[Gedaagden] vorderen bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I [Eisers] hoofdelijk te veroordelen om op straffe van een dwangsom van
€ 500,00 voor iedere dag dat zij daarmee in gebreke blijven, met een maximum van
€ 50.000,00, [Gedaagden] toe te staan om binnen de periode 18 maart 2019 tot en met
1 juni 2019 gedurende vier aaneengesloten weken, die periode van vier aangesloten weken te verlengen met door weersomstandigheden onwerkbare dagen of dagen waarop door overmacht de te verrichten werkzaamheden niet kunnen worden verricht, ongestoord gebruik te maken en te laten maken van het perceel van [Eisers], gelegen aan de [naam Project] in Arnhem, kadastraal bekend gemeente Arnhem, [kavel A], ten behoeve van het door [Gedaagden] verrichten of laten verrichten van werkzaamheden aan hun onroerend goed, gelegen aan de [naam Project] in Arnhem, kadastraal bekend gemeente Arnhem, [kavel B], welke werkzaamheden zullen bestaan uit het (laten) aanbrengen van isolatiemateriaal en stucwerk op het isolatiemateriaal, eventuele schilderwerkzaamheden van het stucwerk en eventuele noodzakelijke timmer- en/of afsluitingswerkzaamheden (door aanbrengen van onder andere afsluitprofielen) voor vereiste aansluiting van de huizen, en de plaatsing/gebruik van hulpmaterialen voor het verrichten van deze werkzaamheden (zoals steigerwerk);
II [Eisers] hoofdelijk te veroordelen om op straffe van een dwangsom van
€ 500,00 voor iedere dag dat zij daarmee in gebreke blijven, met een maximum van
€ 50.000,00, binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis, althans binnen een door de voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen termijn, op het balkon gelegen op de eerste etage aan de achterzijde van hun woning aan de zijde van [Gedaagden] (parallel aan de erfgrens die het perceel van partijen scheidt) over de gehele breedte van het balkon een ondoorzichtig scherm van twee meter hoog te plaatsen en om deze aldaar geplaatst te houden;
III [Eisers] hoofdelijk te veroordelen om op straffe van een dwangsom van
€ 500,00 voor iedere dag dat zij daarmee in gebreke blijven, met een maximum van
€ 50.000,00, binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis, althans binnen een door de voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen termijn, de afwatering onder het balkon gelegen op de eerste etage aan de voorzijde van hun woning aan te passen en aangepast te houden, zodat het water niet meer vanaf de woning van [Eisers] tegen en/of direct voor de woning van [Gedaagden] afwatert;
IV elke andere voorziening te treffen die de voorzieningenrechter in goede justitie passend acht en die recht doet aan de belangen van [Gedaagden]