van haar seksuele handelingen met of voor een derde,
immers heeft verdachte
- misbruik gemaakt van de kwetsbare positie van die [slachtoffer 4] door haar psychosociale problemen en/of door haar afhankelijk van hem te maken door haar te isoleren door haar uit haar veilige beschermende omgeving te halen en/of
- die [slachtoffer 4] in zijn woning laten verblijven (huisvesten) en/of
- die [slachtoffer 4] overgehaald en/of bewogen in de prostitutie te gaan werken en/of in de prostitutie gehouden
-die [slachtoffer 4] mishandeld (onder andere door haar tegen de muur te slaan en/of aan/bij haar nek te grijpen) toen zij zei dat zij niet (langer) in de prostitutie wilde werken en/of
- die [slachtoffer 4] opgedragen, althans verzocht, om seksueel/erotisch getinte foto’s en/of filmpjes van zichzelf te maken waardoor bij die [slachtoffer 4] de vrees ontstond dat (een) ander(en) kennis van die foto's zouden kunnen krijgen en/of
- ( vervolgens) die seksueel/erotisch getinte foto's geplaatst op sekssite(s) en/of
- uitleg en/of instructie aan die [slachtoffer 4] gegeven over de door haar te verrichten prostitutiewerkzaamheden en/of de daarvoor te ontvangen bedragen en/of
- die [slachtoffer 4] naar het station begeleid, van waaruit zij de trein nam voor prostitutie-
werkzaamheden (escort, cardates) en/of
- zijn kamer voor prostitutiewerkzaamheden beschikbaar gesteld en/of
- het door die [slachtoffer 4] in de prostitutie verdiende geld (gedeeltelijk) aan hem laten afdragen, welk geld hij, verdachte heeft aangewend voor eigen gewin,
waarbij verdachte
-een of meer seksadvertentie(s) voor die [slachtoffer 4] heeft gemaakt en/of (telkens) heeft beheerd en/of
-de klantentelefoon van die [slachtoffer 4] heeft beheerd en/of (telkens) heeft bepaald welke klanten, hoeveel klanten die [slachtoffer 4] moest afwerken en/of wanneer en welke seksuele handelingen die [slachtoffer 4] moest verrichten en/of heeft bepaald of de seks beschermd of onbeschermd was en/of
- die [slachtoffer 4] (telkens) heeft geïnstrueerd wanneer zij klaar moest staat voor prostitutiewerk,
terwijl verdachte die [slachtoffer 4] onder zijn invloedssfeer heeft gebracht/gehouden doordat hij, verdachte,
- een (liefdes)relatie met die [slachtoffer 4] is aangaan en/of
- zich op boze en/of agressieve en/of (anderszins) dreigende en/of overheersende en/of denigrerende toon/wijze te uiten tegen die [slachtoffer 4] en/of
- die [slachtoffer 4] heeft voorgespiegeld dat zij met het door haar verdiende geld op vakantie zouden gaan en/of haar heeft voorgehouden dat het door haar verdiende (prostitutie)geld voor dat doel apart werd gezet en/of
- door zijn fysieke aanwezigheid en/of het telkens zoeken van (telefonisch) contact, controle over die [slachtoffer 4] heeft uitgeoefend en/of
- heeft gedreigd aan anderen (familie) te vertellen dat die [slachtoffer 4] als prostituee werkzaam was en/of
- heeft gedreigd met openbaarmaking van voornoemde seksueel/erotisch getinte foto’s en/of filmpjes
door welke feiten en omstandigheden voor die [slachtoffer 4] een afhankelijkheidssituatie is ontstaan waaraan zij zich niet heeft kunnen onttrekken en/of ten gevolge waarvan zij geen weerstand heeft kunnen bieden aan verdachte;
(lid 3 sub 2)
Terwijl die [slachtoffer 4] een kwetsbare persoon in een kwetsbare positie was, omdat die [slachtoffer 4] licht verstandelijk beperkt is en/of affectief en pedagogisch is verwaarloosd en vanaf haar 2e jaar uit huis is geplaatst en in internaten en/of pleeggezinnen woont. Daarbij is er sprake van chronische PTSS en ADD en kenmerken van borderline-problematiek;
art 273f lid 1 ahf/sub 1, 4, 6 en 9 Wetboek van Strafrecht
art 273f lid 3 sub 2 Wetboek van Strafrecht
Parketnummer 05/740258-18
Aan verdachte is, na een door de rechtbank toegewezen vordering aanpassing omschrijving tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
(verkrachting)
hij op of omstreeks 20 mei 2018 te Zutphen, althans in Nederland
door geweld en/of één of meer andere feitelijkheden en/of door bedreiging met geweld en/of met één of meer andere feitelijkheden,
een persoon, te weten de minderjarige [slachtoffer 5] , geboren op [geboortedatum 6] , heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen mede bestaande uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 5] , te weten
- het brengen van één of meer van zijn vingers in haar vagina en/of
- het duwen van zijn tong tegen en/of in haar mond,
en dat geweld en/of die één of meer andere feitelijkheden en/of die bedreiging met geweld en/of met één of meer andere feitelijkheden en in bestaande dat verdachte,
- die [slachtoffer 5] heeft meegetrokken naar een (afgelegen) paadje/brandgang;
- die [slachtoffer 5] heeft gedreigd haar te slaan indien ze niet met hem zou
zoenen;
- die [slachtoffer 5] stevig heeft vastgepakt;
- de broek van die [slachtoffer 5] naar beneden heeft getrokken en/of
- die [slachtoffer 5] heeft gedreigd met geweld indien zij zou huilen of schreeuwen;
- zijn hand voor de mond van die [slachtoffer 5] heeft gehouden (om haar te beletten geluid te maken) en/of
- die [slachtoffer 5] (daadwerkelijk) meermalen in/tegen haar gezicht heeft geslagen,
- zijn hand in de onderbroek van die [slachtoffer 5] heeft geduwd/gebracht en één
of meer van zijn vingers in haar vagina heeft geduwd,
terwijl verdachte (daarbij) meermalen voorbij is gegaan aan het verbale en fysieke verzet van die [slachtoffer 5] ;
(art. 242/248 lid 6 Wetboek van Strafrecht)
en/of
(poging verkrachting)
hij op of omstreeks 20 mei 2018 te Zutphen, althans in Nederland ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
door geweld en/of één of meer andere feitelijkheden en/of door bedreiging met geweld en/of met één of meer andere feitelijkheden,
een persoon, te weten de minderjarige [slachtoffer 5] , geboren op [geboortedatum 6] , te dwingen tot het ondergaan van handelingen mede bestaande uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 5] , te weten oraal en/of vaginaal en/of anaal binnendringen met zijn penis en/of vingers en/of tong
en dat geweld en/of die één of meer andere feitelijkheden en/of die bedreiging met geweld en/of met één of meer andere feitelijkheden en in bestaande dat verdachte,
- die [slachtoffer 5] heeft meegetrokken naar een (afgelegen) paadje/brandgang;
- die [slachtoffer 5] heeft gedreigd haar te slaan indien ze niet met hem zou
zoenen;
- die [slachtoffer 5] stevig heeft vastgepakt;
- de broek van die [slachtoffer 5] naar beneden heeft getrokken;
- zijn verdachtes eigen broek heeft geprobeerd open te maken;
- die [slachtoffer 5] heeft geboden op haar knieën te gaan zitten en/of te bukken;
- die [slachtoffer 5] heeft gedreigd met geweld indien zij zou huilen of schreeuwen;
- zijn hand voor de mond van die [slachtoffer 5] heeft gehouden (om haar te beletten geluid te maken) en/of
- die [slachtoffer 5] (daadwerkelijk) meermalen in/tegen haar gezicht heeft geslagen,
terwijl verdachte (daarbij) meermalen voorbij is gegaan aan het verbale en fysieke verzet van die [slachtoffer 5] ;
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
(art. 45 lid 1 jo. 242/248 lid 6 Wetboek van Strafrecht)
althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling leidt:
(aanranding)
hij op of omstreeks 20 mei 2018 te Zutphen, althans in Nederland door geweld en/of één of meer andere feitelijkheden en/of door bedreiging met geweld en/of met één of meer andere feitelijkheden,
een persoon, te weten de minderjarige [slachtoffer 5] , geboren op [geboortedatum 6] , heeft gedwongen tot het dulden van ontuchtige handelingen, te weten
- het naar beneden trekken van haar broek
- het brengen van zijn hand in haar (onder)broek;
- het betasten van haar vagina en/of
- het duwen van zijn tong tegen en/of in haar mond,
- het vastpakken van haar middel
- het sommeren op haar knieën te gaan zitten en/of te bukken;
en dat geweld en/of die één of meer andere feitelijkheden en/of die bedreiging met geweld en/of met één of meer andere feitelijkheden en in bestaande dat verdachte,
- die [slachtoffer 5] heeft meegetrokken naar een (afgelegen) paadje/brandgang;
- die [slachtoffer 5] heeft gedreigd haar te slaan indien ze niet met hem zou
zoenen;
- die [slachtoffer 5] stevig heeft vastgepakt;
- de broek van die [slachtoffer 5] naar beneden heeft getrokken;
- zijn verdachtes eigen broek heeft geprobeerd open te maken en/of
- zijn hand in de onderbroek van die [slachtoffer 5] heeft geduwd/gebracht,
terwijl verdachte (daarbij) meermalen voorbij is gegaan aan het verbale en fysieke verzet van die [slachtoffer 5] ;
(art 246/248 lid 6 Wetboek van Strafrecht)
2.
hij op of omstreeks 20 mei 2018 te Zutphen,
een persoon, te weten [slachtoffer 5] heeft mishandeld door haar meermalen in/tegen haar gezicht te slaan;
(art. 300 Wetboek van Strafrecht)
Parketnummer 05/740593-17
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 29 mei 2017 te Zutphen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een mobiele telefoon (Samsung J5), toebehorende aan [slachtoffer 6] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
2.
hij in of omstreeks de periode van 29 mei 2017 tot en met 1 juni 2017 te Zutphen, althans in Nederland, meermalen, opzettelijk en wederrechtelijk, in een (gedeelte van) een
geautomatiseerd werk, te weten een smartphone (Samsung J5) toebehorende aan [slachtoffer 6] , is binnengedrongen, door zich zonder toestemming van die [slachtoffer 6] toegang te verschaffen tot de (gedeeltelijke) inhoud van die smartphone en/of door het aannemen van een valse hoedanigheid te weten de hoedanigheid van die [slachtoffer 6] , althans het met die
smartphone versturen van berichten aan derden (valselijk) uit naam van die [slachtoffer 6] ;
3.
hij in of omstreeks 29 mei 2017 tot en met 31 mei 2017 te Zutphen, in ieder geval in Nederland, ter uitvoerring van het door verdachte voorgenomen misdrijf om een persoon, te
weten [slachtoffer 6] , geboortedatum [geboortedatum 7] , van wie verdachte
wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat deze de leeftijd van achttien jaren
nog niet had bereikt, door beloften van een goed en/of door misleiding opzettelijk te bewegen tot het plegen en/of het van verdachte dulden van ontuchtige handelingen, die [slachtoffer 6] heeft voorgehouden dat zij seksueel contact met hem, verdachte, moest hebben teneinde de haar mobiele telefoon terug te krijgen en/of (vervolgens) is verschenen op een concreet seksafspraakje dat hij, verdachte, met die [slachtoffer 6] had gemaakt, terwijl de uitvoering van dit delict niet is voltooid.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Parketnummer 05/880950-18
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt mensenhandel in de vorm van seksuele uitbuiting van [slachtoffer 1] (onder 1), [slachtoffer 2] (onder 2), [slachtoffer 3] (onder 3) en [slachtoffer 4] (onder 4). Verdachte bracht en hield hen in een positie waarin zij geen zeggenschap meer hadden over of ze het prostitutiewerk gingen doen, hoe ze dat werk wilden doen, wat ze met de verdiensten deden en wanneer zij wilden stoppen.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft met betrekking tot de ten laste gelegde seksuele uitbuiting van [slachtoffer 1] (onder 1) vrijspraak bepleit van de ten laste gelegde handelingen met betrekking tot artikel 273f Wetboek van Strafrecht eerste lid, sub 1, 4 en 6. Bij verdachte bestond geen oogmerk van uitbuiting. Daarnaast was er bij [slachtoffer 1] sprake van vrijwilligheid. Voor het ten laste gelegde onder sub 9 heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Met betrekking tot de ten laste gelegde seksuele uitbuiting van [slachtoffer 2] (onder 2) heeft de raadsman vrijspraak bepleit van het bepaalde onder sub 1, nu zij vrijwillig in de prostitutie is gaan werken. Daarnaast kan volgens raadsman niet de gehele ten laste gelegde periode bewezen worden verklaard.
Voor wat betreft de ten laste gelegde seksuele uitbuiting van [slachtoffer 3] (onder 3) heeft de raadsman vrijspraak bepleit van het bepaalde onder sub 8, nu [slachtoffer 3] geen geld aan verdachte heeft afgestaan. Voor het overige heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Voor wat betreft het ten laste gelegde ten opzichte van [slachtoffer 4] (onder 4) heeft de raadsman vrijspraak bepleit nu niet kan worden vastgesteld dat er bij verdachte sprake was van een oogmerk van uitbuiting.
