Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
h.o.d.n. Schildersbedrijf [naam gedaagde], Klussenbedrijf [naam gedaagde],
1.De procedure
2.De verdere beoordeling
2.432,50(3,5 punten × tarief € 695,00)
Rechtbank Gelderland
In deze civiele procedure heeft de Rechtbank Gelderland op 17 april 2019 uitspraak gedaan in de zaak tussen de besloten vennootschap STUCPAINT B.V. en een gedaagde, die opereert onder de naam Schildersbedrijf en Klussenbedrijf. De eiseres, vertegenwoordigd door advocaat mr. O. Surquin, vorderde betaling van een bedrag van € 19.015,96, dat voortvloeit uit een verzamelfactuur met factuurnummer 19128683, die betrekking heeft op geleverde goederen aan de gedaagde. De rechtbank heeft in een eerder tussenvonnis van 24 oktober 2018 de eiseres opgedragen bewijs te leveren van de levering van de goederen, wat zij heeft gedaan door middel van getuigenverklaringen en het overleggen van pakbonnen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de gedaagde niet heeft gereageerd op de bewijsvoering van de eiseres en heeft afgezien van een tegengetuigenverhoor. De getuigenverklaringen van de medewerkers van STUCPAINT B.V. bevestigen de stelling van de eiseres dat de goederen zijn geleverd op basis van een afspraak met de gedaagde, die in financiële problemen verkeerde. De rechtbank oordeelt dat de eiseres aan de bewijsopdracht heeft voldaan en dat de gedaagde de factuur niet heeft betaald, ondanks aanmaningen.
De rechtbank heeft de vordering van STUCPAINT B.V. toegewezen, inclusief de contractuele rente en een deel van de buitengerechtelijke incassokosten. De gedaagde is veroordeeld in de proceskosten. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. S. Kompier en is uitvoerbaar bij voorraad.