ECLI:NL:RBGEL:2019:2387

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
29 mei 2019
Publicatiedatum
31 mei 2019
Zaaknummer
05/720345-16
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van opzetheling en gewoonteheling van gestolen voertuigen en onderdelen

Op 29 mei 2019 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van opzetheling van een Volkswagen Caddy en gewoonteheling van onderdelen van 24 gestolen voertuigen. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten. De zaak kwam voort uit een aangifte van diefstal van een Volkswagen Caddy op 6 november 2015. De verdachte was op dat moment ingeschreven bij de Kamer van Koophandel als vennoot van een bedrijf, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat hij daadwerkelijk betrokken was bij de diefstal of het verwerven van de gestolen goederen. De officier van justitie had betoogd dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de feiten, maar de verdediging pleitte voor vrijspraak, stellende dat de verdachte niet betrokken was bij het demonteren van het voertuig en dat hij op het moment van de diefstal nog op school zat. De rechtbank concludeerde dat er geen bewijs was dat de verdachte zich met de werkzaamheden van het bedrijf had beziggehouden en sprak hem vrij van alle beschuldigingen. De benadeelde partijen die zich in het strafproces hadden gevoegd, werden niet-ontvankelijk verklaard in hun vorderingen, aangezien de verdachte was vrijgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer : 05/720345-16
Datum uitspraak : 29 mei 2019
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] 1997 te [geboorteplaats] ,
zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland,
wonende aan de [adres 1] , [woonplaats] .
Raadsman: mr. J.C. Spigt, advocaat te Rotterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 1 februari 2018, 18 oktober 2018 en 2 mei 2019.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is, na een door de rechtbank toegewezen vordering wijziging tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
Hij op of omstreeks 6 november 2015, in de gemeente Nijmegen, althans (elders) in Nederland, een (zogenaamde) bestelauto (merk Volkswagen, type Caddy, kleur zwart) (kenteken [kenteken 1] ) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft
overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van voornoemde bestelauto wist of redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
2.
Hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 18 mei 2015 tot en met 6 november 2015, in de gemeente Nijmegen en/of in de gemeente Groesbeek en/of/althans (in ieder geval) (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen,
Een gewoonte heeft gemaakt van het plegen van opzetheling,
Immers heeft hij, verdachte, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, in na te melden periode(s), na te melden goederen verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen, terwijl hij/zij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die goederen wist(en) dat het door misdrijf verkregen goed(eren) betrof, te weten:
1. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 17 van de lijst), Volkswagen Transporter, kenteken [kenteken 2] en/of een of meer ondede(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 0273 tot en met 0277), in of omstreeks de periode van 5 juli 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
2. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 20 van de lijst), volkswagen Transporter Multivan, kenteken [kenteken 3] en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz 0293), in of omstreeks de periode van 5 maart 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
3. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 21 van de lijst), Volkswagen Transporter, kenteken [kenteken 4] en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 0302 en 0303), in of omstreeks de periode van 4 januari 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
4. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 28 van de lijst), Volkswagen Transporter, kenteken [kenteken 5] en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz 0361 tot en met 0367), in of omstreeks de periode van 29 januari 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
5. een (personen)auto (voertuig 30 van de lijst), Seat Ibiza, kenteken [kenteken 6] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 402 +403), in of omstreeks de periode van 6 maart 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
6. een (personen)auto (voertuig 31 van de lijst), Seat Ibiza, kenteken [kenteken 7] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 413 +414), in of omstreeks de periode van 3 april 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