Beoordeling door de rechtbank
1. [slachtoffer 1]
Aangeefster [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum 2] , heeft verklaard dat verdachte met haar in contact kwam via Facebook. Toen verdachte bij haar langskwam was ze erg aan het huilen. [2] Ze vertelde verdachte dat ze bestolen was en dat haar oom kanker had. [3] Ook was ze op zoek naar een baantje, want ze had weinig geld en een kind. [4] heeft verdachte in vertrouwen genomen als vriend, die haar wilde helpen met het zoeken naar werk, een gelukkig leven en rust. [5] Verdachte vertelde [slachtoffer 1] dat hij werk voor haar had. Hij vertelde dat een vriend van hem een kledinglijn had en dat [slachtoffer 1] een fotoshoot kon doen in die kleding. Voor ze het wist stond ze echter naakt met verdachte in de kamer. Ze had het zelfrespect naar zichzelf verloren. [6] voelde er helemaal niets bij, ze was geblokkeerd. Verdachte heeft foto’s van [slachtoffer 1] gemaakt met haar telefoon. Vervolgens moest [slachtoffer 1] met verdachte seks hebben omdat hij haar wilde testen. [7] Hij bood haar daar € 600,- voor aan, welk geld ze nooit heeft gekregen. [8] Op de dag dat ze seks had met verdachte, stond de eerste klant al voor haar deur. De eerste ontmoeting met verdachte en het seks hebben met een klant vond plaats in een tijdsbestek van een paar dagen. Verdachte heeft de naaktfoto’s van [slachtoffer 1] geplaatst op de website sexjobs.nl. [9]
Verdachte heeft [slachtoffer 1] voorbereid op het prostitutiewerk, hij vroeg wat ze absoluut wel en niet zou doen. [slachtoffer 1] wilde alleen seks hebben met condoom. [10] Van verdachte moest ze het ook zonder condoom doen, [slachtoffer 1] vond dat vies. Ze deed het toch omdat ze bang was voor zijn reactie en het meer geld opleverde. [11] moest ook seks met klanten hebben als ze menstrueerde. [slachtoffer 1] vond dat niet hygiënisch, maar volgens verdachte maakte het de klanten niet uit. [12] Ook mocht ze geen klanten weigeren. [13] Af en toe had [slachtoffer 1] het lef om tegen verdachte in te gaan. Hij werd dan boos en zei dat er bekeuringen kwamen. De klanten gaven volgens hem klachten door aan de website en bij de derde klacht kreeg ze een boete. [14] Ook moest [slachtoffer 1] 15% van haar verdiende geld afstaan aan verdachte. Verdachte zei dat dit geld voor de site was. Voor dat geld appte verdachte met de klanten. Als [slachtoffer 1] klanten in haar woning ontving dan zat verdachte in de woonkamer van haar huis. [15] vond hem opdringerig. Ze moest gelijk komen als er een klant was, hij appte haar de hele dag, ook als ze op school in de les zat. [16] heeft verdachte de sleutel van haar huis gegeven. Hij had nog een meisje gevonden, maar dat meisje had geen plek om te werken. Daarom stelde verdachte [slachtoffer 1] voor dat dat meisje in haar huis ( [adres 2] in Zutphen) zou kunnen werken als [slachtoffer 1] op school zat. [17] Toen [slachtoffer 1] erachter kwam dat verdachte het verhaal van de boetes verzonnen had [18] werd verdachte boos en ging dreigen. Hij zei dat het zou doorgeven aan ene [naam 3] . Deze [naam 3] zou [slachtoffer 1] kapot maken. Ook dreigde verdachte dat hij [slachtoffer 1] zou afmaken [19] en dat er een man tegenover haar woonde die haar de hele dag in de gaten hield. [20] zag geen uitweg meer. Verdachte was de enige die ze nog vertrouwde en ze dacht dat hij de waarheid sprak. [21]
Verdachte heeft verklaard dat hij vanaf het begin wist dat [slachtoffer 1] depressief is geweest en dat ze er nog steeds niet zo goed aan toe was. Ook vertelde ze hem dat ze geld nodig had. Verdachte stelde haar daarom voor om seks met mannen te hebben. [22] Verdachte heeft foto’s van [slachtoffer 1] gemaakt. Al op het moment van het maken van de foto’s had hij de intentie om deze op de site sexjobs.nl te zetten. [23] In de advertentie stond het telefoonnummer van verdachte vermeld. Hij onderhield via Whatsapp het contact met de klanten. [24] De seks vond plaats in de woning van [slachtoffer 1] . Als de mannen in de straat waren dan stuurde verdachte een appje met het huisnummer. Verdachte bleef op de bank zitten als de klanten er waren. [25] [slachtoffer 1] en hij spraken af dat hij 15% kreeg. Soms mocht ze de 15% laten zitten, dan had [slachtoffer 1] het geld en had hij seks met haar. [26] Verdachte besprak via de app of de klanten seks met of zonder condoom wilden, ook besprak hij met hen de prijs. [27] Verdachte heeft erover gelogen dat de 15% voor de website bedoeld was. Toen [slachtoffer 1] daar achter kwam vertelde hij dat het voor [naam 3] was, dat [naam 3] er was voor haar veiligheid en dat hij zou komen als er problemen zouden ontstaan. Deze persoon was echter door verdachte verzonnen, hij en [naam 3] zijn dezelfde persoon. [28] [slachtoffer 1] zat er soms helemaal doorheen, ze huilde en was kapot. [29]
Getuige [getuige 1] heeft verklaard dat verdachte zijn zin doordrukte. Hij zat de hele avond op de bank te appen, vroeg of [slachtoffer 1] nog een half uur had, of tijd voor een vluggertje. Dat ging de hele avond door tot [slachtoffer 1] zei dat ze niet meer kon. Verdachte zei dan dat ze er nog eentje moest en dan gaf [slachtoffer 1] toe. Ze heeft ook wel eens appjes van verdachte aan [slachtoffer 1] gezien waarin hij boos was en [slachtoffer 1] stalkte. [slachtoffer 1] moest gewoon doorgaan en zij was in die overspannen toestand. Ze kon eigenlijk gewoon niks meer, maar ze moest het gewoon doen. [30]
Getuige [slachtoffer 3] heeft verklaard dat [slachtoffer 1] een keer tegen verdachte zei dat ze moe en op was en niet meer wilde. Verdachte zei hierop dat ze moest, omdat ze anders een boete zou krijgen. De klanten waren al geregeld. Hij ging rondjes lopen, werd zenuwachtig, verhief zijn stem. [slachtoffer 1] moest het begrijpen, moest niet opgeven, ze moest het begrijpen. [31]
Artikel 273f lid 1 sub 1, dwangmiddelen, handelingen en oogmerk van uitbuiting
Mensenhandel is strafbaar gesteld in artikel 273f van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Dit wetsartikel staat in titel XVIII van voormeld wetboek, de titel die ziet op de ‘misdrijven tegen de persoonlijke vrijheid’. De strafbaarstelling is gericht op het tegengaan van uitbuiting van mensen. Uitbuiting moet daarbij niet beperkt worden uitgelegd. Het belang van het individu staat voorop; dat belang is het behoud van zijn of haar lichamelijke en geestelijke integriteit en persoonlijke vrijheid. Artikel 273f Sr beoogt bescherming te bieden tegen de aantasting van die integriteit en vrijheid. Bij mensenhandel moet altijd uitgegaan worden van de intentie van de dader, niet van die van het slachtoffer.
De in artikel 273f Sr verboden gedragingen beïnvloeden de wil, waaronder is begrepen de keuzemogelijkheid van het slachtoffer, in die zin dat zij leiden tot het ontbreken van vrijwilligheid waartoe ook behoort het ontbreken of de vermindering van de mogelijkheid een bewuste keuze te maken. Dit gebrek aan een vrije keuze komt nader tot uitdrukking in de verschillende bestanddelen die van artikel 273f Sr deel uitmaken.
De rechtbank overweegt dat voor een bewezenverklaring van sub 1 van het ten laste gelegde feit mensenhandel sprake moet zijn van een gebruik van dwangmiddelen, van handelingen en van een oogmerk van uitbuiting.
Dwangmiddelen
De inzet van dwangmiddelen dient ertoe te leiden dat iemand in een uitbuitingsituatie belandt of dat iemand wordt belet zich aan een uitbuitingssituatie te onttrekken.
Naar het oordeel van de rechtbank heeft verdachte tegen [slachtoffer 1] gebruik gemaakt van diverse dwangmiddelen.
[slachtoffer 1] is een alleenstaande moeder. Ze had schulden. Haar relatie was net beëindigd en ook was ze herstellende van een zware depressie. Ze vertrouwde niemand meer en ging met niemand meer om. [32] Verdachte wist van haar penibele situatie en heeft daarop van meet af aan ingespeeld door zich voor te doen als een vriend die haar zou helpen. Maar dat deed hij niet. Hij misleide haar door haar voor te houden dat ze geld voor de seks met hem zou krijgen, geld dat [slachtoffer 1] nooit ontvangen heeft. Verdachte heeft [slachtoffer 1] dus doelbewust een onjuiste voorstelling van zaken gegeven. De foto’s die verdachte enkele dagen na zijn eerste ontmoeting van [slachtoffer 1] maakte (eerst in lingerie en later naakt) waren niet bedoeld voor een vriend die een kledinglijn had, zoals verdachte beweerde, maar bedoeld voor de site sexjobs.nl. Dit wist [slachtoffer 1] op dat moment niet. Verdachte wel. Ook hiermee heeft hij [slachtoffer 1] misleid. Hij regelde na de testseks meteen een klant voor [slachtoffer 1] waarmee hij haar voor een voldongen feit plaatste en [slachtoffer 1] niet meer kon weigeren. Ook moest [slachtoffer 1] van verdachte seks met klanten hebben zonder condoom of seks als ze ongesteld was. Daarnaast hield verdachte [slachtoffer 1] voor dat er afdrachten aan de site betaald moesten worden, dat er boetes door de site werden uitgedeeld en verzon hij een fictief persoon, [naam 3] , met wie hij [slachtoffer 1] bedreigde. Ook hield hij [slachtoffer 1] voor dat er iemand tegenover [slachtoffer 1] zou wonen die haar in de gaten hield. Verdachte was voortdurend aanwezig en appte [slachtoffer 1] continu, er was voor haar geen ontkomen aan. [slachtoffer 1] verklaart hierover: “het ging kapot snel, elke dag. Voordat ik ook maar kon denken, was hij er alweer om de volgende stap te doen” [33] en “ik was continu bang voor wat er ging komen […] ik dacht gewoon snel doen of er komt een bekeuring of er komt een boze man in mijn huis […] dus ik deed het maar ofzo en ik blokkeerde dan.” [34]
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat sprake is geweest van dwang, dreiging met geweld of een andere feitelijkheid, misleiding, misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en misbruik van een kwetsbare positie.
Dat tussen [slachtoffer 1] en verdachte WhatsApp berichten zijn uitgewisseld, waaruit volgens de verdediging zou kunnen worden afgeleid dat [slachtoffer 1] heeft ingestemd met het prostitutiewerk, zoals de raadsman naar voren heeft gebracht, doet aan bovenstaande niet af. Van onvrijwilligheid is sprake als het slachtoffer objectief gezien geen vrije keuze heeft. Als dat het geval is doet eventuele instemming van het slachtoffer niet meer ter zake. Van een vrije keuze kan dan immers geen sprake meer zijn. Gelet op de dwangmiddelen die verdachte op [slachtoffer 1] , die zich in een kwetsbare positie bevond, heeft toegepast en bleef toepassen, had [slachtoffer 1] naar het oordeel van de rechtbank niet de mogelijkheid om zelf een vrije keuze te maken. Aan de inhoud van de Whatsapp berichten kent de rechtbank daarom niet de betekenis toe die de verdediging daaraan toegekend wil zien. Het verweer faalt.
Handelingen
Uit bovenstaande bewijsmiddelen volgt dat verdachte [slachtoffer 1] heeft voorgesteld om in de prostitutie te gaan werken. Hij heeft [slachtoffer 1] derhalve geworven voor de prostitutie.
Sub 4, 6 en 9
Op grond van de hierboven opgenomen bewijsmiddelen, kan ook bewezen worden dat verdachte [slachtoffer 1] heeft bewogen zich beschikbaar te stellen voor de prostitutie (sub 4), dat hij opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting (sub 6) en dat hij [slachtoffer 1] heeft bewogen hem te bevoordelen uit de opbrengst van haar seksuele handelingen (sub 9).
Oogmerk van uitbuiting
[slachtoffer 1] moest zich prostitueren in haar eigen woning waar op dat moment haar zoontje lag te slapen, zij moest onbeschermde seks hebben als gevolg waarvan zij een geslachtsziekte heeft opgelopen, zij moest blijven werken ‘omdat de klanten al voor de deur stonden’ en er anders boetes zouden volgen, zij moest werken als zij ongesteld was en zij moest een substantieel deel van haar verdiensten afstaan aan verdachte onder het mom van kosten voor de sekssite en boetes. [slachtoffer 1] had, naar het oordeel van de rechtbank, gelet op alle dwangmiddelen die verdachte op haar heeft toegepast, niet de mogelijkheid om zelf een vrije keuze te maken om in de prostitutie werkzaam te zijn. Zij kon dan ook niet anders dan voor verdachte in de prostitutie te (blijven) werken en het geld dat zij daarmee verdiende gedeeltelijk aan hem af te staan. De rechtbank is daarom van oordeel dat verdachte het oogmerk had op de uitbuiting van [slachtoffer 1] .
Periode
Op 23 februari 2018 heeft verdachte via Whatsapp contact met [slachtoffer 1] . [35] Het laatste contact tussen verdachte en [slachtoffer 1] was op 15 april 2018. [36] De prostitutie vond plaats in de woning van [slachtoffer 1] aan de [adres 2] in Zutphen. [37]
Gelet op het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat het ten laste gelegde onder 1 wettig en overtuigend is bewezen.
