Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs
(de rechtbank begrijpt: getuige [getuige] ), die enkele minuten later ter plaatse kwam. Op het moment dat haar vader de achtertuin in liep, zag ze de onbekende man op het balkon aan de voorzijde van de woning staan. Ze riep hierop haar vader, die vervolgens de man in de gaten hield. De onbekende man ging weer terug de woning in en stond even later in de voortuin. Ze heef toen haar vader geroepen, die vervolgens de doorgang blokkeerde. Ze heeft toen112 gebeld. Verder heeft ze verklaard dat ze zag dat de onbekende man op haar vader af kwam en een klap in zijn nek gaf. [2]
3.Bewezenverklaring
de feiten 1 primair en 2ten laste gelegde heeft begaan, te weten dat:
of omstreeks14 februari 2019, te Wijchen,
in ieder geval in Nederland,
in elk geval enig goed,die geheel of ten dele aan een ander
/of[getuige] ,
en/of dat/die weg te nemen goed/goederen onder zijn bereik
verbreking, inklimming,
vergezeld en/ofgevolgd van geweld, tegen die [getuige] ,
hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door:
een of meermaalstegen het lichaam te trappen
en/of te schoppen, en/of
een of meermaals tegen het hoofd, althansin de nek
(met gebalde vuist
)te stompen
en/of te slaan.
2019. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
of omstreeksde periode van 8 maart 2018 tot en met 10 maart 2018, te Nijmegen,
in ieder geval in Nederland,
in elk geval enig goed,dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [aangeefster 2] ,
/ofdat
/dieweg te nemen goed
/goederenonder zijn bereik
, verbreking, inklimming.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8. De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
een gevangenisstraf voor de duur van 17 (zeventien) maanden;
heft ophet bevel tot
voorlopige hechtenis;
gelast de teruggaveaan de beslagene van:
een schroevendraaier;
verklaart verbeurdde in beslag genomen, nog niet teruggegeven goederen, te weten:
twee tangen (SIN AAKT3557NL en AAKT3558NL);
benadeelde partij [aangeefster 1] niet-ontvankelijkin haar vordering;
benadeelde partij [getuige] niet-ontvankelijkin zijn vordering;
wijst af de vorderingvan de officier van justitie van 30 april 2019, strekkende
tot tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van de Meervoudige Kamer te Arnhem van 17 augustus 2011 voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf voor de duur van 8 (acht) maanden (parketnummer 05-730542-11).