7. een (personen)auto (voertuig 35 van de lijst), Volkswagen Golf, kenteken [kenteken 8] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 437 +438), in of omstreeks de periode van 4 januari 2015 tot en met 6 november 2016 en/of
8. een (personen)auto (voertuig 45 van de lijst), Volkswagen Golf, kenteken [kenteken 9] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 529 +530), in of omstreeks de periode van 8 oktober 2012 tot en met 6 november 2016 en/of
9. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 47 van de lijst), Volkswagen Caddy TDI 77 KW, kenteken [kenteken 10] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 545 +546), in of omstreeks de periode van 25 juli 2014 tot en met 6 november 2016 en/of
10. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 63 van de lijst), Volkswagen Caddy, kenteken [kenteken 11] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 651 +654), in of omstreeks de periode van 16 april 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
11. een (personen)auto (voertuig 69 van de lijst), Skoda Octavia, kenteken [kenteken 12] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 705 +709), in of omstreeks de periode van 11 september 2012 tot en met 6 november 2016 en/of
12. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 72 van de lijst), Volkswagen Transporter Multivan, kenteken [kenteken 13] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 727 +729), in of omstreeks de periode van 25 augustus 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
13. een (personen)auto (voertuig 75 van de lijst), Volkswagen Polo, kenteken [kenteken 14] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 755 +758), in of omstreeks de periode van 5 augustus 2015 tot en met 6 november 2016 en/of
14. een (personen)auto (voertuig 81 van de lijst), Volkswagen GTI, kenteken [kenteken 15] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 801 +802), in of omstreeks de periode van 2 juni 2012 tot en met 6 november 2016 en/of
15. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 87 van de lijst), Volkswagen Transporter, kenteken [kenteken 16] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 842 +843), in of omstreeks de periode van 28 juni 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
16. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 95 van de lijst), Volkswagen Transporter TDI, kenteken [kenteken 17] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 915 +916), in of omstreeks de periode van 18 november 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
17. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 100 van de lijst), Volkswagen Caravelle, kenteken [kenteken 18] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 964 +965), in of omstreeks de periode van 19 september 2013 tot en met 6 november 2016 en/of
18. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 102 van de lijst), Volkswagen Transporter Bestel, kenteken [kenteken 19] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz. 996 +997), in of omstreeks de periode van 14 november 2012 tot en met 6 november 2016 en/of
19. een (personen)auto (voertuig 116 van de lijst), Volkswagen Touran, kenteken [kenteken 20] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 1122 +1123), in of omstreeks de periode van 30 januari 2015 tot en met 6 november 2016 en/of
20. een (personen)auto (voertuig 118 van de lijst), Volkswagen Tiguan, kenteken [kenteken 21] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 1136 +1137), in of omstreeks de periode van 3 juli 2012 tot en met 6 november 2016 en/of
21. een (personen)auto (voertuig 123 van de lijst), Volkswagen Golf, kenteken [kenteken 22] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 1179 +1180), in of omstreeks de periode van 10 mei 2012 tot en met 6 november 2016 en/of
22. een (personen)auto (voertuig 139 van de lijst), Volkswagen Polo, kenteken [kenteken 23] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 1299 +1300), in of omstreeks de periode van 17 mei 2015 tot en met 6 november 2016 en/of
23. een (personen)auto (voertuig 141 van de lijst), Audi A3, kenteken [kenteken 24] , en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze (personen)auto (aangifte blz. 1312 +1313), in of omstreeks de periode van 31 maart 2014 tot en met 6 november 2016 en/of
24. een (zogenaamde) bestelauto (voertuig 145 van de lijst), Mercedes Benz Vito, kenteken [kenteken 25] en/of een of meer onderde(e)l(en) van deze bestelauto (aangifte blz 1352 + 1353), in of omstreeks de periode van 17 augustus 2015 tot en met 6 november 2016.