2. [slachtoffer 2]
Aangeefster [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 3] , heeft verklaard dat ze een oproep op Facebook had geplaatst waarin ze sponsoren zocht voor haar zeilteam. Verdachte reageerde op de oproep door te zeggen dat ze iets van € 6.000 kon verdienen, waarmee ze al haar schulden kon aflossen. Hiervoor heeft ze seks met hem gehad. Het geld heeft ze echter nooit ontvangen. Vervolgens zei verdachte dat hij geld voor [slachtoffer 2] kon regelen, [slachtoffer 2] moest seks met mannen tegen betaling hebben. Verdachte heeft haar gepusht om dit te gaan doen. De seks met klanten vond plaats in het huis van [slachtoffer 1] in Zutphen. [38] Verdachte maakte de afspraken met de klanten, [slachtoffer 2] en verdachte wachtten in de woning van [slachtoffer 1] op de komst van de klanten. De dagen werden volgepland door verdachte, [slachtoffer 2] had zes of zeven klanten per dag. Verdachte bepaalde van tevoren hoe lang de klant bleef en welke seksuele handelingen zouden plaatsvinden, zoals pijpen, seks zonder condoom en dergelijke. Verdachte plaatste voor [slachtoffer 2] een advertentie op sexjobs.nl met het account van [slachtoffer 1] en zijn eigen telefoonnummer. In de advertentie stond de werknaam [naam 5] , zelf werkte [slachtoffer 2] onder de naam [naam 2] , verdachte had deze naam verzonnen en vertelde het aan de klanten. [slachtoffer 2] moest aan verdachte een percentage van het verdiende geld afstaan voor de website waar de seksadvertentie op stond. Later vertelde verdachte dat het geld bedoeld was voor ene [naam 3] , hij zou volgens verdachte zorgen voor de veiligheid van [slachtoffer 2] . [39] heeft een paar keer seks met klanten gehad en ging toen op zeilvakantie. [slachtoffer 2] wilde het hierna nog een paar keer doen voor het geld. [40] Verdachte stelde [slachtoffer 2] voor om het profiel van een ander meisje over te nemen, ze zou hier € 700 voor moeten betalen (zwijggeld). [slachtoffer 2] dacht dat ze met 2 klanten seks zou moeten hebben om dit bedrag te verdienen en dat ze dan van verdachte af zou zijn. Inmiddels wist ze dat verdachte de afdrachten aan de sekssite verzonnen had. Dit had ze verdachte ook verteld. Verdachte werd hierna steeds feller in zijn reacties en bleef appen tot ze reageerde. Hij zei dat hij tegen iedereen zou zeggen wat ze deed. Op deze manier werd [slachtoffer 2] door verdachte gedwongen om naar klanten te gaan. De € 700 heeft [slachtoffer 2] aan verdachte betaald. Ze dacht zonder hem verder te kunnen gaan, maar op 2 mei 2018 kreeg ze een bericht van verdachte dat er een inval was geweest bij een meisje en dat dit meisje de belastingdienst en de fiscus moest betalen. [slachtoffer 2] moest van verdachte deze schuld meebetalen omdat het meisje anders ook haar naam zou noemen. [slachtoffer 2] kon niet aan het geld komen en was daardoor weer genoodzaakt om in de prostitutie te gaan werken. Verdachte had een klant voor haar geregeld. Deze klant heeft ze alles verteld waarop ze met hem en [slachtoffer 1] naar de politie is gegaan. [slachtoffer 2] heeft verdachte in het begin alles verteld over haar situatie, onder andere over haar broer die vastzat, haar moeder die geëmigreerd was en haar schuld. [41]
Hetgeen [slachtoffer 2] heeft verklaard heeft verdachte in grote lijnen bij de politie bevestigd. Hij heeft verklaard dat hij [slachtoffer 2] geld heeft beloofd voor haar zeilvakantie, dat ze seks hebben gehad en dat hij haar het geld niet heeft gegeven. Vervolgens heeft hij [slachtoffer 2] aangeboden om in de prostitutie te gaan werken, heeft hij 15% van haar verdiensten ingehouden en regelde hij de afspraken met klanten. [42] Daarnaast heeft hij verklaard dat hij een kamer in een hotel in Zutphen heeft gereserveerd zodat [slachtoffer 2] klanten kon ontvangen. [43] Ook legde hij boetes aan [slachtoffer 2] op als ze een klant weigerde. Hij vertelde [slachtoffer 2] dat dit geld voor de site was, maar hij hield het bedrag zelf. [44] Toen er bij een ander meisje een inval was geweest, heeft verdachte [slachtoffer 2] een verhaal op de mouw gespeld door haar voor te houden dat het andere meisje een boete van de gemeente had gekregen. Hij heeft [slachtoffer 2] toen onder druk gezet om zich te prostitueren. Hij wilde namelijk niet dat dit meisje aangifte zou doen, want dan zouden hij en [slachtoffer 2] problemen krijgen. [45]
Uit appgesprekken tussen verdachte en [slachtoffer 2] blijkt dat verdachte op 15 maart 2018 aan [slachtoffer 2] vraagt om naaktfoto’s die hij voor een advertentie kan gebruiken. [slachtoffer 2] stuurt hem foto’s en een filmpje. Op 19 maart 2018 zegt [slachtoffer 2] tegen verdachte dat ze in elkaar zakt van de pijn en dat ze waarschijnlijk een nierbekkenontsteking heeft. Verdachte reageert hierop door te zeggen dat ze dan een heel groot probleem hebben, hij kan de klanten niet afzeggen omdat [slachtoffer 2] dan een boete moet betalen of drie klanten moet ontvangen. [46]
Op 31 maart 2018 stuurt verdachte met zijn alias [naam 3] berichten aan [slachtoffer 2] waarin hij zegt dat ze haar grote bek tegen verdachte moet houden, dat hij er helemaal klaar mee is en dat hij naar ze toekomt als hij nog een keer iets hoort. [47]
Op 2 mei 2018 stuurt verdachte met zijn alias [naam 3] aan [slachtoffer 2] het bericht dat verdachte een afrekening van € 1250,- heeft gekregen en dat [slachtoffer 2] dat moet betalen. Als [slachtoffer 2] hem op 5 mei 2018 bericht dat ze geen tijd heeft zegt [naam 3] dat ze beter wel tijd kan maken, als diegene wat doet zal ze hangen, kan ze alles opgeven en krijgt ze een strafblad. [48]
Artikel 273f lid 1 sub 1, dwangmiddelen, handelingen en oogmerk van uitbuiting
Dwangmiddelen
Ook ten opzichte van [slachtoffer 2] heeft verdachte dwangmiddelen toegepast, te weten bedreiging, dwang, misleiding, misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en misbruik van een kwetsbare positie.
Vanaf het eerste moment heeft verdachte [slachtoffer 2] misleid door haar voor te spiegelen dat ze een bedrag van € 6000,- zou krijgen als ze seks met hem zou hebben. Verdachte heeft misbruik gemaakt van haar financiële situatie en daarop ingespeeld. [slachtoffer 2] bevond zich bovendien in een kwetsbare positie. Ze was in korte tijd haar vader en haar oma verloren en ze had weinig mensen in haar omgeving om op terug te vallen. Ook had ze een schuld, [49] voelde ze zich als teamcaptain verantwoordelijk voor het zeilteam en was ze haar eigenwaarde kwijt geraakt. [50] Verdachte heeft misbruik gemaakt van deze kwetsbare positie en haar overgehaald om in de prostitutie te gaan werken.
Daarnaast hield verdachte [slachtoffer 2] voor dat er boetes aan de site betaald moesten worden en verzon hij een fictief persoon, genaamd [naam 3] . Doordat verdachte [slachtoffer 2] voorhield dat ze boetes moest betalen voelde ze zich gedwongen om in de prostitutie te blijven werken. Nadat [slachtoffer 2] achter het bedrog van verdachte was gekomen heeft hij haar via [naam 3] bedreigd en gedwongen om in de prostitutie werkzaam te blijven.
Gelet op bovenstaande verkeerde [slachtoffer 2] niet in een situatie, die gelijk is aan de omstandigheden waarin een mondige prostituee in Nederland pleegt te verkeren. Ook had [slachtoffer 2] naar het oordeel van de rechtbank, gelet op alle dwangmiddelen die verdachte op [slachtoffer 2] heeft toegepast, niet de mogelijkheid om zelf een vrije keuze te maken om in de prostitutie werkzaam te zijn en te blijven. Dit blijkt ook uit haar verklaring waarin ze zegt dat verdachte haar een wereld in geduwd heeft. Ze zou voor geen miljoen seks met mannen hebben, maar toch heeft ze het onder invloed van verdachte gedaan. [51]
Het verweer van de raadsman dat [slachtoffer 2] vrijwillig in de prostitutie is gaan werken, heeft gelet hierop geen kans van slagen.
Handelingen
Verdachte heeft [slachtoffer 2] benaderd om in de prostitutie te gaan werken, hij heeft werkplekken en klanten voor haar geregeld. Hij heeft haar derhalve geworven voor de prostitutie en hij heeft haar gehuisvest.
Sub 4, 6 en 9
Op grond van de hierboven opgenomen bewijsmiddelen, kan ook bewezen worden dat verdachte [slachtoffer 2] heeft bewogen zich beschikbaar te stellen voor de prostitutie (sub 4), dat hij opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting (sub 6) en dat hij [slachtoffer 2] heeft bewogen hem te bevoordelen uit de opbrengst van haar seksuele handelingen (sub 9).
Oogmerk van uitbuiting
Verdachte had het oogmerk op de uitbuiting van [slachtoffer 2] . De rechtbank verwijst voor de motivering naar hetgeen zij hierover reeds heeft opgemerkt met betrekking tot [slachtoffer 1] . De ten opzichte van [slachtoffer 2] gebruikte dwangmiddelen en gedragingen komen nagenoeg overeen. Ook [slachtoffer 2] moest onbeschermde seks hebben, moest blijven werken omdat er anders boetes zouden volgen, moest werken als zij ongesteld was en moest een substantieel deel van haar verdiensten afstaan aan verdachte onder het mom van kosten voor de sekssite en boetes.
Periode
Op 27 februari 2018 ontving [slachtoffer 2] het eerste bericht van verdachte. Op 14 mei 2018 ontving ze het laatste bericht van hem. [52]
Gelet op het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat het ten laste gelegde onder 2 wettig en overtuigend is bewezen.
3. [slachtoffer 3]
, geboren op [geboortedatum 4] , heeft verklaard dat verdachte langskwam toen zij bij [slachtoffer 1] thuis was. Hij vertelde wat hij deed en hoe dat in zijn werk ging. Hij bood haar meerdere keren geld aan als ze seks met hem zou hebben. Toen ze thuis was berichtte hij haar dat hij klanten voor haar had en dat ze geld kon verdienen. [slachtoffer 3] is toen een keer naar [slachtoffer 1] gegaan. Die avond maakte verdachte foto’s in lingerie van [slachtoffer 3] , om op de site te zetten. Voordat ze een klant zou ontvangen moest ze getest worden door verdachte. [slachtoffer 3] heeft toen met tegenzin onbeschermde seks gehad met verdachte. Direct daarna stond er iemand klaar voor [slachtoffer 3] . [slachtoffer 3] wilde geen seks met de klant, maar verdachte zei dat de klant speciaal voor haar kwam en dat ze niet kon afzeggen omdat ze dan een boete opgelegd zou krijgen door de sekssite. [slachtoffer 3] heeft toen seks met de klant gehad. Ze moest en heeft een gedeelte van het verdiende geld aan verdachte afgestaan. [53] Verdachte belde haar heel vaak, soms wel vier keer achter elkaar. De dag nadat ze hem ontmoette appte hij haar om het uur. [54] Verdachte bepaalde welke seksuele handelingen ze met de klant moest doen. [55] heeft verdachte verteld dat ze 17 jaar oud was. [56]
Verdachte heeft verklaard dat [slachtoffer 3] seks met een klant heeft gehad. [57]
[slachtoffer 1] heeft verklaard dat verdachte seks met [slachtoffer 3] heeft gehad. [slachtoffer 3] was op dat moment 17 jaar oud. Verdachte heeft aan [slachtoffer 3] gevraagd hoe oud ze was. Verdachte wilde seks met [slachtoffer 3] om haar te testen. [slachtoffer 3] was ongesteld en verdachte wilde kijken of er dan geen bloed uitkwam. [58]
Minderjarigheid
[slachtoffer 3] was ten tijde van het ten laste gelegde minderjarig en verdachte was daarvan op de hoogte. Artikel 273f Sr biedt aan het minderjarige slachtoffer bijzondere bescherming, omdat bij minderjarigen niet de eis geldt dat pas bij het gebruik van dwangmiddelen tot strafbaarheid kan worden gekomen. Als er sprake is van gedragingen, zoals ten laste gelegde onder sub 2 en van een oogmerk van uitbuiting, leidt dit tot strafbaarheid van de verdachte. Het gebruik van dwangmiddelen is niet vereist voor strafbaarheid en behoeft in dit geval daarom geen bespreking.
Artikel 273f lid 1 sub 2, handelingen en oogmerk van uitbuiting
Verdachte heeft [slachtoffer 3] benaderd om in de prostitutie te gaan werken, ook heeft hij een werkplek voor haar geregeld. Hij heeft haar derhalve geworven en gehuisvest voor de prostitutie. Naar het oordeel van de rechtbank staat tevens het oogmerk van uitbuiting vast, nu verdachte een minderjarige in de prostitutie heeft gebracht.
Sub 5 en 8
Op grond van hetgeen hiervoor is overwogen, kan ook bewezen worden dat verdachte [slachtoffer 3] ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen voor de prostitutie (sub 5) en dat hij opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de seksuele handelingen (sub 8).
Periode
De seksuele uitbuiting van [slachtoffer 3] vond plaats in maart 2018 in de woning van [slachtoffer 1] . [59]
Gelet op het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat het ten laste gelegde onder 3 wettig en overtuigend is bewezen.
4. [slachtoffer 4]
Aangeefster [slachtoffer 4] , geboren op [geboortedatum 5] , heeft verklaard dat ze uit huis is geplaatst toen ze 2 jaar oud was. Daarna heeft ze in een pleeggezin en in internaten gewoond. [60] Ze kwam via Facebook in contact met verdachte en kreeg met hem een relatie op 26 juni 2016. [slachtoffer 4] heeft verdachte alles over zichzelf verteld, dat ze op groepen heeft gewoond en wat ze heeft meegemaakt. [61] Toen verdachte op vakantie ging vroeg hij of [slachtoffer 4] naaktfoto’s en filmpjes van zichzelf wilde sturen. Dit wilde ze eerst niet, maar omdat verdachte boos werd heeft ze het toch gedaan. Toen verdachte terugkwam van vakantie vertelde hij dat hij een trio had gehad, hij deed niet meer aardig tegen [slachtoffer 4] , zei dat ze borderline had en deed alsof ze gek was. Toen [slachtoffer 4] weigerde om op het voorstel van verdachte in te gaan om een trio te doen werd verdachte verbaal agressief. Ook sloeg hij haar twee keer met zijn vuist tegen haar arm en pakte haar vast bij haar keel. Daarna draaide zijn gedrag helemaal om en deed hij weer lief. [62] De volgende dag stond [slachtoffer 4] op internet, verdachte had een advertentie op een sekssite geplaatst met de foto’s die ze hem eerder gestuurd had toen hij op vakantie was. Verdachte wilde dat ze zich zou prostitueren. [slachtoffer 4] vond het afschuwelijk, maar verdachte dreigde tegen iedereen te vertellen dat ze een hoer was als ze niet mee zou werken. Verdachte bracht [slachtoffer 4] naar het station, van waaruit zij de trein nam voor prostitutiewerkzaamheden. [63] Verdachte bepaalde de werktijden, [slachtoffer 4] moest van verdachte doen wat de klanten wilden, ook als dat seks zonder condoom inhield. Als [slachtoffer 4] zei dat ze echt niet meer wilde, dan zei verdachte dat ze nog één klant moest. Verdachte bedacht de prijzen en regelde dit met de klanten. [slachtoffer 4] moest het geld afgeven aan verdachte. [64] Verdachte hield [slachtoffer 4] voor dat ze met het door haar verdiende geld samen op vakantie zouden gaan. [65] Verdachte heeft [slachtoffer 4] nog een tweede keer mishandeld, hij gooide zijn telefoon tegen haar been, hij sloeg haar tegen de muur aan en pakte haar bij haar keel. Hij zei dat als ze weg zou lopen hij tegen iedereen zou vertellen dat ze een kankerhoer was en zich prostitueerde. Vervolgens praatte hij op [slachtoffer 4] in, huilde en zei dat hij van haar hield. Hierop is ze weer met hem mee gegaan naar zijn huis. [66] Als [slachtoffer 4] zei dat ze niet wilde werken of het geld zelf wilde houden dan werd verdachte arrogant en was [slachtoffer 4] bang dat hij haar zou slaan. Ze bleef toch bij hem omdat ze bang was dat hij de foto’s zou versturen die hij van haar had en iedereen zou vertellen dat ze een hoer was. [67]
Verdachte heeft verklaard dat hij [slachtoffer 4] in juni 2016 heeft leren kennen en dat hij tot augustus 2016 een relatie met haar heeft gehad. [68]
De verklaring van [slachtoffer 4] wordt ondersteund door andere bewijsmiddelen in het dossier. De begeleiding van de instelling waar [slachtoffer 4] verbleef hield een rapportage bij van dagelijkse bijzonderheden. Hieruit is het volgende gebleken.
Op 18 juli 2016 schrijft een begeleider dat het vriendje van [slachtoffer 4] haar heeft bedrogen met twee anderen en daar niet zo mee lijkt te zitten. [slachtoffer 4] is nog verliefd op hem en bang om een einde aan de relatie te maken omdat haar vriend naaktfoto’s van haar heeft en ze bang is dat deze op internet terecht komen.
Op 20 juli 2016 schrijft een begeleider dat, als [slachtoffer 4] terugkomt op de groep, ze een afdruk van een mobiel op haar been heeft en een striem in haar nek en op haar arm. [69]
Uit Whatsapp gesprekken tussen verdachte en [slachtoffer 4] blijkt dat verdachte tegen [slachtoffer 4] zegt dat ze er voor elkaar zijn en dat ze super gelukkig gaan worden. Op 27 juni 2016 vraagt hij om naaktfoto’s en filmpjes van [slachtoffer 4] . [slachtoffer 4] wil die niet versturen. Op 30 juni 2016 zegt verdachte dat hij de mensen op het werk van [slachtoffer 4] niet vertrouwt en dat, als ze er blijft werken, ze beter vrienden kunnen zijn. [slachtoffer 4] reageert hierop door te zeggen dat zij het werk leuk vindt en dat verdachte dat niet van haar mag afnemen.
Op 1 juli 2016 appt [slachtoffer 4] verdachte dat het tussen haar en verdachte niet klikt, ze wenst hem succes met zijn trio en wil niets meer met hem te maken hebben. Verdachte zegt dat hij [slachtoffer 4] niet wil delen en dat ze moeten praten.
Op 4 juli 2018 vraagt verdachte [slachtoffer 4] weer om naaktfoto’s. [slachtoffer 4] zegt dat ze dat niet wil, maar gaat uiteindelijk overstag en appt dat ze voor verdachte alles doet.
In de periode dat verdachte op vakantie is (5 juli tot 16 juli 2016) vraagt verdachte weer om naaktfoto’s. [slachtoffer 4] weigert. Hierop zegt verdachte dat [slachtoffer 4] haar mond moet houden. [70]
Op 20 juli 2016 appt [slachtoffer 4] verdachte dat haar gedachten pijn doen en als het zo doorgaat ze voor de trein springt. Ze heeft er geen zin meer in en vraagt verdachte of hij denkt dat ze het voor haar lol doet. Verdachte zegt dat ze het nog even vol moet houden en dan heeft ze straks alles voor hun samen. [71]
Artikel 273f lid 1 sub 1, dwangmiddelen, gedragingen en oogmerk
Dwangmiddelen
Ook ten opzichte van [slachtoffer 4] heeft verdachte gebruik gemaakt van diverse dwangmiddelen om haar in de prostitutie te brengen en te houden.
[slachtoffer 4] is een kwetsbaar meisje. [slachtoffer 4] is affectief en pedagogisch verwaarloosd. Ze is op haar tweede uit huis geplaatst door Jeugdzorg. Ze is licht verstandelijk beperkt. Daarnaast is er sprake van chronische PTSS en ADD. Ook heeft ze kenmerken van borderline persoonlijkheidsproblematiek. [72] Verdachte was van de situatie van [slachtoffer 4] op de hoogte, zij heeft hem dat immers verteld.
Verdachte heeft [slachtoffer 4] in het begin van hun relatie gevraagd om naaktfoto’s en filmpjes. Uit app-gesprekken blijkt dat [slachtoffer 4] dit in eerste instantie niet wilde, maar toch overstag is gegaan omdat verdachte het bleef vragen en erop aandrong. Als [slachtoffer 4] niet zou doen wat hij wilde dreigde hij bovendien om iedereen te vertellen welk werk ze deed. Daarnaast heeft verdachte [slachtoffer 4] twee keer mishandeld. Na de mishandelingen huilde hij en deed hij lief tegen [slachtoffer 4] . Verdachte ging een relatie met [slachtoffer 4] aan, deed op momenten dat het hem uitkwam lief tegen haar en het volgende moment bot en gemeen. Hierdoor maakte hij [slachtoffer 4] afhankelijk van hem waardoor zij ver over haar eigen grenzen is gegaan.
Gelet op het bovenstaande was naar het oordeel van de rechtbank sprake van dwang, geweld, dreiging met geweld of een andere feitelijkheid, misleiding en van misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht alsook van misbruik van een kwetsbare positie.
Handelingen
Verdachte heeft [slachtoffer 4] voorgesteld om in de prostitutie te gaan werken. Ook heeft hij haar diverse keren naar het station gebracht als [slachtoffer 4] een klant had. Hij heeft haar derhalve geworven voor de prostitutie en hij heeft haar vervoerd.
Sub 4, 6 en 9
Op grond van de hierboven opgenomen bewijsmiddelen, kan ook bewezen worden dat verdachte [slachtoffer 4] heeft bewogen zich beschikbaar te stellen voor de prostitutie (sub 4), dat hij opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting (sub 6) en dat hij [slachtoffer 4] heeft bewogen hem te bevoordelen uit de opbrengst van haar seksuele handelingen (sub 9).
Oogmerk van uitbuiting
Verdachte had het oogmerk op de uitbuiting van [slachtoffer 4] . De rechtbank verwijst voor de motivering naar hetgeen zij hierover reeds heeft opgemerkt met betrekking tot [slachtoffer 1] . De ten opzichte van [slachtoffer 4] gebruikte dwangmiddelen komen daarmee overeen. Zo heeft verdachte [slachtoffer 4] mishandeld en moest zij seks zonder condoom hebben. [slachtoffer 4] had, naar het oordeel van de rechtbank, gelet op alle dwangmiddelen die verdachte op haar heeft toegepast, niet de mogelijkheid om zelf een vrije keuze te maken om in de prostitutie werkzaam te zijn.
Periode en plaats
[slachtoffer 4] en verdachte kregen op 26 juni 2016 een relatie met elkaar. Korte tijd daarvoor hadden ze elkaar via Facebook leren kennen. De rechtbank gaat daarom als begindatum van de ten laste gelegde periode uit van 15 juni 2016, in plaats van 15 mei 2016. Op 9 augustus 2016 werd [slachtoffer 4] door de politie uit de woning van verdachte gehaald. [73] De contacten met klanten vonden plaats in Zutphen, Lochem, Leesten en Goor. [74]
Gelet op het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat het ten laste gelegde onder 4 wettig en overtuigend is bewezen.
Parketnummer 05/740593-17
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft vrijspraak geëist van de onder feit 1 primair ten laste gelegde verkrachting. De onder feit 1 subsidiair ten laste gelegde poging tot verkrachting en de onder feit 2 ten laste gelegde mishandeling zijn volgens hem wel wettig en overtuigend te bewijzen.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit omdat verdachte de hem ten laste gelegde feiten ontkent.
Beoordeling door de rechtbank
[slachtoffer 5] , geboren op [geboortedatum 6] , heeft verklaard dat zij en haar vriendin [naam 6] in avond en nacht van 19 mei op 20 mei 2018 na het uitgaan een lift van verdachte en zijn vriend kregen. [slachtoffer 5] zat bij verdachte achterop de fiets en [naam 6] bij de vriend van verdachte. Verdachte ging opeens hard fietsen. Verdachte wachtte niet op zijn vriend. [slachtoffer 5] stapte af omdat ze wilde wachten op haar vriendin. Verdachte trok haar toen een steegje in. Ze moest verdachte zoenen, anders zou hij haar slaan. Toen zoende hij haar met zijn mond en zijn tong op haar mond. [slachtoffer 5] probeerde hem weg te duwen. Hij hield haar stevig vast met zijn armen om haar middel. Vervolgens trok hij haar broek naar beneden, ze raakte in paniek en moest huilen. Hij kwam met zijn hand in de onderbroek van [slachtoffer 5] en ging met zijn vingers in de vagina van [slachtoffer 5] duwen. Hij ging met twee vingers, via de voorkant haar vagina in. Dit deed pijn. [slachtoffer 5] probeerde verdachte weg te drukken maar hij ging niet weg. Verdachte zag dat [slachtoffer 5] aan de kant van de steeg stond die niet doodlopend was. Hij ging snel anders staan. Hij ging aan de kant staan waar [slachtoffer 5] stond, zodat zij aan de doodlopende kant stond. Toen verdachte van plaats wisselde met [slachtoffer 5] heeft [slachtoffer 5] haar broek snel omhoog getrokken.
Toen ging verdachte eisen dat [slachtoffer 5] moest bukken en dat zij op haar knieën moest gaan zitten. Verdachte zat al bij zijn knoop en rits te prutsen. [slachtoffer 5] schreeuwde, krijste en huilde. Verdachte zei: als je nog een keer gaat huilen of schreeuwen dan ga ik je slaan. Dat deed hij vervolgens ook. Hij sloeg haar op haar rechterwang/mond/kaak. Dat deed heel veel pijn. Een paar seconden later sloeg hij met zijn vuist op haar linkerslaap. Beide keren werd het zwart voor haar ogen. Bij beide keren slaan stond verdachte achter haar en pakte haar vast. Steeds als [slachtoffer 5] harder ging schreeuwen deed verdachte zijn hand voor haar mond en neus, zodat ze naar adem moest happen. [slachtoffer 5] zag dat de poort naar de tuin van de woning waar zij bij stond geen slot had. Zij zag dat zij de poort open kon duwen. Toen ze weer heel hard schreeuwde, rende verdachte weg. Toen verdachte wegrende belde [slachtoffer 5] 112 en liep ze door de poort de tuin in. [75]
Verdachte heeft verklaard dat het meisje bij hem achterop de fiets sprong. Bij een bankje zijn ze gestopt. Vervolgens zijn ze naar een steegje gelopen en hebben ze gezoend. [76]
Getuige [getuige 3] heeft verklaard dat zij in de ochtend van 20 mei 2018 met haar man in bed lag en wakker werd van geluid. Ze hoorde direct dat het niet het geluid was van jongeren die lol aan het maken waren. Zij hoorde een grommend geluid, alsof ze een gewond dier hoorde, echt een oergeluid. Ze hoorde een vrouwenstem zeggen: ‘Blijf van mij af, ik wil dit niet!’ Ook hoorde ze een vrouw hard huilend bellen. Getuige is met haar man naar het steegje gerend dat achter hun woning ligt. Daar stond een meisje, later bleek zij [slachtoffer 5] te heten. [slachtoffer 5] was in paniek, ze sprak hard, trilde, huilde en belde met bibberende stem. Getuige heeft haar meegenomen naar haar woning. Zij zag dat de rechterwang van [slachtoffer 5] rood was, ook zat er gestold bloed in haar mondhoek. Zij hoorde dat [slachtoffer 5] zei dat ze gestompt was. [77]
De rechtbank overweegt dat verdachte erkent dat hij in de nacht van 20 mei 2018 in Zutphen met [slachtoffer 5] in een steegje heeft gestaan. Vraag is wat er toen is gebeurd. Verdachte stelt dat [slachtoffer 5] en hij hebben gezoend, dat zij dat ook wilde, dat hij wel meer had kunnen doen, maar dat dit niet goed voelde omdat zij zestien jaar was en dat hij om die reden is weggelopen.
De rechtbank acht de door verdachte geschetste gang van zaken niet aannemelijk. Anders dan verdachte stelt, heeft [slachtoffer 5] consistent en gedetailleerd verklaard over wat haar die nacht is overkomen, namelijk dat verdachte haar in het steegje heeft verkracht, daarna heeft geprobeerd haar nog een keer te verkrachten en haar heeft mishandeld. De rechtbank heeft geen enkele reden om aan de verklaring van [slachtoffer 5] te twijfelen. Dat komt in de eerste plaats omdat getuige [getuige 3] heeft verklaard dat zij in de vroege ochtend van 20 mei 2018 [slachtoffer 5] heeft horen schreeuwen ‘Blijf van mij af, ik wil dit niet!’ Ook de echtgenoot van deze getuige heeft verklaard dat hij haar deze woorden heeft horen roepen. Het - als een gewond dier- krijsen van de woorden ‘Blijf van mij af, ik wil dit niet!’ valt op geen enkele manier te rijmen met de door verdachte geschetste gang van zaken. Het ondersteunt juist de verklaring van [slachtoffer 5] . Ook de gemoedstoestand waarin [slachtoffer 5] verkeerde toen getuigen haar in het steegje aantroffen, spreekt wat de rechtbank betreft boekdelen. [slachtoffer 5] was in paniek, ze sprak hard, trilde, huilde en belde met bibberende stem de politie. Zij had zichtbare verwondingen aan haar gezicht. Dit alles past veel beter bij het door [slachtoffer 5] beschreven door verdachte uitgeoefende geweld, de door hem geuite bedreiging met geweld en de door haar beschreven handelingen waaronder het door verdachte brengen van zijn vingers in haar vagina.
Aan de inhoud van het rapport RNA-onderzoek van gerechtelijk deskundige dr. P.A. Maaskant-van Wijk van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) van 27 juli 2018 kent de rechtbank niet het gewicht toe dat de verdediging daaraan toegekend wil zien. In dat rapport staat onder meer dat geen aanwijzingen zijn verkregen voor de aanwezigheid van vaginale cellen in de bemonsteringen AAKE8269NL#01 en AAKE8270NL#01 van de nagels van de handen van verdachte. Deze bevinding rechtvaardigt naar het oordeel van de rechtbank niet de conclusie dat verdachte dus niet zijn vingers in de vagina van [slachtoffer 5] heeft gebracht. Aan het ontbreken van aanwijzingen voor de aanwezigheid van biologisch sporen kan in zijn algemeenheid niet de conclusie worden verbonden dat een bepaalde gebeurtenis niet heeft plaatsgevonden. Het tijdsverloop van meer dan vijf uren tussen de gebeurtenissen in het steegje (ongeveer 4.55 uur) en het bemonsteren van de nagels van beide handen van verdachte relativeert deze onderzoeksbevinding.
Uit de verklaring van [slachtoffer 5] volgt bovendien dat het niet bij één verkrachting is gebleven maar dat verdachte [slachtoffer 5] - nadat hij haar naar het doodlopende deel van de steeg had gemanoeuvreerd waarbij [slachtoffer 5] erin slaagde haar broek omhoog te trekken - nog een keer heeft geprobeerd te verkrachten. Uit het feit dat verdachte zijn eigen broek heeft proberen open te maken en [slachtoffer 5] heeft geboden om op haar knieën te gaan zitten en te bukken terwijl verdachte dreigde geweld te gebruiken, zijn hand voor haar mond hield om haar te beletten geluid te maken en haar twee keer hard tegen haar gezicht heeft geslagen, blijkt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte weer was begonnen met het dwingen van [slachtoffer 5] tot het nog en keer ondergaan van het seksueel binnendringen van haar lichaam. Het door verdachte gebruikte geweld was er daarbij op gericht om het verzet van [slachtoffer 5] te breken en haar zo te dwingen tot het ondergaan van een penetratie, oraal, vaginaal of anaal. Alleen door toedoen van het aanhoudende fysieke en verbale verzet van [slachtoffer 5] en het feit dat gealarmeerde buurtbewoners op haar geschreeuw en gehuil afkwamen, is verdachte daar niet een tweede keer in geslaagd.