2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten. De officier van justitie heeft daarbij aangevoerd dat verdachte sinds 18 juni 2015 is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel als vennoot met onbeperkte bevoegdheid.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft vrijspraak bepleit. Ten aanzien van feit 1 heeft de raadsman aangevoerd dat verdachte niet betrokken is geweest bij het (op verzoek van de klant) demonteren van het voertuig. Ten aanzien van feit 2 heeft de raadsman aangevoerd dat verdachte ten tijde van de tenlastegelegde feiten een opleiding volgde in de mobiliteitsbranche, dat verdachte niet in de garage werkte en dat er geen link is tussen verdachte en de aangetroffen auto-onderdelen.
Beoordeling door de rechtbank
Op 6 november 2015 is aangifte gedaan van diefstal van een Volkswagen Caddy (met kenteken [kenteken 1] ). Een medewerker van het bedrijf [bedrijf 1] heeft het GPS-signaal van het voertuig uitgepeild en is daarbij uitgekomen op het perceel [adres 2] te Nijmegen. Op dit adres bleek [bedrijf 2] te zijn gevestigd. Naar aanleiding hiervan hebben verbalisanten een bezoek gebracht aan de autosloperij. Daar troffen zij verdachte aan. Hij verklaarde dat hij niet de eigenaar was. Hij heeft vervolgens de eigenaar gebeld (medeverdachte [medeverdachte] , tevens zijn vader). Op een brug in de loods van het bedrijf werd voornoemd voertuig aangetroffen. Het voertuig was gedeeltelijk gestript. Verbalisanten troffen ook een motorkap aan, waarop stickers hadden gezeten met de tekst ‘ [bedrijf 3] ’. Het voertuig van [naam 1] , voorzien van dergelijke stickers, bleek in september 2015 te zijn gestolen. Bij de daaropvolgende zoeking werden in totaal 10.814 auto-onderdelen aangetroffen. Onderzoek door het Landelijk Informatiecentrum Voertuigcriminaliteit (LIV) en Stichting Verzekeringbureau Voertuigcriminaliteit (VbV) wees uit dat een groot deel van de aangetroffen auto-onderdelen te herleiden zijn naar gestolen voertuigen.
Verdachte wordt opzetheling verweten ten aanzien van de Volkswagen Caddy die op de brug in de autosloperij is aangetroffen en gewoonteheling ten aanzien van in totaal 24 voertuigen, dan wel onderdelen daarvan.
Uit het uittreksel van de Kamer van Koophandel blijkt dat [bedrijf 2] is opgericht op 1 januari 1997. Medeverdachte [medeverdachte] staat sinds voornoemde datum ingeschreven als vennoot (met beperkte bevoegdheid). Verdachte staat sinds 18 juni 2015 ingeschreven als vennoot (met onbeperkte bevoegdheid).
Verdachte heeft verklaard dat hij een opleiding volgde in de mobiliteitsbranche. Hij werkte niet in de garage, maar was af en toe aanwezig. Op 6 november 2015 was hij niet in de garage op het moment dat de Volkswagen Caddy werd gebracht. Hij zat nog op school. Zijn vader had gevraagd of verdachte een uurtje wilde oppassen in het bedrijf. Verdachte was om die reden pas rond 16.00 uur bij de garage. Vervolgens kwam de politie.
Met toestemming van de verdediging is de verklaring van medeverdachte [medeverdachte] gevoegd in de zaak van verdachte. Medeverdachte [medeverdachte] heeft namelijk verklaard dat verdachte nog niet heeft deelgenomen aan het bedrijf. Hij zou pas vennoot worden, nadat hij zijn schooldiploma had gehaald. Nadat de vader van medeverdachte was overleden, bleek het boekhoudkundig een mogelijkheid om verdachte medevennoot te maken. Vanwege zijn opleiding, had verdachte nog geen feitelijke functie in het bedrijf. Op 6 november 2015 is medeverdachte eerder naar huis gegaan en zou verdachte afsluiten.
Gelet op het voorgaande overweegt de rechtbank als volgt. Hoewel verdachte bij de Kamer van Koophandel is ingeschreven als vennoot, met onbeperkte bevoegdheid, bevinden zich in het dossier geen aanknopingspunten dat verdachte zich daadwerkelijk met werkzaamheden binnen het bedrijf heeft bezig gehouden en/of feitelijk heeft leidinggegeven aan het bedrijf. Enige betrokkenheid van verdachte bij de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten, is uit het dossier in het geheel niet gebleken. De enkele omstandigheid dat verdachte als vennoot van het bedrijf staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, acht de rechtbank onvoldoende voor een bewezenverklaring. De rechtbank zal verdachte van dan ook vrijspreken van alle aan hem tenlastegelegde feiten.