Dat verdachte - zoals hij bij de politie heeft verklaard - uit het steegje is weggegaan, [slachtoffer 5] daar ongedeerd heeft achtergelaten, zijn fiets heeft laten staan, naar huis is gelopen, thuis is gaan plassen en vervolgens met een vriend en [naam 6] is teruggelopen om [slachtoffer 5] te zoeken, acht de rechtbank onaannemelijk. Verdachte heeft met deze verklaring geen redelijke uitleg gegeven voor het midden in de nacht in een steegje achterlaten van een vijftienjarig meisje en ook geen redelijke uitleg gegeven voor het ter plaatse achterlaten van zijn fiets. Naar het oordeel van de rechtbank duiden deze omstandigheden juist op een vlucht van verdachte omdat hij in de gaten kreeg dat er buurtbewoners afkwamen op het geschreeuw en gehuil van [slachtoffer 5] . Dat [slachtoffer 5] - zoals verdachte heeft verklaard - een verwonding aan haar lip zou hebben opgelopen, omdat verdachte haar tijdens het zoenen op haar lip zou hebben gebeten, acht de rechtbank eveneens onaannemelijk.
Op grond van bovenstaande bewijsmiddelen acht de rechtbank kortom bewezen dat verdachte [slachtoffer 5] in het steegje heeft verkracht, vervolgens heeft geprobeerd om haar daar nog een keer te verkrachten en haar heeft mishandeld.
Parketnummer 05/740593-17
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft geen bewijsverweer gevoerd en zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Beoordeling door de rechtbank
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359 derde lid, laatste zin van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Ten aanzien van feit 1:
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 6] , p. 35 en
- het proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 23.
Ten aanzien van feit 2:
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 6] , p. 38;
- het proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige 4] , p. 109;
- het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 5] , p. 61 en
- het proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 23.
Ten aanzien van feit 3:
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 6] , p. 37 en
- het proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 23 en 24.

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
Parketnummer 05/880950-18
1. [slachtoffer 1]
hij
op een of meer tijdstip(pen) in
of omstreeksde periode van 23 februari 2018 t/m 5 april 2018 te Zutphen,
althans in Nederland, een ander, te weten [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum 2] ,
(telkens) door dwang en
/ofdoor dreiging met geweld of een andere feitelijkheid, door misleiding en
/ofdoor misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en
/ofdoor misbruik van een kwetsbare positie (sub 1, 4, 6 en 9),
(sub 1)
heeft geworven
en/of vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen,
(telkens)met het oogmerk van (seksuele) uitbuiting van die [slachtoffer 1]
en
/of
(sub 4)
(telkens) die [slachtoffer 1] heeft
gedwongen ofbewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of diensten (bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling)
dan wel (telkens) enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [slachtoffer 1] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die arbeid of diensten (bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling)
en
/of
(sub 6)
(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de (seksuele) uitbuiting van die [slachtoffer 1]
en
/of
(sub 9)
(telkens) die [slachtoffer 1] heeft
gedwongen dan welbewogen hem te bevoordelen uit de opbrengst van haar seksuele handelingen met of voor een derde,
immers heeft verdachte
- misbruik gemaakt van de kwetsbare positie van die [slachtoffer 1] door haar psychische gesteldheid en
/offinanciële problemen en
/of
- onder valse voorwendselen seksueel/erotisch getinte foto's gemaakt van die [slachtoffer 1] en
/of
- ( vervolgens) die seksueel/erotisch getinte foto's geplaatst op sekssite(s) en
/of
- ( vervolgens) die [slachtoffer 1] opgedragen, althans op haar ingepraat, om zichzelf te prostitueren en
/of
- ( vervolgens) die [slachtoffer 1] in de prostitutie gehouden en
/of
- het door die [slachtoffer 1] in de prostitutie verdiende geld gedeeltelijk aan hem laten afdragen welk geld hij, verdachte heeft aangewend voor eigen gewin en
/ofafdrachten in natura (seks) afgedwongen en
/of
-die [slachtoffer 1] haar huissleutel af laten staan waardoor verdachte het huis van [slachtoffer 1] , gelegen aan de [adres 2] in Zutphen, (ook) kon gebruiken als prostitutielocatie voor een of meer andere meisjes
waarbij verdachte
-die [slachtoffer 1] heeft opgedragen eerst seks te hebben met verdachte zodat hij haar kon uitproberen voor de klanten (zij zou hier 600 euro voor krijgen) en
/of
-
die [slachtoffer 1] heeft opgedragen een werknaam te nemen (Tessa en/of [naam 2] ) en/of
-een
of meerseksadvertentie
(s)voor die [slachtoffer 1] heeft gemaakt en
/of (telkens)heeft beheerd en
/of
-de klantentelefoon van die [slachtoffer 1] heeft beheerd en
/of (telkens)heeft bepaald welke klanten, hoeveel klanten die [slachtoffer 1] moest afwerken en
/ofwanneer en welke seksuele handelingen die [slachtoffer 1] moest verrichten en
/ofheeft bepaald of de seks beschermd of onbeschermd was en
/of
- die [slachtoffer 1] (telkens) heeft geïnstrueerd wanneer zij klaar moest staat voor prostitutiewerk,
terwijl hij die [slachtoffer 1] onder zijn invloedssfeer heeft gebracht/gehouden doordat hij, verdachte,
- zich heeft voorgedaan als vriend die haar zou helpen met het zoeken naar werk, rust en een stabiel leven en
/of
- die [slachtoffer 1] heeft opgedragen dat zij klanten moet ontvangen, anders zouden de klanten een klacht indienen en zou zij een boete opgelegd krijgen van de sekssite
(s)en
/of
-die [slachtoffer 1] heeft voorgehouden dat hij, verdachte, geld moet afdragen aan de sekssite
(s)en
/of
-die [slachtoffer 1] heeft voorgelogen over een compagnon/partner, ene [naam 3] , die zorgde voor de beveiliging van die [slachtoffer 1] en
/of
-die [slachtoffer 1] heeft voorgehouden dat hij, verdachte onkosten maakt zodat zij haar werkzaamheden kon verrichten en/of
- door zijn fysieke aanwezigheid en
/ofhet telkens zoeken van (telefonisch) contact, controle over die [slachtoffer 1] heeft uitgeoefend en
/of
- heeft gedreigd aan anderen (ouders, Belastingdienst, kinderbescherming) te vertellen dat die [slachtoffer 1] als prostituee werkzaam was en
/of
-dreigend tegen die [slachtoffer 1] heeft gezegd dat voornoemde [naam 3] haar kapot zou maken als zij niet doorging in de prostitutie en
/of
-tegen die [slachtoffer 1] heeft gezegd "Dat zij moest oppassen.
Hij wist haar familie en haar zoon te vinden.Er zou iemand tegenover haar wonen die haar in de gaten hield.
Zij moest haar bek houden en niet naar de politie gaan" en
/of"dat zij opgenomen moest worden en dat zij psycho was" en
/of"
Denk je dat de politie jou gaat geloven, want ze zien ook dat jij bent opgesloten voor het psychische. Wie denk je dat ze gaan geloven", althans woorden van dergelijke dreigende aard of strekking,
door welke feiten en omstandigheden voor die [slachtoffer 1] een afhankelijkheidssituatie is ontstaan waaraan zij zich niet heeft kunnen onttrekken en
/often gevolge waarvan zij geen weerstand heeft kunnen bieden aan verdachte,
(lid 3 sub 2)
terwijl die [slachtoffer 1] een kwetsbare persoon in een kwetsbare positie betreft, omdat zij herstellende was van een zware depressie en haar relatie net beëindigd was, waardoor zij geen, althans minder, zelfrespect (meer) had en zich in een sociaal isolement bevond.
2. [slachtoffer 2]
hij
op een of meer tijdstip(pen)in
of omstreeksde periode van 27 februari 2018 t/m 14 mei 2018 te Zutphen
en/of te Arnhem,
althans in Nederland, een ander, te weten [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 3] ,
(telkens) door dwang en
/ofdoor dreiging met geweld of een andere feitelijkheid, door misleiding en
/ofdoor misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en
/ofdoor misbruik van een kwetsbare positie (sub 1, 4, 6 en 9),
(sub 1)
heeft geworven en
/of vervoerd en/of overgebracht en/ofgehuisvest
en/of opgenomen, (telkens) met het oogmerk van (seksuele) uitbuiting van die [slachtoffer 2]
en
/of
(sub 4)
(telkens) die [slachtoffer 2] heeft gedwongen of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of diensten (bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling)
dan wel (telkens) enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [slachtoffer 2] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die arbeid of diensten (bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling)
en
/of
(sub 6)
(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de (seksuele) uitbuiting van die [slachtoffer 2]
en/of
(sub 9)
(telkens) die [slachtoffer 2] heeft
gedwongen dan welbewogen hem te bevoordelen uit de opbrengst van haar seksuele handelingen met of voor een derde,
immers heeft verdachte
- misbruik gemaakt van de kwetsbare positie van die [slachtoffer 2] door haar psychische gesteldheid en
/offinanciële problemen (waaronder geldnood voor een zeilkamp) en
/of
- ( vervolgens) die [slachtoffer 2] opgedragen, althans op haar ingepraat, om zichzelf te prostitueren en/of
- ( vervolgens) die [slachtoffer 2] in de prostitutie gehouden en
/of
- een prostitutielocatie ( [adres 2] in Zutphen) voor die [slachtoffer 2] geregeld en
/of
- een of meermalen een hotelkamer geboekt voor de ontvangst van klanten voor die [slachtoffer 2] en
/of
- het door die [slachtoffer 2] in de prostitutie verdiende geld (gedeeltelijk) aan hem laten afdragen welk geld hij, verdachte heeft aangewend voor eigen gewin
en/of afdrachten in natura (seks) afgedwongen
waarbij verdachte
-die [slachtoffer 2] heeft opgedragen seks met hem, verdachte, te hebben, zodat hij haar kon uitproberen voor de klanten (zij zou hier 6000 euro voor krijgen) en/of
-die [slachtoffer 2] heeft opgedragen een werknaam te nemen
( [naam 4] en/of [naam 5] )en
/of
-seksueel/erotisch getinte foto's heeft gemaakt van die [slachtoffer 2] (althans laten maken)voor seksadvertentie(s) en
/of
-een
of meerseksadvertentie
(s)voor die [slachtoffer 2] heeft gemaakt en
/of (telkens)heeft beheerd en/of
-
de klantentelefoon van die [slachtoffer 2] heeft beheerd en/of(telkens) heeft bepaald welke klanten, hoeveel klanten die [slachtoffer 2] moest afwerken en
/ofwanneer en welke seksuele handelingen die [slachtoffer 2] moest verrichten en/
ofheeft bepaald of de seks beschermd of onbeschermd was en
/of
- die [slachtoffer 2] (telkens) heeft geïnstrueerd wanneer zij klaar moest staat voor prostitutiewerk
terwijl verdachte die [slachtoffer 2] onder zijn invloedssfeer heeft gebracht/gehouden doordat hij, verdachte,
- op een facebook oproep van die [slachtoffer 2] heeft gereageerd waarin zij sponsoren zocht voor haar zeilkamp waarbij hij die [slachtoffer 2] heeft voorgehouden dat hij geld voor haar kon regelen en
/of
- die [slachtoffer 2] heeft voorgehouden dat zij 6.000 euro kon verdienen waardoor zij in een keer van haar schulden af zou zijn door met hem, verdachte, en
/ofandere man(nen) seks te hebben tegen betaling en
/of
- die [slachtoffer 2] heeft voorgelogen over een compagnon/partner, ene [naam 3] , die (onder meer) zorgde voor de beveiliging van die [slachtoffer 2] en
/of
- via tussenkomst van deze [naam 3] die [slachtoffer 2] heeft bedreigd/geïntimideerd en
/ofbelet te stoppen met haar prostitutiewerkzaamheden
en/of belet naar de politie te stappenen
/of
-
die [slachtoffer 2] heeft voorgehouden dat hij, verdachte onkosten maakt zodat zij haar werkzaamheden kon verrichten en/of
- die [slachtoffer 2] heeft opgedragen dat zij klanten moet ontvangen, anders zouden de klanten een klacht indienen en zou zij een boete opgelegd krijgen van de sekssite
(s)en/of
- door zijn fysieke aanwezigheid
en/of het telkens zoeken van (telefonisch) contact, controle over die [slachtoffer 2] heeft uitgeoefend en
/of
- heeft gedreigd aan anderen (familie, Belastingdienst) te vertellen dat die [slachtoffer 2] als prostituee werkzaam was en
/of
- tegen die [slachtoffer 2] heeft gezegd dat zij 700 euro moest betalen voor haar account op een sekssite omdat zij deze had overgenomen van een ander meisje
die hiervoor zwijggeld wilde hebben en/of
- tegen die [slachtoffer 2] heeft gezegd dat als [slachtoffer 2] die 700 euro niet zou betalen dat meisje de belastingdienst zou inlichten en/of
door welke feiten en omstandigheden voor die [slachtoffer 2] een afhankelijkheidssituatie is ontstaan waaraan zij zich niet heeft kunnen onttrekken en
/often gevolge waarvan zij geen weerstand heeft kunnen bieden aan verdachte;
(lid 3 sub 2)
terwijl die [slachtoffer 2] een kwetsbare persoon in een kwetsbare positie betreft, omdat zij niet kon terugvallen op familie en
/ofschulden had en
/ofals captain van een zeilteam zich verantwoordelijk voelde voor de financiering van het zeilkamp, geen zelfrespect (meer) had en zich in een sociaal isolement bevond;
3. [slachtoffer 3]
hij
op één of meer tijdstip(pen)in
of omstreeksmaart 2018, te Zutphen,
althans in Nederland,een ander, te weten [slachtoffer 3] (geboren op [geboortedatum 4] )
(sub 2)
heeft geworven en
/of vervoerd en/of overgebracht en/ofgehuisvest
en/of opgenomen, (telkens) met het oogmerk van seksuele uitbuiting van die [slachtoffer 3] , terwijl die [slachtoffer 3] de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt,
en
/of
(sub 5)
ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling
dan wel ten aanzien van die [slachtoffer 3] enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist en/of moest vermoeden dat die [slachtoffer 3] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handelingen, terwijl die [slachtoffer 3] de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
/of
(sub 8)
opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de seksuele handelingen van [slachtoffer 3] met of voor een derde tegen betaling, terwijl die [slachtoffer 3] de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt,
immers heeft verdachte
- contact gelegd met die [slachtoffer 3] en
/ofgevraagd of zij in de prostitutie wilde werken en
/of
- aan die [slachtoffer 3] verteld wat prostitutiewerk inhield en
/of
-
een ofmeermalen aan die [slachtoffer 3] gevraagd of zij tegen betaling seks met hem wilde hebben en
/of
- die [slachtoffer 3] veelvuldig benaderd voor de prostitutie door haar constant te bellen en
/ofte WhatsAppen en
/of
- tegen die [slachtoffer 3] gezegd dat hij klanten voor haar had en dat zij geld kon verdienen en
/of
- een prostitutielocatie ( [adres 2] in Zutphen) voor die [slachtoffer 3] geregeld en
/of
- die [slachtoffer 3] bewogen om onveilige (test)seks met hem, verdachte, te hebben
en/of te duldenen/
ofhaar daarna direct te confronteren met een klant voor betaalde seks en
/of
- tegen die [slachtoffer 3] gezegd dat zij seks moest hebben met die klant omdat zij anders een boete opgelegd zou krijgen door de sekssite en
/of
- bepaald welke seksuele handelingen die [slachtoffer 3] moest verrichten bij die klant
en/of welke prijs de klant moest betalenen
/of
- seksueel/erotisch getinte foto's gemaakt van die [slachtoffer 3] voor een seksadvertentie en
/of
- uitleg en/of instructie gegeven aan die [slachtoffer 3] over de (aard van de) door die [slachtoffer 3] te verrichten prostitutiewerkzaamheden en/of het onderhouden van contacten met en/of het maken van afspraken met (potentiële) (prostitutie)klant(en) en/of de daarvoor te vragen bedragen en/of
- het door die [slachtoffer 3] in de prostitutie verdiende geld (gedeeltelijk) aan hem laten afdragen welk geld hij, verdachte heeft aangewend voor eigen gewin
en/of afdrachten in natura (seks) afgedwongen.
4. [slachtoffer 4]
hij
op een of meer tijdstip(pen)in
of omstreeksde periode van 15 juni 2016 t/m 8 augustus 2016 te Zutphen en
/ofte Lochem en
/ofte Goor en/
of te Deventer en/ofte Leesten,
althans in Nederland, een ander, genaamd [slachtoffer 4] , geboren op [geboortedatum 5] ,
(telkens) door dwang, geweld en/of door dreiging met geweld of een andere feitelijkheid, door misleiding en
/ofdoor misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en
/ofdoor misbruik van een kwetsbare positie (sub 1, 4, 6 en 9),
(sub 1)
heeft geworven en
/ofvervoerd
en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen,
(telkens) met het oogmerk van (seksuele) uitbuiting van die [slachtoffer 4]
en
/of
(sub 4)
(telkens) die [slachtoffer 4] heeft gedwongen of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of diensten (bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling)
dan wel (telkens) enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [slachtoffer 4] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die arbeid of diensten (bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling)
en
/of
(sub 6)
(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de (seksuele) uitbuiting van die [slachtoffer 4]
en
/of
(sub 9)
(telkens) die [slachtoffer 4] heeft gedwongen dan wel bewogen hem te bevoordelen uit de opbrengst van haar seksuele handelingen met of voor een derde,
immers heeft verdachte
- misbruik gemaakt van de kwetsbare positie van die [slachtoffer 4] door haar psychosociale problemen en/of door haar afhankelijk van hem te maken door haar te isoleren door haar uit haar veilige beschermende omgeving te halen en
/of
- die [slachtoffer 4] in zijn woning laten verblijven (huisvesten) en/of
- die [slachtoffer 4] overgehaald en
/ofbewogen in de prostitutie te gaan werken en
/ofin de prostitutie gehouden
-die [slachtoffer 4] mishandeld (onder andere door haar tegen de muur te slaan en
/of aan/bij haar nek te grijpen) toen zij zei dat zij niet (langer) in de prostitutie wilde werken en
/of
- die [slachtoffer 4] opgedragen, althans verzocht, om seksueel/erotisch getinte foto’s en
/offilmpjes van zichzelf te maken waardoor bij die [slachtoffer 4] de vrees ontstond dat
(een)ander
(en
)kennis van die foto's zouden kunnen krijgen en
/of
- ( vervolgens) die seksueel/erotisch getinte foto's geplaatst op een sekssite
(s
)en
/of
-
uitleg en/of instructie aan die [slachtoffer 4] gegeven over de door haar te verrichten prostitutiewerkzaamheden en/of de daarvoor te ontvangen bedragen en/of
- die [slachtoffer 4] naar het station begeleid, van waaruit zij de trein nam voor prostitutie-
werkzaamheden (escort, cardates) en
/of
- zijn kamer voor prostitutiewerkzaamheden beschikbaar gesteld en/of
- het door die [slachtoffer 4] in de prostitutie verdiende geld (gedeeltelijk) aan hem laten afdragen, welk geld hij, verdachte heeft aangewend voor eigen gewin,
waarbij verdachte
-een
of meerseksadvertentie
(s
)voor die [slachtoffer 4] heeft gemaakt en
/of(telkens) heeft beheerd en
/of
-
de klantentelefoon van die [slachtoffer 4] heeft beheerd en/of(telkens) heeft bepaald welke klanten, hoeveel klanten die [slachtoffer 4] moest afwerken en
/ofwanneer en welke seksuele handelingen die [slachtoffer 4] moest verrichten en
/ofheeft bepaald of de seks beschermd of onbeschermd was en
/of
- die [slachtoffer 4] (telkens) heeft geïnstrueerd wanneer zij klaar moest staan voor prostitutiewerk,
terwijl verdachte die [slachtoffer 4] onder zijn invloedssfeer heeft gebracht/gehouden doordat hij, verdachte,
- een (liefdes)relatie met die [slachtoffer 4] is aangaan en
/of
- zich op boze en/of agressieve en/of (anderszins) dreigende en/of overheersende en/of denigrerende toon/wijze te uiten tegen die [slachtoffer 4] en
/of
- die [slachtoffer 4] heeft voorgespiegeld dat zij met het door haar verdiende geld op vakantie zouden gaan
en/of haar heeft voorgehouden dat het door haar verdiende (prostitutie)geld voor dat doel apart werd gezeten
/of
- door zijn fysieke aanwezigheid en/of het telkens zoeken van (telefonisch) contact, controle over die [slachtoffer 4] heeft uitgeoefend en/of
- heeft gedreigd aan anderen (familie) te vertellen dat die [slachtoffer 4] als prostituee werkzaam was
en/of
- heeft gedreigd met openbaarmaking van voornoemde seksueel/erotisch getinte foto’s en/of filmpjes
door welke feiten en omstandigheden voor die [slachtoffer 4] een afhankelijkheidssituatie is ontstaan waaraan zij zich niet heeft kunnen onttrekken en
/often gevolge waarvan zij geen weerstand heeft kunnen bieden aan verdachte;
(lid 3 sub 2)
Terwijl die [slachtoffer 4] een kwetsbare persoon in een kwetsbare positie was, omdat die [slachtoffer 4] licht verstandelijk beperkt is en
/ofaffectief en pedagogisch is verwaarloosd en vanaf haar 2e jaar uit huis is geplaatst en in internaten
en/of pleeggezinnen woont. Daarbij is er sprake van chronische PTSS en ADD en kenmerken van borderline-problematiek.
Parketnummer 05/740258-18
1.
hij op
of omstreeks20 mei 2018 te Zutphen,
althans in Nederland
door geweld en
/of één of meer andere feitelijkheden en/ofdoor bedreiging met geweld
en/of met één of meer andere feitelijkheden,
een persoon, te weten de minderjarige [slachtoffer 5] , geboren op [geboortedatum 6] , heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen mede bestaande uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 5] , te weten
- het brengen van
één of meer vanzijn vingers in haar vagina en
/of
- het duwen van zijn tong tegen
en/of inhaar mond,
en dat geweld en
/of die één of meerandere feitelijkheden en
/ofdie bedreiging met geweld
en/of met één of meer andere feitelijkhedener in bestaande dat verdachte,
- die [slachtoffer 5] heeft meegetrokken naar een (afgelegen) paadje/brandgang;
- die [slachtoffer 5] heeft gedreigd haar te slaan indien ze niet met hem zou
zoenen;
- die [slachtoffer 5] stevig heeft vastgepakt;
- de broek van die [slachtoffer 5] naar beneden heeft getrokken en
/of
- die [slachtoffer 5] heeft gedreigd met geweld indien zij zou huilen of schreeuwen;
- zijn hand voor de mond van die [slachtoffer 5] heeft gehouden (om haar te beletten geluid te maken) en/of
- die [slachtoffer 5] (daadwerkelijk) meermalen in/tegen haar gezicht heeft geslagen,
- zijn hand in de onderbroek van die [slachtoffer 5] heeft geduwd/gebracht en
één of meer vanzijn vingers in haar vagina heeft geduwd,
terwijl verdachte (daarbij) meermalen voorbij is gegaan aan het verbale en fysieke verzet van die [slachtoffer 5] ;
en
/of
hij op
of omstreeks20 mei 2018 te Zutphen,
althans in Nederlandter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
door geweld en
/of één of meerandere feitelijkheden en
/ofdoor bedreiging met geweld
en/of met één of meer andere feitelijkheden,
een persoon, te weten de minderjarige [slachtoffer 5] , geboren op [geboortedatum 6] , te dwingen tot het ondergaan van handelingen mede bestaande uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 5] , te weten oraal en/of vaginaal en/of anaal binnendringen met zijn penis
en/of vingers en/of tongen dat geweld en
/ofdie
één of meer anderefeitelijkheden en
/ofdie bedreiging met geweld
en/of met één of meer andere feitelijkhedener in bestaande dat verdachte,
- die [slachtoffer 5] heeft meegetrokken naar een (afgelegen) paadje/brandgang;
- die [slachtoffer 5] heeft gedreigd haar te slaan indien ze niet met hem zou
zoenen;
- die [slachtoffer 5] stevig heeft vastgepakt;
- de broek van die [slachtoffer 5] naar beneden heeft getrokken;
- zijn verdachtes eigen broek heeft geprobeerd open te maken;
- die [slachtoffer 5] heeft geboden op haar knieën te gaan zitten en/of te bukken;
- die [slachtoffer 5] heeft gedreigd met geweld indien zij zou huilen of schreeuwen;
- zijn hand voor de mond van die [slachtoffer 5] heeft gehouden (om haar te beletten geluid te maken) en
/of
- die [slachtoffer 5] (daadwerkelijk) meermalen
in/tegen haar gezicht heeft geslagen,
terwijl verdachte (daarbij) meermalen voorbij is gegaan aan het verbale en fysieke verzet van die [slachtoffer 5] ;
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
2.
hij op
of omstreeks20 mei 2018 te Zutphen,
een persoon, te weten [slachtoffer 5] heeft mishandeld door haar meermalen
in/tegen haar gezicht te slaan.
Parketnummer 05/740593-17
1.
hij op
of omstreeks29 mei 2017 te Zutphen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een mobiele telefoon (Samsung J5), toebehorende aan [slachtoffer 6] ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
2.
hij in
of omstreeksde periode van 29 mei 2017 tot en met 1 juni 2017 te Zutphen,
althans in Nederland, meermalen, opzettelijk en wederrechtelijk, in een (gedeelte van) een
geautomatiseerd werk, te weten een smartphone (Samsung J5) toebehorende aan [slachtoffer 6] , is binnengedrongen, door zich zonder toestemming van die [slachtoffer 6] toegang te verschaffen tot de (gedeeltelijke) inhoud van die smartphone en
/ofdoor het aannemen van een valse hoedanigheid te weten de hoedanigheid van die [slachtoffer 6] , althans het met die
smartphone versturen van berichten aan derden (valselijk) uit naam van die [slachtoffer 6] ;
3.
hij in
of omstreeksde periode van 29 mei 2017 tot en met 31 mei 2017 te Zutphen,
in ieder geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om een persoon, te weten [slachtoffer 6] , geboortedatum [geboortedatum 7] , van wie verdachte wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat deze de leeftijd van achttien jaren
nog niet had bereikt, door beloften van een goed en
/ofdoor misleiding opzettelijk te bewegen tot het plegen en/of het van verdachte dulden van ontuchtige handelingen, die [slachtoffer 6] heeft voorgehouden dat zij seksueel contact met hem, verdachte, moest hebben teneinde de haar mobiele telefoon terug te krijgen
en/of (vervolgens) is verschenen op een concreet seksafspraakje dat hij, verdachte, met die [slachtoffer 6] had gemaakt, terwijl de uitvoering van dit delict niet is voltooid.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van parketnummer 05/880950-18:
Mensenhandel, terwijl degene ten aanzien van wie de feiten als bedoeld in het eerste lid van artikel 273f Wetboek van Strafrecht worden gepleegd een persoon is bij wie misbruik van een kwetsbare positie wordt gemaakt, meermalen gepleegd
en
mensenhandel, terwijl degene ten aanzien van wie de feiten als bedoeld in het eerste lid van artikel 273f Wetboek van Strafrecht worden gepleegd de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt.
Ten aanzien van parketnummer 05/740258-18 feit 1 en 2:
Verkrachting, terwijl de schuldige het feit begaat tegen een persoon beneden de leeftijd van achttien jaar en het feit is voorafgegaan en vergezeld van geweld
en
eendaadse samenloop van een poging tot verkrachting, terwijl de schuldige het feit begaat tegen een persoon beneden de leeftijd van achttien jaar en het feit is voorafgegaan en vergezeld van geweld en mishandeling.
Ten aanzien van parketnummer 05/740593-17 feit 1:
Diefstal.
Ten aanzien van parketnummer 05/740593-17 feit 2:
Computervredebreuk.
Ten aanzien van parketnummer 05/740593-17 feit 3:
Poging tot door beloften van een goed of misleiding een persoon waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat deze de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt, opzettelijk bewegen ontuchtige handelingen te plegen of zodanige handelingen van hem te dulden.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van het ten laste gelegde onder parketnummer 05/880950-18, parketnummer 05/740258-18, feit 1 subsidiair en feit 2 en parketnummer 05/740593-17, feit 1, 2 en 3 zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 5 jaar met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. Daarnaast heeft de officier van justitie geëist dat aan verdachte de maatregel van terbeschikkingstelling met dwangverpleging en een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel zal worden opgelegd.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft een gevangenisstraf, gelijk aan de duur die verdachte reeds in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bepleit. Daarnaast heeft de raadsman naar voren gebracht dat in de rapporten van de deskundigen onvoldoende is onderbouwd waarom een terbeschikkingstelling met dwangverpleging noodzakelijk is en niet kan worden volstaan met een terbeschikkingstelling met voorwaarden. Ten slotte heeft de raadsman naar voren gebracht dat oplegging van een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel niet noodzakelijk is.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een groot aantal ernstige strafbare feiten: mensenhandel, verkrachting een poging tot verkrachting, mishandeling, diefstal, computervredebreuk en een poging een minderjarige te bewegen tot het plegen of dulden van ontucht.
Verdachte heeft vier vrouwen, van wie er één minderjarig was, gedwongen om in de prostitutie te gaan werken. Hij heeft voor [slachtoffer 3] , die ten tijde van de uitbuiting minderjarig was, een werkplek geregeld en haar gedwongen om een gedeelte van het verdiende geld aan hem af te staan. Daarnaast heeft hij [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 4] gedwongen om gedurende maanden in de prostitutie te gaan en blijven werken en hen gedwongen om (een gedeelte van) het verdiende geld aan hem af te staan. Hij heeft bij deze drie vrouwen misbruik gemaakt van hun kwetsbare positie. Daarnaast heeft hij hen bedreigd en gedreigd openbaar te maken welk werk ze verrichten. Hij had verder controle over de werkzaamheden van de vrouwen in die zin dat hij bepaalde hoeveel ze moesten werken en welke handelingen ze moesten verrichten. Zij moesten seks hebben zonder condoom en doorwerken als ze ongesteld waren. Verdachte hield daarnaast [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] voor dat ze boetes aan de sekssite moesten betalen als ze klanten weigerden of niet deden wat de klanten wilden. Mede hierdoor voelden ze zich genoodzaakt om in de prostitutie te blijven werken en hebben zij ieder met tientallen mannen seks gehad.