3.Het beslag

Ten aanzien van de onder [bedrijf 2] in beslag genomen handelsvoorraad en de op
22 februari 2016 in beslag genomen goederen, verwijst de rechtbank naar de beslissing in de
zaak van medeverdachte [medeverdachte] (05/720270-15).

4. De beoordeling van de civiele vorderingen, alsmede de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregel

De volgende benadeelde partijen hebben zich in het strafproces gevoegd ter verkrijging van een schadevergoeding:
  • [bedrijf 4] (feit 1) voor een bedrag van € 6.443,38;
  • [bedrijf 5] (feit 2 onder 1) voor een bedrag van € 3.150,-;
  • [naam 2] (feit 2 onder 2) voor een bedrag van € 615,-;
  • [bedrijf 6] (feit 2 onder 3) voor een bedrag van € 2.002,42;
  • [naam 3] (feit 2 onder 4) voor een bedrag van € 14.320,-;
  • [bedrijf 7] (feit 2 onder 5) voor een bedrag van € 15.518,09;
  • [bedrijf 8] (feit 2 onder 6 en 19) voor een bedrag van respectievelijk
  • [bedrijf 9] (feit 2 onder 7) voor een bedrag van € 12.326,19;
  • [naam 4] (feit 2 onder 9) voor een bedrag van € 822,68;
  • [naam 5] (feit 2 onder 10) voor een bedrag van € 1.800,-;
  • [naam 6] (feit 2 onder 11) voor een bedrag van € 12.064,81;
  • [naam 7] (feit 2 onder 12) voor een bedrag van € 2.152,49;
  • [naam 8] (feit 2 onder 13) voor een bedrag van € 11.500,-;
  • [naam 9] (feit 2 onder 14) voor een bedrag van € 12.184,32;
  • [bedrijf 10] (feit 2 onder 15) voor een onbekend gebleven bedrag;
  • [naam 10] (feit 2 onder 16) voor een bedrag van € 6.841,24;
  • [naam 11] (feit 2 onder 17) voor een bedrag van € 924,70;
  • [naam 12] (feit 2 onder 18) voor een bedrag van € 7.921,60;
  • [bedrijf 11] (feit 2 onder 20) voor een bedrag van € 26.552,84;
  • [naam 13] (feit 2 onder 21) voor een bedrag van € 34.500,-;
  • [naam 14] (feit 2 onder 22) voor een bedrag van € 999,79;
  • [naam 15] (feit 2 onder 23) voor een bedrag van € 4.750,-;
  • [bedrijf 12] (feit 2 onder 24) voor een bedrag van € 3.986,39.
Nu de verdachte zal worden vrijgesproken van de ten laste gelegde feiten, zal de rechtbank voornoemde benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaren in hun vorderingen voor zover ze zijn ingediend ten aanzien van deze verdachte. De benadeelde partijen kunnen de vorderingen ten aanzien van hem slechts aanbrengen bij de burgerlijke rechter.

5.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
 verklaart de hierna genoemde benadeelde partijen niet-ontvankelijk in de vorderingen tot schadevergoeding en bepaalt dat de benadeelde partijen de vorderingen slechts bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen:
  • [bedrijf 4] ;
  • [bedrijf 5] ;
  • [naam 2] ;
  • [bedrijf 6] ;
  • [naam 3] ;
  • [bedrijf 7] ;
  • [bedrijf 8] ;
  • [bedrijf 9] ;
  • [naam 4] ;
  • [naam 5] ;
  • [naam 6] ;
  • [naam 7] ;
  • [naam 8] ;
  • [naam 9] ;
  • [bedrijf 10] ;
  • [naam 10] ;
  • [naam 11] ;
  • [naam 12] ;
  • [bedrijf 11] ;
  • [naam 13] ;
  • [naam 14] ;
  • [naam 15] ;
  • [bedrijf 12] .
Dit vonnis is gewezen door mr. R.G.J. Welbergen (voorzitter), mr. G. Noordraven en
mr. G.J.H. Boerhof, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S. Blankenspoor, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 29 mei 2019.