Ook nadat de prostitutie van [slachtoffer 1] was gestopt, heeft verdachte [slachtoffer 1] verder onder druk gezet om te voorkomen dat zij naar de politie zou gaan. Hij berichtte [slachtoffer 1] broer dat [slachtoffer 1] als prostituee had gewerkt en hield voor dat ze moest oppassen en dreigde ook de Belastingdienst, [slachtoffer 1] ouders en de kinderbescherming van de prostitutiewerkzaamheden op de hoogte te brengen.
Verdachte heeft door zijn handelswijze ernstige schade toegebracht aan de lichamelijke en geestelijke integriteit van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] . Hij heeft geen enkel ontzag getoond voor hun zelfbeschikkingsrecht en heeft ernstige inbreuk gemaakt op hun persoonlijke vrijheid. Telkens stond het persoonlijke gewin van verdachte, bestaande uit zowel een financieel gewin als seksueel gerief, voorop. Zo had verdachte ‘testseks’ met hen. Dat de gebeurtenissen grote negatieve impact hebben gehad op de slachtoffers is ook gebleken uit de ter terechtzitting afgelegde slachtofferverklaringen van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 4] waarin zij dat treffend onder woorden hebben gebracht. De slachtoffers lijden tot de dag van vandaag onder de negatieve psychische gevolgen hiervan.
Verdachte heeft bovendien de 15-jarige [slachtoffer 5] , die terugkwam van een avondje uitgaan, in een steegje verkracht, geprobeerd haar daar nog een keer te verkrachten en haar mishandeld. Verdachte heeft ook hierbij kennelijk alleen oog gehad voor zijn eigen seksuele behoeftebevrediging en niet stilgestaan bij de gevolgen van zijn handelen voor dit jonge meisje. Dit is vanzelfsprekend een zeer traumatische ervaring voor [slachtoffer 5] geweest. Ter zitting heeft haar advocaat onder woorden gebracht welke nadelige gevolgen zij hiervan tot op de dag van vandaag ondervindt.
Ten slotte heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan diefstal van een telefoon van de minderjarige [slachtoffer 6] . Hij heeft vervolgens gebruik gemaakt van haar telefoon en zich tegenover derden voorgedaan als [slachtoffer 6] . [slachtoffer 6] zou haar telefoon terugkrijgen als ze seks met hem zou hebben. Ook in deze zaak stond wederom het persoonlijk gewin van verdachte, bestaande uit seksueel gerief, voorop. Het hoeft geen betoog dat de rechtbank deze feiten verdachte zeer kwalijk neemt.
Verdachte is van 14 februari 2019 tot 28 maart 2019 opgenomen in het Pieter Baan Centrum. Uit het rapport van het Pieter Baan Centrum, uitgebracht op 16 mei 2019, komt het volgende, zakelijk weergegeven, naar voren.
In de vroege jeugd van verdachte was er sprake van mishandeling, verwaarlozing en seksueel misbruik. Er is sprake van een onrijpe en kwetsbare persoonlijkheidsstructuur. Verdachte is nauwelijks in staat om op zichzelf en zijn gedrag te reflecteren. Naast de kwetsbare kant wordt ook een berekenende kant gezien. Wanneer verdachte minder gespannen is kan hij manipulatief en instrumenteel gedrag vertonen. Verdachte scoort tegen het grensgebied aan van waaraf wordt gesproken van psychopathie. Ook de seksuele ontwikkeling van verdachte is verstoord door intergenerationeel seksueel misbruik. De verstoring lijkt zich met name te uiten in directe behoeftebevrediging. Verdachte is meerdere malen in de problemen gekomen door alcoholmisbruik. Ook zijn er aanwijzingen voor een gokverslaving.
Verdachte wordt gediagnosticeerd met een antisociale persoonlijkheidsstoornis en een stoornis in het gebruik van alcohol. Tevens wordt zwakbegaafdheid als V-code (reden tot zorg) geclassificeerd.
Hoewel verdachte planmatig en berekenend te werk gaat, is zijn pathologie duidelijk van invloed op zijn gedrag. Verdachte wordt niet geremd door zijn geweten en reflectieve vermogens. Hij kan onvoldoende onderscheid maken tussen seksualiteit en intimiteit. Er is verder sprake van een vijandig vrouwbeeld, een gebrekkige gewetensontwikkeling, directe behoeftebevrediging, beperkte copingvaardigheden, beperkte regulatievaardigheden en een onvermogen om op zichzelf te reflecteren. Onderzoekers adviseren de ten laste gelegde feiten daarom in verminderde mate aan hem toe te rekenen.
Bij verdachte komt steeds dezelfde dynamiek terug in de ten laste gelegde feiten. Het is de verwachting dat hij zal vervallen in dezelfde gedragspatronen. Het contact met kwetsbare jonge vrouwen is voor verdachte binnen handbereik. De onderzoekers achten de kans dan ook groot dat dit op korte termijn zal leiden tot nieuw delictgedrag. Ook in het gebruik van alcohol zal verdachte vermoedelijk snel vervallen, wat luxerend werkt.
Er is weinig constante en intrinsieke motivatie bij verdachte. Vanuit de pathologie van verdachte kan worden begrepen dat het aangaan van een behandelcontact voor hem slechts mogelijk is in een zeer gestructureerde en veilige omgeving. Vermoed wordt dat verdachte lang de tijd nodig heeft om zich open te kunnen stellen voor een gedragsveranderende behandeling. Zodoende achten de onderzoekers een langdurige klinische behandeling in een gestructureerde omgeving met forensische expertise van belang.
Al met al zien de onderzoekers geen andere mogelijkheid dan het adviseren van de maatregel terbeschikkingstelling. De mogelijkheid van terbeschikkingstelling met voorwaarden werd overwogen. Echter, gezien de voorgeschiedenis van het zich niet kunnen houden aan de voorwaarden en de beschreven pathologie, wordt verwacht dat verdachte niet goed in behandeling zal komen en het voor hem moeilijk zal zijn zich te houden aan de voorwaarden.
De rechtbank verenigt zich voor wat betreft de problematiek van verdachte met voormelde conclusies en neemt die over. De rechtbank is daarom van oordeel, dat het hiervoor bewezen verklaarde verminderd aan verdachte kan worden toegerekend. De rechtbank houdt hiermee rekening bij het opleggen van de straf.
De ernst van de feiten rechtvaardigt naar het oordeel van de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van lange duur. Nu de rechtbank onder parketnummer 05/740258-18 niet een poging tot verkrachting, zoals gesteld door de officier van justitie, maar een voltooide en een poging tot verkrachting bewezen heeft verklaard, zal zij een hogere gevangenisstraf aan verdachte opleggen dan geëist. De rechtbank vindt een gevangenisstraf van 65 maanden passend en geboden.
Naast een gevangenisstraf vindt de rechtbank ook oplegging van de maatregel terbeschikkingstelling met dwangverpleging noodzakelijk. Aan de wettelijke vereisten voor oplegging is voldaan. Het bewezenverklaarde feit betreft een misdrijf als bedoeld in artikel 37a, eerste lid onder 1 van het Wetboek van Strafrecht, waarvoor terbeschikkingstelling mogelijk is. Daarnaast is er sprake geweest van een stoornis dan wel gebrekkige ontwikkeling van verdachte ten tijde van het plegen van het delict. De rechtbank is voorts van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen het opleggen van de maatregel van terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege eist. De duur van de maatregel is niet gemaximeerd nu het feit is gericht tegen de onaantastbaarheid van het lichaam. Gezien het rapport van het Pieter Baan Centrum ziet de rechtbank, anders dan de verdediging, geen reden om een terbeschikkingstelling met voorwaarden op te leggen. Met de deskundigen is de rechtbank van oordeel dat een dergelijk kader onvoldoende waarborgen biedt. De rechtbank is van oordeel dat verdachte in het verleden voldoende gelegenheid heeft gehad om verantwoordelijkheid te nemen voor zijn daden, te laten zien dat hij zijn leven wil beteren en te luisteren naar reclassering en behandelaars. Verdachte heeft die kansen niet gegrepen of kunnen grijpen door onmacht. Een terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege is wat de rechtbank betreft dan de enig overgebleven mogelijkheid om te proberen een gedragsverandering bij verdachte teweeg te brengen.
De rechtbank zal daarnaast ook aan verdachte de gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel als bedoeld in artikel 38z Sr opleggen. Naar het oordeel van de rechtbank is de oplegging van deze maatregel in het belang van de algemene veiligheid van personen en daarnaast de bescherming van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] en [slachtoffer 6] in het bijzonder.
Uit het rapport van het Pieter Baan Centrum komt naar voren dat het recidiverisico bij verdachte hoog is. Daarnaast is uit eerdere reclasseringscontacten gebleken dat verdachte zich meerdere malen niet aan afspraken heeft gehouden door veelvuldig afspraken af te zeggen, te recidiveren en zijn alcoholverbod te overtreden.
De rechtbank is daarom van oordeel dat het creëren van een mogelijkheid om verdachte, ook na beëindiging van detentie en terbeschikkingstelling langdurig onder toezicht te stellen noodzakelijk is om het recidiverisico in de toekomst naar een aanvaardbaar risico te kunnen terugdringen c.q. op een aanvaardbaar niveau te houden. Aan de wettelijke voorwaarden voor oplegging van de maatregel is voldaan. De rechtbank merkt ten overvloede op dat de maatregel pas kan worden tenuitvoergelegd na een daartoe strekkende vordering van het Openbaar Ministerie bij beëindiging van de terbeschikkingstelling en een daaropvolgende beslissing van de rechtbank.
De rechtbank zal derhalve aan verdachte opleggen een gevangenisstraf voor de duur van 65 maanden, met aftrek van de tijd die verdachte heeft doorgebracht in voorarrest, een maatregel terbeschikkingstelling met dwangverpleging en een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel.
7a. De beoordeling van de civiele vorderingen, alsmede de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregel
Parketnummer 05/880950-18
De benadeelde partijen [slachtoffer 1] ( [slachtoffer 1] ), [slachtoffer 2] ( [slachtoffer 2] ) en [slachtoffer 3] ( [slachtoffer 4] ) hebben zich, met bijstand van mr. M. Pals, in het strafproces gevoegd ter verkrijging van schadevergoeding.
[slachtoffer 1] heeft een bedrag van € 10.550 gevorderd voor immateriële schade en een bedrag van
€ 2.865,32 voor materiële schade voor het onder 1 bewezenverklaarde feit.
[slachtoffer 2] heeft een bedrag van € 10.550 gevorderd voor immateriële schade en een bedrag van
€ 3.491,16 voor materiële schade voor het onder 2 bewezenverklaarde feit.
[slachtoffer 4] heeft een bedrag van € 10.400 gevorderd voor immateriële schade en een bedrag van
€ 1.560,76 voor materiële schade voor het onder 4 bewezenverklaarde feit.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft verzocht de vorderingen van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 4] volledig toe te wijzen. Ook heeft de officier van justitie verzocht de vordering van [slachtoffer 1] toe te wijzen, met uitzondering van het gevorderde bedrag van € 1200 dat volgens [slachtoffer 1] door verdachte uit haar kamer is gestolen, nu onvoldoende is onderbouwd dat verdachte dit bedrag heeft weggenomen. Daarnaast heeft de officier van justitie verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en de wettelijke rente toe te wijzen.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft, gelet op de door hem (partieel) bepleitte vrijspraak, verzocht om [slachtoffer 1] en [slachtoffer 4] niet-ontvankelijk te verklaren in hun vorderingen. Mocht de rechtbank tot een bewezenverklaring komen dan heeft de raadsman verzocht de toe te wijzen immateriële schade te matigen, nu de gevorderde schade te fors is.
Ook ten opzichte van de benadeelde partij [slachtoffer 2] heeft de raadsman naar voren gebracht dat de gevorderde immateriële schade te fors is. Daarnaast moet [slachtoffer 2] gedeeltelijk niet-ontvankelijk worden verklaard in haar vordering voor wat betreft de materiële schade nu [slachtoffer 2] niet het volledige door haar verdiende bedrag aan verdachte heeft moeten afstaan, maar een percentage daarvan.
Daarnaast heeft de raadsman verzocht om geen schadevergoedingsmaatregel, althans geen (volledige) vervangende hechtenis op te leggen, aangezien evident is dat verdachte onmogelijk enig toe te wijzen bedrag zal kunnen betalen. Dit zal dan neerkomen op in de toekomst ten uitvoer te leggen vervangende hechtenis.
Beoordeling door de rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen verder ter terechtzitting met betrekking tot de vordering is gebleken, komen vast te staan dat de benadeelde partijen [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 4] als gevolg van het onder 1, 2 en 4 bewezen verklaarde schade hebben geleden, waarvoor verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk is.
Immateriële schade
De rechtbank is van oordeel dat aan de benadeelde partijen [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 4] een vergoeding voor de geleden immateriële schade moet worden toegewezen. De rechtbank zal gebruik maken van haar schattingsbevoegdheid en begroot de immateriële schade naar redelijkheid, gelet op de ernst van het bewezenverklaarde en de gevolgen voor de benadeelde partijen, op een bedrag van € 7.500,-. De benadeelde partijen zullen voor het overige in hun vorderingen niet ontvankelijk worden verklaard.
Materiële schade
[slachtoffer 1]
De rechtbank zal de gevorderde kosten van € 40,32 voor bezoeken aan de officier van justitie toewijzen op grond van artikel 6:96 lid 2 onder b van het Burgerlijk Wetboek (kosten ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid).
[slachtoffer 1] heeft aan verdachte een bedrag van € 675,- afgestaan en verdachte heeft haar eenmaal een bedrag van € 150,- terugbetaald. Daarnaast heeft [slachtoffer 1] boetes aan verdachte van in totaal € 950,- betaald. Voor vergoeding komt daarom in aanmerking een bedrag van € 1.475,-. Diefstal door verdachte van een bedrag van € 1200,- is niet voldoende vast komen te staan, zodat [slachtoffer 1] voor dat gedeelte niet-ontvankelijk zal worden verklaard in haar vordering.
[slachtoffer 2]
De rechtbank zal de gevorderde proceskosten van € 29,40 voor het bijwonen van de zitting afwijzen. Deze proceskosten zijn niet toewijsbaar, aangezien de benadeelde partij op de zitting is bijgestaan door een gemachtigde. De reiskosten voor het bezoek van [slachtoffer 2] aan haar advocaat van € 11,76 zal de rechtbank wel toewijzen, de rechtbank merkt deze kosten echter niet aan als proceskosten, maar als kosten die zijn gemaakt ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid.
Daarnaast komt voor vergoeding in aanmerking 15% van het door [slachtoffer 2] verdiende geld in de prostitutie, omdat ze dit percentage aan verdachte af heeft moeten staan. Dit komt neer op een bedrag van € 427,50. [slachtoffer 2] heeft verdachte daarnaast eenmalig een bedrag van € 700,- betaald en verdachte heeft haar eenmaal een bedrag van € 100,- terugbetaald. De rechtbank zal daarom een bedrag van € 1.039,26 toewijzen. Voor de overige gevorderde materiële schade zal [slachtoffer 2] niet-ontvankelijk worden verklaard in haar vordering.
[slachtoffer 4]
De rechtbank zal de gevorderde kosten van € 13,72 voor een bezoek aan de officier van justitie toewijzen. De reiskosten voor het bezoek van [slachtoffer 4] aan haar advocaat van € 47,04 zal de rechtbank ook toewijzen. De rechtbank merkt deze kosten echter niet aan als proceskosten, maar als kosten die zijn gemaakt ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid.
[slachtoffer 4] heeft verklaard dat ze het door haar verdiende bedrag van € 1500,- aan verdachte heeft afgegeven. Ze heeft hiervan een bedrag van € 200,- terug gepakt. De rechtbank zal daarom de gevorderde materiële schade voor een bedrag van € 1300,- toewijzen en verklaart [slachtoffer 4] voor het overige niet-ontvankelijk in haar vordering.
In het belang van de benadeelde partijen wordt, als extra waarborg voor betaling, de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opgelegd, met inbegrip van de wettelijke rente vanaf 23 februari 2018 (begin pleegperiode) voor [slachtoffer 1] , vanaf 27 februari 2018 (begin pleegperiode) voor [slachtoffer 2] en vanaf 15 juni 2016 (begin pleegperiode) voor [slachtoffer 4] .
Parketnummer 05/740258-18
De benadeelde partij [slachtoffer 5] ( [slachtoffer 5] ) heeft zich, met bijstand van mr. E.J. Bijl en vertegenwoordigd door haar moeder als wettelijk vertegenwoordiger, in het strafproces gevoegd ter verkrijging van schadevergoeding ter zake van het onder feit 1 en 2 bewezenverklaarde.
[slachtoffer 5] heeft een bedrag van € 4.500,- gevorderd voor immateriële schade en een bedrag van
€ 2.924,67 voor materiële schade.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft verzocht de vordering van [slachtoffer 5] volledig toe te wijzen. Daarnaast heeft de officier van justitie verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en de wettelijke rente toe te wijzen.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft, gelet op de door hem bepleitte vrijspraak, verzocht om [slachtoffer 5] niet-ontvankelijk te verklaren in haar vordering. Mocht de rechtbank tot een bewezenverklaring komen dan verzoekt de raadsman de rechtbank om de toe te wijzen immateriële schade te matigen.
Met betrekking tot de gevorderde materiële schade heeft de raadsman naar voren gebracht dat diverse gevorderde schadeposten geen direct gevolg zijn van het bewezenverklaarde. Dit geldt voor de kosten van de overtocht naar Harlingen, de reiskosten naar en de verblijfskosten op Terschelling, de inkomstenderving van de ouders van [slachtoffer 5] , de kosten voor een uittreksel uit het GBA en de aankoop van een zwangerschapstest.
Daarnaast heeft de raadsman verzocht om geen schadevergoedingsmaatregel, althans geen (volledige) vervangende hechtenis op te leggen, aangezien evident is dat verdachte onmogelijk enig toe te wijzen bedrag zal kunnen betalen. Dit zal dan neerkomen op in de toekomst ten uitvoer te leggen vervangende hechtenis.
Beoordeling door de rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen verder ter terechtzitting met betrekking tot de vordering is gebleken, komen vast te staan dat de benadeelde partij [slachtoffer 5] als gevolg van het onder feit 1 en 2 bewezen verklaarde schade heeft geleden, waarvoor verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk is.
Immateriële schade
De rechtbank is van oordeel dat aan de benadeelde partij een vergoeding voor de geleden immateriële schade moet worden toegewezen. De rechtbank zal gebruik maken van haar schattingsbevoegdheid en begroot de immateriële schade naar redelijkheid, gelet op de ernst van het bewezenverklaarde en de gevolgen voor de benadeelde partij, op een bedrag van
€ 4.500,-.
Materiële schade
[slachtoffer 5] was ten tijde van het bewezen verklaarde 15 jaar oud. De gevorderde materiële schade ziet, zo begrijpt de rechtbank, op kosten die de ouders van [slachtoffer 5] ten behoeve van hun dochter hebben gemaakt en die [slachtoffer 5] , als niet haar ouders deze zouden hebben gemaakt, zelf van verdachte had kunnen vorderen (verplaatste schade zoals bedoeld in artikel 6:107 van het Burgerlijk Wetboek). Ook [slachtoffer 5] kan, als benadeelde partij, deze schade vorderen.
Naar het oordeel van de rechtbank zijn de gevorderde medische kosten ten bedrage van € 360,- aan te merken als toewijsbare verplaatste schade. Dit geldt ook voor de door de raadsvrouw betwiste schade voor de aankoop van een zwangerschapstest (€ 7,49). De rechtbank is van oordeel dat deze aankoop een rechtstreeks gevolg is van het bewezenverklaarde feit.
Daarnaast komen de gevorderde reis- en parkeerkosten voor bezoeken aan het politiebureau, de advocaat, de GGD, slachtofferhulp en de therapeut van [slachtoffer 5] voor toewijzing in aanmerking. De rechtbank merkt hierbij op dat zij de reis- en parkeerkosten voor bezoeken aan de advocaat niet aanmerkt als proceskosten, maar als kosten die zijn gemaakt ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid. Dit betreft een bedrag van in totaal € 274, 94.
De overige gevorderde materiële schade komt naar het oordeel van de rechtbank niet voor vergoeding in aanmerking. Gevorderd worden gederfde inkomsten van de ouders van [slachtoffer 5] , wegens vrije dagen die zij hebben opgenomen om met [slachtoffer 5] naar therapie, slachtofferhulp, de GGD, Terschelling (voor ondersteuning van [slachtoffer 5] op haar eindreis van school), de advocaat en de zitting te gaan. Voor de gederfde inkomsten van de ouders van [slachtoffer 5] geldt dat dit geen kosten of schade betreft die [slachtoffer 5] zelf had kunnen vorderen als zij die schade zelf had geleden, om de reden dat zij die schade niet zou kunnen lijden aangezien het het inkomen van haar ouders betreft. De oorzaak van het lijden van die inkomensschade is dan ook niet gelegen in zorgtaken voor [slachtoffer 5] waarvoor ook een professional had kunnen worden ingeschakeld. Er is dus geen sprake van daadwerkelijke verplaatste schade als bedoeld in 6:107, eerste lid, onder a, van het Burgerlijk Wetboek. Ook de reiskosten naar Terschelling en de verblijfskosten op dit eiland die de moeder van [slachtoffer 5] heeft gemaakt komen niet voor toewijzing in aanmerking nu ook deze kosten geen kosten zijn die [slachtoffer 5] zelf had kunnen vorderen als zij die schade zelf had geleden.
Ten aanzien van deze schade zal de benadeelde partij daarom in haar vordering niet-ontvankelijk worden verklaard. Hetzelfde geldt voor de kosten die zijn gemaakt voor een uittreksel uit het GBA, nu de benadeelde partij niet heeft onderbouwd ten behoeve waarvan deze kosten zijn gemaakt.
De rechtbank zal derhalve in totaal toewijzen een bedrag van € 4.500,- voor immateriële schade en een bedrag van € 642,43 voor materiële schade.
In het belang van de benadeelde partijen wordt, als extra waarborg voor betaling, de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opgelegd, met inbegrip van de wettelijke rente vanaf 20 mei 2018 voor de immateriële schade. In verband met de hoeveelheid kleine schadeposten waaruit het bedrag voor materiële schade is opgebouwd, zal de rechtbank de ingangsdatum van de wettelijke rente (schattenderwijs) bepalen op een datum gelegen in (ongeveer) het midden van de periode waarin al die schade is geleden, te weten 1 september 2018.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 36f, 37a, 38z, 45, 55, 57, 138ab, 242, 248, 248a, 273f, 300 en 310 van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
65 (vijfenzestig) maanden;
 beveelt dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
 gelast dat verdachte
ter beschikkingwordt
gestelden beveelt dat de ter beschikking gestelde
van overheidswege zal worden verpleegd;
 legt veroordeelde tevens op de
maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking (artikel 38z Sr).
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
 veroordeelt veroordeelde ten aanzien van het bewezenverklaarde onder 1 van parketnummer 05/880950-18, tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij
[slachtoffer 1], van een bedrag van
€ 9.015,32 (negenduizendvijftien euro en tweeëndertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 februari 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
 wijst de vordering voor wat betreft het meer gevorderde met betrekking tot de immateriële schade af;
 verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 1] voor wat betreft de overige gevorderde materiële schade niet-ontvankelijk in haar vordering;
 legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 1] , een bedrag te betalen van
€ 9.015,32 (negenduizendvijftien euro en tweeëndertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 februari 2018 tot aan de dag der algehele voldoening met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 80 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
 bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
 veroordeelt veroordeelde ten aanzien van het bewezenverklaarde onder 2 van parketnummer 05/880950-18, tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij
[slachtoffer 2], van een bedrag van
€ 8.539,26 (achtduizend vijfhonderdnegenendertig euro en zesentwintig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 februari 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
 wijst de vordering voor wat betreft het meer gevorderde met betrekking tot de immateriële schade af;
 verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 2] voor wat betreft de overige gevorderde materiële schade niet-ontvankelijk in haar vordering;
 legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 2] , een bedrag te betalen van
€ 8.539,26 (achtduizend vijfhonderdnegenendertig euro en zesentwintig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 februari 2018 tot aan de dag der algehele voldoening met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 77 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
 bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4]
 veroordeelt veroordeelde ten aanzien van het bewezenverklaarde onder 4 van parketnummer 05/880950-18, tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij
[slachtoffer 3], van een bedrag van
€ 8.860,76 (achtduizendachthonderdzestig euro en zesenzeventig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 juni 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
 wijst de vordering voor wat betreft het meer gevorderde met betrekking tot de immateriële schade af;
 verklaart de benadeelde [slachtoffer 3] voor wat betreft de overige gevorderde materiële schade niet-ontvankelijk in haar vordering;
 legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 3] , een bedrag te betalen van
€ 8.860,76 (achtduizendachthonderdzestig euro en zesenzeventig cent)vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 juni 2016 tot aan de dag der algehele voldoening met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 79 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
 bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 5]
 veroordeelt veroordeelde ten aanzien van het bewezenverklaarde onder feit 1 en 2 van parketnummer 05/740258-18, tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij
[slachtoffer 5], van een bedrag van
€ 4.500,- (vijfenveertighonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 mei 2018 tot aan de dag der algehele voldoening wegens immateriële schade en een bedrag van
€ 642,43 (zeshonderd tweeënveertig euro en drieënveertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 september 2018 tot aan de dag der algehele voldoening wegens materiële schade;
 verklaart de benadeelde [slachtoffer 5] voor wat betreft de overige gevorderde materiële schade niet-ontvankelijk in haar vordering;
 legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 5] , een bedrag te betalen van
€ 4.500,- (vijfenveertighonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 mei 2018 tot aan de dag der algehele voldoening met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 64 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt en een bedrag van
€ 642,43 (zeshonderd tweeënveertig euro en drieënveertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 september 2018 tot aan de dag der algehele voldoening met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 12 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
 bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.J.M. van Apeldoorn (voorzitter), mr. R. Raat en mr. T. Bertens, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E. Bruinsma-Visscher, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 18 juni 2019.

Voetnoten

1.Het bewijs in
2.Proces-verbaal van verhoor verdachte [slachtoffer 1] , p. 646.
3.Proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 1] , p. 1181.
4.Proces-verbaal van bevindingen, p. 636.
5.Proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 1] , p. 1186.
6.Idem, p. 1181 en 1182.
7.Proces-verbaal van verhoor verdachte [slachtoffer 1] , p. 649.
8.Proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 1] , p. 1191.
9.Proces-verbaal van verhoor verdachte [slachtoffer 1] , p. 648 en 649.
10.Proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 1] , p. 1189 en 1190.
11.Idem, p. 1192.
12.Bijlage bij proces-verbaal van bevindingen verhoor [slachtoffer 1] , p. 720.
13.Idem, p. 1192.
14.Idem, p. 1187.
15.Idem, p. 1193.
16.Proces-verbaal van verhoor verdachte [slachtoffer 1] , p. 646.
17.Proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 1] , p. 1191.
18.Idem, p. 1188.
19.Idem, p. 1186.
20.Proces-verbaal van verhoor verdachte [slachtoffer 1] , p. 646.
21.Proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 1] , p. 1193 en 1194.
22.Proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 86 en 87.
23.Verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 28 mei 2019.
24.Proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 88.
25.Idem, p. 93.
26.Idem, p. 89.
27.Idem, p. 94.
28.Idem, p. 119 en 120.
29.Idem, p. 95.
30.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] , p. 794 en 800 en 801.
31.Proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 3] , p. 752.
32.Proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 1] , p. 642 en 643.
33.Proces-verbaal van verhoor verdachte [slachtoffer 1] , p. 648.
34.Verslag verbatim verhoor [slachtoffer 1] , p. 662.
35.Proces-verbaal van bevindingen, p. 595.
36.Proces-verbaal van historische telefoniegegevens, p. 293.
37.Proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 1] , p. 1179 en 1183.
38.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 2] , p. 619 en 625.
39.Proces-verbaal van bevindingen, p. 615 en 616.
40.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 2] , p. 625.
41.Proces-verbaal van bevindingen, p. 616 en 617.
42.Proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 109, 110 en 111.
43.Idem, p. 116.
44.Idem, p. 124 en 125.
45.Idem, p. 127 en 128 en verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 28 mei 2019.
46.Proces-verbaal van bevindingen, p. 309 en 310 en extractierapport, p. 328t/m 330 en p. 341.
47.Proces-verbaal van bevindingen, p. 270.
48.Proces-verbaal onderzoek telefoon [slachtoffer 2] , p. 224.
49.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 2] , p. 622 en 623.
50.Proces-verbaal van bevindingen, p. 581 en 583.
51.Proces-verbaal van bevindingen, p. 583.
52.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 2] , p. 621.
53.Proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 3] , p. 747 en 748.
54.Proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 3] , p. 749.
55.Idem, p. 752.
56.Idem, p. 754.
57.Verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 28 mei 2019.
58.Uitwerking schrijftolk derde verhoor [slachtoffer 1] , p. 710 en 711.
59.Proces-verbaal van bevindingen, p. 279.
60.Proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 3] , p. 1081 en 1083.
61.Proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 3] , p. 834 en proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 3] , p. 1085.
62.Proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 3] , p. 1085, 1086 en 1087.
63.Idem, p. 1099, 1100 en 1101.
64.Idem, p. 1123 en 1124.
65.Idem, p. 1127.
66.Idem, p. 1125 en 1126.
67.Idem, p. 1125 en 1127.
68.Proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 175 en 177.
69.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1048 en 1049.
70.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1215 tot en met 1219.
71.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1220 en proces-verbaal van bevindingen, p. 1062.
72.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1071.
73.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1030.
74.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1035 en proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 3] , p. 1122.
75.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 5] , p. 17, 18 en 19.
76.Proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 99, 100 en 101.
77.Proces-verbaal van verhoor van [getuige 3] , p. 42 en 43.